Nadere subsidieregels korte termijn maatregelen ten behoeve van waterveiligheid in Limburg 2024-2026

Gedeputeerde Staten van Limburg

maken ter voldoening aan het bepaalde in de Provinciewet en de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. bekend dat zij in hun vergadering van 12 november 2024 hebben vastgesteld:

NADERE SUBSIDIEREGELS KORTE TERMIJN MAATREGELEN TEN BEHOEVE VAN WATERVEILIGHEID IN LIMBURG 2024-2026

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Conditioneringsdossier: dossier waarin wordt verzameld: vergunningen, ontheffingen en vrijgaven van het werkterrein voor het project. Thema’s zijn o.a. archeologie, niet gesprongen explosieven, milieu hygiënisch onderzoek, Flora en fauna onderzoek/ontheffing, documenten ten aanzien van Omgevingswet (voor heen waren dit bouwvergunning, kapvergunning, etc.), oriëntatiemelding kabels en leidingen.

  • b.

    No-regret maatregel: een maatregel die een verbetering oplevert voor het robuust maken van het watersysteem zonder op andere plaatsen (boven- en/of benedenstrooms) in het watersysteem tot ongewenste neveneffecten te leiden (afwenteling).

  • c.

    Partners van het programma WRL: het Rijk, Waterschap Limburg en de Nederlands Limburgse gemeenten.

  • d.

    Project: een in tijd en ruimte afgebakend, samenhangend geheel van maatregelen ten behoeve van de waterveiligheid in Limburg met een duidelijk geformuleerd doel en eindresultaat.

  • e.

    Programma Waterveiligheid en Ruimte Limburg (WRL): het programma dat is vastgesteld door een samenwerkingsverband (niet zijnde een juridische entiteit) tussen het Rijk, Provincie Limburg, Waterschap Limburg en de 31 Limburgse gemeenten gericht op waterveiligheid en ruimtelijke inrichting in Limburg, opgericht om de Limburgse samenleving beter te beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering en wateroverlast (zie: www.wachtnietopwater.nl).

  • f.

    Robuust watersysteem: geheel van watergangen en hun stroomgebieden dat meer voorbereid is op opvangen en verwerken van hevige neerslag in kort tijdsbestek en daarmee het verlagen van de waterstand op de plekken waar overlast is geweest of kan ontstaan en/of het beter beschermen van deze locaties tegen hoge waterstanden.

  • g.

    Stroomgebied: een door waterscheidingen afgebakend gebied waarin neerslag verzameld tot een waterloop of beek die vervolgens zijn weg vindt naar de rivier de Maas en daar in uitmondt.

  • h.

    Systeemsolidariteit: de bereidheid om maatregelen te treffen op het eigen grondgebied en/of eigendom, om stroomafwaarts dan wel benedenstrooms bij te dragen aan lagere waterstanden en/of lager debiet in de watergang.

  • i.

    Verdrogingseffecten: effecten als gevolg waarvan de waterspiegel in het grondwater daalt ten opzichte van het "natuurlijke" niveau

  • j.

    Voorkeursontwerp: pakket van samenhangende maatregelen binnen een stroomgebiedsplan waarvoor een ontwerp wordt gemaakt. Op dit ontwerp worden varianten ontwikkeld. Uit de varianten wordt het beste ontwerp gekozen tot voorkeursontwerp voor een volledig stroomgebied.

  • k.

    Stroomgebiedsplan: een plan dat binnen het programma WRL wordt ontwikkeld. Het betreft een plan waar binnen een afgebakend gebied samenhangende maatregelen worden ontwikkeld die bijdragen aan het robuust maken van het watersysteem.

Artikel 2 Doelstelling/doel van de regeling

Het doel van deze Nadere subsidieregels is het stimuleren van projecten:

  • -

    die zijn gericht op het bijdragen aan een robuust watersysteem in de provincie Limburg;

  • -

    die op korte termijn zijn te realiseren; en

  • -

    die zijn te kwalificeren als no-regret maatregelen.

Artikel 3 Aanvrager

Subsidie op grond van deze Nadere subsidieregels kan worden aangevraagd door:

  • rechtspersonen, met uitzondering van de partners van het programma WRL ten aanzien van maatregelen die vallen onder hun reguliere beheer- of uitvoeringstaak;

  • maatschappen;

  • vennootschappen; en

  • particulieren.

Hoofdstuk 2 Criteria

Artikel 4 Algemene subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende algemene criteria:

  • 1.

    Het project is gericht op één of meerdere van de volgende no-regret maatregelen:

    • a)

      vasthouden van water door infiltratie in de bodem;

    • b)

      bergen natuurlijk: door natuur en landschap zo in te richten dat (tijdelijk) extra water wordt opgeslagen;

    • c)

      bergen technisch: water tijdelijk bergen in een civieltechnische constructie;

    • d)

      water beheerst afvoeren en/of afvoercapaciteit vergroten;

    • e)

      maatregelen ter bescherming van gebieden en/of objecten tegen water.

  • 2.

    No-regret maatregelen in bebouwd (stedelijk) gebied gericht op vasthouden van water door infiltratie in de bodem en technisch bergen (water tijdelijk bergen in een civieltechnische constructie), dienen ten minste 40 mm/m2 extra infiltratie en/of bergend vermogen op te leveren.

  • 3.

    De no-regret maatregel/maatregelen mag/mogen niet leiden tot verdrogingseffecten.

  • 4.

    Het project wordt uitgevoerd in de Nederlandse provincie Limburg.

  • 5.

    De no-regret maatregel/maatregelen waarvoor subsidie wordt aangevraagd draagt/dragen effectief bij aan het robuust maken van het watersysteem en systeemsolidariteit.

  • 6.

    De fysieke maatregel/maatregelen waarvoor subsidie wordt aangevraagd is/zijn op het moment van aanvragen van de subsidie nog niet in uitvoering.

  • 7.

    Het projectonderdeel waarvoor subsidie wordt aangevraagd is niet opgenomen in de begroting van het programma Water in Balans van Waterschap Limburg, het nationale Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) en/of de gemeentelijke rioleringsplannen (GRP) en geeft geen uitvoering aan projecten in het kader van Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie (DPRA) dan wel Deltaplan Hoge Zandgronden (DHZ). Projectonderdelen waar geen cofinanciering voor beschikbaar is kunnen wel voor subsidie in aanmerking komen.

  • 8.

    Er is nog geen voorkeursontwerp vastgesteld vanuit het stroomgebiedsplan voor het betreffende stroomgebied/regio waarbinnen de no-regret maatregel/maatregelen waarvoor subsidie wordt aangevraagd wordt/worden gerealiseerd.

Artikel 5 Verplichtingen subsidieontvanger

  • 1.

    Het project start uiterlijk binnen zes maanden na subsidieverstrekking, tenzij in de subsidiebeschikking een andere termijn is bepaald.

  • 2.

    Het project is afgerond binnen twee jaar na subsidieverstrekking.

  • 3.

    In geval van subsidieverstrekking vanaf € 50.000 dient een duurzame instandhouding van de projectresultaten gedurende een periode van 10 jaar te zijn gegarandeerd.

Artikel 6 Afwijzingsgronden

In aanvulling op artikel 17 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v., wordt de subsidieaanvraag afgewezen, indien:

  • a.

    het project niet aansluit bij de doelstelling van deze Nadere subsidieregels zoals gesteld in artikel 2;

  • b.

    de aanvraag niet is ingediend door een aanvrager zoals gesteld in artikel 3;

  • c.

    niet wordt voldaan aan de criteria zoals gesteld in artikel 4;

  • d.

    het te verstrekken subsidiebedrag kleiner is dan € 5.000,-;

  • e.

    de subsidieaanvraag betrekking heeft op activiteiten die gericht zijn op de continuïteit van een onderneming/instelling; en/of

  • f.

    de subsidieaanvraag is ontvangen buiten de periode zoals vermeld in artikel 11.

Hoofdstuk 3 Financiële aspecten

Artikel 7 Subsidieplafonds

  • 1.

    Gedeputeerde Staten stellen de subsidieplafonds van deze Nadere subsidieregels voor de tranches zoals gesteld in artikel 11 vast.

  • 2.

    De wijze van verdeling van de subsidieplafonds kunt u raadplegen op www.limburg.nl/subsidies > subsidieplafonds.

Artikel 8 Subsidiebedrag

  • 1.

    Subsidies kleiner dan € 5.000,- worden niet verstrekt.

  • 2.

    Het te verstrekken subsidiebedrag bedraagt maximaal € 500.000,- per aanvraag.

  • 3.

    Het te verstrekken subsidiebedrag bedraagt maximaal 85% van de subsidiabele kosten.

Artikel 9 Subsidiabele en niet-subsidiabele kosten

  • 1.

    De kosten die rechtstreeks zijn toe te rekenen aan de voorbereiding van en de daadwerkelijke realisatie van de maatregelen zijn subsidiabel, zoals:

    • a)

      kosten voor ontwerp en conditioneringsdossier;

    • b)

      kosten van bodemsanering voor zover verhaal op de vervuiler of een beroep op fondsen niet mogelijk is en sanering relevant is voor de doelstelling van deze subsidieregeling en/of de doelstelling van het programma WRL;

    • c)

      kosten voor het gereed maken van een bestek/werkplan;

    • d)

      investeringskosten die nodig zijn voor de realisatie van het project.

  • 2.

    Aanvullend op artikel 15 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. zijn de volgende kosten niet subsidiabel:

    • a)

      kosten van rente, bankdiensten of financieringen;

    • b)

      kosten om te voldoen aan wettelijke verplichtingen of aan gangbare minimumkwaliteitseisen;

    • c)

      kosten van reguliere werkzaamheden van de aanvrager, onderhoud of herstelwerkzaamheden;

    • d)

      exploitatiekosten die niet verband houden met de aanloopfase van een activiteit;

    • e)

      arbeidskosten respectievelijk loonkosten van de eigen organisatie;

    • f)

      aankopen en/of afwaarderen van grondposities.

Hoofdstuk 4 Aanvraagprocedure

Artikel 10 Indienen aanvraag

  • 1.

    Een subsidieaanvraag kan uitsluitend worden ingediend bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van het standaard (digitaal) aanvraagformulier dat geplaatst is op de website van de Provincie Limburg: www.limburg.nl/subsidies > actuele subsidieregelingen.

  • 2.

    Het standaard (digitaal) aanvraagformulier dient volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend te worden en te zijn voorzien van alle bijlagen zoals aangegeven op het formulier en dient bij voorkeur digitaal, middels eHerkenning (aanvragen van organisaties) of DigiD (aanvragen van particulieren), te worden ingediend. Een aanvraag per e-mail is niet mogelijk.

Artikel 11 Termijn voor indienen aanvraag

  • 1.

    De subsidieaanvraag kan in twee tranches worden ingediend. De eerste tranche loopt vanaf 3 december 2024 en de aanvraag dient uiterlijk 1 juli 2025 te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten. De tweede tranche loopt vanaf 1 januari 2026 en de aanvraag dient uiterlijk 15 september 2026 te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten.

  • 2.

    Voor de datum van ontvangst is de datum van de digitale ontvangst bepalend.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 12 Hardheidsclausule

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslissen Gedeputeerde Staten.

  • 2.

    Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling, naar het oordeel van Gedeputeerde Staten, tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken.

Artikel 13 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel

  • 1.

    Deze Nadere subsidieregels treden in werking met ingang van 3 december 2024.

  • 2.

    Deze Nadere subsidieregels vervallen met ingang van 1 januari 2027, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op subsidieaanvragen die vóór die datum zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten en subsidiebesluiten die vóór die datum zijn genomen, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.

  • 3.

    Deze regeling kan worden aangehaald als “Nadere subsidieregels korte termijn maatregelen ten behoeve van waterveiligheid in Limburg 2024-2026”.

     

Algemene toelichting

Na de extreme neerslag in de zomer van 2021 is het programma Waterveiligheid en Ruimte Limburg (WRL) opgestart. Het programma Waterveiligheid en Ruimte Limburg (WRL) is een samenwerkingsverband tussen het Rijk, Provincie Limburg, Waterschap Limburg en de Limburgse gemeenten. De ambitie van het programma WRL is om de Limburgse samenleving beter voor te bereiden en te beschermen tegen extreme neerslag als gevolg van klimaatverandering.

Het programma van WRL kent drie pijlers.

  • 1.

    Vergroten van de fysieke robuustheid watersysteem, en daarmee het verlagen van de waterstand op de plekken waar overlast is geweest of kan ontstaan en/of het beter beschermen van deze locaties tegen hoge waterstanden.

  • 2.

    Verankeren van water en bodem sturend als principe in de ruimtelijke ordening, om overlast in de toekomst te voorkomen.

  • 3.

    Vergroten van weerbaarheid van inwoners, om de gevolgen van hoge waterstand te beperken.

De doelstelling van pijler één is het fysiek meer robuust maken van het watersysteem van Limburg. Deze subsidieregeling sluit daar op aan.

 

De subsidieregeling is gericht op fysieke maatregelen die op korte termijn gerealiseerd kunnen worden. Het programma WRL kent een doorlooptijd van 15 jaar. Voor het bepalen van maatregelen die impact hebben op het gehele watersysteem is studie nodig en daarna afstemming met betrokken partijen om te komen tot een bestuurlijk vastgestelde voorkeursvariant Met de subsidieregeling wordt beoogd om maatregelen die vooruitlopend op deze besluitvorming al kunnen bijdragen aan de wateropgave (zonder dat sprake is van ongewenste nadelige (afwentelings)effecten) mogelijk te maken, zodat zichtbaar wordt gewerkt aan verbetering van een robuust watersysteem.

 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1, sub b

Iedere ingreep in het watersysteem heeft effecten op de waterstanden. Het treffen van de maatregelen waarvoor subsidie wordt aangevraagd, mag geen negatieve effecten hebben op de waterstanden in de beken en/of waterlopen. Als het project een verandering van de waterstand boven- of benedenstrooms veroorzaakt, waardoor daar wateroverlast wordt veroorzaakt of de mate van wateroverlast toeneemt dan is er sprake van een negatief effect en dat heet afwenteling. Dit is ongewenst.

 

Als door het project lokaal water wordt vastgehouden, waardoor een beperkte waterstandsverhoging ontstaat zonder dat dit onevenredige negatieve effecten tot gevolg heeft, dan is dit geen negatief effect en is er geen sprake van afwenteling.

 

Artikel 4, lid 1

Brongerichte maatregelen leveren een positieve bijdrage aan de doelstelling van het programma WRL. Een brongerichte maatregel is een maatregel die water opvangt waar het valt en voorkomt dat het gaat afstromen. Vaak zijn dit ook de nature based solutions. Een nature based solution (natuurvriendelijke maatregel) is een ingreep die is gebaseerd op een verandering die aansluit op de natuurlijke omgeving en is gerealiseerd met bouwstoffen die uit de natuur komen en in de natuur passen. Deze brongerichte en natuurvriendelijke maatregelen zijn te combineren met meer ingrijpende civieltechnische maatregelen. Dit zijn de stevigere maatregelen die nodig zijn om grotere volumes water te bufferen of te geleiden. Een combinatie van beide typen maatregelen maakt een robuuster watersysteem mogelijk.

 

Artikel 4, lid 5

Het toepassen van de maatregelen zoals opgenomen in lid 1 van artikel 1, kan bijdragen aan het meer robuust maken van het watersysteem. Bij hevige neerslag wordt regenwater beter en langer vastgehouden en beken en waterlopen worden minder belast met de piekafvoer van deze neerslag. Waterstanden in deze beken en waterlopen blijven dan lager en het watersysteem behoudt meer capaciteit om effecten van klimaatverandering op te vangen.

 

De beoordeling van de effectiviteit van maatregelen gebeurt voor aanvragen tot € 50.000 op basis van een kwalitatieve afweging. Voor aanvragen vanaf € 50.000 wordt een kwantitatieve hydrologische onderbouwing gevraagd, die inzicht geeft in de mate waarin de voorgestelde maatregel impact heeft op het functioneren van het watersysteem ter plaatse.

  • Voor brongerichte maatregelen gaat het om het aantal kubieke meters water dat extra zal infiltreren en/of vertraagd wordt.

  • Bij maatregelen gericht op het beheerst afvoeren en/of afvoercapaciteit vergroten en maatregelen ter bescherming van gebieden en/of objecten tegen water is kwantitatief inzicht vereist in de impact op de overstromingskans en de boven- en benedenstroomse effecten.

Bij de uiteindelijke subsidietoekenning zal een afweging plaatsvinden over de verhouding tussen het toe te kennen subsidiebedrag (de kosten) in relatie tot de bijdrage aan het robuust maken van het watersysteem (de baten). Bij twijfel hierover kan ook externe deskundigheid worden ingeschakeld.

 

Conform artikel 14, lid 1 van de ASV 2023 e.v. bedraagt de subsidie ten hoogste het bedrag dat Gedeputeerde Staten als noodzakelijk en realistisch achten om de activiteiten/het project te kunnen realiseren.

 

Artikel 4, lid 6

Het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd mag nog niet zijn gestart met de fysieke werkzaamheden. Overeenkomstig de ASV 2023 e.v. zijn de kosten die samenhangen met financiële en/of contractuele verplichtingen aangegaan voordat een projectsubsidie is aangevraagd niet subsidiabel, met uitzondering van voorbereidingskosten (zoals kosten voor onderzoek, voorlichtingsactiviteiten of het ontwikkelen van plannen met betrekking tot de in de aanvraag genoemde activiteiten).

 

Artikel 4, lid 7

Onderdelen van projecten die zijn opgenomen in het programma Water in Balans (WiB) van Waterschap Limburg (WL) om te voldoen aan de normering én gefinancierd door WL komen niet in aanmerking voor subsidie op grond van deze subsidieregeling. Financiering en realisatie van deze projecten vindt reeds vanuit het programma Water in Balans plaats. Projecten ingediend door WL die WL zelf uitvoert, niet zijnde WiB-projecten, kunnen wel in aanmerking komen voor subsidie.

Projecten of projectonderdelen van een WiB-project, die niet gefinancierd worden door WL kunnen wel gesubsidieerd worden. Bijvoorbeeld onderdelen die de gemeente aanlegt én financiert of maatregelen in het landelijk /buiten gebied bij particuliere grondeigenaren zoals heggen en graften.

Hoogwaterveiligheid van de Maas en voorstellen voor ingrepen in het Maasdal die zijn gericht op de Maas worden aangestuurd en gefinancierd vanuit het nationale Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) en vallen buiten de scope van het programma WRL en komen derhalve niet voor subsidie op grond van deze subsidieregeling in aanmerking.

 

De projecten die zijn opgenomen in de Gemeentelijke Rioleringsplannen zijn doorgaans plannen die uit wettelijke rioleringstaken voortkomen waarvoor ook eigen middelen voor dekking van die kosten zijn gereserveerd en komen derhalve niet voor subsidie op grond van deze subsidieregeling in aanmerking.

 

Artikel 4, lid 8

Het programma WRL werkt met betrokken stakeholders per regio aan stroomgebiedsplannen. Vanuit het stroomgebiedsplan wordt per stroomgebied een voorkeursvariant ontwikkeld en bestuurlijk vastgesteld. Daarna wordt deze voorkeursvariant en de daarin opgenomen fysieke maatregelen die bijdragen aan het robuust maken van het watersysteem uitgevoerd. Dit maakt het voortzetten van het stimuleren van korte termijn maatregelen overbodig. Daarom komt een aanvrager niet voor subsidie op grond van deze subsidieregeling in aanmerking als voor het betreffende stroomgebied/regio waarvoor subsidie wordt aangevraagd vanuit het stroomgebiedsplan het voorkeursontwerp is vastgesteld.

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten, gehouden op 12 november 2024

Gedeputeerde Staten voornoemd

de voorzitter,

de heer E.G.M. Roemer

secretaris

de heer D.F. Timmer

Naar boven