Eerste wijziging van de Nadere regels Voucherregeling Ondernemerschap Flevoland 2024-2028

Gedeputeerde Staten van Flevoland

 

Overwegende dat:

 

Zij bij besluit van 18 juni 2024 met kenmerk 3276869, de Nadere regels Voucherregeling Ondernemerschap Flevoland 2024-2028 hebben vastgesteld;

 

is gebleken dat het wenselijk is de Nadere regels op onderdelen te verduidelijken en breder aan te laten sluiten op het Economisch Programma 2023-2028;

 

Gelet op:

 

Het bepaalde in artikel 4, eerste lid van de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2023,

 

Besluiten:

De volgende ‘Eerste wijziging van de Nadere regels Voucherregeling Ondernemerschap Flevoland 2024-2028” vast te stellen.

ARTIKEL 1. WIJZIGING NADERE REGELS.

A. Bij overwegende dat komt het achtste bulletpoint als volgt te luiden:

 

ter rechtvaardiging van deze subsidie, de volgende verordeningen van toepassing worden geacht:

  • -

    de-minimisverordening landbouwsector: Verordening (EU) Nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun;

  • -

    de-minimisverordening regulier: Verordening (EU) Nr. 2023/2831 van de Commissie van 18 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende werking van de Europese Unie op de-minimissteun;

  • -

    de-minimisverordening visserijsector: Verordening (EU) Nr. 717/2014 van de Commissie van 27 juni 2014 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende werking van de Europese Unie op de-minimissteun;

B. Artikel 1. Begripsbepalingen wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Sub i komt als volgt te luiden:

  • de-minimisverordening regulier: Verordening (EU) Nr. 2023/2831 van de Commissie van 18 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende werking van de Europese Unie op de-minimissteun;

  • 2.

    Sub k komt als volgt te luiden:

  • Economisch Programma: Economisch Programma 2023-2028; programmalijnen verdienvermogen mkb en menselijk en sociaal kapitaal, vastgesteld door provinciale Staten op 19 juli 2023 en programmalijnen toekomstbestendig bedrijfsleven en ruimtelijk-economische ontwikkeling, vastgesteld op 17 juli 2024.

  • 3.

    Toegevoegd wordt een nieuw sub m dat als volgt luidt:

    innovatie: de ontwikkeling van een nieuw product, dienst of procedé;

  • 4.

    De huidige sub m tot en met r worden hernummerd tot sub n tot en met s

  • 5.

    Toegevoegd wordt een nieuw sub t dat als volgt luidt:

  • primaire producenten van landbouwproducten en ondernemingen in de visserij- en aquacultuursector: ondernemingen met als hoofdactiviteit de primaire productie van landbouwproducten en ondernemingen met als hoofdactiviteit de productie en verwerking en/of afzet van visserij- en aquacultuurproducten;

  • 6.

    De huidige sub s wordt hernummerd tot sub u

  • 7.

    Toegevoegd wordt een nieuw sub v dat als volgt luidt:

  • scan: een gestructureerd onderzoek of beoordeling waarmee de sterktes en zwaktes van een organisatie, of systeem worden geanalyseerd op het gebied van cyberveiligheid en digitale weerbaarheid;

  • 8.

    De huidige sub t en u worden hernummerd tot sub w en x

C. Bij Artikel 2. Doel en doelgroep van de nadere regels komt de laatste alinea als volgt te luiden:

Primaire producenten van landbouwproducten en ondernemingen in de visserij- en aquacultuursector zijn grotendeels uitgesloten van deze nadere regels. Zij komen alleen in aanmerking voor de adviesvoucher binnen het thema bedrijfsovername of bedrijfsopvolging (artikel 4, lid 2 sub b).

 

D. Artikel 4. Subsidiabele activiteiten wordt als volgt gewijzigd

  • 1.

    Lid twee sub b komt als volgt te luiden:

  • Bedrijfsovername of bedrijfsopvolging

  • Als de aanvrager stappen wil zetten gericht op bedrijfsovername of bedrijfsopvolging.

  • 2.

    Toegevoegd wordt een nieuw lid twee sub d dat als volgt luidt:

  • Duurzaam ondernemen

  • Activiteit A

  • Als de aanvrager inzichten wil verkrijgen in de kansen voor de duurzame bedrijfsvoering op het gebied klimaat, milieu, circulaire economie, natuurbehoud en biodiversiteit, en/of schone technologie en innovatie.

  • Activiteit B

  • Als de aanvrager een nieuwe ketensamenwerking wil opzetten met als doel het ontwikkelen van innovatieve businessmodellen, producten, diensten en/of marktonderzoek ter bevordering van een duurzame economie.

  • 3.

    Toegevoegd wordt een nieuw lid twee sub e dat als volgt luidt:

  • Digitalisering

  • Als de aanvrager stappen wil zetten met betrekking tot het overschakelen op en/of het doelmatig gebruiken van digitale middelen ter verbetering en optimalisatie van haar bedrijfsprocessen

  • De subsidie kan daarbij worden ingezet voor:

    • Het laten verbeteren van bestaande producten, diensten of processen door toepassing van digitalisering.

    • Het laten uitvoeren van een scan voor cybersecurity om de digitale weerbaarheid te versterken.

  • De activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd moet bijdragen aan de verbetering van het digitale bereik of verbetering van de digitale weerbaarheid.

E. Artikel 6. Aanvraag wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    De eerste alinea komt als volgt te luiden:

  • In afwijking van de gegevens zoals genoemd in artikel 15, lid 2 en 3 van de ASF 2023 wordt de subsidie voor een adviesvoucher aangevraagd door middel van een door Gedeputeerde Staten vastgesteld aanvraagformulier en wordt in ieder geval voorzien van de volgende bijlagen:

  • 2.

    Eerste lid komt als volgt te luiden:

  • Voor een adviesvoucher:

  • 3.

    Eerste lid sub d komt te vervallen

  • 4.

    Het huidige eerste lid sub e wordt hernummerd tot sub d

  • 5.

    Toegevoegd wordt een nieuw eerste lid sub e dat als volgt luidt:

  • Een projectsamenvatting volgens het model dat op de website van de provincie Flevoland beschikbaar is gesteld;

  • 6.

    Tweede lid komt als volgt te luiden:

  • Voor een beursvoucher:

  • 7.

    Tweede lid sub e komt te vervallen

  • 8.

    Het huidige tweede lid sub f wordt hernummerd tot sub e

  • 9.

    Toegevoegd wordt een nieuw tweede lid sub f dat als volgt luidt:

  • Een projectsamenvatting volgens het model dat op de website van de provincie Flevoland beschikbaar is gesteld;

  • 9.

    Derde lid komt te vervallen

F. Artikel 7. Weigeringsgronden wordt als volgt gewijzigd

  • 1.

    sub a komt als volgt te luiden:

  • sprake is van subsidiabele kosten waarvoor al voor het indienen van de aanvraag voor een adviesvoucher, verplichtingen zijn aangegaan.;

  • 2.

    sub b komt als volgt te luiden:

  • sprake is van subsidiabele kosten waarvoor al voor het indienen van de aanvraag voor een beursvoucheronherroepelijke verplichtingen zijn aangegaan.

  • 3.

    sub f komt als volgt te luiden:

  • tijdens de behandeling van de aanvraag blijkt dat het gevraagde advies naar het oordeel van Gedeputeerde Staten niet bijdraagt aan de door de ondernemer geformuleerde adviesvraag;

  • 4.

    toegevoegd wordt een nieuw sub m dat als volgt luidt:

  • bij een aanvraag om een adviesvoucher sprake is van de situatie dat een externe deskundige voor advies wordt ingehuurd, voor een bedrag van meer dan 225 euro per uur.

G. Artikel 9. Niet-subsidiabele kosten wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Toegevoegd wordt een nieuw derde lid dat als volgt komt te luiden:

  • kosten voor het vervangen of vernieuwen van een bestaande stand

  • 2.

    Het huidige derde lid wordt hernummerd tot vierde lid

H. Artikel 10. Hoogte van de voucher wordt als volgt gewijzigd:

Sub a komt als volgt te luiden:

€ 5.000 voor de adviesvoucher gericht op thema’s a en b, d en e zoals genoemd in artikel 4 lid 2;

ARTIKEL 2. WIJZIGING ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

A. De artikelsgewijze toelichting over Artikel 1. Begripsbepalingen komt als volgt te luiden:

 

  • Sub m – innovatie

  • In het kader van deze nadere regels is innovatie gedefinieerd als de ontwikkeling van een nieuw product, dienst of procedé. Voor ondernemers die in aanmerking willen komen voor het thema innovatie binnen deze nadere regels moet er altijd een link zijn met de ontwikkeling van een nieuw product, dienst of procedé dat/die u zélf wilt gaan vermarkten. De aanvragende onderneming kan geen gebruik maken van de voucherregeling als de onderneming aan de slag gaat met een innovatief product, dienst of procedé van een andere onderneming.

  • Sub p – mkb

  • Op grond van deze nadere regels kunnen alleen ondernemers uit het midden- en kleinbedrijf (mkb) in aanmerking komen voor een subsidie op grond van deze nadere regels. Dit artikel geeft een definitie van wat onder het mkb valt. Hierbij is aangesloten bij de definitie die wordt gehanteerd in verordening (EU) Nr. 2023/1315 van de Commissie van 23 juni 2023, waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard, de zogenoemde “algemene groepsvrijstellingsverordening”.

  •  

  • In bijlage 1 van de algemene groepsvrijstellingsverordening is een definitie gegeven van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen. Conform deze definitie behoren tot de categorie kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s), ondernemingen waar minder dan 250 fte werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet € 50 miljoen of het jaarlijkse balanstotaal € 43 miljoen niet overschrijdt.

 

  • Gevolg van deze Europese regelgeving is dat voor het bepalen of de aanvragende onderneming een KMO is, gekeken wordt naar het gehele verband van ondernemingen waartoe de aanvragende onderneming behoort. Denk bijvoorbeeld aan moedermaatschappijen, zusterondernemingen en dochterondernemingen. Indien de aanvragende onderneming direct of indirect voor 25% of meer, maar niet meer dan 50%, qua aandelenkapitaal en/of zeggenschap relaties heeft met andere ondernemingen, wordt voor het bepalen of de aanvragende onderneming een KMO is, het aantal werkzame personen, de jaaromzet en het balanstotaal van die ondernemingen naar rato meegenomen. Dit geldt ook indien een andere onderneming 25% of meer aandelen in de aanvragende onderneming heeft.

 

  • Indien de aanvragende onderneming op een andere onderneming of een andere onderneming op de aanvragende onderneming overheersende invloed kan uitoefenen of een andere invloed heeft als genoemd in de definitie van een KMO, dienen voor het bepalen of de aanvragende onderneming een KMO is, het aantal fte, de jaaromzet en het balanstotaal van die ondernemingen volledig meegenomen te worden.

 

  • Indien één of meer overheidsinstanties of openbare lichamen gezamenlijk direct of indirect zeggenschap hebben over 25 % of meer van het kapitaal of de stemrechten van de aanvragende onderneming, dan kan de aanvragende onderneming (behoudens de uitzonderingen die in de definitie zijn genoemd) niet als een KMO worden aangemerkt.

 

  • Om te toetsen of uw organisatie een mkb-onderneming is, kunt u gebruik maken van de Engelstalige online mkb-toets van de Europese Commissie. Voor een link naar deze toets verwijzen wij naar de website van de provincie Flevoland.

  • Sub q – onafhankelijk

  • Daarnaast dient de externe deskundige onafhankelijk te zijn van de aanvragende onderneming. In dat kader wordt onder andere in de volgende situaties geoordeeld dat er geen sprake is van onafhankelijkheid:

    • -

      als de derde een (financieel) belang in de aanvragende onderneming heeft;

    • -

      als de aanvragende onderneming een (financieel) belang heeft in de onderneming van derde;

    • -

      als de directeur van de aanvragende onderneming ook de directeur van de onderneming van derde is;

    • -

      als de externe deskundige een duidelijk belang heeft in de uitkomsten van het project, verder dan gebruikelijk is;

    • -

      als de externe deskundige ten tijde van de aanvraag vergelijkbare werkzaamheden uitvoert voor de aanvragende onderneming.

  • Deze opsomming is niet limitatief.

     

    Alle in te zetten externe deskundigen in een aanvraag, dienen te voldoen aan deze nadere regels. Bijvoorbeeld als er bij een aanvraag sprake is van een:

    • -

      tussenpersoon;

    • -

      facilitator;

    • -

      onderaannemer.

  • Deze opsomming is niet limitatief.

  • Sub r - onderneming

  • In het kader van deze nadere regels beschouwen we een onderneming als een verbonden onderneming als er sprake is van meer dan 50% zeggenschap over de andere onderneming(en).

 

  • Als de ene onderneming meer dan 50% zeggenschap heeft over een andere onderneming beschouwen we beide ondernemingen als één onderneming in het kader van deze nadere regels. Het maakt daarbij niet uit of de ondernemingen een fiscale eenheid zijn.

     

    • a.

      Eén onderneming omvat voor de toepassing van deze verordening alle ondernemingen die ten minste één van de volgende banden met elkaar onderhouden: één onderneming heeft de meerderheid van de stemrechten van de aandeelhouders of vennoten van een andere onderneming (ook in combinatie met overeenkomsten met andere aandeelhouders/vennoten);één onderneming heeft het recht de meerderheid van de leden van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van een andere onderneming te benoemen of te ontslaan; één onderneming heeft het recht een overheersende invloed op een andere onderneming uit te oefenen op grond van een met die onderneming gesloten overeenkomst of een bepaling in de statuten van laatstgenoemde onderneming.

    • b.

      één onderneming die aandeelhouder of vennoot is van een andere onderneming, heeft op grond van een met andere aandeelhouders of vennoten van die andere onderneming gesloten overeenkomst als enige zeggenschap over de meerderheid van de stemrechten van de aandeelhouders of vennoten van laatstgenoemde onderneming.

  • Ondernemingen die via één of meer andere ondernemingen één van de in de eerste alinea, onder a tot en met d, bedoelde banden onderhouden, worden ook als één onderneming beschouwd.

  • Sub t – primaire producenten van landbouwproducten en ondernemingen in de visserij- en aquacultuursector

  • Behalve voor het thema bedrijfsovername en bedrijfsopvolging zijn ondernemers in de primaire productie van landbouwproducten en ondernemingen die actief zijn in de productie, verwerking en afzet van visserij- en aquacultuurproducten niet de doelgroep van deze voucherregeling. Het betreft ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit de primaire productie van landbouwproducten, visserij en aquacultuurproducten omvat.

  • Let op, als een onderneming bijvoorbeeld alleen actief is in de verwerking en/of afzet van visserij- en aquacultuurproducten, dan kan die partij dus wel in aanmerking komen voor deze voucherregeling, mits het past binnen de nadere regels.

B. De artikelsgewijze toelichting over Artikel 2. Doel en doelgroep van de nadere regels komt als volgt te luiden:

Verenigingen, stichtingen en beheermaatschappijen komen niet in aanmerking voor een voucher. Tevens worden primaire producenten van landbouwproducten en ondernemingen in de visserij- en aquacultuursector grotendeels uitgesloten van deze nadere regels. Primaire producenten van landbouwproducten en ondernemingen in de visserij- en aquacultuursector komen alleen in aanmerking voor de adviesvoucher binnen het thema bedrijfsovername of bedrijfsopvolging zoals bedoeld in artikel 4, lid 2 sub b.

 

C. De artikelsgewijze toelichting over Artikel 4. Subsidiabele activiteiten komt als volgt te luiden:

Lid 2, sub c – Internationaal ondernemen

Er is alleen sprake van activiteiten binnen het thema Internationaal ondernemen als de activiteiten niet passen binnen de overige thema’s: Innovatie, bedrijfsovername of bedrijfsopvolging, duurzaam ondernemen en digitalisering.

 

Lid 2, sub d – Circulaire economie

Subsidie is beschikbaar voor activiteiten die zijn gericht op de sub thema’s klimaat en milieu, circulaire economie, natuurbehoud en biodiversiteit, en schone technologie en innovatie.

 

Binnen activiteit A kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het inhuren van een onafhankelijke externe deskundige voor het uit laten voeren van een Quickscan biodiversiteit, een Circo track, een Levens Cyclus Analyse en een Zeer Zorgwekkende Stoffen Scan.

ARTIKEL 3. INWERKINGTREDING

De ‘Eerste wijziging van de Nadere regels Voucherregeling Ondernemerschap Flevoland 2024-2028 treedt met ingang van 10 februari 2025 in werking.

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Flevoland van 28 januari 2025.

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

de secretaris,

de voorzitter,

Naar boven