Uitvoeringsregeling subsidie verkeersveilige uitwegen Noord-Holland 2024

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011;

 

Overwegende dat het met het oog op de veiligheid van het verkeer op Provinciale gebiedsontsluitingswegen in Noord-Holland wenselijk is om de verkeersveilige aanpassing, vervanging of herinrichting van particuliere uitwegen op Provinciale wegen te bevorderen;

 

Besluiten vast te stellen:

 

Uitvoeringsregeling subsidie verkeersveilige uitwegen Noord-Holland 2024

Artikel 1  

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • ERBI: Eisen en Richtlijnen Bouw- en Infraprojecten;

    gebiedsontsluitingsweg: een weg met een snelheid van 80km/h, welke in het provinciaal categoriseringsplan als gebiedsontsluitingsweg is aangewezen;

    maatgevend voertuig: het voertuig waarvan de maatvoering bepaalt welke afmetingen voor de uitweg noodzakelijk zijn om vlot en veilig vanaf de provinciale weg naar het desbetreffende perceel te rijden;

    provinciale weg: openbare weg, die door de Provincie wordt beheerd;

    SSK-raming: De Standaardsystematiek voor Kostenramingen;

    start uitvoering: het moment waarop een eerste onomkeerbare stap wordt gezet in de uitvoering van één van de in artikel 3 genoemde activiteiten;

    uitweg: ontsluiting van een perceel op de openbare weg.

Artikel 2  

Subsidie wordt verstrekt aan eigenaren en erfpachters van onroerende zaken die één of meer uitwegen hebben op een provinciale gebiedsontsluitingsweg buiten de bebouwde kom waar 80km/h mag worden gereden in de provincie Noord-Holland.

Artikel 3  

Subsidie kan worden verstrekt voor:

  • a.

    de verkeersveilige herinrichting van een bestaande uitweg volgens ERBI-normen, voor zover deze gerealiseerd wordt binnen maximaal vijf meter van de erfgrens met provinciaal weggebied;

  • b.

    de verwijdering van één of meer bestaande uitwegen en de vervanging daarvan door één gelijkwaardige verkeersveilige nieuwe uitweg, die voldoet aan ERBI-normen en voor zover deze gerealiseerd wordt binnen maximaal vijf meter van de erfgrens met provinciaal weggebied; of

  • c.

    de verwijdering van een of meer bestaande uitwegen die grenzen aan het provinciaal weggebied.

Artikel 4  

Een aanvraag om subsidie bevat tenminste:

  • a.

    een inhoudelijke beschrijving van de activiteit;

  • b.

    een digitaal Autocad ontwerp van de te realiseren aanpassing(en) voorzien van alle relevante maatvoeringen. Indien de verharding van de nieuwe situatie breder dient te worden dan 4,5 meter dient het digitaal Autocad ontwerp ook te zijn voorzien van digitale rijcurven van het maatgevende voertuig;

  • c.

    een begroting in de vorm van een SSK-raming van de kosten van de activiteit;

  • d.

    een begroting/stelpost voor bodemsanering indien hiervan mogelijk sprake kan zijn;

  • e.

    een financieringsplan van de kosten van de activiteit;

  • f.

    een kopie van de benodigde vergunningen, voor zover deze al zijn verleend; en

  • g.

    een schriftelijke toestemming van de eigenaar van het te ontsluiten perceel in geval de aanvraag wordt ingediend door de pachter van het betreffende perceel.

Artikel 5  

Subsidie wordt in ieder geval geweigerd indien:

  • a.

    door Gedeputeerde Staten reeds eerder subsidie is verleend of anderszins een financiële bijdrage is gegeven of schriftelijk in het vooruitzicht is gesteld voor dezelfde activiteiten;

  • b.

    de activiteit financieel niet haalbaar is;

  • c.

    de herinrichting of verwijdering is gestart voordat de aanvraag is ontvangen;

  • d.

    de activiteit voorziet in een vergroting van de capaciteit van de uitweg;

  • e.

    de subsidie aangevraagd is voor een activiteit, bedoeld in artikel 3, onder a, en het betreffende perceel reeds, direct of indirect via een andere aanwezige, verkeersveilige uitweg is ontsloten; of

  • f.

    de totale verkeersveiligheidssituatie na uitvoering van de gesubsidieerde activiteit ten opzichte van de oude situatie niet verbetert.

Artikel 6  

  • 1.

    Subsidie wordt verstrekt voor de kosten van:

    • a.

      de aanvraag omgevingsvergunning;

    • b.

      het ontwerp, raming en onderzoek;

    • c.

      het (laten) maken van een digitale tekening in Autocad van de situatie voor en na uitvoering van de subsidiabele activiteit;

    • d.

      verkeersmaatregelen of verkeersregelaars;

    • e.

      het vervangen bestaande duiker of brug;

    • f.

      het kappen van bomen, verwijderen van groen om aanpassing mogelijk te maken;

    • g.

      het verwijderen, verplaatsen en vernieuwen van erfafscheiding voor zover noodzakelijk naar het oordeel van Gedeputeerde Staten;

    • h.

      het aanbrengen verharding bestaande uit klinkerverharding of asfalt inclusief de benodigde fundering en markering;

    • i.

      grond- en saneringswerkzaamheden;

    • j.

      de verwijdering en vervanging van bestaande infrastructuur en voorzieningen, inclusief grondwerk; of

    • k.

      de verplaatsing van aansluitingen voor gas, elektra en kabelkasten.

  • 2.

    Subsidie wordt niet verstrekt voor de kosten van grondverwerving of zaken die hiermee een directe relatie hebben.

Artikel 7  

Het subsidieplafond voor 2024 bedraagt € 528.000,-.

Artikel 8  

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie kan worden ingediend in de periode van 1 mei 2024, 9:00 uur tot en met 28 september 2024, vóór 17:00 uur.

  • 2.

    Een aanvraag om subsidie die buiten deze periode wordt ontvangen, wordt geweigerd.

  • 3.

    Gedeputeerde Staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag om subsidie.

Artikel 9  

  • 1.

    De subsidie bedraagt 90% van de subsidiabele kosten tot maximaal € 100.000,-.

  • 2.

    Indien toepassing van het eerste lid zou leiden tot het overtreden van het verbod op het geven van staatssteun in de zin van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, wordt het subsidiebedrag in afwijking van het eerste lid zodanig vastgesteld dat het totaal van alle subsidies voor de activiteit niet hoger is dan het bedrag dat op grond van de van toepassing zijnde vrijstellingsverordeningen van de Europese Commissie verstrekt mag worden.

  • 3.

    Gedeputeerde Staten verstrekken geen subsidies van minder dan € 5.000,-;

Artikel 10  

  • 1.

    Aanvragen om subsidie worden behandeld op volgorde van ontvangst.

  • 2.

    Wanneer een aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag, de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 3.

    Indien meerdere aanvragen op dezelfde dag worden ontvangen en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de aanvraag met de laagste projectkosten als eerste in behandeling genomen.

  • 4.

    Indien toepassing van het vorige lid ertoe leidt dat aanvragen gelijk eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door loting.

Artikel 11  

  • 1.

    Aan de subsidieontvanger worden in ieder geval de volgende verplichtingen opgelegd:

    • a.

      de subsidieontvanger is verplicht de vernieuwde of heringerichte uitweg, bedoeld in artikel 3, gedurende 10 jaar na vaststelling van de subsidie in stand te houden;

    • b.

      de subsidieontvanger is verplicht om voor aanvang van de fysieke werkzaamheden in bezit te zijn van een onherroepelijke omgevingsvergunning en deze bij Gedeputeerde Staten aan te leveren;

    • c.

      de subsidieontvanger is verplicht na oplevering van de eindsituatie een digitaal Autocad ontwerp in DWG of DXF-formaat en een foto van het project bij Gedeputeerde Staten aan te leveren; en

    • d.

      als het gaat om de verwijdering van een uitweg, bedoeld in artikel 3, onder b of c, is de subsidieontvanger verplicht na oplevering van de eindsituatie de gemeente dan wel de provincie te verzoeken de vergunning voor de oude situatie in te trekken en Gedeputeerde Staten een afschrift van het intrekkingsbesluit toe te zenden.

  • 2.

    Gedeputeerde Staten kunnen in de subsidieverlening een datum vaststellen waarvoor de activiteit moet zijn afgerond.

Artikel 12  

  • 1.

    Een aanvraag tot vaststelling wordt ingediend binnen 13 weken na voltooiing van de activiteit.

  • 2.

    Gedeputeerde Staten stellen voor de aanvraag, bedoeld in het eerste lid, een formulier vast.

  • 3.

    Gedeputeerde Staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Artikel 13  

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin zij wordt geplaatst.

  • 2.

    Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2025.

  • 3.

    Deze regeling wordt aangehaald als Uitvoeringsregeling subsidie verkeersveilige uitwegen Noord-Holland 2024.

Haarlem, 16 april 2024.

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

A.T.H. van Dijk, voorzitter

M. van Kuijk, provinciesecretaris

Naar boven