Besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 11 juni, PZH-2024-853871265 tot wijziging van de Subsidieregeling toerisme Zuid-Holland in verband met optimaliseren van de regeling

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;

 

Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

 

Overwegende dat het wenselijk is de Subsidieregeling toerisme Zuid-Holland te wijzigen in overeenstemming met kadernotitie toerisme, is de regeling toegespitst op het doel bestemmingen in balans.

 

Besluiten:

Artikel I  

De Subsidieregeling toerisme Zuid-Holland wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 1 komt te luiden:

  • Artikel 1 Begripsbepalingen

    In deze regeling wordt verstaan onder:

    Asv: Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

    De- minimis verordening: Verordening (EU) Nr. 2023/2831van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU, 2023/2831);

    draagkracht: het fysieke en sociale vermogen van de bestemming om de toeristisch-recreatieve druk en de effecten daarvan aan te kunnen;

    duurzaam toerisme: toerisme dat volledig rekening houdt met de huidige en toekomstige ecologische, sociale en economische impact en dat zich richt op de behoeften van bezoekers, de toeristische sector, het milieu en de lokale bevolking;

    economische activiteit: aanbieden van goederen of diensten op een markt waar sprake is van concurrentie;

    gedragscommunicatie: strategisch gebruik van communicatie om een verandering in kennis, houding en gedrag te bevorderen dat bijdraagt aan duurzaam toerisme;

    inclusie: inspanning die erop gericht is dat de activiteit voor zoveel mogelijk mensen toegankelijk is, ongeacht beperking, gender, geaardheid, culturele- of etnische achtergrond, vreemd- of laaggeletterdheid, leer- of werkniveau of armoede;

    natuurinclusief: versterken van de streekgebonden natuur en biodiversiteit en het stimuleren van bewustzijn bij bezoekers van het belang hiervan;

    onderneming: iedere entiteit die een economische activiteit uitoefent;

    toeristisch oogmerk: stimuleren van vrijetijdsbesteding naar een unieke of reiswaardige bestemming buiten de eigen woonomgeving ten bate van de toeristische sector;

    toeristisch-recreatieve druk: verhouding tussen de aantallen bezoekers, de invloed van hun activiteiten de aantallen inwoners op een bepaalde locatie;

    triple helix: deelname door minimaal één publieke organisatie, één kennisorganisatie en één private onderneming.

B.

Artikel 2 wordt als volgt aangepast:

  • 1.

    Het eerste lid komt te luiden:

    • 1.

      Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten met een toeristisch oogmerk die aantoonbaar en direct:

      • a.

        drukke en potentieel drukke toeristische plekken veerkrachtiger maken of de toeristische druk verlagen;

      • b.

        een positieve impact hebben op de bestemming, haar omgeving en haar inwoners.

  • 2.

    Het derde lid komt te luiden:

    • 3.

      De activiteiten, bedoeld in het eerste lid, dragen bij aan:

      • a.

        het verlagen van druk op een toeristische bestemming;

      • b.

        het vergroten van de draagkracht van een toeristische bestemming, of

      • c.

        de ontwikkeling van duurzaam toerisme.

C.

Artikel 3 komt te luiden:

  • Artikel 3 Doelgroep

    Subsidie als bedoeld in artikel 2 wordt verstrekt aan een ieder, met uitzondering van natuurlijke personen.

D.

In artikel 4 wordt ‘van 15 september tot en met 15 november’ vervangen door ‘van 1 september tot en met 31 oktober’.

 

E.

Het eerste lid van artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    De aanhef komt te luiden:

    • Naast het aanvraagformulier, genoemd in artikel 9, eerste lid van de Asv, gaat een aanvraag om subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, vergezeld van:

  • 2.

    Onderdeel b komt te luiden:

    • b.

      een toelichting waaruit blijkt dat de activiteit een toeristisch oogmerk heeft en bijdraagt aan:

      • i.

        het veerkrachtiger maken van drukke of potentieel drukke toeristische bestemmingen;

      • ii.

        het verlagen van toeristische druk, of

      • iii.

        een positieve impact op de bestemming, haar omgeving en haar inwoners;

  • 3.

    Onder vervanging van een punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

    • e.

      een omschrijving van de te verrichten activiteiten inclusief een planning en een kaartbeeld waar de activiteiten worden uitgevoerd.

F.

Artikel 6 komt te luiden:

  • Artikel 6 Weigeringsgronden

    In aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv wordt subsidie als bedoeld in artikel 2 geweigerd, indien:

    • a.

      meer dan 50% van de subsidiabele kosten wordt besteed aan promotie, communicatie, niet zijnde gedragscommunicatie, of het ontwikkelen en publiceren van content;

    • b.

      aan de aanvrager voor de activiteiten, bedoeld in artikel 2, reeds subsidie is verstrekt op grond van een door gedeputeerde staten vastgestelde subsidieregeling;

    • c.

      het te verstrekken subsidiebedrag minder dan € 5.000,- bedraagt;

    • d.

      de activiteit niet openbaar toegankelijk of van openbaar nut is;

    • e.

      per aanvrager meer dan één aanvraag is ingediend;

    • f.

      er sprake is van een ongenoegzame aanvraag als bedoeld in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • g.

      geen punten worden toegekend aan criterium a als bedoeld in artikel 11, eerste lid.

G.

Artikel 7 komt te luiden:

  • Artikel 7 Subsidievereisten

    Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      de activiteiten dragen aantoonbaar bij aan:

      • I.

        het veerkrachtiger maken van drukke of potentieel drukke toeristische plekken door het verlagen van toeristische druk;

      • II.

        een positieve impact op de bestemming, haar omgeving en haar inwoners.

    • b.

      tenminste een bijdrage of medefinanciering van 50% aan de subsidiabele kosten indien de aanvrager een overheid of onderneming betreft;

    • c.

      tenminste een bijdrage of medefinanciering van 25% aan subsidiabele kosten indien de aanvrager een stichting of vereniging zonder winstoogmerk betreft;

    • d.

      de activiteiten hebben een toeristisch oogmerk.

H.

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1’ geplaatst.

  • 2.

    Onderdeel e vervalt.

  • 3.

    Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

    • 2.

      In afwijking van het eerste lid, onder c, komen ontwerp- en begeleidingskosten tot een maximum van 100% van de totale subsidiabele kosten in aanmerking zover deze kosten betrekking hebben op projecten gericht op:

      • a.

        planvorming voor het natuurinclusief maken van een museum, attractie of verblijfsrecreatie, of

      • b.

        visievorming voor duurzaam toerisme in een gemeente of regio.

I.

Artikel 10 komt te luiden:

  • Artikel 10 Subsidiehoogte

    • 1.

      De hoogte van de subsidie bedraagt ten hoogste 50% van de totale subsidiabele kosten tot een maximum van € 100.000,- indien de aanvrager een overheid of een onderneming betreft;

    • 2.

      De hoogte van de subsidie bedraagt ten hoogste 75% van de totale subsidiabele kosten tot een maximum van € 100.000,- indien de aanvrager een vereniging of stichting zonder winstoogmerk betreft.

J.

Artikel 11 komt te luiden:

  • Artikel 11 Rangschikking

    • 1.

      Het beschikbare bedrag wordt verdeeld aan de hand van een weging op basis van de volgende criteria die nader uitgewerkt zijn in de bijlage 1 bij deze regeling:

      • a.

        criterium a: mate waarin de activiteiten, bedoeld in artikel 2, een bijdrage leveren aan de criteria zoals opgenomen in bijlage 1: ten hoogste 50 punten;

      • b.

        criterium b: mate waarin de activiteiten, bedoeld in artikel 2, een positieve bijdrage leveren aan onderstaande thema’s: ten hoogste 24 punten;

        • I.

          toerisme door en voor de inwoners van Zuid-Holland;

        • II.

          mate waarin de aanvraag een uniek karakter heeft en een voorbeeldfunctie kan vervullen voor andere regio’s of toeristische organisaties.

    • 2.

      Gedeputeerde staten rangschikken de aanvragen, die voldoen aan de aanvraagvereisten en subsidievereisten, hoger, naarmate in totaal meer punten aan het project zijn toegekend.

    • 3.

      Indien toepassing van het tweede lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt de rangorde van die aanvragen hoger naarmate de hoogte van de subsidie, bedoeld in artikel 10, eerste lid, lager is.

    • 4.

      Indien toepassing van het tweede en derde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijke plaats eindigen, wordt de rangorde van die aanvragen bepaald door loting.

K.

Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid wordt na ‘een activiteitenverslag’ toegevoegd ‘waarin in ieder geval wordt beschreven wat het effect van de activiteit is op de bestemming en bezoekersstromen’.

  • 2.

    In het tweede lid wordt na ‘een activiteitenverslag ’toegevoegd ‘waarin in ieder geval wordt beschreven wat het effect van de activiteit is op de bestemming en bezoekersstromen’.

L.

  • 1.

    Bijlage 1 wordt vervangen door de bijlage zoals opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

  • 2.

    Bijlage 2 vervalt.

Artikel II  

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Den Haag, 11 juni 2024

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland,

Bijlage behorende bij Artikel I, onder L, eerste lid, van het besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 11 juni 2024, PZH-2024-853871265 tot wijziging van de Subsidieregeling toerisme Zuid-Holland in verband met optimaliseren van de regeling.

 

Bijlage 1 behorende bij artikel 11 van de Subsidieregeling toerisme Zuid-Holland

 

Voor de rangschikking genoemd in artikel 11 wordt voor de verschillende criteria de volgende puntentelling gehanteerd:

 

Criterium a. Bijdrage aan de provinciale beleidsopgave voor duurzaam toerisme: 

 

Maximaal 50 punten.

  • i.

    Het veerkrachtiger maken van drukke of potentieel drukke toeristische bestemmingen of het verlagen van toeristische druk: 

    • 1.

      Indien het project gericht is op spreiding van bezoekers, vraagsturing of gedragsbeïnvloeding: 4 punten.

    • 2.

      Indien het project gericht is op impact meten van toeristisch bezoek inclusief opvolging: 4 punten.

    • 3.

      Indien het project gericht is op het oplossen van knelpunten in bezoekersstromen:

    • 4.

      4 punten.

    • 5.

      Indien het project gericht is op het versterken van de draagkracht van een toeristische bestemming: 6 punten.

    • 6.

      Indien het project gericht is op visievorming voor duurzaam toerisme in een gemeente of regio: 6 punten.

  • ii.

    Bijdragen aan een positieve impact op de plek, de omgeving en haar inwoners:

    • 1.

      Indien het project stimuleert dat bezoekers een positieve sociaal-maatschappelijke of ecologische bijdrage leveren aan de plek en haar inwoners: 6 punten.

    • 2.

      Indien het project zich richt op gemeenschappelijke voorzieningen voor zowel inwoners als bezoekers: 4 punten.

    • 3.

      Project gericht op bewustzijn en educatie van klimaat of natuurlijke en culturele waarden van een gebied: 4 punten.

    • 4.

      Indien het project gericht is op planvorming ten behoeve van het natuurinclusief maken van een attractie, museum of verblijfsrecreatie: 4 punten.

    • 5.

      Indien het project gericht is op circulariteit, besparing van grondstoffen of hergebruik: 4 punten.

    • 6.

      Indien het project gericht is op verduurzaming van vervoermiddelen met een capaciteit van tien personen of meer: 4 punten.  

Criterium b. Bijdrage aan specifieke thema’s

 

Maximaal 24 punten

  • i.

    Indien de aanvraag aantoonbaar betrekking heeft op toerisme door en voor de inwoners van Zuid-Holland:

    • 1.

      Aanvraag is aantoonbaar mede door vertegenwoordiging van bewoners gedaan op basis van bewonersinspraak of bewonerspanels: 4 punten.

    • 2.

      Onderdelen van de aanvraag zijn specifiek bedoeld voor inwoners van Zuid-Holland: 4 punten.

    • 3.

      Aanvraag draagt aantoonbaar bij aan inclusie of het vergroten van de toegankelijkheid voor doelgroepen met een beperking: 4 punten.

  • ii.

    Indien de aanvraag een uniek karakter heeft en een voorbeeldfunctie kan vervullen voor andere regio’s of toeristische organisaties:

    • 1.

      Aanvraag heeft betrekking op een vorm van triple helix samenwerking: 4 punten.

    • 2.

      Aanvraag heeft een bijzonder of onderscheidend karakter door een innovatieve of creatieve aanpak die uniek is in Zuid-Holland: 4 punten.

    • 3.

      Aanvraag draagt bij aan het versterken van het onderscheidende identiteit van de bestemming en daarmee aan de positionering en profilering van de bestemming: 4 punten.

 

 

Toelichting behorende bij het Besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 11 juni 2024, PZH-2024-853871265, tot wijziging van de Subsidieregeling toerisme Zuid-Holland in verband met het optimaliseren van de regeling

 

Algemene toelichting

 

De Subsidieregeling toerisme Zuid-Holland geeft uitvoering aan het provinciale toerisme beleid zoals beschreven in de Startnotitie toerisme die op 14 oktober 2020 door Provinciale Staten is vastgesteld en de Kadernotitie Toerisme zoals die op 14 februari 2023 door Gedeputeerde Staten is vastgesteld. De subsidieregeling is jaarlijks aangescherpt op basis van feedback van indieners en de evaluatie uit 2021. Voor veel aanvragers waren de vele bijlagen die moesten worden ingediend bij de subsidieaanvraag een drempel. Met dit wijzigingsbesluit wordt de regeling verder vereenvoudigd. Ook is de regeling nu specifieker gekoppeld aan bestemmingen in balans, bestemmingsmanagement en duurzaam toerisme conform de Kadernotitie Toerisme.

 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I, A:

Artikel 1

De opzet van het artikel is aangepast in aansluiting op de wijzigingen in de regeling. Hierdoor komen enkele definities te vervallen en zijn enkele nieuwe definities toegevoegd. Termen zoals ‘draagkracht’, ‘duurzaam toerisme’, ‘gedragscommunicatie’, ‘toeristische druk’, ‘triple helix’ en ‘inclusie’ worden toegelicht in dit artikel.

 

Artikel I, B:

Artikel 2

Een belangrijke voorwaarde voor subsidie was dat de activiteiten aantoonbaar moesten bijdragen aan andere provinciale opgaven. Om met deze subsidieregeling meer richting te geven aan de opgave toerisme en recreatie in balans, is deze voorwaarde aangepast en toegespitst op duurzaam toerisme en bestemming in balans. Het gaat daarbij onder andere over het beter spreiden van bezoekers of het versterken van de draagkracht van een bestemming. Daarnaast willen we projecten stimuleren die niet alleen gericht zijn op economisch profijt, maar ook sociaal-maatschappelijk en ecologisch een positieve impact hebben. Op die wijze kan toerisme een meer positieve bijdrage leveren aan inwoners, de bestemming en de omgeving.

 

Artikel I, C:

Artikel 3

In de vorige regeling werd gesproken over overheden en ondernemingen, terwijl de regeling ook beschikbaar is voor non-profit organisaties en publiek-private samenwerkingsverbanden. Dit artikel is aangepast zodat duidelijk is dat alleen natuurlijke personen zijn uitgesloten in de regeling.

 

Artikel I, D:

Artikel 4

De aanvraagperiode is iets vervroegd zodat de regeling direct na de zomer, op 1 september, kan worden opengesteld tot uiterlijk 31 oktober.

 

Artikel I, E:

Artikel 5

Ook hier is de verwijzing naar aansluiting bij provinciale opgaven vervangen door een verwijzing naar de doelen zoals toegelicht bij artikel B. Aanvullend vragen we van indieners voortaan een planning en een kaartbeeld waarop de activiteiten worden aangegeven. Bijvoorbeeld waar de knelpunten zich voordoen en waar nieuwe activiteiten worden uitgevoerd.

 

Artikel I, F:

Artikel 6

Het aantoonbaar bewijzen van de relatie met andere provinciale opgaven is vervallen. Bij communicatie valt gedragscommunicatie niet meer onder de weigeringsgronden, omdat dit aansluit bij de doelen om bezoekers te sturen in een gebied. Hiermee bedoelen we het strategisch gebruik van communicatie om een verandering in kennis, houding en gedrag te bevorderen dat bijdraagt aan duurzaam toerisme. Aangepast is de weigeringsgrond dat niet meer dan 50% besteed mag worden aan het ontwikkelen en publiceren van content, zodat ook deze vorm van promotie (of uitgaven van beschreven routes) niet de enige activiteit is binnen een project. Gedragscommunicatie is hiervan uitgesloten. Een minimum aantal punten om in aanmerking te komen voor subsidie is komen te vervallen, op voorwaarde dat er wel punten zijn behaald voor criterium a. Tot slot is de bepaling dat de drempel voor de maximale subsidiehoogte niet omzeild mag worden door het kunstmatig splitsen van activiteiten vervangen door de bepaling dat per aanvrager maximaal één aanvraag kan worden ingediend.

 

Artikel I, G:

Artikel 7

Ook in dit artikel is de verwijzing naar provinciale opgaven vervangen naar de doelen in artikel 2. Bij de vorige regeling werd een medefinanciering van 25% gevraagd. Dit is voor overheden en ondernemers opgehoogd naar 50%. Voor stichtingen en verenigingen zonder winstoogmerk blijft de medefinanciering 25%.

 

 

Artikel I, H:

Artikel 8

Ontwerp- en begeleidingskosten zijn in principe maar voor maximaal 20% subsidiabel, maar we hebben een ontheffing opgenomen voor planvorming voor het natuurinclusief maken van een attractie, museum of verblijfsrecreatie én visievorming voor duurzaam toerisme in een gemeente of regio. Hierbij willen we gericht dit type activiteiten stimuleren. De investeringen voor natuurinclusiviteit zelf (bijvoorbeeld aankoop van groen of groenwerkzaamheden) vallen niet onder de regeling, omdat hier andere subsidieregelingen beschikbaar voor zijn. Het percentage voor subsidiabele kosten van promotie hebben we geschrapt omdat deze reeds benoemd is in artikel 6.

 

Artikel I, I:

Artikel 10

De maximale bijdrage is opgehoogd van € 50.000,- naar € 100.000,-.

 

Artikel I, J:

Artikel 11

De criteria en punten zijn in overeenstemming gebracht met bijlage 1.

 

Artikel I, K:

Artikel 13

Bij de prestatieverantwoording is toegevoegd dat in het activiteitenverslag ook het effect op de bestemming en de bezoekersstromen wordt beschreven. Dit geeft ons meer inzicht in het effect van de projecten en kan tevens een leereffect bevatten.

 

Artikel I, L:

Bijlagen

De bijlage met verwijzing naar andere provinciale opgaven is komen te vervallen. De toelichting op de rangschikking is nu opgenomen in bijlage 1 en aangepast.

Daarbij is een splitsing gemaakt tussen criterium a en b. Bij criterium a zijn de activiteiten en bijbehorende punten opgesomd die behaald kunnen worden indien de subsidieaanvraag zich hier op richt. Er dient voor minimaal één criterium punten te worden behaald bij dit onderdeel. Bij criterium b kunnen extra punten worden behaald voor aanvullende zaken, zoals inclusiviteit, toegankelijkheid, samenwerkingsverbanden tussen overheid, onderwijs en ondernemers etc.

Naar boven