Verkeersbesluit voor het instellen van een 60 km/h-zone aan Ganzenpad (tussen N302 Gooiseweg en N707 Knardijk) te Flevoland

3451428

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

gelet op:

artikel 15 van de Wegenverkeerswet 1994, artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer en het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990,

Aanleiding

In 2019 hebben het Rijk en de decentrale overheden het startakkoord ‘ Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2030’ (hierna: SPV) ondertekend met als doel een trendbreuk in het aantal verkeersslachtoffers te bewerkstelligen. De ambitie is een halvering van het aantal verkeersslachtoffers in 2030 en nul verkeersslachtoffers in 2050.

Een belangrijke pijler van het SPV is de risico-gestuurde aanpak. Dit betekent dat verkeersonveilige situaties pro-actief worden aangepakt (gekeken wordt naar wat de knelpunten zijn, potentieel gevaarlijke situaties met grote kans op (ernstige) ongevallen) in plaats van reactief (na het plaatsvinden van een ongeval).

Provinciale Staten van provincie Flevoland hebben in 2022 het ‘ Programma Mobiliteit en Ruimte’ vastgesteld. Eén van de subdoelen betreft de veilige inrichting van de weg. Hierbij wordt onderzocht of de functie van de weg, de weginrichting en de snelheidslimiet met elkaar in balans zijn en voor welke wegen of wegvakken maatwerk nodig is. Als onderdeel hiervan is in 2024 een uitgebreid (participatie)traject doorlopen om het Flevolandse provinciale wegennetwerk te actualiseren. Dit heeft erin geresulteerd dat begin 2025 de geactualiseerde wegencategorisering van het netwerk bestuurlijk is vastgesteld.

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Het Ganzenpad is gecategoriseerd als een erftoegangsweg die gelegen is buiten de bebouwde kom. Momenteel komen inrichting, gebruik en functie van het Ganzenpad niet met elkaar overeen (bijv. beperkte breedte van 3,50 m., maximumsnelheid van 80 km/h). Voor het Ganzenpad staat in 2025 niet-jaarlijks onderhoud gepland, waardoor het mogelijk is de weginrichting aan te passen aan het beoogde gebruik, passend bij die van een erftoegangsweg. Hierbij kan gedacht worden aan toepassen van snelheidsremmende plateaus, onderbroken kantmarkering en het instellen van een 60 km/h-zone.

Het Ganzenpad wordt voornamelijk gebruikt door fietsers en landbouwverkeer alsook door de bewoners en (zakelijke) bezoekers van de twee woningen aan het Ganzenpad. Om de veiligheid van alle weggebruikers te waarborgen, wordt de maximumsnelheid verlaagd. Door de maximumsnelheid te verlagen wordt tevens verkeer dat afslaat naar de erven en afremmend verkeer op het Ganzenpad beschermd.

Participatie

Zowel aan de bewoners van de aangrenzende erven als aan de omliggende agrariërs is bij de voorbereiding van het niet-jaarlijks onderhoud aan het Ganzenpad, het verlagen van de maximumsnelheid (door het instellen van een 60 km/h-zone) voorgelegd. Naar aanleiding hiervan is het ontwerp aangepast ten aanzien van de twee plateaus die worden aangebracht op het Ganzenpad tussen hmp. 99,80 en 99,90 en tussen hmp. 100,70 en 100,80.

Motivering

Op grond van artikel 21 van het BABW bevat de motivering van een verkeersbesluit welke doelstelling of doelstellingen met het verkeersbesluit worden beoogd. Daarbij wordt aangegeven welke van de in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen ten grondslag liggen aan het verkeersbesluit. Indien tevens andere dan voornoemde belangen in het geding zijn wordt voorts aangegeven op welke wijze de belangen tegen elkaar zijn afgewogen.

Uit het oogpunt van;

  • het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • het beschermen van weggebruikers en passagiers;

  • en het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.

is het gewenst om de maximumsnelheid te verlagen.

Bevoegdheid

Op grond van artikel 15, eerste lid van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Op grond van artikel 18 lid 1 sub b Wegenverkeerswet 1994 worden verkeersbesluiten die zien op wegen onder het beheer van een provincie genomen door de Gedeputeerde Staten.

Conform het door Gedeputeerde Staten van Flevoland d.d. 14 maart 2017 met kenmerk 2018030 vastgestelde Algemeen Mandaatbesluit Flevoland 2017 is de bevoegdheid tot het nemen van verkeersbesluiten gemandateerd aan de secretaris. De secretaris heeft de bevoegdheid tot het nemen van verkeersbesluiten ondergemandateerd in het ‘Besluit Algemeen ondermandaat secretaris 2025’.

Overleg politie

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gepleegd met de politie Midden-Nederland.

Besluit

Gedeputeerde Staten van Flevoland nemen voor de N302 Ganzenpad het volgende besluit:

I. tot het instellen van een maximumsnelheid van 60 km/h op het Ganzenpad (parallel gelegen aan de N302 Ganzenweg, tussen N305 Gooiseweg en N707 Knardijk) door zonale toepassing, zoals bedoeld in art. 9 lid 1 van de BABW, van de borden A1 en A2, een en ander conform de bij dit besluit behorende tekeningen (PFL-nr. 240471 en PFL-nr. 240472).

Bekendmaking

Dit besluit zal bekendgemaakt worden door publicatie in het Provinciaal Blad.

Tegen dit besluit kunt u binnen zes weken na datum van publicatie in het Provinciaal Blad schriftelijk bij ons bezwaar maken. Uw bezwaarschrift dient ondertekend te zijn en voorzien van uw naam en adres, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar.

Nadere informatie over de bezwaarprocedure treft u aan in het hierna volgende informatieblad.

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

namens deze,

Manager Expertiseteam Beheer en onderhoud Infra

S. van der Vegt

Informatieblad bezwaarprocedure Gedeputeerde Staten van Flevoland

Bezwaar

Tegen onze besluiten kunt u op grond van artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na datum van verzending ervan bij ons schriftelijk bezwaar maken. I.c. geldt de dag na de datum van bekendmaking in het Provinciaal Blad. Uw bezwaarschrift dient ondertekend en voorzien te zijn van uw naam en adres, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar.

Verzoek om voorlopige voorziening

Wanneer u van mening bent dat, in afwachting van de behandeling van uw bezwaarschrift, een voorlopige voorziening moet worden getroffen, kunt u een verzoek daartoe indienen bij de voorzieningenrechter. Het adres is Rechtbank Midden-Nederland, Afdeling Bestuursrecht, voorlopige voorzieningen, Postbus 16005, 3500 DA Utrecht. Uw verzoek om voorlopige voorziening wordt pas in behandeling genomen wanneer u griffierecht heeft betaald. De rechtbank laat u weten hoe hoog het griffierecht is en op welke wijze u dit kunt overmaken.

Overslaan van de bezwaarschriftenprocedure

Op grond van artikel 7:1a van de Algemene wet bestuursrecht kunt u in uw bezwaarschrift aangeven dat u de bezwaarschriftenprocedure wilt overslaan en rechtstreeks in beroep wilt gaan bij de bestuursrechter. In artikel 7:1 a tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht is bepaald dat wij een dergelijk verzoek in ieder geval moeten afwijzen wanneer: A) het bezwaarschrift is gericht tegen het niet op tijd nemen van een besluit. B) tegen het besluit door een andere belanghebbende ook een ander bezwaarschrift is ingediend waarin zo’ n verzoek niet is gedaan en dit bezwaarschrift ontvankelijk is. Wij stemmen alleen in met het verzoek om de bezwaarschriftenprocedure over te slaan, wanneer de zaak daarvoor geschikt is. Wanneer dit het geval is, zenden wij het bezwaarschrift door aan de bevoegde rechter.

Proceskostenvergoeding

Tot slot wijzen wij u er nog op dat u op grond van artikel 7:15, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht bij ons – voordat wij een besluit hebben genomen op uw bezwaarschrift – een verzoek kunt indienen om de kosten die u redelijkerwijs in verband met de behandeling van uw bezwaarschrift moet maken, te vergoeden. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om kosten van rechtsbijstand, kosten van een getuige/deskundige; reis- en verblijfkosten, kosten van uittreksels uit openbare registers, telefoongesprekken. Bij het indienen van zo’n verzoek moet u het bedrag van de vergoeding aangeven en stukken overleggen waaruit blijkt dat u deze kosten daadwerkelijk heeft gemaakt. Bij het besluit dat wij op het bezwaarschrift nemen, wordt tegelijkertijd een besluit genomen op een ingediend verzoek om vergoeding van de kosten.

Naar boven