Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 5 november 2024 tot wijziging van de Subsidieregeling cultureel erfgoed Noord-Brabant 2016 in verband met het wijzigen van enkele subsidieplafonds van paragraaf 5 Stimulans publieksbereik musea en theaters (Vijftiende wijziging Subsidieregeling cultureel erfgoed Noord-Brabant 2016)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

 

Overwegende dat het wenselijk is de Subsidieregeling cultureel erfgoed Noord-Brabant 2016 te wijzigen in verband met het wijzigen van enkele subsidieplafonds van paragraaf 5 Stimulans publieksbereik musea en theaters;

 

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijziging Subsidieregeling cultureel erfgoed Noord-Brabant 2016

Artikel 5.9 van de Subsidieregeling cultureel erfgoed Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel c wordt “€ 72.000” vervangen door “€ 96.000”.

  • 2.

    In onderdeel d wordt “€ 210.000” vervangen door “€ 186.000”.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 3 juni 2024.

’s-Hertogenbosch, 5 november 2024

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. G.H.E. Derks MPA

Toelichting behorende bij de Vijftiende wijziging Subsidieregeling cultureel erfgoed Noord-Brabant 2016

Deze wijzigingsregeling wijzigt paragraaf 5 Stimulans publieksbereik musea en theaters van de Subsidieregeling cultureel erfgoed Noord-Brabant 2016. Het tweede aanvraagtijdvak in 2024 was van 4 juni 2024 tot en met 13 september 2024. Het subsidiebudget voor musea (artikel 5.9, onderdeel d) is binnen dit tijdvak niet volledig benut, terwijl er niet genoeg subsidiebudget beschikbaar is om alle aanvragen voor theaters (artikel 5.9, onderdeel c) te honoreren.

 

Er zijn geen andere subsidieaanvragen voor musea ingediend of geweigerd en het aanvraagtijdvak is voorbij. Er bestaat daardoor geen risico dat voor musea meer subsidie zal moeten worden verstrekt dan de hoogte van het nieuwe subsidieplafond. Het is de wens om het onbenutte subsidiebudget voor musea te benutten voor theaters. Dat betekent dat het subsidieplafond voor theaters wordt verhoogd en dat het subsidieplafond voor musea wordt verlaagd.

 

Deze wijzigingsregeling werkt terug tot en met de eerste dag van het aanvraagtijdvak.

 

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

 

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

 

de secretaris,

drs. G.H.E. Derks MPA

 

 

Naar boven