Het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht;
De Commissaris van de Koning van de provincie Utrecht;
Overwegende dat de Vereniging van Nederlandse Verkeersvliegers, Schiphol Nederland BV, Vereniging Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer en Landschap Noord-Holland, Land- en Tuinbouworganisatie Nederland, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer, de colleges van gedeputeerde staten van Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht het Convenant ‘reduceren risico vogelaanvaringen Schiphol 2020-2024’ zijn aangegaan;
Overwegende dat genoemd convenant op 31 maart 2024 eindigt en dat uit de vergadering van de Schiphol Regiegroep Vogelaanvaringen van 19 oktober 2023 is besproken dat de deelnemende partijen voornemens zijn het huidige convenant voort te zetten totdat een nieuw convenant tot stand is gekomen;
Overwegende dat de colleges van gedeputeerde staten en de commissaris van de Koning van de provincie Zuid-Holland en Utrecht ten aanzien van het huidige convenant de gedeputeerde faunabeheer en dierenwelzijn van de provincie Noord-Holland mandaat, volmacht en machtiging hebben verleend om namens hen het convenant aan te gaan en de daarbij behorende (rechts)handelingen te verrichten en het woord te voeren;
Overwegende dat de colleges van gedeputeerde staten en de commissaris van de Koning van de provincie Zuid-Holland en Utrecht voor het besluit tot verlenging van het huidige convenant en met betrekking tot het aangaan van een nieuw convenant, mandaat, volmacht en machtiging aan gedeputeerde faunabeheer en dierenwelzijn dienen te verlenen;
Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 176, tweede lid, van de Provinciewet;
Gelet op het instemmingsbesluit van de gedeputeerde faunabeheer en welzijn van de provincie Noord-Holland;
Besluiten: