Verkeersbesluit N237 Amersfoortsestraat

Provincie Utrecht, gemeente Soest, N237, instellen voorrangsregeling

 

Besluit van de provincie Utrecht van 21 oktober 2024, nummer UTSP-967621710-54590, tot vaststelling van verkeersmaatregelen ten behoeve:

  • van het instellen van een voorrangsregeling ter hoogte van HMP 86,65.

 

Gebruikte afkortingen

RVV = Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990

BABW = Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer

Hmp. = hectometerpaal

 

Overwegingen

Dit verkeersbesluit heeft betrekking op de N237 in de gemeente Soest. Aan de N237 ter hoogte van hmp 86,65 ligt de uitrit van Amersfoortsestraat 124-126.

 

Zoals de uitrit nu ingericht is, is er onduidelijkheid in de voorrangregeling voor motorvoertuigen die de uitrit in en uit willen rijden en het kruisende fiets-/bromfietspad. In de huidige situatie is er bij de kruising van de uitrit en het fiets-/bromfietspad een plateau aangelegd met piano-markering aan alle vier de zijden.

 

Om de voorrangsregeling duidelijk te maken is het wenselijk de kruising in te richten met een voorrangsregeling waarbij de kruisende bestuurders die de uitrit in en uit willen rijden voorrang moeten verlenen aan bestuurders op het fiets-/bromfietspad en de hoofdrijbaan van de N237.

 

Noodzaak en doelstelling verkeersbesluit

Op grond van artikel 15, lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 12 van het BABW moet voor het nemen van verkeersmaatregelen en het aanbrengen van borden van bijlage I van het RVV 1990 en verkeerstekens op het wegdek een verkeersbesluit worden genomen. De doelstellingen van dit verkeersbesluit zijn het verzekeren van de veiligheid op de weg en het beschermen van weggebruikers en passagiers, het in stand houden van de weg en waarborgen van de bruikbaarheid van de weg en het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van verkeer. Deze belangen zijn genoemd in artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994.

 

Verplicht overleg politie

Zoals in artikel 24 van het BABW is voorgeschreven, is overleg gepleegd met de korpschef van de nationale politie over deze verkeersmaatregel. De daartoe gemachtigde medewerker verkeersadvisering van de politie adviseert positief. Nadeel van de maatregel is wel dat deze alleen wordt genomen op deze locatie, die niet uniek is langs de N237. Hierdoor kan onduidelijkheid ontstaan langs andere in- uitritten langs deze weg. Wat kan leiden tot onveilige situaties. De ingestelde voorrangsregeling voor afslaand verkeer vanaf de hoofdrijbaan naar de inrit, kan juridisch niet aangezien er geen sprake is van kruisende wegen.

 

Afweging belangen

Om de veiligheid van de fietsers en bromfietsers te waarborgen die gebruikmaken van het fiets-/bromfietspad aan de N237, wordt het besluit genomen voor de voorrangsregeling bij de uitrit van de Amersfoortsestraat 124-126. Het waarborgen van de veiligheid van fietsers en bromfietsers prevaleert boven de belangen van de bestuurder van het motorvoertuig welke voorrang moet verlenen aan de (brom)fietser.

 

Het nemen van dit besluit bevordert de veiligheid op de weg. Alles tegen elkaar afgewogen zijn de te nemen maatregelen dus in ieders belang.

 

Bevoegdheid

De weggedeelten waar deze maatregelen worden getroffen, zijn in beheer bij de provincie Utrecht. Daarom zijn wij, Gedeputeerde Staten van Utrecht, op grond van artikel 18, lid 1, sub b, van de Wegenverkeerswet 1994 het bevoegde bestuursorgaan om dit verkeersbesluit te nemen.

 

Besluit

De volgende maatregelen worden uitgevoerd op de provinciale weg N237:

 

Plaatsen:

  • borden B6 van bijlage I van het RVV 1990 en haaientanden bij de aansluiting van de uitrit bij Amersfoortsestraat 124-126 op het fiets-/bromfietspad en de hoofdrijbaan van de N237 om aan te geven dat bestuurders die de uitrit verlaten voorrang dienen te verlenen aan het kruising fiets-/bromfietspad en de hoofdrijbaan;

  • borden G12a van bijlage I van het RVV 1990 om het vrijliggende pad langs de N237 aan te wijzen als fiets/bromfietspad in twee richtingen.

 

De bebording plaatsen zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende tekeningen.

 

Aandachtspunt

Dit besluit laat de eventuele toepassing van de Omgevingsverordening provincie Utrecht 2022 onverlet

 

Gedeputeerde Staten van Utrecht,

namens hen,

 

 

 

 

M. Stangenberger

Teamleider domein Mobiliteit

 

Bekendmaking

Dit verkeersbesluit ligt met bijbehorende tekening vanaf bekendmaking gedurende zes weken ter inzage in het provinciehuis van Utrecht en is in te zien na telefonische afspraak via +31302589111. Het besluit wordt ook elektronisch gepubliceerd in de Staatscourant via www.officielebekendmakingen.nl. Tevens hebben wij dit verkeersbesluit openbaar gemaakt via het internetdomein van de provincie Utrecht: http://www.provincie-utrecht.nl.

Rechtsbescherming

Bent u het niet eens met dit verkeersbesluit? Bel ons dan eerst even. Onze medewerkers kunnen uw vragen beantwoorden. Misschien is het dan niet meer nodig om bezwaar te maken. Bent u het nog steeds niet eens met dit verkeersbesluit dan kunt u bezwaar maken. Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden binnen zes weken na de dag van verzending een bezwaarschrift bij het college van Gedeputeerde Staten van Utrecht indienen:

Digitaal: gebruikt u hiervoor het formulier “Bezwaar tegen beslissing provinciaal bestuur met DigiD”.

Uw DigiD geldt als ondertekening. U vindt het formulier via: https://www.provincie-utrecht.nl/loket/klacht-bezwaar-melding-doorgeven.

Schriftelijk: t.a.v. de secretaris van de Awb- adviescommissie van PS en GS, postbus 80300, 3508 TH Utrecht. Het bezwaarschrift moet in ieder geval bevatten, uw naam en adres, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht (indien mogelijk, onder vermelding van het besluitnummer) de reden van bezwaar, ondertekening.

 

Aan de behandeling van een bezwaarschrift zijn voor de indiener geen kosten verbonden. Overigens schort het indienen van een bezwaarschrift de werking van het besluit niet op. Als u niet kunt wachten op de normale behandeling van uw bezwaarschrift, hebt u de mogelijkheid om een voorlopige voorziening aan te vragen bij de rechtbank. U moet op dat moment ook al een bezwaarschrift hebben ingediend. Het verzoek om een voorlopige voorziening richt u aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland, Sector bestuursrecht, postbus 16005, 3500 DA Utrecht. Daarbij is een griffierecht verschuldigd (zie ook voor de hoogte van het griffierecht: https://www.rechtspraak.nl/Naar-de-rechter/Kosten-rechtszaak/griffierecht). U kunt ook digitaal een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor dient u te beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op genoemde site voor de precieze voorwaarden.

Bijlage

 

 

Naar boven