Wijziging Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2022

Gedeputeerde Staten van Overijssel delen mee dat het Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2022 als volgt is gewijzigd:

Artikel I  

Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2022

 

2.8 Vitaliteit van dorpen en steden (stads- en dorpsarrangementen)

 

Artikel 2.8.2 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 2 komt als volgt te luiden:

  • 2.

    De activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, zijn de activiteiten die opgenomen zijn in het stads- of dorpsarrangement. Een stads-of dorpsarrangement (A) is een overzicht van de activiteiten en afspraken die in overleg met de gemeente, de provincie en andere organisaties in het centrum is opgesteld.

Paragraaf 2.9 komt als volgt te luiden:

2.9 Deltaplan Agrarisch Waterbeheer Overijssel 2024-2027

 

Artikel 2.9.1 Betekenis van begrippen

In dit artikel worden vaker voorkomende begrippen uitgelegd.

  • -

    Landbouworganisatie: organisatie in de agrarische sector, die zowel de economische als de sociale belangen van de ondernemers in de agrarische sector behartigt.

  • -

    Maatregelen: activiteiten en investeringen van landbouwondernemers zoals opgenomen in bijlage 1.

  • -

    Productieve investering: investering die leidt tot een stijging van de waarde, winst of omzet van de onderneming.

Artikel 2.9.2 Doel van de subsidieregeling

Met deze subsidieregeling wil de provincie samen met de Overijsselse waterschappen bijdragen aan de verbetering van de bodem- en de waterkwaliteit en de waterkwantiteit. Daarnaast wordt uitvoering gegeven aan de cofinancieringsafspraken die voor het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid gelden. (Bestuursovereenkomst cofinanciering NSP-GLB 2023-2027 provincie Overijssel, Overijsselse waterschappen en LTO Noord).

 

Artikel 2.9.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    De subsidie wordt verstrekt voor:

    • a.

      de uitvoering van maatregelen die in bijlage 1 zijn opgenomen. Ook maatregelen die niet in bijlage 1 zijn opgenomen, maar wel een vergelijkbaar resultaat hebben komen voor de subsidie in aanmerking maar alleen als sprake is van doorontwikkeling van bestaande technieken of nieuwe technieken (innovatie).

    • b.

      samenwerkingsproject waarbij een landbouworganisatie samenwerkt met deelnemende landbouwondernemingen, eigenaren van gronden met bestemming landbouw of loonwerkbedrijven voor de uitvoering van minimaal 25 maatregelen.

  • 2.

    De maatregelen voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      de maatregelen hebben een directe link met de landbouw en worden uitgevoerd op landbouwgrond binnen de grenzen van de provincie Overijssel;

    • b.

      de maatregelen dragen bij aan de realisatie van minimaal een van de volgende doelen:

      • 1.

        de doelen van de Kaderrichtlijn water;

        • -

          zoals opgenomen in de Omgevingsvisie Overijssel en de daaronder vallende factsheets van de waterlichamen;

        • -

          zoals vastgesteld per drinkwaterwinning in de gebiedsdossiers voor de drinkwaterwinningen in Overijssel;

      • 2.

        de vermindering van nitraat in grond- en oppervlaktewater conform de EU-Nitraatrichtlijn op basis van de KRW-factsheets voor grond- en oppervlaktewaterlichamen, en de daarin opgenomen toestandsbeoordeling die zijn opgenomen in de Omgevingsvisie Overijssel.

      • 3.

        de realisatie van de doelen van het programma Zoetwatervoorziening Oost-Nederland 2022-2027, zoals opgenomen in het werkprogramma 'Wel goed water vasthouden!';

      • 4.

        doelen van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer, zoals opgenomen in het Uitvoeringsprogramma Waterschap Drents Overijsselse Delta of Waterschap Vechtstromen. Deze zijn te vinden op Deltaplan Agrarisch Waterbeheer - Samen werken aan schoon en voldoende water en een gezonde bodem.

  • 3.

    Maatregelen die wettelijk verplicht zijn komen niet in aanmerking voor de subsidie. Artikel 1.2.1 lid 5 is van toepassing.

Artikel 2.9.4 Aanvrager

  • 1.

    De subsidie voor de uitvoering van de maatregelen kan aangevraagd worden door:

    • a.

      een landbouwonderneming;

    • b.

      eigenaren van gronden met bestemming landbouw;

    • c.

      loonwerkbedrijven.

  • 2.

    De subsidie voor een samenwerkingsproject zoals genoemd onder artikel 2.9.3 lid 1 sub b kan aangevraagd worden door een landbouworganisatie die aantoonbare kennis en ervaring heeft op het gebied van advies aan en ondersteuning van landbouwondernemers op het gebied van natuur-, milieu- of klimaatdoelen.

Artikel 2.9.5 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Voor de uitvoering van de maatregelen geldt dat de volgende kosten van derden die de landbouwonderneming maakt subsidiabel zijn:

    • a.

      de kosten voor aanleg, inrichting en installatie;

    • b.

      de kosten van de koop of huurkoop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa. Alleen investeringen in machines en apparatuur die voldoen aan bovenwettelijke doelstellingen zijn subsidiabel. Voor investeringen in combinatie met gangbare machines en apparatuur geldt dat alleen de additionele kosten ten opzichte van de basismachines om aan de bovenwettelijke doelstellingen te voldoen subsidiabel zijn;

    • c.

      de kosten van verwerving of ontwikkeling van computersoftware;

    • d.

      de kosten van adviseurs, architecten en ingenieurs;

  • 2.

    Arbeidskosten van de landbouwonderneming zijn niet subsidiabel. Artikel 1.2.6 is niet van toepassing.

  • 3.

    Voor de subsidie voor een samenwerkingsproject geldt dat:

    • a.

      de kosten genoemd in artikel 2.9.5 lid 1 subsidiabel zijn;

    • b.

      de advieskosten subsidiabel zijn;

    • c.

      de organisatiekosten subsidiabel zijn. De artikelen 1.2.5 tot en met 1.2.8 zijn van toepassing. Onder organisaties kosten vallen de kosten die noodzakelijk zijn voor de voorbereiding van het samenwerkingsproject (voorbereidingskosten), inclusief de afstemming met de deelnemers en de penvoerderskosten.

Artikel 2.9.6 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie voor de uitvoering van maatregelen is maximaal het percentage dat genoemd is in bijlage 1.

  • 2.

    De subsidie is maximaal € 12.500,- per maatregel. Een landbouwonderneming mag maximaal 1 keer subsidie ontvangen op basis van deze subsidieregeling.

  • 3.

    De subsidie voor een samenwerkingsproject zoals genoemd in artikel 2.9.3 lid 1 sub b is minimaal € 250.000,-.

  • 4.

    De subsidie voor de organisatiekosten bij een samenwerkingsproject is maximaal 15% van de totale subsidie. De subsidie voor de penvoerderskosten is maximaal 5% van de totale subsidie.

Artikel 2.9.7 Eigen bijdrage

Voor de uitvoering van de maatregelen zoals opgenomen onder artikel 2.9.3 lid 1 sub a, geldt dat de eigen bijdrage bestaat uit een geldbijdrage van de landbouwonderneming. De geldbijdrage mag van een andere overheid afkomstig zijn, als de percentages zoals genoemd onder artikel 2.9.13 niet worden overschreden.

 

Artikel 2.9.8 Subsidieaanvraag

  • 1.

    De aanvraag kan ingediend worden vanaf 2 december 2024 om 9.00 uur.

  • 2.

    De aanvrager maakt gebruik van het digitale aanvraagformulier Deltaplan Agrarisch Waterbeheer Overijssel 2024-2027.

  • 3.

    De aanvrager levert een begroting en een dekkingsplan in. Het is verplicht om het beschikbaar gestelde begrotingsformat te gebruiken.

  • 4.

    Als sprake is van een aanvraag voor een samenwerkingsproject dan levert de aanvrager aanvullend een plan in waarin is opgenomen:

    • a.

      hoeveel ondernemers deelnemen of naar verwachting deel zullen nemen;

    • b.

      welke maatregelen uitgevoerd zullen worden in welk waterschapsgebied;

    • c.

      de wijze waarop het advies aan de deelnemers wordt gegeven;

    • d.

      de wijze van selectie van en de samenwerking met de deelnemers.

Artikel 2.9.9 Beoordeling

Gedeputeerde Staten beoordelen samen met de betreffende waterschappen of voldaan wordt aan de voorwaarden zoals opgenomen in artikel 2.9.3.

 

Artikel 2.9.10 Beschikbaar budget voor de regeling

Het subsidieplafond geldt voor de jaren 2024 tot en met 2027.

Er geldt een deelplafond per waterschap gebied:

  • a.

    Waterschap Drents Overijsselse Delta;

  • b.

    Waterschap Vechtstromen.

Artikel 2.9.11 Voorwaarde

  • 1.

    De subsidie wordt verstrekt onder het voorbehoud dat Waterschap Drents Overijsselse Delta en Waterschap Vechtstromen de in het Bestuursovereenkomst cofinanciering NSP-GLB 2023-2027 provincie Overijssel, Overijsselse waterschappen & LTO, het toegezegde bedrag beschikbaar stellen aan de provincie.

Artikel 2.9.12 Aanvullende verplichtingen

  • 1.

    De subsidieontvanger is verplicht de activiteiten voor 31 december 2027 uitgevoerd te hebben.

  • 2.

    Als de subsidieontvanger een landbouworganisatie is, is de subsidieontvanger verplicht de subsidie voor de uitvoering van de maatregelen door te betalen aan de deelnemende landbouwonderneming(en).

Artikel 2.9.13 Staatssteun

  • 1.

    De subsidie voor de uitvoering van de maatregelen voldoet aan artikel 14 lid 3 punten e, f of g van de LVV.

  • 2.

    De totale overheidsbijdrage is bij productieve investeringen maximaal 80% van de subsidiabele kosten.

  • 3.

    De subsidie voor het opstellen van een bedrijfswaterplan is geen staatssteun als de subsidie verleend kan worden onder de De-minimisverordening Landbouw. Artikel 1.2.10 lid 4 is van toepassing.

  • 4.

    Bij een samenwerkingsproject voldoet het advies verstrekt aan de deelnemers aan artikel 21 van de LVV.

  • 5.

    Bij een samenwerkingsproject leveren de subsidie voor de voorbereidingswerkzaamheden geen staatssteun op. De overige activiteiten van de penvoerder leveren geen staatssteun op als de subsidie verleend kan worden onder de Algemene De-minimisverordening.

Artikel 2.9.14 Looptijd

Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2027 om 17.00 uur.

 

Bijlage 1: Maatregelen DAW 2024-2027

 

BOOT-lijst: maatregelentabel opgesteld door het Bestuurlijk Overleg Openteelten en Veehouderij.

 

Maatregel (volgens nummering BOOT-lijst)

Heeft relatie met BOOT-lijst versie 2022, maatregel nr:

Productief?

Maximale subsidie

a. Opstellen (gebiedsgericht) bedrijfswaterplan of bedrijfs(afval)waterscan: erfafspoeling, waterkwantiteit (droog, nat) en/of waterkwaliteit mogelijk in combinatie met milieupuntensysteem, inclusief (gebiedsgerichte) bedrijfsstimuleringsplannen voor klimaatadaptatie, en bodembedrijfswaterplannen.

BOOTlijst maatregel 6

ja

80% en maximaal 2.000,- per deelnemende landbouwonderneming

c. Gebruik beslissingsondersteunende systemen voor het toepassen van gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen.

BOOT-lijst maatregel 8

ja

40%

f. Meteo en grondwater gestuurd bemesten (managementsysteem).

BOOT-lijst maatregel 8

ja

40%

e. Gebruik van beslissingsondersteunende systemen op basis van bodemonderzoek aangevuld met beschikbare meetresultaten.

BOOT-lijst maatregel 8

ja

40%

j. Gerichte bemesting via druppelsystemen en dergelijke.

BOOT-lijst maatregel 64

ja

40%

g. (Gebiedsgericht) zuivering van drainagewater (stikstof/fosfor, in sloot/slootkant/bodem).

BOOT-lijst maatregel 69/84

ja

40%

h. Aanleg en beheer infiltratiegreppel (afspoeling tegengaan).

BOOT-lijst maatregel 75

ja

40%

m. Koppeling drainage met zuivering (bijvoorbeeld ijzerzand voorziening).

BOOT-lijst maatregel 69

ja

40%

n. Mechanische onkruidbestrijding.

BOOT-lijst maatregel 33

ja

40%

q. Spuittechnieken die drift boven de wettelijke norm vergaand reduceren zoals bijvoorbeeld wingsprayer en luchtondersteuning.

BOOT-lijst maatregel 36

ja

40%

t. Toepassen precisiebemesting (GPS, taakkaarten, rijenbemesting en dergelijke).

BOOT-lijst maatregel 66

ja

40%

u. Toepassen rijenbemesting dierlijke mest bij gewassen die in rijen worden geteeld.

BOOT-lijst maatregel 66

ja

40%

w. Gebruik van sensor gestuurde of andere voorzieningen voor selectieve en/of gerichte spuitapparatuur.

BOOT-lijst maatregel 36

ja

40%

ggg. Het toepassen van groenbemesters na aardappelteelten in grondwaterbeschermingsgebieden zonder gebruik van chemische middelen.

BOOT-lijst maatregel 32

ja

40%

l. Herinrichting erf en aanleg opvangvoorziening voor tegengaan erfafspoeling.

BOOT-lijst maatregel 4

ja

40%

v. Zuiveringssystemen voor afvalwater voor verwijdering van nutriënten en/of gewasbeschermingsmiddelen (bijvoorbeeld voor reiniging spuitapparatuur).

BOOT-lijst maatregel 27

ja

40%

y. Aanleg en beheer droge bufferstroken (breder dan wettelijk voorgeschreven/mest- en spuitvrij) langs water.

BOOT-lijst maatregel 81/38

ja

40%

z. Aanleg en beheer helofytenfilters in nabijheid watergang.

BOOT-lijst maatregel 83

ja

40%

i. Afvoer nitraatrijke en/of fosforrijke groenresten direct na oogst en stimulering compostering daarvan (gericht op compostering of milieuverliezen).

BOOT-lijst maatregel 26

ja

40%

o. Nuttig toepassen op bedrijf van sloot- en bermmaaisel.

BOOT-lijst maatregel 26/50

ja

40%

p. Organische stofgehalte verhogen door toepassen stikstofarme en/of fosforarme gewasresten niet zijnde mest (onder andere compost, bokashi of andere OS verhogende bronnen); Bokashi kan alleen op eigen gronden worden toegepast en dient afkomstig te zijn van eigen organische reststromen.

BOOT-lijst maatregel 26

ja

40%

pp. Toepassen niet-kerende bodembewerking.

BOOT-lijst maatregel 18

ja

40%

qq. Opheffen van storende/verdichte bodemlagen, echter beperkt tot kunstmatig verdichte lagen, Het opheffen van keileemlagen en natuurlijke profielen is niet toegestaan. Dit dient vooraf getoetst te worden aan de Provinciale Omgevingsverordening.

BOOT-lijst maatregel 26

ja

40%

ss. Vaste rijpaden op perceel.

BOOT-lijst maatregel 15

ja

40%

vv. Verbeteren bodemstructuur.

BOOT-lijst maatregel 26

ja

40%

fff. Robotisering teneinde bodemverdichting te voorkomen zoals geautomatiseerde mechanische onkruidverwijdering.

BOOT-lijst maatregel

ja

40%

b. Gebruik beslissingsondersteunende systemen beregening.

BOOT-lijst maatregel 8

ja

40%

aa. Aanleg en beheer natuurvriendelijke oevers en/of waterbergingsoever.

BOOT-lijst maatregel 82

ja

40%

bb. Aanleg natte bufferstroken.

BOOT-lijst maatregel 81

ja

40%

cc. Aanleg regelbare/peil gestuurde drainage eventueel in combinatie met klimaat adaptieve regelbare drainage.

BOOT-lijst maatregel 71

ja

40%

dd. Beschikbaar stellen van landbouwgrond voor bovenwettelijke waterberging op perceel.

BOOT-lijst maatregel 77

ja

40%

ee. Egaliseren lokale en geïsoleerde laagtes in percelen (natte delen opheffen). Dit dient vooraf getoetst te worden aan de Provinciale Omgevingsverordening in verband met landschappelijke, aardkundige, archeologische en cultuurhistorische waarden.

BOOT-lijst maatregel 23

ja

40%

ff. Gerichte watergeefsystemen bijvoorbeeld druppelirrigatie, ondergrondse druppelirrigatie.

BOOT-lijst maatregel 72

ja

40%

gg. Inrichtingskosten voor het gebruik van (rest)water van derden dat anders via het oppervlaktewatersysteem wordt afgevoerd.

BOOT-lijst maatregel 78

ja

40%

hh. Investeringen in voorzieningen zodat drainagewater niet wegstroomt maar opnieuw benut wordt binnen eigen bedrijf of door omliggende bedrijven.

BOOT-lijst maatregel 69

ja

40%

ii. Investeringen met betrekking tot infiltratie via onderwaterdrainage of subirrigatie (bijvoorbeeld veenweidegebied).

BOOT-lijst maatregel 71

ja

40%

jj. Investeringen ten behoeve van opslag van hemelwater in een bassin, vijver en/of plas dat op eigen terrein ligt of in samenspraak met de betreffende grondeigenaar.

BOOT-lijst maatregel 70

ja

40%

kk. Kunstmatige infiltratie of vasthouden van gebiedseigen wateroverschotten ter aanvulling van het grondwater.

BOOT-lijst maatregel 76

ja

40%

ll. Maatregelen met als doel minder waterafvoer ten behoeve van erosiepreventie.

BOOT-lijst maatregel 20

ja

40%

mm. Ondiepe drainage op bijvoorbeeld 0,8 m onder maaiveld.

BOOT-lijst maatregel 74

ja

40%

nn. Peil opzetten.

BOOT-lijst maatregel 68

ja

40%

oo. Plaatsen stuwtjes en andere maatregelen om water langer vast te houden in detailwaterlopen (door het plaatsen van (LOP-)stuwen of het verhogen of verkleinen van bestaande duikers of deze volledig te dempen, sloten dempen sloten verondiepen of afdammen, greppels afsluitbaar maken).

BOOT-lijst maatregel 68

ja

40%

rr. Uitplaatsen van beregeningsputten uit bufferzones rondom natuurgebieden.

ja

40%

t. Beperken of sturen oppervlakkige afstroming.

BOOT-lijst maatregel 16

ja

40%

uu. Aanbrengen verholen goten regenwater.

ja

40%

ww. Water (lokaal) opvangen en opslaan als voorraad voor droge perioden en opvangen van piekafvoeren (bijvoorbeeld bassins).

BOOT-lijst maatregel 70

ja

40%

xx. Besparen drinkwater.

ja

40%

yy. Hergebruik water.

BOOT-lijst maatregel 69

ja

40%

zz. Hergebruik regenwater.

BOOT-lijst maatregel 69

ja

40%

aaa. Hergebruik proceswater.

BOOT-lijst maatregel 78

ja

40%

bbb. Hergebruik RWZI-effluent.

BOOT-lijst maatregel 78

ja

40%

ccc. Grondgebruik aanpassen: functie veranderen in ruimte voor water.

BOOT-lijst maatregel 77

ja

40%

ddd. Grondgebruik permanent aanpassen gericht op vergroten waterbeschikbaarheid: naaldbos omzetten in heide of loofbos.

ja

40%

fff. Robotisering teneinde bodemverdichting te voorkomen zoals geautomatiseerde mechanische onkruidverwijdering.

BOOT-lijst maatregel 19

ja

40%

 

4.20 Uitvoering ontwikkelopgave Natura 2000

 

Artikel 4.20.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 2, onderdeel b: ‘1.2.3’ wordt vervangen door: 1.2.8 onderdeel a

 

Artikel 4.20.5 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 1 onderdeel d komt als volgt te luiden:

  • d.

    in geval van meerjarige activiteiten en als er geen sprake is van een IKT: indexering van de loonkosten op basis van de European Harmonised Price Index;

Een nieuw onderdeel e wordt toegevoegd dat luidt:

  • e.

    als er sprake is van een IKT: het werkelijke IKT dat is goedgekeurd door provincie Overijssel;

Een nieuw lid f wordt toegevoegd dat luidt:

  • f.

    de artikelen 1.2.5 tot en met 1.2.8 zijn niet van toepassing.

Lid 3 onderdeel d komt als volgt te luiden:

  • d.

    kosten voor de aanschaf van machines, behalve als de machines noodzakelijk zijn voor het treffen van Natura 2000-maatregelen;

Artikel 4.20.7 Subsidieaanvraag

Achter lid 3 wordt een zin toegevoegd: Als een IKT wordt gehanteerd wordt een verwacht IKT begroot voor de jaren die de subsidieperiode omvatten. Voor deze prognose kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van de European Harmonised Price Index.

 

Artikel 4.20.10 Vaststelling

Een nieuw lid 3 wordt toegevoegd dat luidt:

  • 3.

    Als de aanvrager een IKT hanteert wordt de subsidie vastgesteld op basis van het werkelijke IKT over de subsidieperiode. Dit kan, in afwijking van artikel 1.2.20 lid 5, betekenen dat de subsidie hoger wordt vastgesteld.

Artikel 4.20.11 Staatssteun

Lid 2 komt als volgt te luiden:

  • 2.

    Het realiseren van een gebiedsplan door het realiseren van interne maatregelen, inclusief het gebruik en het beheer ervan, voldoet aan artikel 53 AGVV. Natura 2000 gebieden zijn door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen als beschermd natuurgebied, waarin een gunstige staat van instandhouding van habitats en soorten moet worden behouden. Om die reden worden N2000-gebieden door ons als natuurerfgoed bestempeld. De subsidie zien wij als investeringssteun. Als uit de winst- en verliesrekening blijkt dat er sprake is van een onredelijke exploitatiewinst op de investering, dan wordt de onredelijke exploitatiewinst in mindering gebracht op de subsidiabele kosten. Dit kan betekenen dat de subsidie dan lager wordt vastgesteld.

4.24 Proefproject belonen duurzame landbouwers Overijssel 2025-2028

 

Artikel 4.24.7 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 2 komt als volgt te luiden:

  • 2.

    Voor de projectkosten van de aanvrager zijn de artikelen 1.2.5 tot en met 1.2.9 van toepassing. De projectkosten bestaan uit kosten die gepaard gaan met de samenwerking en advieskosten die verband houden met de ecologische prestaties van de deelnemers.

Artikel 4.24.12 Staatssteun

Lid 2 komt als volgt te luiden:

  • 2.

    De subsidie voor de kosten die gepaard gaan met de samenwerking voldoet aan hoofdstuk 1 en artikel 32 van de LVV.

Lid 3 wordt toegevoegd:

  • 3.

    De subsidie voor de advieskosten die gepaard gaan met de ecologische prestatie van de deelnemers voldoet aan hoofdstuk 1 en artikel 22 lid 4 van de LVV.

4.25 Transitievergoeding nieuwe teelten Overijssel

 

Artikel 4.25.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 2 sub e: in de tweede zin wordt ‘eiwitgewassen’ vervangen door: gewassen

 

Artikel 4.25.10 Aanvullende verplichtingen

Sub a komt als volgt te luiden:

  • a.

    voor minimaal 5 aaneengesloten jaren, vanaf 2025, nieuwe gewassen te telen. Deze verplichting vervalt als na het eerste jaar blijkt dat de bodem en wateromstandigheden voor het gewas dermate ongunstig zijn waardoor deze teelt voor deze landbouwondernemer niet uitvoerbaar is, of wanneer de oogst 2 jaar mislukt is, bijvoorbeeld door extreme weersomstandigheden.

Bijlage 1: Nieuwe teelten Overijssel

De tekst van rij 11 wordt Eiwitgewassen vervangen door: Eiwitgewassen inclusief mengteelten met onderstaande gewassen:

 

4.29 Omschakeling naar biologische melkveehouderijen

 

Artikel 4.29.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 3: in de eerste zin wordt na ‘Overijssel’ toegevoegd: op percelen die gelegen zijn in de provincie Overijssel.

Lid 5: vervallen

Lid 6: in de eerste zin wordt na ‘Er is’ toegevoegd: voor de betreffende percelen. In de tweede zin wordt na ‘aanvrager’ toegevoegd: voor de betreffende percelen.

 

Artikel 4.29.12 komt als volgt te luiden:

Artikel 4.29.12 Staatssteun

  • 1.

    De subsidie voldoet aan hoofdstuk 1 en artikel 35 van de LVV. Op basis van artikel 35 LVV lid 11 is de steun van alle overheden samen per hectare maximaal € 450,-.

  • 2.

    Voor deze activiteit mag geen steun gegeven zijn door een andere overheid, met uitzondering van steun op grond van de eco-regeling van maximaal € 200,- per jaar per hectare areaal.

4.31 Stimuleren agroforestry

 

Artikel 4.31.1 Betekenis van de begrippen

Het begrip ‘Kaart’ komt als volgt te luiden:

Kaart: kaart met indicaties van weidevogelgebieden en essenlandschap. De kaart is te vinden op https://overijssel.tercera-ro.nl/Mapviewer/default.aspx?sh=46fe56c7

 

Artikel 4.31.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

De eerste zin van lid 1 komt als volgt te luiden: De subsidie wordt verleend voor agroforestry als bedoeld in artikel 4.31.1 en concreet voor:

 

In lid 2 onderdeel f sub 1 wordt voor het woord ‘of’ ingevoegd: en/

In lid 2 onderdeel f sub 2 wordt voor het woord ‘of’ ingevoegd: en/

 

Artikel 4.31.6 Hoogte van de subsidie

Aan het eind van de tekst van lid 3 wordt toegevoegd: per jaar.

 

4.32 Sociaaleconomisch perspectief buitengebied

 

Artikel 4.32.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

De eerste zin van lid 2 komt als volgt te luiden: De subsidie wordt verleend voor één van de volgende activiteiten:

 

Artikel 4.32.6 Hoogte van de subsidie

De tekst van dit artikel komt als volgt te luiden:

  • 1.

    De subsidie is maximaal 90% van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen;

  • 2.

    De subsidie voor de activiteit a is maximaal € 20.000,-;

  • 3.

    De subsidie voor activiteit b, c of d is maximaal € 50.000,-.

Artikel 4.32.10 komt als volg te luiden:

Artikel 4.32.10 Staatssteun

Als sprake is van staatssteun, dan voldoet de subsidie aan de Algemene De-minimisverordening of de De-minimisverordening Landbouw. Artikel 1.2.10 lid 4 is van toepassing.

 

4.33 Natuur voor Elkaar- inwonersinitiatieven

 

Artikel 4.33.8 Prétoets en vaststellen arrangement

Lid 2: ‘natuurensamenleving@overijssel.nl’ wordt vervangen door: subsidienatuurvoorelkaar@overijssel.nl

 

6.14 Regio Deal Twente 2023-2028

 

Artikel 6.14.14 Staatssteun

Lid 3: na AGVV wordt toegevoegd ‘of LVV’

 

6.15 Ons toeristisch Mkb: groen, digitaal en toegankelijk

 

Artikel 6.15.2 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 1 sub a: na ‘energiemaatregelen’ wordt toegevoegd: en het opstellen van een energieonderzoek

Lid 1 sub b: na ‘vergroeningsactiviteiten’ wordt toegevoegd: en het opstellen van een inrichtingsplan;

 

Artikel 6.15.5 Hoogte van de subsidie

Lid 2 komt als volgt te luiden:

  • 2.

    De subsidie voor vergroeningsactiviteiten is minimaal € 5.000,- en maximaal € 10.000,- per aanvraag, waarvan maximaal € 500,- voor het opgestelde inrichtingsplan.

  • 3.

    De subsidie voor de overige activiteiten is minimaal € 10.000,- en maximaal € 15.000,- per aanvraag, waarvan maximaal € 500,- voor het opgestelde energieonderzoek als sprake is van een aanvraag voor energiemaatregelen.

Artikel 6.15.7 Subsidieaanvraag

Lid 6 wordt toegevoegd:

  • 6.

    Als sprake is van energiemaatregelen het energieonderzoek.

6.18 Regio Deal Regio Zwolle 2024-2028

 

Artikel 6.18.4 Aanvrager

Na ‘NV’ wordt toegevoegd: een samenwerkingsverband van hiervoor genoemde partijen.

 

7.5 Overijssel in beweging

 

Artikel 7.5.11 Looptijd

‘30 november’ wordt vervangen door: 31 december

 

7.6 Startversneller ondernemers in de culturele sector

 

Artikel 7.6.12 Looptijd

‘28 februari 2025’ wordt vervangen door: 31 december 2024

 

7.10 Vernieuwing sociale kwaliteit

 

Artikel 7.10.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 1 onderdeel e komt als volgt te luiden:

  • e.

    Versterken van vrijwilligerswerk door een bovenlokale aanpak of onderzoek binnen één beleidsthema. Het kan bijvoorbeeld gaan om bovenlokale deskundigheidsbevordering en/of samenwerking binnen het thema sport.

Een nieuw onderdeel f wordt toegevoegd dat luidt:

  • f.

    Versterken van vrijwilligerswerk door een bovenlokale aanpak en/of onderzoek over meerdere beleidsthema’s heen.

Lid 2 onderdeel f komt als volgt te luiden:

  • a.

    de activiteiten scoren minimaal 35 punten op basis van Puntentabel 1. Deze voorwaarde geldt niet voor de activiteit ‘Versterken van vrijwilligerswerk door een bovenlokale aanpak of onderzoek over meerdere beleidsthema’s heen’;

Een lid 3 wordt toegevoegd dat luidt:

  • 3.

    De activiteit ‘Versterken van vrijwilligerswerk door een bovenlokale aanpak of onderzoek over meerdere beleidsthema’s’ voldoet aan de volgende aanvullende voorwaarden:

    • a.

      de aanvrager werkt actief samen met minimaal één andere organisatie die zich bezighoudt met vrijwilligersbeleid op een ander beleidsthema. Bijvoorbeeld een natuurorganisatie werkt samen met een culturele organisatie. De beleidsthema’s waarin veel vrijwilligers werkzaam zijn, zijn sociale kwaliteit, natuur en landschap, mobiliteit, cultuur en erfgoed;

    • b.

      het onderzoek of de aanpak waarvoor subsidie wordt gevraagd is toepasbaar op de brede vraagstukken op het gebied van vrijwilligerswerk, ongeacht het beleidsthema waarop de vrijwilligers actief zijn;

    • c.

      de aanvraag is voorafgaand aan het indienen afgestemd met een provinciale medewerker vrijwilligersbeleid.

Het huidige lid 3 wordt omgenummerd naar 4.

 

Artikel 7.10.9 Beschikbaar budget voor de regeling

Achter de zin wordt toegevoegd: Er geldt een deelplafond voor de jaren 2024 en 2025 voor de activiteit ‘Versterken van vrijwilligerswerk door een bovenlokale aanpak of onderzoek over meerdere beleidsthema’s heen’

 

7.22 Planvorming, uitwerking en analyses leefbaar platteland

 

Artikel 7.22.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 2 onderdeel c: ‘,en’ wordt vervangen door: en/of

 

7.23 Kader cultuur en erfgoed 2025-2028

 

Artikel 7.23.10 Tussenrapportage

De tekst van dit artikel komt als volgt te luiden: De tussenrapportage bevat ook de cumulatieve winst- en verliesrekening over het voorgaande jaar of de voorgaande jaren. Dit is een aanvulling op artikel 1.3.4.

 

Tabel 1

 

Onderaan onderdeel B: Fonds Podiumkunsten wordt toegevoegd een rij met de volgende inhoud:

Stichting Britten voor jong Muziektalent

€ 200.000,-

€ 50.000,-

€ 50.000,-

€ 50.000,-

€ 50.000,-

 

De inhoud van de laatste rij van de tabel komt als volgt te luiden:

Totaal

€ 38.040.259,40

€ 9.510.064,85

€ 9.510.064,85

€ 9.510.064,85

€ 9.510.064,85

 

7.24 Cultuureducatie Overijssel 2025-2028

 

Artikel 7.24.8 Subsidieaanvraag

‘28 december 2024’ wordt vervangen door: 1 mei 2025

 

Artikel 7.24.3 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Lid 2 onderdeel g komt als volgt te luiden: in het cultuureducatieprogramma is uitgewerkt hoe de activiteiten passen binnen de kerndoelen kunstzinnige oriëntatie en hoe wordt gewaarborgd dat de activiteiten worden opgenomen in het jaarprogramma van scholen of deelname van scholen vanuit Cultuureducatie met Kwaliteit;

 

Lid 2 onderdeel c komt als volgt te luiden: in het cultuureducatieprogramma is opgenomen hoe jaarlijks bezoek plaats vindt aan tenminste 1 cultureel aanbod (project, voorstelling, tentoonstelling) van de Overijsselse BIS of Rijks(fonds) ondersteunde instellingen die zijn opgenomen in subsidieregeling 7.23 Kader cultuur en erfgoed 2025-2028, artikel 7.23.3 onderdeel a of b;

 

7.25 Fysieke investeringen leefbaar platteland

 

Artikel 7.25.11 Beoordeling integriteit van de subsidieontvanger

Dit artikel komt te vervallen.

 

Artikel 7.25.12 Staatssteun

De tekst van dit artikel komt als volgt te luiden: Als sprake is van staatssteun, dan voldoet de subsidie aan de Algemene De-minimisverordening of de De-minimisverordening Landbouw.

Artikel II Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking 1 dag na publicatie in het provinciaal blad.

Gedeputeerde Staten van Overijssel

Naar boven