Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân van 12 maart 2024 tot wijziging van de Subsidieregeling Ondersteuning Europese projectontwikkeling Fryslân

Gedeputeerde Staten van Fryslân,

 

gelet op artikel 1.3, vierde lid van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013

 

besluiten

 

de Subsidieregeling Ondersteuning Europese projectontwikkeling Fryslân te wijzigen als volgt:

Artikel I  

 

A.

Artikel 1, onder h., komt te luiden als volgt:

 

  • h.

    Reguliere de-minimisverordening: verorden (EU) Nr. 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van Europese Unie op de-minimissteun;

B.

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Artikel 3, derde lid, komt te luiden als volgt:

    • 3.

      Netwerkontwikkeling: opstellen van een projectplan over hoe een Europees netwerk kan worden opgebouwd en onderhouden rondom Friese partners die Europees toonaangevend kunnen worden of blijven. Daarnaast realisatie van het Europees netwerk waarmee één of meer Europees onderscheidende samenwerkingsprojecten worden verwezenlijkt die leiden tot een Europese subsidieaanvraag.

  • 2.

    Artikel 3, vierde lid, komt te luiden als volgt:

    • 4.

      Flagship projecten: het inzetten van extern deskundige projectleiding, die een internationaal consortium samenstelt en een projectplan ontwikkelt voor een Europees onderscheidend project, waarvan de totale begrote kosten minimaal € 1 miljoen bedragen. De extern deskundige projectleiding kan beschikken over een werkbudget om een projectplan te laten schrijven, netwerken te benaderen en een consortium op te bouwen. Deze inzet leidt tot een Europese subsidieaanvraag die eligible is verklaard.

  • 3.

    Na artikel 3, vierde lid, wordt een lid toegevoegd, dat als volgt luidt:

    • 5.

      Indien een aanvraag voldoet aan de in artikel 7, tweede lid, genoemd criterium, blijft de vereiste van extern voor een deskundige, zoals genoemd in het eerste, tweede en vierde lid, achterwege.

C.

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Onder vernummering van artikel 7, tweede lid, naar artikel 7, derde lid wordt na artikel 7, eerste lid, een nieuw lid toegevoegd dat als volgt luidt:

    • 2.

      De programmanager, respectievelijk de beoordelingscommissie van Europa Pact Fryslân kan afwijken van het in het eerste lid, onder d, genoemde toetsingscriterium, voor zover het gaat om een externe persoon, indien uit de aanvraag onder opgave van aantal beoogde uren met uurtarief genoegzaam de kwalificatie van de deskundige blijkt en daarmee de borging van de kwaliteit van de ondersteuning;

  • 2.

    Artikel 7, derde lid, komt te luiden als volgt:

    • 3.

      Dat een aanvraag voldoet aan de in lid 1 genoemde criteria, en indien van toepassing aan het in lid 2 genoemde criterium, blijkt uit het verplichte positief advies, zoals dat is genoemd in artikel 5, lid 3 of lid 4 van deze regeling.

D.

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    In artikel 8, tweede lid, onder d, wordt ‘projectleider’ vervangen door: ‘projectleiding’.

  • 2.

    Na artikel 8, tweede lid, wordt een nieuw lid toegevoegd dat als volgt luidt:

    • 3.

      Indien subsidie wordt aangevraagd voor een activiteit die deel uitmaakt van een EU-programma die meerdere indieningsfasen kent waarop aangevraagd kan worden, dan bedraagt het totale subsidiebedrag over die verschillende indieningsfasen niet meer dan het in het tweede lid genoemde maximale bedrag voor de betreffende activiteit zoals genoemd in één van de onderdelen a tot en met d.

E.

Artikel 9, tweede lid, komt te luiden als volgt:

 

  • 2.

    In afwijking op artikel 1.10 eerste lid, onder h van de Asv 2013, zijn kosten waarvoor reeds verplichtingen zijn aangegaan voordat een aanvraag is ontvangen subsidiabel, mits de programmanager respectievelijk de beoordelingscommissie instemt met de startdatum van het project.

F.

Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Artikel 10, tweede lid, aanhef komt te luiden als volgt:

    • 2.

      De subsidie kan, onverminderd het overig bepaalde in artikel 2.7 van de Asv 2013, geweigerd worden indien:

  • 2.

    Artikel 10, tweede lid, onder c komt te luiden als volgt:

    • c.

      voor de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd reeds eerder een subsidie door de provincie Fryslân of een andere instantie is verstrekt, tenzij de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd deel uitmaakt van een EU-programma die meerdere indieningsfasen kent en nu in een nieuwe indieningsfase wordt aangevraagd.

G.

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Artikel 12, tweede lid, komt te luiden als volgt:

    • 2.

      Subsidies voor projectontwikkeling, zoals genoemd in artikel 3, tweede lid, worden ambtshalve vastgesteld na ontvangst van een activiteitenverslag en een eligible-verklaring binnen uiterlijk 12 weken na ontvangst van de eligible-verklaring, maar uiterlijk binnen één jaar na de realisatiedatum van het project waarop de Europese subsidieaanvraag dient te zijn ingediend.

    • 3.

      Artikel 12, vierde lid, komt te luiden als volgt:

    • 4.

      Subsidies voor flagship projecten, zoals genoemd in artikel 3 vierde lid, worden vastgesteld op basis van een verklaring inzake werkelijke kosten, zoals bedoeld in artikel 3.6 van de Asv 2013 en een eligible-verklaring. Binnen uiterlijk 12 weken na ontvangst van de eligible-verklaring, maar uiterlijk binnen één jaar na de realisatiedatum van het project waarop de Europese subsidieaanvraag dient te zijn ingediend, dient een aanvraag tot subsidievaststelling van de subsidie-ontvanger te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten.

H.

Artikel 13, vierde lid, komt te luiden als volgt:

 

  • 4.

    De aanvrager vult bij een aanvraag voor een subsidiabele activiteit, zoals genoemd in artikel 3, tweede of vierde lid, een de-minimisverklaring in om te bepalen of de subsidie met toepassing van de de-minimissteun kan worden verstrekt.

Artikel II  

 

De toelichting van de Subsidieregeling Ondersteuning Europese projectontwikkeling Fryslân wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Onder het kopje ‘Toelichting’ wordt een artikelsgewijze toelichting op artikel 1 ingevoegd, luidende:

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

Onder b wordt het begrip van een eligible aanvraag bepaald. Na indiening van een Europese subsidieaanvraag wordt door de Europese Unie een zogenaamde eligible-verklaring afgegeven. Dat betekent dat er een verklaring door de Europese Unie is afgegeven dat de ingediende Europese subsidieaanvraag voldoet aan de Europese indieningsvereisten. Aan een dergelijke verklaring wordt een letter of approval gelijkgesteld.

 

B.

De tekst in de toelichting van artikel 7 komt te luiden als volgt:

 

Artikel 7. Toetsingscriteria

Bij de toetsing of initiatieven als kansrijk worden beschouwd, wordt gekeken naar de volgende aspecten:

  • a.

    Betekenis voor de Friese collectieve ambitie voor het versterken van de brede welvaart.

  • b.

    Mate van aansluiting bij benutting en versterking van speerpunten voor ontwikkeling of behoud van de internationale concurrentiepositie.

  • c.

    Mate waarin het initiatief bijdraagt aan collectiviteit en cross-sectoraliteit.

  • d.

    Mate van aansluiting van het initiatief bij EU call / partner bij een EU netwerk.

  • e.

    Kans op EU subsidie en potentie van het netwerk voor EU projecten.

  • f.

    Mate van prestige en uitdaging van een specifieke EU call.

  • g.

    Potentie en inzet van de partner voor continuïteit van het initiatief en/of kapitalisering van projectresultaten.

  • h.

    Uitzicht op voldoende uitvoeringscapaciteit bij de initiatiefnemer indien het project vanuit een Europees programma zou worden gehonoreerd.

Bij de toetsing of een reële kosten worden gepresenteerd, kijkt EPF naar of offertes marktconforme tarieven bevatten en begrotingen bestaan uit kosten die in directe relatie staan tot de te realiseren activiteit.

 

Bij de toetsing of de ondersteuning deskundig is, beoordeelt EPF of de deskundige die wordt ingeschakeld om (een deel van) de gesubsidieerde activiteit in opdracht uit te voeren, op grond van opleiding en ervaring gekwalificeerd is. Daarvoor kan worden gekeken naar de ondernemingsactiviteiten van het bedrijf dat wordt ingehuurd en/of de aantoonbare kennis en ervaring van de persoon die de activiteit uitvoert. Uitgangspunt is dat de deskundige een externe persoon is. Hiervan kan onder toepassing van het tweede lid worden afgeweken, maar dan dient uit de aanvraag voldoende de kwalificatie van de deskundige te blijken en daarmee de borging van de kwaliteit van de ondersteuning. In het positief advies zoals bedoeld in het derde lid moet het afwijken van een externe deskundige blijken.

 

C.

De tekst in de toelichting van artikel 10 komt te luiden als volgt:

 

Artikel 10. Weigeringsgronden

Omdat deze regeling als doel heeft juist het doen van Europese subsidieaanvragen te stimuleren is in het eerste lid een afwijking op de weigeringsgrond uit de Asv 2013 opgenomen waarin staat dat aanvragen die betrekking hebben op het opstellen van een aanvraag worden geweigerd. In het tweede lid, onder d, wordt als weigeringsgrond genoemd dat de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd reeds volledig is uitgevoerd. Hiervan is sprake op het moment dat de eligible verklaring of een andere verklaring van de Europese Unie wordt ontvangen als reactie op de ingediende Europese subsidieaanvraag.

 

D.

Na de toelichting van artikel 11 wordt een artikelsgewijze toelichting op artikel 12 ingevoegd, luidende:

 

Artikel 12 Verantwoording van subsidies

De voor een projectcoach, zoals genoemd in artikel 3 lid 1, verstrekte subsidie wordt direct vastgesteld. Bij subsidiëring van projectontwikkeling, zoals genoemd in artikel 3 lid 2 en van flagship projecten, zoals genoemd in artikel 3 lid 4, wordt uiterlijk een jaar de tijd gegeven om na realisatiedatum van het project de verantwoordingstukken bij de provincie in te dienen. Daarmee wordt rekening gehouden met de lange behandeltermijn die de Europese Unie na ontvangst van de Europese subsidieaanvraag in acht neemt om een eligible-verklaring af te geven. Onder realisatiedatum van het project wordt verstaan het moment dat de subsidieaanvraag bij de Europese Unie wordt ingediend. Voor een subsidie voor netwerkontwikkeling, zoals genoemd in artikel 3 lid 4, wordt het vaststellingsverzoek uiterlijk binnen de in artikel 3.2 van de Asv 2013 genoemde termijn van 13 weken na realisatiedatum van het gesubsidieerd project ingediend.

 

E.

De tekst in de toelichting op artikel 13 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 13. Staatssteun

Bij subsidieverstrekking aan de in artikel 3, tweede lid genoemde projectontwikkeling of aan flagship projecten zoals genoemd in artikel 3, vierde lid, kan sprake zijn van staatssteun. Dit is afhankelijk van om welk EU-programma het gaat. Om te bepalen of de subsidie met toepassing van de-minimissteun kan worden verstrekt, wordt een aanvrager voor projectontwikkeling of flagship projecten als subsidiabele activiteit gevraagd een de-minimisverklaring in te vullen. Daarbij geldt dat het voordeel met toepassing van de-minimissteun nooit hoger mag zijn dan het voor de betreffende sector geldende de-minimisplafond, over een periode van drie belastingjaren per zelfstandige ondernemer.

Artikel III  

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 12 maart 2024,

Voorzitter drs. A.A.M. Brok

Secretaris drs. ing. J.J. Algra

Naar boven