Verkeersbesluit voor tijdelijke verkeersmaatregelen ten behoeve van de vervanging van de zuidelijke (hmp. 20.85) en noordelijke (hmp 20.2) brug op de N240 aan Medemblikkerweg te Medemblik

20251117IK01

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

Aanleiding

De provincie Noord-Holland is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de N240-Medemblikkerweg in de gemeente Medemblik. Op dit traject bevinden zich twee fiets-/autobruggen die de watergangen ter hoogte van de Medemblikkersluisweg – Zuiderdijkweg (zuidelijke brug, ter hoogte van hmp 20.85) en het Wagendwarspad (noordelijke brug, ter hoogte van hmp. 20.2) overspannen. Uit inspecties is gebleken dat beide bruggen het einde van hun technische levensduur hebben bereikt en niet meer voldoen aan de huidige eisen voor verkeersveiligheid en draagkracht. De bruggen vertonen constructieve gebreken en zijn niet berekend op de huidige verkeersintensiteit en belasting door zwaar verkeer.

Om deze reden heeft de provincie besloten de bruggen volledig te vervangen. De nieuwe bruggen krijgen een aparte rijbaan voor gemotoriseerd verkeer en een gescheiden fietsbaan, waarmee de verkeersveiligheid voor alle weggebruikers wordt verbeterd en de doorstroming wordt bevorderd.

De uitvoering van het project vindt plaats in twee hoofdfasen:

• Fase 1: Vervanging van de zuidelijke brug, start medio november 2025, oplevering medio februari 2026.

• Fase 2: Vervanging van de noordelijke brug, start medio februari 2026, oplevering medio 2026.

Tijdens de uitvoering is het noodzakelijk de N240 ter hoogte van het werkvak volledig af te sluiten voor snelverkeer. Omleidingsroutes zijn uitgewerkt in samenwerking met opdrachtnemer, verkeerscoördinatoren van de gemeenten Medemblik en Hollands Kroon, de noord- en hulpdiensten en de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord. Ook zal de snelheid aan de zuidzijde (zuidelijke brug, ter hoogte van hmp. 21.0 en aan de noordkant ter hoogte van hmp. 20.1) worden verlaagd naar 50 km/u.

Maatregelen en motivering

Om de veiligheid van het uitvoerend personeel en weggebruikers te waarborgen en de doorstroming van het verkeer te reguleren, worden tijdens de werkzaamheden tijdelijke afsluitingen en omleidingen ingesteld. Tijdens de eerste fase wordt de N240 ter hoogte van de zuidelijke brug volledig afgesloten. Het verkeer wordt in deze periode omgeleid via het Wagenpad, de Zuiderkwelweg en de A7 richting Wieringerwerf.

In de tweede fase wordt de N240 ter hoogte van de noordelijke brug afgesloten. Het verkeer volgt dan een omleidingsroute via het Wagendwarspad, de Zuiderdijkweg en de A7.

De afsluitingen worden duidelijk aangegeven met bebording conform het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990), waaronder borden C1 (gesloten in beide richtingen voor voertuigen) met bijbehorende onderborden die de omleidingsroute vermelden.

Tevens zal de snelheid ter hoogte van hmp. 20.1 aan de noordkant en ter hoogte van hmp. 21.0 aan de zuidkant worden verlaagd naar 50 km/u.

Deze maatregelen zijn noodzakelijk om de verkeersveiligheid op en rond het werkvak te garanderen. Ze zorgen ervoor dat de hinder voor weggebruikers zoveel mogelijk wordt beperkt door het aanbieden van duidelijke en logische omleidingsroutes. Bovendien maken de maatregelen het mogelijk dat de werkzaamheden veilig en zonder verkeersdruk op het werkvak kunnen worden uitgevoerd.

Noodzaak en doelstelling verkeersbesluit

Op grond van artikel 15, lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel van het besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) moet voor het plaatsen van bord C1, een verkeersbesluit worden genomen. De doelstelling van dit verkeersbesluit is het verzekeren van de veiligheid op de weg en het beschermen van weggebruikers en passagiers. Deze belangen zijn genoemd in artikel 2 van de wegenverkeerswet 1994.

Verplicht overleg

Over een verkeersbesluit moet op grond van artikel 24 van het BABW overleg worden gevoerd met de korpschef van het betrokken politiekorps. De daartoe gemachtigde medewerker verkeersadvisering van politie heeft ingestemd met de maatregelen. Het advies d.d. 4 november 2025 is als bijlage bij het besluit gehecht.

Afweging belangen

De werkzaamheden aan de twee bruggen op de N240 zijn ingrijpend en hebben directe gevolgen voor de verkeersafwikkeling in de omgeving. Zonder afsluiting van het werkvak zou het verkeer, inclusief zwaar verkeer, langs de werkzaamheden rijden, wat een aanzienlijk veiligheidsrisico oplevert voor zowel de weggebruikers als de wegwerkers. Het risico op ongevallen en gevaarlijke situaties neemt in dat geval sterk toe.

Het afsluiten van de N240 ter hoogte van de zuidelijke en noordelijke brug heeft vanzelfsprekend invloed op de bereikbaarheid van de regio. Doorgaand verkeer wordt omgeleid en zal een langere reistijd hebben. Deze hinder is tijdelijk en wordt zoveel mogelijk beperkt door het instellen van duidelijke en veilige omleidingsroutes, die vooraf zijn afgestemd met de betrokken gemeenten, politie en hulpdiensten.

Bij de belangenafweging is gekeken naar de veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid. Het belang van verkeersveiligheid en het beschermen van het uitvoerend personeel weegt hierbij zwaarder dan het belang van het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer. De omleidingsroutes zijn zodanig gekozen dat de verkeersdruk op lokale wegen wordt gespreid en sluipverkeer zoveel mogelijk wordt voorkomen.

Daarnaast is rekening gehouden met de bereikbaarheid voor nood- en hulpdiensten. In overleg met de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord zijn afspraken gemaakt over alternatieve aanrijroutes, zodat de aanrijtijden niet substantieel worden beïnvloed. Ook is aandacht besteed aan het informeren van bewoners, bedrijven en agrariërs in de directe omgeving, zodat zij tijdig hun activiteiten kunnen aanpassen.

De afsluiting levert kortom tijdelijke hinder op voor doorgaand verkeer, maar de belangen van verkeersveiligheid en bescherming van wegwerkers wegen zwaarder. De omleidingsroutes zijn zodanig ingericht dat de bereikbaarheid van de regio zoveel mogelijk behouden blijft.

Bevoegdheid

Het weggedeelte waar deze maatregel voor wordt getroffen, is in beheer bij de provincie Noord-Holland. Daarom zijn wij (Gedeputeerde Staten van Noord-Holland op grond van artikel 18, lid 1 sub b van de Wegenverkeerswet 1994 het bevoegd bestuursorgaan om dit verkeersbesluit te nemen.

Besluit

Gelet op het voorgaande besluiten wij:

• 1. Door plaatsing van bord C1 van bijlage 1 RVV 1990, met onderbord “afsluiting i.v.m. werkzaamheden – volg omleiding” de N240 ter hoogte van de zuidelijke brug (fase 1) en noordelijke brug (fase 2) tijdelijk te sluiten voor alle voertuigen;

• 2. De afsluiting voor fase 1 (zuidelijke brug) van kracht te laten zijn van medio november 2025 tot en met medio februari 2026;

• 3. De afsluiting voor fase 2 (noordelijke brug) van kracht te laten zijn van medio februari 2026 tot en met medio juni 2026;

• 4. Door plaatsing van bord A1-50 van bijlage 1 RVV 1990 een snelheidsbeperking naar 50 km/u in te stellen tussen hmp. 20.1 en 21.0;

• 5. Deze maatregel eerder te beëindigen indien de werkzaamheden eerder gereed zijn, of langer te laten gelden indien dat noodzakelijk is.

Haarlem, 17 – 11- 2025

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

namens dezen,

sectormanager Netwerkmanagement en Gebruik

dhr. I. Kielenstijn

Rechtsmiddelen

• 1. Als u belanghebbende bent kunt u binnen zes weken na de verzending, uitreiking of publicatie van dit besluit schriftelijk bezwaar aantekenen. Het bezwaarschrift kunt u sturen aan Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, ter attentie van de secretaris van de Hoor- en adviescommissie, Postbus 3007, 2001 DA Haarlem. Wij verzoeken u om in uw bezwaarschrift het telefoonnummer te vermelden waarop u overdag bereikbaar bent. Ook kunt u voor meer informatie de provinciale website bezoeken: www.noord-holland.nl.

Indien u bezwaar heeft ingediend is het mogelijk gebruik te maken van een minder formele procedure: een gesprek tussen u en medewerkers die namens van het college van gedeputeerde staten deelnemen. Indien uw bezwaar zich hiervoor leent, wordt contact met u opgenomen, maar u kunt hier ook zelf om verzoeken, Een gesprek tast uw rechten als bezwaarmaker niet aan. Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een bezwaarschrift ingediend. Gelijktijdig met het indienen van een bezwaarschrift kunt u –bij een spoedeisend belang- een voorlopige voorziening vragen bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland.

Informatie

• 2. Voor vragen of opmerkingen over het besluit kunt u bellen met het servicepunt Noord-Holland, telefoonnummer (gratis): 0800 0200 600.