Beschikking Wet natuurbescherming, provincie Zuid-Holland

Onderwerp

Omgevingsdienst Haaglanden maakt namens Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland bekend dat besloten is een ontheffing te verlenen voor het verlengen van de geldigheidtermijn van de verleende ontheffing van 10 september 2019, kenmerk ODH2029-00086122. Het betreft het opzettelijk vangen van het zilverstreephooibeestje, de gevlekte witsnuitlibel, de groene glazenmaker, de rivierrombout, de sierlijke witsnuitlibel, de teunisbloempijlstaart, de aardbeivlinder, de bruine eikenpage, de duinparelmoervlinder, de grote vos, de iepenpage en de bosbeekjuffer, alsmede het opzettelijk verstoren van het zilverstreephooibeestje, de gevlekte witsnuitlibel, de groene glazenmaker, de rivierrombout, de sierlijke witsnuitlibel en de teunisbloempijlstaart in het kader van onderzoek naar vlinders en libellen in de gehele provincie Zuid-Holland.

Bezwaar

De beschikking is op 9 oktober 2024 verzonden. Een belanghebbende kan tot en met 20 november 2024 een bezwaarschrift indienen bij Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, t.a.v. het Awb secretariaat, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag, onder vermelding van het zaaknummer 01082907. Aan de behandeling van het bezwaarschrift zijn voor de indiener geen kosten verbonden.

Bij een spoedeisend belang kunt u een verzoek om een voorlopige voorziening indienen bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag. Voor de behandeling van het verzoekschrift is griffierecht verschuldigd.

Het is ook mogelijk om een verzoek om voorlopige voorziening digitaal in te dienen via het Digitaal loket (https://loket.rechtspraak.nl).

Op 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. Voor deze procedure geldt op grond van overgangsrecht nog het oude recht, in dit geval de Wet natuurbescherming.

Inlichtingen

Voor nadere inlichtingen kunt u zich wenden tot de afdeling Toetsing & Vergunningverlening Milieu, e-mailadres: vergunningen@odh.nl.

Naar boven