ARTIKEL I
De Uitvoeringsregeling subsidie herbestemming, restauratie en verduurzaming monumenten Noord- Holland 2017 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 3 wordt gewijzigd en komt te luiden als volgt:
Artikel 3
Subsidie kan worden verstrekt voor:
- a.
de herbestemming van cultureel erfgoed, beschermd als rijksmonument dat in oorsprong niet is vervaardigd voor bewoning;
- b.
de restauratie, herbestemming of verduurzaming van cultureel erfgoed dat is beschermd als provinciaal monument
- c.
de restauratie, herbestemming of verduurzaming van cultureel erfgoed dat is beschermd als gemeentelijk monument en dat in oorsprong behoort tot het industrieel, religieus of agrarisch erfgoed van die gemeente.
- d.
de restauratie, herbestemming of verduurzaming van cultureel erfgoed dat door de desbetreffende gemeente is erkend als beeldbepalend of karakteristiek en dat in oorsprong behoort tot het agrarisch erfgoed van die gemeente.
B
Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
in het eerste lid wordt “€ 250.000,-“ vervangen door: € 350.000,-;
- 2.
het tweede lid komt te luiden: ‘2. de totaal te ontvangen subsidie bedraagt maximaal €350.000,-;’
- 3.
in het derde lid wordt “€ 1.000,000,- vervangen door: € 350.000,-;
- 4.
in het vierde lid wordt “€ 1.000,000,- vervangen door: € 350.000,-;
- 5.
in het vijfde lid wordt “€ 1.000,000,- vervangen door: € 350.000,-.
C
Artikel 9 komt te luiden:
Artikel 9
Gedeputeerde Staten stellen een subsidieplafond vast en de periode waarbinnen aanvragen om subsidie kunnen worden ingediend.
D
Artikel 10 komt te luiden:
Artikel 10
Gedeputeerde Staten beslissen binnen 16 weken na ontvangst op de aanvraag om subsidie
E
De bijlage bij de uitvoeringsregeling wordt gewijzigd en komt te luiden:
Bijlage 1 - Duurzaamheidsadvies voor monumenten in Noord-Holland
De provincie wil leegstand en verval van specifiek erfgoed van provinciaal belang, zoals industrieel, agrarisch en religieus erfgoed, tegengaan. Met alleen restauratie en onderhoud is het niet altijd mogelijk om monumenten te behouden. Daarom zet de provincie in op het duurzaam gebruik van monumenten. Het verminderen van het energieverbruik van monumenten, levert een kostenvoordeel op wat de instandhouding van monumenten ten goede komt. Een duurzaamheidsadvies geeft inzicht in het energieverbruik en de mogelijkheden om het verbruik te verlagen. Hier is van belang dat een zorgvuldige afweging wordt gemaakt tussen het behoud van monumentale waarden en energiebesparing. Hieronder omschrijven wij de minimale eisen van een duurzaamheidsadvies.
Eisen duurzaamheidsadvies
Een duurzaamheidsadvies dient te voldoen aan de richtlijnen die voortvloeien uit de URL2001, Bijlage 2 van de stichting ERM (Erkende Restauratiekwaliteit Monumentenzorg). Rekening houdend met deze richtlijnen, dient het duurzaamheidsadvies te voldoen aan de vereisten van niveau 2 of niveau 3:
Niveau 2 (Haalbaarheidsonderzoek - verdiepend onderzoek)
Niveau 2 geeft een verdiepend onderzoek naar de huidige situatie en kansen voor energiebesparing en energieopwekking - rekening houdend met de monumentale waarden en gebouwgebruik - met opgave van een indicatie van de energieverbruiksbesparing en investeringskosten. Ten opzichte van een globaal verkennend onderzoek (niveau 1) gaat het hier om een gedetailleerder beeld van het object, indicatief inzicht in energiebesparing (in absolute zin) en investering. Het resultaat is een indicatieve businesscase voor energetische verduurzaming van het monument aansluitend bij de specifieke monumentale waarden.
(Voor meer informatie, zie Bijlage 2 URL2001 - Hoofdstuk 2.2 blz. 47-48).
Niveau 3 (Maatwerkadvies - gericht onderzoek)
Niveau 3 geeft een gericht onderzoek naar de huidige situatie en specifieke maatregelen voor energiebesparing en energieopwekking - rekening houdend met de monumentale waarden en gebouwgebruik- met opgave van een berekening van de energieverbruiksbesparing en een gedetailleerde financiële analyse. Ten opzichte van een verdiepend onderzoek (niveau 2) gaat het hier om specifieke maatregelen - geselecteerd op basis van eerder onderzoek -, berekening van energiebesparing en investering, bepaling van bouwkundige, bouwfysische en technische consequenties. Het resultaat is een gedetailleerde businesscase voor verduurzaming van het monument aansluitend bij de specifieke monumentale waarden.
(Voor meer informatie zie, Bijlage 2 URL2001, Hoofdstuk 2.3 blz. 48-49).