Provinciaal blad van Fryslân
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Fryslân | Provinciaal blad 2024, 5145 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Fryslân | Provinciaal blad 2024, 5145 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Subsidieregeling biotoopverbetering weidevogelgraslanden
Besluit van Gedeputeerde Staten van provincie Fryslân van 2 april 2024, houdende regels omtrent subsidie voor activiteiten die gericht zijn op het optimaliseren van het weidevogelbiotoop.
Overwegende dat het wenselijk is om weidevogelbeheer te stimuleren middels investeringen in biotoopverbetering in Fryslân,
gelet op artikel 1.3 van de Algemene subsidieverordening Fryslân 2013,
besluiten vast te stellen de Subsidieregeling biotoopverbetering weidevogelgraslanden als volgt:
Verordening: VERORDENING (EU) 2022/2472 VAN DE COMMISSIE van 14 december 2022, PBEU L327/1, waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard;
Het college kan op aanvraag een subsidie verstrekken voor investeringen in/op landbouwgrond waardoor, door middel van éénmalige inrichtingsmaatregelen, rechtstreeks de fysieke condities of kenmerken van percelen wijzigen met als doel het verbeteren van het weidevogelbiotoop.
Een subsidie voor investeringen als genoemd in artikel 2.1 kan worden aangevraagd door een in de provincie Fryslân gevestigd agrarisch collectief.
Een subsidie kan worden verleend indien is voldaan aan de volgende criteria:
bij de aanvraag voor een investeringssubsidie als genoemd in artikel 2.1 is een verklaring van geen bezwaar van de eventuele erfpachter aanwezig. Indien sprake is activiteiten als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, onder b en c is daarnaast een verklaring van geen bezwaar van de eigenaar van de grond aanwezig.
Onverminderd artikel 4:25 en 4:35 Awb en artikel 2.7 Asv, wordt subsidie in ieder geval geweigerd indien:
Artikel 3.1 Europese regelgeving
Subsidie aan ondernemingen wordt conform artikel 14 van de Verordening met betrekking tot niet-productieve investeringen verstrekt, ten behoeve van steun voor kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (kmo's) die actief zijn in de primaire landbouwproductie, de verwerking van landbouwproducten en afzet van landbouwproducten.
Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 2 april 2024.
Voorzitter drs. A.A.M. Brok
Secretaris drs. ing. J.J. Algra
Bijlage 1 Kenmerken weidevogelgrasland
Weidevogelgrasland heeft de volgende kenmerken:
Al decennia gaat het niet goed met de weidevogel. De populaties - van vooral de grutto’s, kieviten en scholeksters - nemen even geleidelijk als zorgwekkend af als gevolg van onder meer verminderde biotoop, voedselbeschikbaarheid, predatie en kuikenoverleving. Ter indicatie: telde Fryslân in 1990 nog 30.000 broedparen van signaalsoort grutto, in 2020 waren dat er nog slechts 6700.
De achteruitgang is grotendeels het gevolg van menselijk ingrijpen in het leefgebied. Denk daarbij aan de oprukkende verstedelijking, opeenvolgende ruilverkavelingen, de intensivering van de landbouw en het verlagen van (grond)waterpeilen. Daarnaast speelt de toegenomen predatiedruk een even grote rol. Door het verlies van geschikt leefgebied, de afname in beschikbaarheid van voedsel voor kuikens en de toegenomen predatiedruk worden de voortplantings- en overlevingskansen van weidevogels steeds beperkter.
In de Nota weidevogels 2021 – 2030 heeft de provincie aangegeven in te willen zetten op het verbeteren van het weidevogelbiotoop. Biotoopverbetering is één van de speerpunten van deze nota om de populatietrends van de weidevogels te verbeteren. De doelen verschillen per deelgebied, waarbij we in het landelijk gebied inzetten op de bescherming van nesten en kuikens. In de weidevogelkerngebieden streven we naar aaneengesloten beheerde gebieden van 250 ha. In de weidevogelplusgebieden willen we aaneengesloten beheerde gebieden van 1000 ha, met 300 ha kruidenrijk grasland en hoogwaterpeil, realiseren.
Via het ANLb kunnen boeren subsidie ontvangen voor het weidevogelbeheer. Zij sluiten hiervoor overeenkomsten af met agrarische collectieven voor bepaalde beheerpakketten (bijvoorbeeld uitgesteld maaien, rustperiode 1 april tot 14 juni). ANLb is dus gericht op beheer en niet op fysieke (eenmalige) ingrepen in het leefgebied, daarvoor wordt deze “regeling biotoopverbetering weidevogelgraslanden” opgesteld.
Conform het afgesloten Natuurpact (2013) zijn de provincies volledig verantwoordelijk voor het weidevogelbeheer, zowel binnen als buiten Natuurnetwerk Nederland (voorheen EHS). Als provincie zetten we met deze regeling in op het verbeteren van het weidevogelbiotoop. Het niet inzetten op verbetering van het weidevogelbiotoop zorgt ervoor dat de achteruitgang van de weidevogels door gaat en het doel, minimaal 10.000 broedparen in Fryslân in 2030 en per soort een opwaartse trend van circa 30%, niet gehaald wordt.
Het doel van deze regeling is om boeren te stimuleren om hun percelen geschikt(er) te maken voor weidevogels. De provincie faciliteert via de agrarische collectieven met deze subsidie het optimaliseren van het weidevogelbiotoop. Denk hierbij aan maatregelen als het creëren van plasdrasgebieden, aanleggen van greppels, kruidenrijker maken van graslanden, maar ook het weghalen van verstoringsbronnen. Deze nieuwe regeling is het vervolg op de “Tijdelijke subsidieregeling weidevogelbeheer”. Met deze oude regeling zijn in diverse gebieden plasdrassen en greppels aangelegd alsmede de aanschaf van pompen op zonne-energie. Deze gebieden worden veelvuldig door weidevogels bezocht als foerageergebied maar ook als broedgebied. Naast de biotoopverbetering van weidevogels, zorgt deze nieuwe regeling ervoor dat het agrarisch gebied voor meerdere soorten geschikter wordt. Het gebied wordt namelijk natter, wat voor bepaalde insecten, reptielen, amfibieën en andere vogelsoorten ook mogelijkheden biedt.
Het college stelt middels een openstellingsbesluit vast hoeveel subsidie beschikbaar is en voor welke periode subsidieaanvragen kunnen worden ingediend. Via de bestaande agrarische collectieven (7 stuks) kunnen boeren en/of private natuurorganisaties/stichtingen die binnen het leefgebied open grasland vallen deze subsidie aanvragen. Zij dienen hiervoor eigenaar/gebruiker te zijn van landbouwgrond waarop de maatregelen plaatsvinden en in het gebied of aansluitend dienen weidevogels aanwezig te zijn. De subsidie is bedoeld voor éénmalige investeringen in landbouwgrond waar, door middel van éénmalige inrichtingsmaatregelen, de fysieke condities of kenmerken van desbetreffende landbouwgrond wijzigen ten behoeve van het weidevogelbiotoop. Deze dienen ter verbetering te zijn van de genoemde onderdelen in Bijlage 1 Kenmerken weidevogelgrasland. Het dienen nieuwe nog te realiseren maatregelen te zijn.
In dit artikel wordt aangegeven voor welk doel de subsidie kan worden aangevraagd. Het gaat hier om maatregelen gericht op het verbeteren van weidevogelbiotoop. Het zijn éénmalige inrichtingsmaatregelen, welke rechtstreeks de fysieke condities of kenmerken van percelen wijzigen. Het zijn dus maatregelen waarvoor spreekwoordelijk de schop de grond in moet gaan. Maatregelen voor het verbeteren van het weidevogelbiotoop zijn gericht op het creëren van voldoende foerageer-, broed- en opgroeigebieden of het vergroten van de openheid en rust. De inrichtingsmaatregelen dienen te leiden tot het verbeteren van tenminste één van de kenmerken genoemd in Bijlage 1 Kenmerken weidevogelgrasland.
Voor het aanvragen van de subsidie dient er een investeringsplan opgesteld te worden. In dit artikel zijn de onderdelen opgesomd waar het plan aan dient te voldoen. De gevraagde onderdelen zijn nodig om een goede beoordeling van de aanvraag te kunnen uitvoeren. Hierdoor wordt het duidelijk waarvoor subsidie wordt aangevraagd en wat hiervoor wordt geleverd. De subsidie is bedoeld voor het wijzigen van de fysieke condities of kenmerken van percelen. Deze maatregelen dienen voor een langere periode in stand te worden gehouden.
In dit artikel worden de belangrijkste voorwaarden om voor een investeringssubsidie in aanmerking te komen geformuleerd. Gedeputeerde Staten heeft in het Natuurbeheerplan Fryslân de Soortenlijst ANLb opgenomen en heeft daarin ook de leefgebieden begrensd voor die soorten. In de aanvraag dient te worden aangegeven waarvoor de maatregelen worden uitgevoerd en voor welke soorten. In de beoordeling wordt nagegaan in hoeverre de locatie en soorten overeenkomen met de soorten en leefgebieden uit het Natuurbeheerplan. Er wordt hierbij wel de ruimte gegeven om maatregelen net buiten het leefgebied uit te voeren. Het kan namelijk voorkomen dat bepaalde werken, zoals bijvoorbeeld stuwen, net iets verderop buiten het leefgebied geplaatst kunnen worden voor een betere werking.
In lid b. van dit artikel zijn specifieke criteria per doel aangegeven. Dit is gedaan om iets meer sturing te kunnen houden op de genoemde doelen en waar de subsidie voor ingezet kan worden. Voor het verbeteren van het weidevogelbiotoop wordt verwezen in Bijlage 1 Kenmerken weidevogelgrasland. De subsidie is bedoeld voor gebieden waar de kenmerken van weidevogelgrasland kunnen worden verbeterd. Dit zijn bijvoorbeeld kruidenrijke graslanden zonder greppels of met steile taluds. Door hier greppels te graven en taluds flauwer te maken worden de foerageermogelijkheden van de weidevogels verbeterd.
Om te voorkomen dat de eigenaar of erfpachter tegen een onwenselijke verrassing aanloopt en vordert dat het in oorspronkelijke staat terug wordt gebracht, is in lid c. opgenomen dat er een verklaring van geen bezwaar nodig is van de eigenaar of erfpachter.
Artikel 2.5 Subsidiabele en niet subsidiabele kosten
In dit artikel wordt aangegeven welke kosten subsidiabel zijn en welke niet. Hieronder volgt een toelichting per onderdeel:
maatregelen gericht op de wijziging van de waterhuishouding
Kosten gericht op waterhuishouding hebben direct verband met het verhogen van het waterpeil of het vernatten van het perceel. Hieronder vallen bijvoorbeeld kosten voor het aanleggen/verplaatsen van stuwen, peilscheidingen en dammen. Ook het aanleggen van nieuwe greppels valt onder dit onderdeel. Hierbij dient te worden aangesloten bij bestaande landschappelijke structuren zoals de al aanwezige greppels, oude slenken, waterlopen en laagtes. De kosten voor het afvoeren en storten van vrijkomende grond, puin of bagger is niet subsidiabel.
aanleggen van flauwe of natuurvriendelijke oevers
De kosten voor het aanleggen van flauwe of natuurvriendelijke oever welke worden vergoed betreffen het vergraven van het talud en inrichten van de oevers. Ook de kosten voor het inzaaien van de oever met gebiedseigen zaaizaad kan worden opgegeven als kosten. Hierbij dient te worden aangesloten bij bestaande landschappelijke structuren zoals de al aanwezige greppels, oude slenken, waterlopen en laagtes. De kosten voor het afvoeren en storten van vrijkomende grond, puin of bagger is niet subsidiabel.
kosten voor het vergroten van de openheid van het landschap
Onder de dit genoemd onderdeel vallen kosten die gemaakt worden voor het verwijderen van opgaande beplanting en ruigten. Hieronder vallen bijvoorbeeld opschot van wilgen en rietruigten. Deze zijn natuurlijke gevormd. Opslag/afgevoerde grond, takkenbulten etc. vallen niet onder dit onderdeel. Deze zijn namelijk door menselijk toedoen gevormd en worden daarom gezien als kosten voor het wegwerken van achterstallig onderhoud, deze kosten zijn als niet subsidiabel aangemerkt.
Onder de aanschaf van het raster vallen het type raster welke worden geplaatst ter voorkomingen van betreding van grondpredatoren in weidevogelgraslanden. Het kan hier om zowel permanent als tijdelijk raster gaan. Bij het aanvragen van dit onderdeel dient te worden aangetoond welk type raster zal worden aangeschaft en hoe deze worden geplaatst/onderhouden. De aanschaf van een raster voor het weren van gehouden dieren valt niet onder dit onderdeel. Het plaatsen en onderhouden van het raster valt niet onder dit onderdeel.
grondverzet voor zover noodzakelijk i.v.m. de kosten als genoemd onder b, c, en d van artikel 2.6;
De kosten voor werkzaamheden in kader van grondverzet kunnen worden vergoed. Deze dienen wel noodzakelijk te zijn in kader van ander genomen maatregelen. Het gaat hier om het graven, de herprofilering of het uitvlakken van grond. Hierbij dient te worden aangesloten bij bestaande landschappelijke structuren zoals de al aanwezige greppels, oude slenken, waterlopen en laagtes. De kosten voor het afvoeren en storten van vrijkomende grond, puin of bagger is niet subsidiabel. Grond dient zoveel als mogelijk binnen het project te worden verwerkt.
overige maatregelen voor zover noodzakelijk in verband met de desbetreffende investering voor zover noodzakelijk i.v.m. de kosten als genoemd onder b, c en d
Kosten welke gemaakt worden direct gelinkt kunnen worden aan een van de genomen maatregelen kunnen worden vergoed. Het dient hier wel te gaan om kosten waardoor de fysieke condities of kenmerken van het perceel worden gewijzigd.
Subsidie kan worden geweigerd wanneer deze ervoor zorgt dat er niet meer voldaan kan worden aan de subsidiecriteria voor het beheer. Bijvoorbeeld wanneer een perceel met beheerpakket uitgesteld maaidatum dusdanig peilverhoging ondervindt dat hierdoor een plasdras-situatie ontstaat. Daarnaast kan de subsidie worden geweigerd wanneer de genomen maatregelen onvoldoende bijdragen aan de verbetering van het weidevogelbiotoop. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn wanneer opgaande begroeiing maar voor een gedeelte wordt opgeruimd, het waterpeil maar met enkele centimeters wordt verhoogd, greppels alleen voor afwatering van hoge gronden worden aangelegd. Wanneer maatregelen ervoor zorgen dat cultuurlandschap en/of bestaande waardevolle landschappelijke structuren worden aangetast kan de subsidie ook worden geweigerd. Hiervan kan sprake zijn bij bijvoorbeeld het aanleggen/aanpassen van plasdras, greppels en het talud. In ieder geval is hiervan sprake bij aanpassing van oude greppelstructuren door nieuwe greppels. Hiervoor wordt getoetst aan de beschrijving van het cultuurlandschap in de Omgevingsvisie “De Romte Diele” en de structuurvisie “Grutsk op ‘e Romte”. Tevens dient er nog niet gestart te zijn met de uitvoering alvorens de aanvraag is ingediend.
Artikel 2.10 Subsidievaststelling
Op subsidieaanvragen vanaf € 25.000 wordt een voorschot van maximaal 80% verstrekt. Een eventueel resterend bedrag wordt voldaan nadat een verzoek tot vaststelling is ingediend.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2024-5145.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.