Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 28 oktober 2025 tot wijziging van de Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant in verband met een nieuw subsidieplafond, een nieuwe openstellingstermijn en enkele technische wijzigingen in paragraaf 7 van die regeling (Tweeënveertigste wijziging van de Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

 

Overwegende dat het wenselijk is paragraaf 7 Versterken cultureel ondernemerschap van de Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant te wijzigen teneinde een nieuwe openstellingstermijn, een nieuw subsidieplafond en enkele technische wijzigingen door te voeren;

 

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijziging Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant

De Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 7.1 wordt als volgt gewijzigd:

De begripsbepaling “Kunstloc Brabant “ komt te luiden:

Kunstloc Brabant: kennis-en uitvoeringsorganisatie die onder andere in opdracht van de provincie Noord-Brabant werkt aan het versterken van het brede kunst- en cultuurveld in Noord-Brabant;

 

B.

Artikel 7.5 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel c wordt ‘’ hetzelfde project” vervangen door “hetzelfde project of dezelfde subsidiabele activiteit”;

  • 2.

    Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd luidende:

    • e.

      aan de subsidieaanvrager reeds subsidie is verstrekt voor de periode 2025-2028 op grond van paragraaf 1 of paragraaf 4 van deze regeling.

C.

Artikel 7.6 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Onderdeel c komt te luiden:

    • c.

      de subsidieaanvrager heeft ten minste twee jaar relevante werkervaring en toont dit aan door middel van:

      • 1°.

        een cv, in het geval dat de subsidieaanvrager een maker is;

      • 2°.

        het meest recente jaarverslag of een projectportfolio, in het geval dat de subsidieaanvrager een culturele instelling is;

  • 2.

    In onderdeel e wordt ‘’ expert of coach” vervangen door “coach”;

  • 3.

    In onderdeel f wordt “expert of coach” vervangen door “coach”;

  • 4.

    Onderdeel f, onder 2°, komt te luiden:

    • 2°.

      beschikt over de voor het project benodigde deskundigheid en expertise, blijkend uit het cv;

  • 5.

    Onderdeel h komt te luiden:

    • h.

      de subsidieaanvrager overlegt een projectplan van maximaal vier pagina’s en een onderbouwde offerte met gebruikmaking van de daartoe door Gedeputeerde Staten vastgestelde formats.\

D.

Artikel 7.7 komt te luiden:

Artikel 7.7 Subsidiabele kosten

Voor subsidie komen de kosten voor inhuur van een coach in aanmerking op basis van een offerte bedoeld in artikel 7.6, onderdeel f, onder 1°.

 

E.

Artikel 7.9 komt te luiden:

Artikel 7.9 Aanvraagtijdvak

Subsidieaanvragen worden ingediend van:

  • a.

    13 januari 2025 tot en met 15 december 2025;

  • b.

    23 februari 2026 tot en met 1 maart 2026.

F.

Artikel 7.10 komt te luiden:

Artikel 7.10 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidies als bedoeld in artikel 7.4:

  • a.

    voor de periode, genoemd in artikel 7.9, onder a, vast op € 200.000;

  • b.

    voor de periode, genoemd in artikel 7.9, onder b, vast op € 200.000.

G.

Artikel 7.12 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Het vierde lid komt te luiden:

    • 4.

      De trekking wordt schriftelijk vastgelegd door de notaris, waarbij de aanvragen worden gerangschikt op volgorde van trekking en de eerst getrokken aanvraag als eerstvolgende in aanmerking komt voor subsidie en de laatst getrokken aanvraag als laatste.

  • 2.

    Het vijfde lid komt te luiden:

    • 5.

      De subsidie wordt verdeeld over aanvragen die:

      • a.

        opeenvolgend zijn in de rangschikking; en

      • b.

        die volledig gehonoreerd kunnen worden.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

’s-Hertogenbosch, 28 oktober 2025

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. G.H.E. Derks MPA

Toelichting behorende bij de Tweeënveertigste wijziging van de Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant

I. Algemeen

De tweeënveertigste wijziging van de Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant wijzigt paragraaf 7 Versterken cultureel ondernemerschap. Met deze wijziging wordt voor deze paragraaf een nieuw aanvraagtijdvak en subsidieplafond vastgesteld. Daarnaast worden er inhoudelijke wijzigingen doorgevoerd die bevorderen dat de paragraaf beter aansluit bij het doel van de regeling: het versterken van cultureel ondernemerschap in de provincie Noord-Brabant.

 

II. Artikelsgewijs

 

Artikel I (Wijziging Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant)

 

Onder A (artikel 7.1 Begripsbepalingen)

De aanpassing in de begripsbepaling van ‘Kunstloc Brabant” ziet erop toe dat de begripsbepaling beter aansluit bij de dienstverlening van Kunstloc Brabant.

 

Onder B (artikel 7.5 Weigeringsgronden)

De aanpassing van onderdeel c leidt tot verduidelijking van deze weigeringsgrond: het is niet mogelijk om voor hetzelfde project nogmaals subsidie aan te vragen, maar ook als de aanvraag een ander project betreft is het niet mogelijk om voor dezelfde subsidiabele activiteit nogmaals subsidie aan te vragen.

 

De toevoeging van een nieuw onderdeel e leidt ertoe dat subsidieaanvragers die reeds op grond van de paragrafen 1 en 4 van deze regeling een meerjarensubsidie van de provincie ontvangen in de periode 2025-2028 geen subsidie kunnen aanvragen op grond van paragraaf 7 van deze subsidieregeling.

 

Onder C (artikel 7.6 Subsidievereisten)

De aanpassing van artikel 7.6, onder c, zorgt ervoor dat de regeling beter aansluit op de werkpraktijk van het culturele veld. Culturele instellingen beschikken namelijk niet over een cv, maar wel over een jaarverslag of projectportfolio.

 

De aanpassing van artikel 7.6, onder h. leidt ertoe dat een aanvrager zowel voor het projectplan als voor de offerte het daartoe door Gedeputeerde Staten vastgestelde format dient te gebruiken. Het projectplan mag daarbij uit maximaal 4 pagina’s bestaan.

 

Onder G (artikel 7.12 Verdelingswijze)

De aanpassingen in artikel 7.12 leiden tot een beter inzicht in het verloop van de lotingsprocedure en de wijze waarop de subsidie verdeeld wordt.

 

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

 

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

 

de secretaris,

drs. G.H.E. Derks MPA

Naar boven