Besluit tot wijziging van het Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân houdende regels omtrent subsidie voor het restaureren, herbestemmen en onderhouden van Friese monumenten

Gedeputeerde Staten van Fryslân,

 

gelet op

 

VERORDENING (EU) 2023/2607 VAN DE COMMISSIE van 22 november 2023 tot rectificatie van Verordening (EU) 2022/2472 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard

 

VERORDENING (EU) 2023/1315 VAN DE COMMISSIE van 23 juni 2023, L 167/1, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 651/2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard;

 

artikel 1.3, vierde lid van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslan 2013,

 

overwegende dat enkele bepalingen stringenter moeten worden vastgelegd, uitsluitend bouwkundige eenheden van groene monumenten subsidiabel zijn en enkele technische wijzigingen van de Subsidieregeling monumenten Fryslân nodig zijn,

 

 

BESLUITEN;

Artikel I Wijzigingsbesluit

De Subsidieregeling monumenten Fryslân wordt gewijzigd als volgt:

 

A

 

Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd;

 

Onder vernummering van de onderdelen m tot en met nn, welke komen te luiden mm. tot en met ss. wordt het onderdeel n. ingevoegd welke luidt: ‘Groen monument: rijksmonument of zelfstandig onderdeel daarvan, zijnde een aanleg die geheel of gedeeltelijk bestaat uit beplanting, zoals een park-of tuinaanleg en die middels een monumentnummer is opgenomen in het rijksmonumentenregister;’, en

 

In onderdeel o. wordt voor het woord ‘planologische’ geplaatst voor ‘wijziging naar’, en

 

Onderdeel w. wordt vervangen en luidt: ’Leidraad subsidiabele instandhoudingskosten: van kracht zijnde bijlage als bedoeld in artikel 4 van de regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 19 september 2012, nr. WJZ/387165 (10152), houdende regels voor de verstrekking van subsidie voor de instandhouding van rijksmonumenten;’, en

 

In onderdeel hh. wordt na de tekst “Restauratieplan” aangevuld met de woorden ‘gebouwde monumenten’, en

 

Onder vernummering van de onderdelen ii tot en met nn, welke komen te luiden jj. tot en met ss. wordt het onderdeel ii. ingevoegd welke luidt: ‘Restauratieplan groene monumenten: instandhoudingsplan dat is opgesteld door een landschapsarchitect en bestaat uit een tuin-historisch onderzoek, tekeningen van de bestaande toestand, tekeningen van herstellingen en toevoegingen, alsmede een bestek ter opheffing van gebreken en ten behoeve van de wijzigingen, conform leidraad subsidiabele instandhoudingskosten en bijbehorende sluitende begroting’, en

 

In onderdeel nn. worden de woorden “geheel of gedeeltelijk’ toegevoegd na ‘ van het monument dat in oorsprong’, en komt de volgende tekst te vervallen” zoals geregistreerd in het monumentenregister van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed onder subcategorie Woonhuizen”, en

 

In onderdeel pp. worden de volgende woorden vervangen;

‘van het’ komt te luiden ‘gebouwd’, en ‘rond een kerk’ komt te luiden ‘gebouwd als erfafscheiding’, en

 

Onderdeel qq. wordt toegevoegd welke luidt: ‘Zelfstandig onderdeel groen monument: alle delen gezamenlijk van een rijksmonument, zijnde een aanleg zoals een park- of tuinaanleg, die aan één eigenaar behoren, en niet het gehele rijksmonument omvatten.’

 

B

 

Artikel 1.4, wordt als volgt gewijzigd:

  • Het derde lid wordt vervangen en luidt:

    • 3.

      Per openstelling kan maximaal 1 aanvraag worden ingediend per groen rijksmonument, gebouwd rijksmonument, gebouwd gemeentelijke monument of gebouwd karakteristiek bouwwerk.

  • Een vierde lid wordt toegevoegd en luidt:

    • 4.

      Per openstelling kan uitsluitend voor of groene onderdelen of voor rode onderdelen van een groen monument subsidie worden aangevraagd, zoals bepaald onder hoofdstuk 92 van de Leidraad instandhoudingskosten monumenten.

C

 

In artikel 1.5, vierde lid wordt een subonderdeel g. toegevoegd en luidt:

  • g.

    restauratie van groene rijksmonumenten.

D

 

Artikel 1.6, eerste lid wordt gewijzigd en luidt:

 

VERORDENING (EU) 2023/2607 VAN DE COMMISSIE van 22 november 2023 tot rectificatie van Verordening (EU) 2022/2472 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard.

 

E

 

In artikel 2.1.1, aanhef wordt een subonderdeel e toegevoegd en luidt:

  • e.

    De onderdelen b. en d. kunnen ook groene monumenten betreffen.

F

 

Artikel 2.1.2, eerste lid wordt gewijzigd als volgt:

In onderdeel e. wordt de tekst: “Wet algemene bepalingen omgevingsrecht” vervangen door “Omgevingswet”;

 

het onderdeel l. wordt toegevoegd en luidt:

  • l.

    bij schade alle subsidiabele kosten op grond van een verzekering worden gedekt.’.

G

 

Artikel 2.1.3 Toetsingscriteria, wordt vervangen en luidt:

Artikel 2.1.3 Toetsingscriteria

  • 1.

    Om voor subsidie voor de activiteiten in de zin van artikel 2.1.1, onderdeel a, in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • a.

      de aanvraag heeft betrekking op de restauratie bij herbestemming van een rijksmonument;

    • b.

      de cultuurhistorische waarde wordt door de herbestemming niet geschaad;

    • c.

      voorafgaande aan de planvorming tot herbestemming is een bouwhistorische opname verricht die in overeenstemming is met de Richtlijnen bouwhistorisch onderzoek, lezen en analyseren van cultuurhistorisch erfgoed, L. Hendriks en J. van der Hoeve (2009) en het resultaat hiervan heeft aantoonbaar onderdeel uitgemaakt van de planvorming tot herbestemming;

    • d.

      indien de aanvraag betrekking heeft op een herbestemming naar wonen worden ten minste twee woningen gerealiseerd;

  • 2.

    Om voor subsidie voor de activiteiten in de zin van artikel 2.1.1, onderdeel b of c in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • a.

      de aanvraag heeft betrekking op de restauratie van een rijksmonument;

    • b.

      de cultuurhistorische waarde wordt door de restauratie niet geschaad; en

    • c.

      de restauratie van een gebouwd monument dient technisch urgent te zijn omdat het casco van het monument in slechte of matige staat verkeert; of

    • d.

      de restauratie van een groen monument dient technisch urgent te zijn omdat één van de onderdelen, zoals beschreven in hoofdstuk 92 van de Leidraad Subsidiabele Instandhoudingskosten, van het monument in slechte of matige staat verkeert; en

    • e.

      voorafgaande aan de planvorming tot restauratie van een groen monument is een tuinhistorische opname verricht die in overeenstemming is met de Richtlijnen tuinhistorisch onderzoek, Voor waardestellingen van groen erfgoed, R. Immerzeel en L. Hendriks (2012) en het resultaat hiervan heeft aantoonbaar onderdeel uitgemaakt van de planvorming tot restauratie.

  • 3.

    Om voor subsidie voor de activiteiten in de zin van artikel 2.1.1, onderdeel d in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • a.

      de aanvraag heeft betrekking op de restauratie van een rijksmonument;

    • b.

      de cultuurhistorische waarde wordt door de restauratie niet geschaad;

    • c.

      de restauratie dient technisch urgent te zijn omdat een van de volgende onderdelen van het monument in slechte of matige staat verkeert;

      • 1°

        zelfstandig bouwkundige eenheid;

      • 2°

        zelfstandig onderdeel.

    • d.

      of de restauratie van een groen monument dient technisch urgent te zijn omdat het onderdelen, zoals beschreven in hoofdstuk 92 van de Leidraad Subsidiabele Instandhoudingskosten, van het monument in slechte of matige staat verkeert.

  • 4.

    De technische urgentie dient middels een recent inspectierapport, dat wil zeggen niet ouder dan twee jaar, van een onafhankelijke terzake deskundige aangetoond te worden. Voor de onafhankelijkheid bij klinkende monumenten geldt als uitzondering dat de opsteller dezelfde deskundige mag zijn als degene die bij de aanvraag betrokken is.

  • 5.

    De uitvoering is technisch noodzakelijk, sober en doelmatig; een en ander zoals bedoeld in de Leidraad subsidiabele instandhoudingskosten.

H

 

Artikel 2.1.5 wordt als volgt gewijzigd:

 

In het eerste lid wordt het bedrag ’€ 200.000’ vervangen door ‘€ 250.000’,

 

In het tweede lid wordt het bedrag ’€ 200.000’ vervangen door ‘€ 250.000’,

 

In het derde lid wordt het bedrag ’€ 200.000’ vervangen door ‘€ 250.000’,

 

In het vierde lid wordt het bedrag ’€ 200.000’ vervangen door ‘€ 250.000’,

 

In het vijfde lid wordt het bedrag ’€ 100.000’ vervangen door ‘€ 125.000’.

 

I

 

In artikel 2.1.6, eerste lid, onderdeel e. wordt “Wet natuurbescherming” vervangen door “Omgevingswet”.

 

J

 

Artikel 2.2.1 wordt als volgt gewijzigd:

 

In onderdeel a wordt het woord ‘gebouwd’ ingepast na ‘bij herbestemming van een‘, en

 

In onderdeel b wordt de tekst ‘één of meerdere’ vervangen door het woord ‘bebouwde’.

 

K

 

In artikel 2.2.2, wordt gewijzigd als volgt:

 

In het eerste lid, onderdeel e. wordt de tekst: “Wet algemene bepalingen omgevingsrecht” vervangen door “Omgevingswet”;

 

in dat zelfde lid, wordt het volgende onderdeel toegevoegd:

 

  • l.

    de activiteiten betrekking hebben op een groen monument.

In het tweede lid komt het onderdeel c. te vervallen.

 

L

 

Artikel 2.2.4, derde lid wordt vervangen en luidt:

 

  • 3.

    De kosten voor werkzaamheden waarmee al een aanvang is gemaakt nadat de aanvraag is ingediend en voordat een beslissing op de aanvraag is genomen komen slechts voor subsidie in aanmerking indien gedeputeerde staten positief hebben beslist op een nadrukkelijk schriftelijk verzoek daartoe.

M

 

In artikel 2.2.5. komt het derde lid te vervallen.

 

N

 

Artikel 2.2.6 wordt als volgt gewijzigd:

 

Onderdeel h wordt vervangen en en luidt:

  • h.

    de werkzaamheden worden aangemeld bij het Restauratie Opleiding Project voor indiening van het start-werk-formulier om uitgevoerd te worden als scholingstraject voor leerlingen of dient te worden aangemeld als werkgelegenheidstraject bij de vergunningverlenende gemeente voor indiening van het start-werk-formulier;

O

 

In artikel 2.3.5, eerste lid wordt het bedrag ‘€ 9.000’ vervangen door ‘€ 10.875’.

 

P

 

Artikel 2.4.1 wordt vervangen en luidt:

 

Artikel 2.4.1 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor het opstellen van een gecombineerd plan, voor zowel de restauratie als de herbestemming, voor een rijksmonument; gemeentelijk monument of karakteristiek bouwwerk.

 

Q

 

In artikel 2.4.2, aanhef worden de volgende subonderdelen toegevoegd:

  • h.

    de activiteiten betrekking hebben op een woonhuis.

  • i.

    het te verstrekken subsidiebedrag minder dan € 1.000 bedraagt.

R

 

Onder artikel 2.4.3 komt het tweede lid te vervallen.

 

S

 

Artikel 2.4.6 wordt vervangen en komt te luiden als volgt:

 

Artikel 2.4.6 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1.

    de activiteiten worden voltooid binnen een jaar na de datum van de subsidieverlening;

  • 2.

    de subsidieontvanger bewaart het restauratie- of herbestemmingsplan na het verrichten van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend voor de duur van ten minste vijf jaar;

  • 3.

    een bouw- of tuin-historisch onderzoek wordt alleen uitgevoerd door een onafhankelijk(e) ter zake deskundig onderzoeker of onderzoeksbureau;

  • 4.

    een tuin-historisch onderzoek dat voldoet aan de Richtlijnen Tuin-historisch onderzoek, voor waardenstelling van groen erfgoed, samengesteld door R. van Immerseel en L. Hendriks (Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, 2012);

  • 5.

    een bouwhistorisch onderzoek voldoet aan de Richtlijnen bouwhistorisch onderzoek, lezen en analyseren van cultuurhistorisch erfgoed, L. Hendriks en J. van der Hoeve (2009);

  • 6.

    de subsidieontvanger stuurt een afschrift van het restauratie- of herbestemmingsplan na het verrichten van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend.

T

 

De Toelichting Subsidieregeling monumenten Fryslân wordt gewijzigd als volgt:

 

Onder Uitvoeringsaspecten, onderdeel d, wordt na de tekst ’Aanvraagformulieren zijn te vinden via www.fryslan.frl’ de volgende tekst ingevoegd: ‘Hiervoor is e-Herkenning of digid noodzakelijk’;

 

Onder woonhuizen niet subsidiabel wordt de tekst ‘artikel 1.1, aanhef en onder nn’ vervangen door “de begripsbepaling woonhuis, zoals opgenomen onder artikel 1.1’;

 

Onderdeel Staatssteun komt te vervallen;

 

Onder Vergunningplicht wordt “Wet Natuurbescherming (apart traject)” vervangen door “Omgevingswet(apart traject)”.

 

Onder begripsbepalingen, Reconstructie wordt het woord ‘bouwerk’ vervangen door ‘monument’;

 

Na het onderdeel Subsidieregeling Instandhouding Monumenten (Sim) wordt de volgende alinea ingevoegd:

  • ‘Tuinhistorisch onderzoek: De Richtlijnen tuinhistorisch onderzoek hebben de zelfde methodologische basis als de Richtlijnen bouwhistorisch onderzoek, lezen en analyseren van cultuurhistorisch erfgoed (Hendriks en Van der Hoeve, 2009), maar zijn geen één-op-één vertaling hiervan. In het Plan van onderzoek wordt daarom doel, omvang en diepgang van het onderzoek bepaald.’;

Onder onderdeel Woonhuis wordt na ‘kosterswoningen’ de tekst ‘niet in kerkelijk gebruik’ ingevoegd, en na de tekst “die oorspronkelijk een andere functie dan bewoning hadden, maar die nu voor” wordt de tekst ‘meer dan de helft’ vervangen door ‘de helft of meer’;

 

In onderdeel Zelfstandig onderdeel van het monument wordt de volgende tekst ingevoegd ‘Deze zijn gelimiteerd opgenomen in de begripsbepalingen.’,

 

Na de tekst ‘Deze zijn gelimiteerd opgenomen in de begripsbepalingen.’ wordt de volgende alinea toegevoegd:

 

‘Zelfstandig onderdeel van een groen monument: groene monumenten, zoals een tuin- en parkaanleg, en archeologische monumenten kunnen uit meerdere zelfstandige onderdelen bestaan door gedeeld eigenaarschap. Het deel dat aan dezelfde eigenaar behoort (in kadastrale percelen uitgedrukt) is dan een zelfstandig onderdeel. De subsidieaanvraag geldt altijd voor al uw percelen binnen de aanleg of archeologisch monument. U kunt dus niet zelf een zelfstandig onderdeel afsplitsen.’.

Artikel II Inwerkingtreding en overgangsrecht

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van bekendmaking in het Provinciaal Blad.

  • 2.

    Deze regeling is niet van toepassing op subsidies die zijn verstrekt voor de inwerkingtreding van deze regeling zoals is bepaald onder het eerste lid.

Artikel III Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als Wijzigingsbesluit Subsidieregeling monumenten Fryslân 2024-01.

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 21 mei 2024.

Leeuwarden,

Gedeputeerde Staten van Fryslân,

Drs. A.A.M. Brok, voorzitter

Drs. ing. J.J. Algra, secretaris

Naar boven