Openstellingsbesluit subsidie NSP productieve investeringen groen-blauw en dierenwelzijn

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

 

Gelet op de artikelen 1.2 en 2.2.2 Uitvoeringsregeling Europese Landbouwsubsidies Noord-Holland 2023-2027;

 

Besluiten:

 

  • I.

    Gedeputeerde staten stellen open Hoofdstuk 2, paragraaf 2, productieve investeringen groen blauw en dierenwelzijn voor de periode van 15 januari 2025 om 9.00 uur, tot en met 28 februari 2025 om 17:00 uur.

  • II.

    Gedeputeerde staten stellen voor de onder I. genoemde periode het subsidieplafond ten behoeve van de maatregel vast op € 1.800.000,- De middelen zijn voor 43% afkomstig uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling en 57% provinciale middelen.

Gedeputeerde staten stellen de volgende nadere regels vast:

 

Openstellingsbesluit subsidie NSP productieve investeringen groen-blauw en dierenwelzijn

Artikel 1 Begripsbepaling

  • 1.

    Agroforestry: Agroforestry verwijst naar landbouwsystemen en -praktijken die houtige meerjarige planten (bomen en struiken) bewust combineren op hetzelfde stuk land waar ook andere landbouwgewassen worden geteeld of veehouderij plaatsvindt. Er vindt daarmee een ecologische en economische wisselwerking plaats tussen houtige en niet-houtige onderdelen van landbouwsystemen. In Nederland vallen ook voedselbossen onder de definitie van agroforestry. Een voedselbos is een door mensen ontworpen productief ecosysteem naar het voorbeeld van een natuurlijk bos, met een hoge diversiteit aan meerjarige en/of houtige plantensoorten die deels voor de mens als voedsel dienen (vruchten, zaden, bladeren, stengels, wortels);

  • 2.

    Kleinschalige windmolens: Kleinschalige windmolens zijn turbines met een tiphoogte tot maximaal 15 meter en een vermogen tot maximaal 20 kW die windenergie omzetten in elektriciteit door middel van een generator ten behoeve van gebruik op het eigen bedrijf;

  • 3.

    Landbouwer: een natuurlijke of rechtspersoon of een groep natuurlijke of rechtspersonen die landbouwproducten produceert als bedoeld in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, bijlage I, met uitzondering van visserijproducten, alsmede hakhout met korte omlooptijd of die landbouwareaal in een staat houdt die begrazing of teelt mogelijk maakt zonder dat daarvoor voorbereidende activiteiten nodig zijn die verder gaan dan activiteiten op basis van de gebruikelijke landbouwmethoden en -machines;

  • 4.

    Landbouwbedrijf: alle bij de KVK ingeschreven eenheden op het grondgebied van Nederland die voor landbouwactiviteiten (als bedoeld in bijlage 1 VWEU) worden gebruikt en door een landbouwer worden beheerd;

  • 5.

    NSP: Nederlands Nationaal Strategisch Plan GLB 2023-2027;

  • 6.

    Regelbare drainage: Bij regelbare drainage wordt overtollig, ondiep grondwater niet meteen afgevoerd maar langer vastgehouden in de bodem. Door de ontwateringsbasis in hoogte te variëren kan de intensiteit van de drainage worden ingesteld;

  • 7.

    Samenwerkingsverband: verband dat geen rechtspersoonlijkheid bezit, niet zijnde een vennootschap, bestaande uit ten minste twee niet in een groep verbonden deelnemers, dat is opgericht ten behoeve van de uitvoering van activiteiten;

  • 8.

    Uitvoeringsregeling: Uitvoeringsregeling Europese landbouwsubsidies Noord-Holland 2023-2027;

  • 9.

    Zelfrijdende werktuigen: Volledig zelfrijdende of autonome werktuigen zijn werktuigen gecombineerd met een voertuig met een eigen aandrijving. Dit voertuig is dan voorzien van een motor. Volledig zelfrijdende of autonome werktuigen behoeven geen bestuurder terwijl bij semiautonome werktuigen de bestuurder ondersteund wordt door slimme sensoren, cameratechnieken en systemen.

Artikel 2 Subsidiabele activiteit

  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt voor productieve investeringen die geplaatst/gebruikt worden in de provincie Noord-Holland. Als uitwerking van artikel 2.2.2 van de Uitvoeringsregeling wordt alleen subsidie verstrekt voor de productieve investeringen genoemd in Bijlage 1, behorende bij dit openstellingbesluit en voor de daarin genoemde subsidiabele activiteiten.

  • 2.

    Er wordt geen subsidie verstrekt voor abonnementen op software updates en servicecontracten.

  • Indien er voor het in gebruik stellen van de machine een abonnement noodzakelijk is dan dient de aanvrager uit eigen middelen de noodzakelijke abonnementen op software updates en servicecontracten af te sluiten.

  • 3.

    Indien er een aanvraag wordt gedaan voor een investering ten behoeve van energieopwekking, dan moet de opgewekte energie gebruikt worden door de eigen landbouwonderneming, het worden van (netto) energieleverancier is niet subsidiabel.

  • 4.

    Er wordt geen subsidie verstrekt voor apparatuur benodigd voor het aflezen van de ICT en sensor techniek waaronder computers, laptops, tablets en smartphones.

Artikel 3 Aanvrager

Subsidie kan worden verstrekt aan landbouwers of een samenwerkingsverband van landbouwers.

Artikel 4 Aanvraagvereisten

  • 1.

    Als de aanvraag wordt ingediend door een landbouwer met een biologische bedrijfsvoering of landbouwer die in omschakeling is naar biologische landbouw wordt, in aanvulling op artikel 1.6 van de Uitvoeringsregeling, de aanvraag vergezeld van een erkend certificaat of kwaliteitskeurmerk waaruit dit blijkt.

  • 2.

    Als de aanvraag wordt ingediend door een landbouwer die in omschakeling is naar biologische landbouw wordt, in aanvulling op artikel 1.6 van de Uitvoeringsregeling, de aanvraag vergezeld van het inschrijfnummer en documentatie van een certificerende instantie ter onderbouwing dat de bedrijfsomschakeling is gestart.

  • 3.

    Per landbouwer kan op grond van dit openstellingsbesluit slechts één keer subsidie worden verstrekt.

  • 4.

    Indien een landbouwbedrijf uit meerdere landbouwers bestaat wordt in het kader van dit openstellingsbesluit slechts één keer subsidie verstrekt aan het landbouwbedrijf.

  • 5.

    Indien er een aanvraag wordt gedaan voor een investering ten behoeve van energieopwekking wordt de aanvraag vergezeld van een bewijs dat het gemiddelde energieverbruik aantoont.

Artikel 5 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Subsidiabel zijn kosten voor de koop van nieuwe machines en installaties met betrekking tot de investeringencategorieën uit bijlage 1.

  • 2.

    Voor subsidie komen uitsluitend de kosten, bedoeld in artikel 1.8, onder e van de Uitvoeringsregeling, in aanmerking.

  • 3.

    De subsidiabele kosten, bedoeld in het eerste lid, worden berekend conform 1.9a van de Uitvoeringsregeling.

Artikel 6 Subsidiehoogte

  • 1.

    De subsidie bedraagt 40% van de subsidiabele kosten;

  • 2.

    De hoogte van de te verlenen subsidie bedraagt minimaal € 10.000,- en de maximale hoogte van de subsidie bedraagt € 100.000,-.

Artikel 7 Selectie en rangschikking

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie kan maximaal betrekking hebben op één investeringscategorie.

  • 2.

    Voor de rangschikking als bedoeld in artikel 1.12, eerste lid, onderdeel c en artikel 2.2.8 van de Uitvoeringsregeling hanteren Gedeputeerde Staten de scores van de investeringslijst in Bijlage 1.

  • 3.

    In overeenstemming met artikel 2.2.8, derde lid, van de Uitvoeringsregeling krijgen landbouwers met een biologische bedrijfsvoering en landbouwers die omschakelen naar biologische landbouw een extra punt toegekend.

  • 4.

    Alleen door middel van een erkend certificaat of kwaliteitskeurmerk kan een landbouwer aantonen dat hij over een biologische bedrijfsvoering beschikt.

  • 5.

    Een landbouwer die in omschakeling is naar biologische landbouw kan dit aantonen door een inschrijfnummer en documentatie van een certificerende instantie te overleggen waaruit blijkt dat hij is gestart met de bedrijfsomschakeling.

  • 6.

    De aanvragen worden gerangschikt op volgorde van puntenaantal beginnend bij de aanvraag met de meeste punten.

  • 7.

    In het geval het subsidieplafond zal worden overschreden door een aanvraag waarbij het gevraagde subsidiebedrag hoger is dan het resterende bedrag van het subsidieplafond of indien het subsidiebedrag wordt overschreden door meerdere aanvragen en de onderlinge rangschikking tussen de aanvragen is gelijk, zal selectie plaatsvinden door middel van loting of kunnen Gedeputeerde Staten besluiten dat het subsidieplafond wordt verhoogd met het bedrag dat nodig is om het project dat zorgt of de projecten die zorgen voor de overschrijding van het subsidieplafond te subsidiëren.

Artikel 8 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1.

    In aanvulling op artikel 1.15 en artikel 1.20, tweede lid, van de Uitvoeringsregeling loopt de projectperiode uiterlijk tot 12 maanden na dagtekening van de verleningsbeschikking.

  • 2.

    Indien de subsidiabele activiteit wegens onvoorziene omstandigheden niet kan worden afgerond binnen de projectperiode, genoemd in het eerste lid, en de subsidieontvanger verlenging van die termijn wenselijk acht, kan hij uiterlijk de dag voor het verstrijken van die termijn schriftelijk een gemotiveerd verzoek indienen bij gedeputeerde staten tot verlenging van de termijn tot en met uiterlijk 31 december 2028.

  • 3.

    Ongeacht het te verstrekken subsidiebedrag, en in aanvulling op artikel 1.7 van de Uitvoeringsregeling gelden voor de vaststelling van subsidies welke zijn verleend in het kader van dit openstellingsbesluit alle regels volgens subsidie-arrangement 2, zoals opgenomen in artikel 1.20 van de Uitvoeringsregeling.

  • 4.

    In afwijking van artikel 1.17 van de Uitvoeringsregeling verstrekken Gedeputeerde Staten geen voorschot.

  • 5.

    In afwijking van artikel 1.18 van de Uitvoeringsregeling verstrekken Gedeputeerde Staten geen deelbetalingen.

Artikel 9 Slotbepalingen

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

  • 2.

    Dit besluit vervalt op 1 april 2029.

  • 3.

    Dit besluit wordt aangehaald als: Openstellingsbesluit subsidie NSP productieve investeringen groen-blauw en dierenwelzijn.

Haarlem, 12 november 2024

Gedeputeerde staten van Noord-Holland

A.Th.H. van Dijk, voorzitter

M.J.H. van Kuijk, provinciesecretaris

TOELICHTING

I. Algemeen

De uitvoeringsregeling Europese Landbouwsubsidies Noord-Holland 2023-2027 vormt de basis voor het verstrekken van NSP-subsidies door Noord-Holland. De regeling is ook de grondslag voor dit openstellingsbesluit. NSP staat voor Nationaal Strategisch Plan, dit is de Nederlandse invulling van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).

 

Deze openstelling is vooral bedoeld om de aanschaf van moderne installaties en machines te stimuleren, waarmee landbouwers zijn of haar bedrijf kunnen verduurzamen. Dit doen zij door met specifieke investeringen een bijdrage te leveren aan de milieu- en klimaatdoelen en het efficiënt gebruiken van natuurlijke hulpbronnen, zoals water en bodem en biodiversiteit. Ook is er binnen deze regeling ruimte voor investeringen met betrekking tot dierenwelzijn. Investeringen die alleen of hoofdzakelijk gericht zijn op verbetering van de rentabiliteit van bedrijven en vervanging van dezelfde goederen die al op het bedrijf aanwezig zijn komen niet voor op de lijst.

 

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland stellen een lijst vast met innovatieve duurzame investeringen die relevant zijn voor de bedrijfsvoering van landbouwers in Noord-Holland. Op deze lijst zijn alleen investeringen opgenomen die voldoen aan de minimale bijdrage aan de doelen voor verduurzaming. De score per investeringscategorie is bepaald op basis van de mate waarin de investering bijdraagt aan de innovatie en modernisering, effectiviteit en efficiëntie. De investeringen zijn zo gekozen dat zijn bijdragen aan één of meerdere doelstellingen bijbehorend bij deze interventie, zoals die benoemd zijn in het Nationaal Strategisch Plan (NSP), namelijk;

 

  • SO1 Het bieden van steun met het oog op een leefbaar bedrijfsinkomen en veerkracht van de landbouwsector in de hele Unie, ten behoeve van een grotere voedselzekerheid voor de lange termijn, van een meer diverse landbouw, en van een economisch duurzame landbouwproductie in de Unie.

  • SO2 Vergroting van de marktgerichtheid en het concurrentievermogen van landbouwbedrijven voor zowel de korte als de lange termijn, onder meer door meer aandacht voor onderzoek, technologie en digitalisering.

  • SO4 Bijdragen tot matiging van en aanpassing aan klimaatverandering, onder meer door de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen en meer koolstof vast te leggen, en duurzame energie te bevorderen.

  • SO5 Bevordering van de duurzame ontwikkeling en het efficiënte beheer van natuurlijke hulpbronnen zoals water, bodem en lucht, onder meer door de afhankelijkheid van chemische middelen te verkleinen.

  • SO6 Bijdragen tot het tot staan brengen en ombuigen van biodiversiteitsverlies, tot versterking van ecosysteemdiensten en tot de instandhouding van habitats en landschappen.

  • SO9 Beter inspelen door de landbouw van de Unie op de maatschappelijke verwachtingen inzake voedsel en gezondheid, onder meer wat betreft hoogkwalitatief, veilig en voedzaam voedsel dat op duurzame wijze is geproduceerd, en voorts vermindering van de voedselverspilling, verbetering van het dierenwelzijn, en bestrijding van antimicrobiële resistentie.

Juridisch kader

Het openstellingsbesluit vormt samen met de Uitvoeringsregeling Europese landbouwsubsidies Noord-Holland het kader waaraan aanvragen om subsidie moeten voldoen.

 

Voor sommige investeringen (bijvoorbeeld windturbines) geldt een vergunningplicht. Indien dit noodzakelijk is voor uw project voegt u deze bij de aanvraag.

 

II. Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 2 Subsidiabele activiteit

De subsidiabele activiteiten zijn beschreven in de investeringslijst, opgenomen in Bijlage 1.

 

Artikel 4 Aanvraagvereisten

Een voorbeeld van een erkend certificaat is het Skal-certificaat, afgegeven door Skal Biocontrole. Demeter is een voorbeeld van een kwaliteitskeurmerk voor biodynamische landbouw.

 

Artikel 5 Subsidiabele kosten

Voor subsidie komen in aanmerking:

  • kosten waarvoor een factuur of document met gelijkwaardige bewijskracht kan worden overlegd.

Artikel 7 Selectie en rangschikking

Alle aanvragen worden na sluiting van de openstellingsperiode gerangschikt op basis van de punten die de diverse investeringen hebben in de investeringslijst. Hoe hoger het aantal punten hoger de ranking. Wanneer de score is bepaald wordt het eventuele extra punt toegekend aan landbouwers met een biologische bedrijfsvoering en landbouwers die omschakelen naar biologische landbouw.

BIJLAGE I Investeringslijst

 

Water

 

Categorie

Investering

Wel/niet subsidiabel

R-indicator

Punten

1

Regelbare drainage

Subsidiabel:

 

De aanschaf en aanleg van:

 

  • Regelbare drainage

  • De aanpassing van bestaande drainage met een extra ontluchtingsdrain, waardoor deze regelbaar wordt

R9/R16/R26

18

2

Stuwen

Subsidiabel

 

De aanschaf en aanleg van:

 

  • Waterconserveringsstuw

  • Knijpstuw

  • Zoete stuw

R9/R16/R26

17

3

Ondergrondse waterberging

Subsidiabel

 

De aanschaf en aanleg van:

 

  • Voorzieningen voor ondergrondse wateropslag, waaronder freshmaker, kreekrug- infiltratiesystemen en diepdraininfiltratie

R9/R16/R26

18

4

Materieel voor bewerking van percelen gericht op vermindering perceelafspoeling

Subsidiabel

 

Aanschaf van:

 

  • Drempelmachine voor ruggenteelten

  • Wafeltjesmachine

R9/R16

18

5

Waterbesparende precisieberegening en irrigatie

Subsidiabel

 

De aanschaf en aanleg van:

 

  • Dripirrigatie/druppelslangen, inclusief besturing voor beregening/irrigatie en fertigatiesystemen

  • Aanschaf vlaksproeiers (alleen in combinatie met beregeningsbomen)

  • Aanschaf beregeningsboom

  • RWS (Root Watering System)

  • Sub-surface druppelirrigatie

  • Flippers en vernevelaars

  • Laagvolume sproeier ten behoeve van nachtvorstbestrijding

  • Elektrische aansturing van deze beregeningsbevloeiingsapparatuur

  • Debietmeter voor pomp + telemetrie ten behoeve van het gebruik van bovenstaande investeringen

  • Software voor alle soorten sensor-gestuurde irrigatie, in combinatie met bovenstaande investeringen

Niet subsidiabel

 

  • Reguliere beregeningshaspels, inclusief slang

  • Pompen

  • Aggregaat

  • Sproeibomen voor gewasbescherming

  • Reservoir voor opslag van beregeningswater/bevloeiingswater

R9/R16/R26

18

6

Waterbeheervoorzieningen ter verlaging van risico’s van verontreiniging door erfafspoeling bij een veehouderij of door afvalwater uit de veehouderij, akkerbouw, bloembollen-, boom-, fruit-, vollegronds- of bedekte teelt

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Overdekte of onoverdekte verharde, vloeistofdichte vul- en wasplaats voor spuitmachines, inclusief een voorziening voor opvang en opslag en zuivering of verdamping van waswater.

  • Een vloeistofdicht biologisch zuiveringssysteem of de aanschaf van zuiveringssystemen die werken op basis van ozon of UV voor het zuiveren van was- en spoelwater van spuitmachines.

  • Systemen voor de verdamping van was- en spoelwater van spuitmachines.

  • Aanleg en inrichting van een erf waarbij erfwater wordt opgevangen voor afvoer of verwerking middels zuiveren of verdampen voor een gesloten erf voor gewasbeschermingsmiddelen.

  • Kistenwasser, inclusief opvang restwater voor afvoer of verwerking middels zuiveren of verdampen.

  • Een waterdichte opvangput waarmee verontreinigd afvalwater van het bedrijf gescheiden blijft van regulier rioolsysteem, inclusief de buizen, goten, richels voor afvoer

  • Aanvullende erf-en zuiveringsvoorzieningen voor de bollenteelt met spoelwater

  • Helofytenfilter voor het zuiveren afspoelend water van het erf of voor gebruik in de erfsloot

  • Opvang- en afvoersysteem van perssappen onder sleufsilo’s

Niet subsidiabel

 

  • Systemen voor het lozen van drain- of afvalwater vanuit kassen

  • Overkapping voor een voederopslag

  • Overkapping voor een mestopslag

  • Kosten voor herinrichting van het erf

  • Erfverharding welke niet noodzakelijk is voor bovenstaande investeringen

  • Hemelwatersysteem waaronder dakgoten, buizen voor afvoer en reguliere riolering

  • Kuilplaten

  • Installaties of machines voor opvang van perssap of percolaat indien een overloopvoorziening is of wordt aangebracht naar het reguliere riool, de bodem of het oppervlaktewater.

R26

16

7

Bovengrondse wateropvang (inclusief hemelwateropvang)

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Waterbassins en silo’s ten behoeve van hemelwateropvang inclusief bijbehorende pijpleidingen en voorzieningen ten behoeve van de opvang van hemelwater van daken.

  • Bijbehorende kosten voor, hekwerk, taludbescherming, graafwerk en de aanleg van een opvangput voor hemelwater dat gebruikt wordt voor het verdund uitrijden van mest.

R9/R16/R26

17

8

EC meters en monitoringssensoren

Subsidiabel:

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • EC meters en monitoringssystemen voor het bepalen van vocht-, zuur- en zoutgehalte

  • Continuemeters

  • Grondwatermeters

  • Oppervlaktewatermeters bij beregening uit oppervlaktewaters

  • Penetrometers

  • PH meters

  • Vochtsensoren

  • Monitoringssensoren voor nitraat en fosfaat voor zowel bodem als oppervlaktewater

R9/R16/R32

18

 

Biodiversiteit en biologische bestrijding

 

Categorie

Investering

Wel/niet subdiabel

R-indicator

Punten

1

Autonome en semi-autonome niet-chemische bestrijding

Subsidiabel

 

Aanschaf van:

 

  • Autonome en Semi-autonome systemen die ziekten/plagen/onkruiden herkennen en op duurzame wijze bestrijden in het veld

    • o

      Thermisch

    • o

      Mechanisch

    • o

      Laser

    • o

      Elektrisch

  • Systemen ten behoeve van niet-chemische bestrijding van schadelijke insecten

Niet subsidiabel

 

  • Sorteermachines

R9/R32

17

2

Strokenteelt en vaste rijpaden

Subsidiabel

 

Aanschaf van:

 

  • Zaaimachines voor inzaaien voor "ondergewassen" zoals gras bij mais

  • Strokenfrees of strokenploeg

  • Zaai- en oogstmachines of andere aangepaste machines voor gewasmanagement, zoals onkruidbestrijding

  • Machines, hulpmiddelen of aanpassingskosten voor het overschakelen op een teeltsysteem met een vaste werkbreedte

  • Aanpassing van machines voor het werken met vaste rijpaden waarbij onbereden bedden ontstaan

  • Zelfrijdende machines voor strokenteelt

  • GPS/GIS of aanpassingen aan de apparatuur in combinatie met bovenstaande investeringen

R9/R26/R32

17

3

Agroforestry

Omschrijving

 

Teelt van houtige gewassen (bomen en struiken) gecombineerd met veeteelt, groenteteelt of akkerbouw op hetzelfde perceel landbouwgrond. De houtige gewassen zijn bedoeld voor de productie van fruit, noten of bessen.

 

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg/aanplant van:

 

  • Aangepaste machines voor gewasmanagement van houtige gewassen die gecombineerd worden met akkerbouw, groenteteelt of grasland (voor veehouderij), waaronder oogstmachines, snoeimachines en materiaal voor boombescherming

  • Plantgoed van houtige, meerjarige gewassen (bomen en struiken) ten behoeve van fruit- of nootproductie van het bedrijf die bewust gemengd worden met akkerbouw, groenteteelt of grasland (voor veehouderij) op hetzelfde landbouwperceel

  • Plantgoed van houtige, meerjarige gewassen (bomen en struiken) ten behoeve van een perceel voedselbos op landbouwgrond (gewascode 1940), waarbij bomen en struiken voor eetbare producten zorgen

  • Bomen, struiken en windsingels op bouwland.

  • Voederhaag en voederbomen.

  • Kosten voor grondbewerking, aanplant/inzaaien ondergroei van boomstroken en boombescherming.

Niet subsidiabel

 

  • Aanplant van houtige, meerjarige gewassen, bomen en struiken, ten behoeve van kweekgoed (o.a. kerstbomen).

  • Bomen met als enkel doel hakhout.

  • Snelgroeiende bomen voor energieproductie (biomassa).

  • Niet meer dan 100 bomen/ha en niet meer dan 40% van de oppervlakte van het landbouwperceel mag struiken van éénzelfde teelt bevatten.

R16/R17/R32

18

4

Vermindering bodemverdichting door brede banden en rupsbanden

Subsidiabel

 

Aanschaf van:

 

  • Rupsbanden voor onder tractor of zelfrijdende oogstmachine

  • Luchtdrukwisselsystemen met een zodanige capaciteit dat de banden binnen 5 minuten op 2 bar kunnen worden gebracht in combinatie met maximaal vier VF banden per aangeschaft systeem

R9/R26/R32

14

5

Onkruid-, plaag- en ziektebestrijding

Subsidiabel

 

Aanschaf van:

 

  • Een machine waarmee ziekten, plagen of onkruiden mechanisch of met laser in het veld worden bestreden op basis van plaatsspecifieke waarneming

  • Camera besturing voor bestaande schoffelwerktuigen

  • Schoffeltuig

  • Mechanische loofsnijder of mechanische wortelsnijder of looftrekker

  • Vinger- of torsiewieders en wiedeggen

  • Maaiers voor paden in de fruitteelt

  • Doorzaaimachine voor blijvend grasland

  • Weed seed crusher

R9/R26/R32

15

6

Verwerken bedrijfsgewassen tot krachtvoer en/of meststoffen

Subsidiabel

 

Aanschaf van:

 

  • Machines of installaties om producten mee te bewerken zoals malen, pletten en snijden.

  • Toepassingen om (gras)klaver te verwerken zodat deze bruikbaar is als kunstmest- en krachtvoervervanger, op voorwaarde dat dit gebeurt met hernieuwbare energie (bijvoorbeeld drogen, persen, pelleteren en opslaan).

Niet subsidiabel

 

  • Voermengwagen of machines voor het uitkuilen of verwerken van ruwvoer.

  • Opslag zoals sleufsilo’s en kuilplaten en silo’s machines of systemen om krachtvoer te verstrekken.

  • Maïshakselaars en combines.

Opmerking

 

  • Alleen machines voor eerstegraad bewerking zijn subsidiabel

R9/R26

18

7

Verwerken en toepassen van organisch restmateriaal

Omschrijving

Investeringen die specifiek bedoeld zijn voor de verwerking van organisch restmateriaal met als doel het verhogen van bodemkwaliteit, zoals materieel voor het maaien en ophalen van slootkanten, het verwerken en toepassen van gewasresten, maaisel van slootkanten, bermen of natuurterreinen, slootbagger of compost hiervan.

 

Subsidiabel

 

Aanschaf van:

 

  • Machines en werktuigen voor het inwerken, mulchen of onderwerken van gewasresten, ruige mest, vaste mest en groenbemester met behulp van schijven(eg), rollen, tanden of snijders.

  • Eco-ploeg waarmee op 15 cm diep geploegd kan worden.

  • Materiaal om specifiek voor het maaien van slootkanten maaisel op de kant te kunnen deponeren en ophalen voor verdere verwerking

  • Maai/blaas systemen voor het maaien van slootkanten

  • Materieel voor het verwerken van organisch restmaterieel zoals compostverwerkers.

  • Baggerspuit voor het verspreiden van slootbagger over het perceel.

  • Lekvrije, emissie reducerende opslagplaatsen voor compost, champost en bokashi voor langere termijn (meer dan 9 maanden)

  • Werktuigen voor het snijden of hakselen en gelijkmatig uitstrooien van beheergras, bermmaaisel, slootmaaisel of gewasresten over landbouwgrond

  • GPS in combinatie met één van bovenstaande investeringen

  • Wildredder in combinatie met één van bovenstaande systemen/werktuigen

Niet subsidiabel

 

  • Mestverwerkingsinstallaties

  • Reguliere grasmaaiers

  • Afleverkosten en abonnementen.

  • Kiepwagens, silagewagens en opraapwagens

R9/R26/R32

18

 

Energie en klimaat

 

Categorie

Investering

Wel/niet subsidiabel

R-indicator

Punten

1

Machines of werktuigen met elektrische of waterstof aandrijving gericht op het uitoefenen van landbouwgerichte activiteiten

Subsidiabel

 

Aanschaf en/of aanleg van:

 

  • Mobiele machines bestemd voor het verrichten van werkzaamheden in de land- en tuinbouw, waarbij de aandrijving is voorzien van een elektromotor en voor de opslag van energie één of meerdere accu’s worden toegepast

  • Volledig elektrisch aangedreven tractoren en volledig elektrisch aangedreven zelfrijdende zaai-, bewerkings- en oogstmachines zoals combines of aardappelrooiers

  • Elektrische automatische voermachine / volledig elektrisch aangedreven voertuigen en machines voor ruwvoerverstrekking

  • Op waterstof aangedreven machines/werktuigen gericht op het uitoefenen van landbouwgerichte activiteiten

  • Oplaadpunt voor elektrisch aangedreven mobiele machines, bestemd voor het verrichten van landbouwactiviteiten, voor het elektrisch laden van accu’s van eigen elektrisch aangedreven mobiele machines die zijn voorzien van een geheel of gedeeltelijke elektrische hoofdaandrijving, waarbij het oplaadpunt is opgesteld op het eigen bedrijfsterrein

  • Een oplaadsysteem en al dan niet de volgende onderdelen: een ontlaadsysteem, een meet- en regelsysteem, een lockerkast met een stroomafnamepunt per locker en een stekkerherkenningssysteem

  • Oplaadpunten en -systeem voor waterstof aangedreven machines

Niet subsidiabel

 

  • Elektrische auto’s, fietsen of andere vervoersmiddelen voor personen

  • Mest – en voerschuiven

  • Heftrucks, shovels, hoogwerkers en grasmaaiers

  • PV-systemen (zonnepanelen, fotovoltaïsch)

R9/R16

12

2

Aanpassing klimaatverandering

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Nachtvorst propeller

  • Anti hagelgeneratiesystemen

  • Hagelnetten

  • Regenkappen

  • Parasols ter voorkoming van zonnebrand bij fruitteelt

  • Insectengaas

R9/R16

18

3

Duurzame energie en warmtewinning

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Accusysteem voor de opslag van eigen opgewekte zonne- of windenergie

  • Temperatuurregulatie in bedrijfsgebouwen niet zijnde bedrijfswoningen door warmtewisselaars, warmtepompen of aardwarmtesystemen

  • Kleinschalige wind turbines, met een ashoogte tot maximaal 15 meter en een vermogen tot maximaal 20 kW.

  • Een kleine electrolyser om zelf met duurzame energie waterstof te maken.

  • Slow fill installatie voor waterstof

  • Lichtdoorlatende zonnepanelen geïntegreerd in de teelt

Niet-subsidiabel

 

  • Temperatuurregulatie voor bedrijfswoningen

  • Zonnepanelen voor bedrijfsgebouwen

R9/R16

17

4

Vergistingsinstallaties voor plantaardig materiaal

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Vergistingsinstallatie voor plantaardig materiaal

  • Bijbehorende verwerkingsinstallaties voor de verdere verwerking zodat de afzetmogelijkheden van het eindproduct worden vergroot (alleen in combinatie met aanschaf van een vergistingsinstallatie)

Niet subsidiabel

 

  • Mestvergistingsinstallaties

R9/R16

18

 

Veehouderij

 

Categorie

Investering

Wel/niet subsidiabel

R-indicator

Punten

1

Comfortabele ligplaatsen voor melkrundveehouderij (incl. vrouwelijk jongvee)

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Een mat, matras, waterbed, gelmatras voor koeien om op te rusten met voldoende indrukbaarheid conform DLG test (uitslag: blijvende elasticiteit ≥ 15 mm indrukking bij een belasting van 2000N per 75 cm2 of DLG test goed (++)).

  • Een diepstrooiselbox: dik ingestrooide ligbox met zaagsel, stro, zand of ander organisch materiaal, met uitzondering van dikke fractie uit mestscheiders. Met strooiselkering aan voor- en achterzijde van de box van minimaal 15 cm hoog, gemeten loodrecht vanaf de bodem. Indien boxen in een dubbele rij liggen en aan de kopkant op elkaar aansluiten dan is daar geen strooiselkering vereist.

  • Een combinatie van mat of matras met diepstrooisel, waarbij indrukbaarheid mat/matras conform DLG test met uitslag goed (+) de hoogte strooiselkering loodrecht gemeten vanaf bovenkant mat/matras 8 cm.

Niet subsidiabel

 

  • Alle andere varianten op rustmogelijkheden voor dieren

  • De stal of plek waar de matrassen of waterbedden in komen

R9/R44

18

2

Digitale voorzieningen voor weidegang

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Systemen ten behoeve van weidegang die diergerelateerde zaken kunnen registreren en monitoren

  • Trackers via een oormerk of band

  • Automatische weide-selectiepoorten voor toegang richting de weide

  • Aanschaf van software behorend bij een selectiepoort en/of GPS systeem

R9/R44

18

3

Mestverwerkingssystemen

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • monomestvergisters met een maximale omvang van 25.000m3 mest

  • Alle mestverwerkingsinstallaties al dan niet in combinatie met een monomestvergistingsinstallatie voor de verdere verwerking van de vergiste mest tot een hoogwaardige meststof zoals compost, korrels, vloeibare stikstofhoudende kunstmeststoffen.

  • Installaties voor het drogen, opschonen en comprimeren van het gas uit eigen installatie

  • Installaties voor het opslaan van gecomprimeerd biogas uit eigen installatie in flessen/containers voor mobiel transport, ten bate van eigen gebruik.

Niet subsidiabel

 

  • Een aansluiting op een mestscheidingsinstallatie.

Opmerkingen

 

  • Aanvragers komen slechts in aanmerking voor subsidie voor indien er niet ook een verleningsbeschikking is ontvangen voor de SDE++ regeling.

R9/R16/R26

16

4

Mestscheidingsinstallaties

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Mechanische mestscheidingsapparatuur zodat de ruwe mest door de mechanische bewerking wordt gescheiden in een dikke fractie en een dunne fractie.

  • Stikstofkrakers

R9/R26

18

5

Niet digitale voorzieningen voor weidegang voor graasdieren

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Een oversteekplaats zoals een koetunnel

  • Veeroosters

  • Mobiele melkrobot en mobiele melksystemen

  • Schuilmogelijkheden

  • Voorzieningen ter voorkoming van hittestress

  • Voorzieningen voor het beschermen van vee tegen wolven

Niet subsidiabel

 

  • Kavel- en koepaden

R9/R44

18

6

Stalklimaat

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Koelsystemen voor dieren; water mistvernevelsystemen en airco

  • Automatisch gecontroleerde natuurlijke ventilatie (ACNV)

  • Voor kraamstal zeug en biggen: Directe warmtebron, infrarood paneel, vloerverwarming en/of (vloer)koeling voor zeugen

  • Voor pluimvee: Infraroodpanelen en/of vloerverwarming voor het verwarmen van jonge kuikens

  • Voor pluimvee en varkens: Daglichtvoorzieningen die minstens 2% van het vloeroppervlak beslaan met lichtdoorlatende wand-of dakplaten

Niet subsidiabel:

 

  • Elektrische stalverlichting

R9/R16/R44

17

7

Brongerichte maatregelen en emissiearme stalsystemen varkenshouderij

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Dagontmestingsystemen (dagelijkse verwijdering van mest) met een mestband/mestschuif onder de roosters of die spoelen met mest of ammoniakarme vloeistof

  • Mestpan met mestkanaal met koelsysteem en waterkanaal onder het kraamhok

Niet subsidiabel:

 

  • Sloopkosten bestaande systemen

  • Systemen zonder emissiefactor

Opmerking

 

Alleen subsidiabel zijn systemen die aan de maximale emissiewaarden voldoen per 1/1/2020 en voor IPCC bedrijven:

 

  • Gespeende biggen – 0,21 kg NH3 per dierplaats per jaar (HD1.11)

  • Kraamzeugen – 2,5 kg NH3 per dierplaats per jaar (HD2.13)

  • Guste en drachtige zeugen – 1,3 kg NH3 per dierplaats per jaar (HD3.10)

  • Vleesvarkens, opfokberen van circa 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van circa 25 kg tot eerste dekking (HD5.14)

R9/R26/R44

18

8

Gedeeltelijk dichte vloer in hokken voor biggenopfok

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Minimaal 40% van de totale vloeroppervlakte met een dichte kunststof vloer voor biggenopfok

R9/R44

18

9

Technieken die uitkomst van eieren in vleeskuikenstallen mogelijk maken

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Systemen voor uitbroeden eieren en opfokken vleeskuikens met aparte vervolghuisvesting welke voldoen aan specificaties AP4

Niet subsidiabel

 

  • Bouw en verbouw van overige stalonderdelen.

R9/R44

16

10

Vrijloopkraamhokken zeugen

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Vrijloopkraamhokken voor zeugen in plaats van gangbare huisvesting van kraamboxen.

R9/R44

18

11

Emissiearme vloeren voor stallen melkveehouderij en vleeskalverhouderij

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Vloerdelen en bijbehorende technieken van emissiearme stalsystemen HA1.38 en HA1.35

Niet subsidiabel

 

  • Fundering waarop vloer ligt

  • Mestkelder

  • Muren en dak stal

  • Mestkanaal

  • Sloopkosten oude vloer

R9/R44

13

12

Gekartelde schoftboom en roterende koeborstel

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Gekartelde schoftboom inclusief bevestigingsmateriaal zoals beugelklemmen e.d.

  • Roterende koeborstel

Niet subsidiabel

 

  • Overige kosten voor onderdelen van ligboxafscheidingen, zoals de ligboxen zelf

  • Niet roterende koeborstel, bijvoorbeeld met een spiraalveer

R9/R44

18

 

Precisielandbouw

 

Categorie

Investering

Wel/niet subsidiabel

R-indicator

Punten

1

Groei- en Oogstmonitoring

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Digitale systemen ten behoeve van inzicht in oogstvariabelen, groeivariabelen (akkerbouw) en grasoogst (veehouderij)

  • Digitale systemen voor plaatsspecifieke opbrengstmetingen

  • Digitale systemen om de groei te monitoren, bijvoorbeeld door het gebruik van satelliet- of drones om data te verzamelen

R9/R26/R31

18

2

Precisiebemesting

Subsidiabel

 

Aanschaf en aanleg van:

 

  • Systemen die plaatsspecifiek vloeibare stikstofhoudende (kunst)meststoffen in de bodem kunnen toepassen.

  • Systemen om vloeibare meststoffen via druppelslangen in de juiste dosering en op het juiste moment toe te dienen aan het gewas (fertigatie)

  • Systemen voor het meten van het stikstofgehalte van de toegediende mest met NIRS indien dit meteen wordt doorvertaald in het doseren van de meststoffen

  • Systemen voor rijenbemesting met dierlijke mest

  • Systemen voor het digitaal meten van opbrengsten voor opbrengstkaarten ten behoeve van plaats specifieke teeltoptimalisatie

  • GPS/GIS apparatuur, inclusief bodemkaart voor bovenstaande systemen (alleen in combinatie met aanschaf van bovenstaande systemen)

Niet subsidiabel

 

  • Zodenbemester

R9/R26/R32

18

3

Precisiegewasbescherming

Subsidiabel

 

Aanschaf van:

 

  • Spuitmachine bestemd voor het toedienen van gewasbeschermingsmiddelen aan gewassen in de akkerbouw, bloembollen-, boom-, fruit- of vollegrondsteelt, of bedekte teelt waarbij het ontstaan van restvloeistof in de spuittank wordt voorkomen of met ten minste 50% wordt gereduceerd

  • Machine bestemd voor plaatsspecifieke bestrijding van ziekten, plagen of onkruiden in de akkerbouw, bloembollen-, boom-, fruit-, vollegrondsteelt of bedekte teelt zonder gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen

  • Spuitmachine met driftreducerende technieken, zoals driftarme doppen, elektrische kantdoppen, luchtondersteuning, luchtvloeistofmengsystemen sleepdoektechniek waardoor minimaal 95% driftreductie wordt bereikt.

  • Spuitmachine met volumereducerende technieken

  • Een spuitmachine met volledig gescheiden vloeistofsystemen voor schoon water en spuitvloeistof

  • Een spuitmachine waarbij de gewasbeschermingsmiddelen op het laatste moment voor het spuiten op het gewas in de spuitleiding vermengd worden door een selectieve doseringseenheid

  • Driftreducerende technieken, zoals driftarme doppen, elektrische kantdoppen, luchtondersteuning, luchtvloeistofmengsystemen voor een bestaande spuitmachine die zorgen voor minimaal 95% driftreductie.

  • Systemen die op basis een taakkaart kunnen spuiten, eventueel in combinatie met PWM doppen (pulse width modulation)

  • Spotspray toepassingen: herkenning van onkruid met behulp van camera’s waarna alleen het onkruid bespoten wordt (sterke middelreductie)

Niet subsidiabel

 

  • Kosten voor gebruik van drift reducerende additieven

Opmerkingen

 

  • Het percentage restvloeistofreductie of driftreductie moet worden vermeld op de offerte.

R9/R26/R32

17

Naar boven