4.23 Samenwerking (voor)verkenningsfase koploperprojecten PPLG Overijssel
Artikel 4.23.8 Subsidieaanvraag
‘1 november’ wordt vervangen door: 12 december
De bijlage 1 komt als volgt te luiden:
Bijlage 1: Koploperprojecten PPLG Overijssel
|
PPLG-deelgebied
|
Naam initiatief
|
1
|
Noordoost-Twente
|
Gebiedsproces Dinkeldal
|
2
|
Noordoost-Twente
|
Gebiedsproces Mander Esch
|
3
|
Noordoost-Twente
|
Gebiedsproces Ootmarsum
|
4
|
Noordoost-Twente
|
Gebiedsproces Beuningen
|
5
|
Noordoost-Twente
|
Gebiedsproces Volthe
|
6
|
Noordwest-Overijssel
|
Gebiedsproces Boeren Blokzijl
|
7
|
Noordwest-Overijssel
|
Gebiedsproces Veldiger Binnenlanden
|
8
|
Noordwest-Overijssel
|
Gebiedsproces De Melm
|
9
|
Noordwest-Overijssel
|
Gebiedsproces Rouveen
|
10
|
Noordwest-Overijssel
|
Gebiedsproces Polder Mastenbroek/Zuiderzeepolder
|
11
|
Noordwest-Overijssel
|
Gebiedsproces Polder Giethoorn
|
12
|
Salland
|
Gebiedsproces Deelgebied Oxe/Bathmen
|
13
|
Salland
|
Gebiedsproces Deelgebied 't Rozendael
|
14
|
Salland
|
Gebiedsproces Deelgebied Lierderbroek-Sekdoorn
|
15
|
Salland
|
Landgoederenproject Salland OPG
|
16
|
Salland
|
Gebiedsproces Bolwerksweiden Deventer
|
17
|
Vechtdal
|
Landgoederenzone Vechtdal
|
18
|
Vechtdal
|
Gebiedsproces Landgoed Junne
|
19
|
Vechtdal
|
Gebiedsproces Stegeren boert door
|
20
|
Vechtdal
|
Gebiedsproces Dalfserveld
|
21
|
Vechtdal
|
Gebiedsproces Witharen
|
22
|
Vechtdal
|
Gebiedsproces Boeren Lemelerveld
|
23
|
West-Twente
|
Gebiedsproces CATB Wierden
|
24
|
West-Twente
|
Gebiedsproces Haarle
|
25
|
West-Twente
|
Gebiedsproces Bornebroek
|
26
|
West-Twente
|
Gebiedsproces Huize Almelo
|
27
|
Zuidoost-Twente
|
Gebiedsproces Zuidoost- Haaksbergen
|
28
|
Zuidoost-Twente
|
Gebiedsproces Broekheurne
|
29
|
Zuidoost-Twente
|
Gebiedsproces Twickel
|
30
|
Zuidoost-Twente
|
Gebiedsproces Landgoederenzone Diepenheim
|
31
|
Zuidoost-Twente
|
Gebiedsproces Borne
|
4.2 Meer bos in Overijssel
Artikel 4.2.1 Betekenis van de begrippen
Het begrip ‘erfbos’ komt te vervallen
Artikel 4.2.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen
In lid 1 onderdeel b komt het tekstdeel ‘of erfbos’ te vervallen
Lid 4 komt als volgt te luiden:
- 4.
Het te realiseren bos of de houtwal voldoet aan de volgende voorwaarden:
Bij onderdeel b komt ‘het erfbos en’ te vervallen
Onderdeel c komt als volgt te luiden:
- c.
het bos of de houtwal wordt gerealiseerd volgens een inrichtings- en beplantingsplan die voldoet aan de voorwaarden als bedoeld in lid 3;
De eerste zin van onderdeel d komt als volgt te luiden: .
- d.
het bos of de houtwal wordt gerealiseerd in Overijssel in een gebied dat op de Kaart is aangemerkt als:
Bij onderdeel f komt de tekst ‘of het erfbos’ te vervallen.
Lid 5, onderdeel c komt als volgt te luiden:
- c.
de realisatie van bos of houtwal vindt plaats op de landbouwgrond die afgewaardeerd wordt;
Artikel 4.2.4 Aanvrager
Lid 1 komt als volgt te luiden:
- 1.
De aanvrager is de eigenaar van de grond waarop de realisatie van bos of houtwal plaats vindt.
Artikel 4.2.5 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen
Lid 1, eerste zin, komt als volgt te luiden:
- 1.
Voor de realisatie van bos of houtwal inclusief het opstellen van een inrichtingsplan, beplantingsplan en een beheerplan zijn de werkelijke personeelskosten, kosten van derden, gebruik van machines en aanschafkosten van materiaal subsidiabel.
Lid 4 komt als volgt te luiden:
- 4.
De voorbereidingskosten zoals het opstellen van een inrichtingsplan, beplantingsplan en een beheerplan zijn niet subsidiabel, als na de aanvraag voor subsidie blijkt dat de aanvraag wordt ingetrokken of het bos of de houtwal niet gerealiseerd wordt of kan worden.
Artikel 4.2.6 Hoogte van de subsidie
Lid 1, eerste zin, komt als volgt te luiden:
- 1.
De subsidie voor realisatie van bos of houtwal is maximaal 100% van de subsidiabele kosten.
Artikel 4.2.8 Pretoets en taxatie
In lid 1 komt ‘, erfbos’ te vervallen.
Artikel 4.2.9 Beschikbaar budget voor de regeling
Lid 2, onderdeel c, komt te vervallen.
Artikel 4.2.10 Aanvullende verplichtingen
Lid 1, onderdeel a, eerste zin, komt als volgt te luiden:
- a.
voordat gestart wordt met de realisatie van het bos of de houtwal:
Lid 1 onderdeel c komt te luiden:
- c.
het bos of de houtwal in de periode tussen 1 september en 1 april aan te planten;
Lid 1 onderdeel d komt als volgt te luiden:
- d.
alle noodzakelijke maatregelen te nemen om te zorgen dat het plantmateriaal aanslaat, en het bos of de houtwal optimaal kan groeien;
Lid 1 onderdeel e komt als volgt te luiden:
- e.
het bos of de houtwal zover nodig te beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden;
Lid 1 onderdeel f. komt als volgt te luiden:
- f.
binnen 4 weken na realisatie van het bos of de houtwal dit te melden bij de provincie;
Lid 1, onderdeel g, sub 1 komt als volgt te luiden:
- 1.
het bos of de houtwal beheert;
Lid 1, onderdeel g, sub 2 komt als volgt te luiden:
- 2.
geen dingen doet die een veiligheidsrisico voor het bos of de houtwal kan zijn;
Lid 1, onderdeel j komt als volgt te luiden:
- j.
het bos of de houtwal binnen 2 jaar na subsidieverlening gerealiseerd te hebben;
Lid 1, onderdeel k sub 1 komt als volgt te luiden:
- k.
het bos of de houtwal voor onbepaalde tijd in stand te houden.
Lid 2, onderdeel b eerste zin komt als volgt te luiden:
- b.
bij de verandering van landbouwgrond in bos of houtwal nadelige milieueffecten te voorkomen.
4.3 Natuur en Samenleving 2.0
Artikel 4.3.5 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen
Toegevoegd wordt een lid 8 dat luidt:
- 8.
De kosten zijn vanaf 1 juli 2024 subsidiabel. Dit is in afwijking van artikel 1.2.8 lid a.
5.6 Verbeteren infrastructuur openbaar vervoer
Artikel 5.6.5 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen
Aan huidige tekst wordt vooraan de zin toegevoegd: ‘1.'
Een nieuw lid 2 wordt toegevoegd, dat luidt:
- 2.
De kosten die gemaakt zijn voor ontvangst van de subsidieaanvraag zijn wel subsidiabel, maar alleen vanaf 1 september van het jaar voorafgaand aan de subsidieaanvraag. Artikel 1.2.8 onderdeel a is niet van toepassing.
Artikel 5.6.10 Aanvullende verplichtingen
Bij lid a wordt vooraan de zin toegevoegd: uiterlijk
Een nieuwe paragraaf wordt toegevoegd:
6.17 Beeldbepalende evenementen 2025-2027
Artikel 6.17.1 Betekenis van de begrippen
In dit artikel worden vaker voorkomende begrippen uitgelegd.
- -
Breedtesport: de sport zoals deze door grote groepen van de bevolking beoefend kunnen worden waarbij het meer gaat om plezier en de gezondheidswinst dan om de sportprestatie.
- -
Evenement: een georganiseerde, tijdelijke gebeurtenis, bijgewoond door een verzameling mensen, die zich daarvoor in een inrichting of op een terrein bevindt of beweegt.
- -
Gevestigd cultuur- en sportevenement in Overijssel: een jaarlijks evenement dat al minimaal twee aaneengesloten jaren is georganiseerd of een periodiek evenement waarbij minimaal twee edities al zijn georganiseerd.
- -
Investeringsvoorstel Evenementenbeleid 2025-2027: op 26 juni 2024 door Provinciale Staten vastgesteld statenvoorstel met nr. PS24-000419.
- -
Periodiek evenement: een evenement dat in een vast ritme van een aantal jaren georganiseerd wordt, variërend van twee tot vijf jaar.
Artikel 6.17.2 Doel van de subsidieregeling
Met deze subsidieregeling wil de provincie beeldbepalende cultuur- en sportevenementen in Overijssel ondersteunen en er financieel aan bijdragen. Evenementen dragen bij aan de levendigheid en aantrekkelijkheid van Overijssel voor inwoners, bedrijven en bezoekers.
Artikel 6.17.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen
- 1.
De subsidie wordt verleend voor voorbereiding en uitvoering van een gevestigd cultuur- of sportevenement of een periodiek evenement voor de periode 2025 tot en met 2027.
- 2.
Het evenement of de organisatie voldoen aan de volgende voorwaarden:
- a.
de activiteiten worden uitgevoerd in Overijssel;
- b.
de aanvrager bevindt zich op het moment van indienen van de aanvraag niet in financiële problemen;
- c.
de activiteiten scoren minimaal 45 punten op basis van puntentabel 1 en minimaal 10 punten per kwaliteitsvoorwaarde.
- 3.
De volgende activiteiten komen niet in aanmerking voor de subsidie:
- a.
een aanvraag voor een evenement dat betrekking heeft op: een kermis, circus, beurs, congres, lokale carnavalsoptocht, braderie, week-jaar-streek-vrij- beestenmarkt, buurt-wijk-dorpsfeest, fair en rommelmarkt, avondvierdaagse, koopzondag, Sinterklaasintocht, kerstmarkt of een nieuwjaarsduik, dancefestival, Molendag en openmonumentendag, Koningsdag, lokale 4 mei-herdenking, lokale 5 mei-viering, uitsluitend een demonstratie of workshop, uitsluitend een concert of voorstelling, planten- dierenshow, tentfeest, oktoberfeest, feestweek, autorodeo, trekkertrek, paasvuur, tentoonstelling, tijdelijke kunstijsbaan, (stijl)danswedstrijd, piratenfeest, tuinevenement, tuinexpositie, goede doelen-evenement, opening cultureel seizoen, opening toeristisch jaar en promotieactiviteit.
- b.
De subsidie wordt niet verleend als de berekende subsidiabele kosten minder dan € 100.000,- bedragen per jaar of per editie als sprake is van een periodiek evenement. Dit is een afwijking van artikel 1.2.17 lid 2.
Artikel 6.17.4 Aanvrager
- 1.
De aanvrager is een rechtspersoon.
- 2.
De aanvrager is de organisator van het evenement.
Artikel 6.17.5 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen
- 1.
De personeelskosten en de kosten van derden zijn subsidiabel. De artikelen 1.2.5 tot en met 1.2.9 zijn van toepassing. Er gelden geen uitzondering op de subsidiabele en niet subsidiabele kosten.
- 2.
De kosten voor prijzengeld en reis-en verblijfkosten voor professionele sporters en hun entourage, zijn niet subsidiabel.
Artikel 6.17.6 Hoogte van de subsidie
- 1.
De subsidie is maximaal 50% van de subsidiabele kosten.
- 2.
De subsidie is maximaal € 181.500,- per aanvraag. Dit bedrag wordt berekend aan de hand van een maximum subsidie van € 60.500,- per jaar of per editie als sprake is van een periodiek evenement, voor de periode 2025 tot en met 2027.
Artikel 6.17.7 Eigen bijdrage
- 1.
Minimaal 50% van de subsidiabele kosten worden betaald met een bijdrage van de aanvrager of derden.
- 2.
De eigen bijdrage bestaat uit een geldbijdrage en/of uit inzet van betaald personeel. Het uurtarief dat gebruikt wordt staat in artikel 1.2.6.
Artikel 6.17.8 Subsidieaanvraag
- 1.
De aanvraag kan ingediend worden vanaf 1 oktober 2024 9.00 uur en moet uiterlijk 1 november 2024 vóór 17.00 uur ontvangen zijn.
- 2.
De aanvrager maakt gebruik van het digitale aanvraagformulier Beeldbepalende evenementen 2025-2027.
- 3.
De aanvrager levert een begroting en een dekkingsplan in. Het is verplicht om het beschikbaar gestelde begrotingsformat te gebruiken. Artikel 1.2.13 is van toepassing.
- 4.
De subsidieaanvraag moet vóór de sluitingsdatum compleet zijn.
- 5.
Na sluitingsdatum kunnen er geen inhoudelijke en financiële aanvullingen of wijzigingen meer ingediend worden.
Artikel 6.17.9 Beschikbaar budget voor de regeling
- 1.
Voor deze subsidieregeling wordt het subsidieplafond vastgesteld voor de indieningstermijn zoals genoemd in artikel 6.17.8 lid 1.
- 2.
Het subsidiebudget wordt verdeeld op basis van vastgestelde volgorde. Dit is een afwijking van artikel 1.2.16 lid 2.
- 3.
De verdeling van het subsidiebudget begint bij de aanvraag met de hoogste punten en gaat door tot het subsidieplafond bereikt is.
- 4.
Als twee of meer aanvragen dezelfde eindscore hebben en er niet voldoende subsidieplafond is voor alle aanvragen, dan wordt door de adviescommissie een volgorde bepaald aan de hand van een evenwichtige spreiding over de regio’s en een balans tussen het aantal cultuur- en sportevenementen.
- 5.
Als de te verstrekken subsidie hoger is dan het resterende bedrag van het subsidiebudget, dan kan de subsidie lager worden verleend. Dit kan alleen na overleg met de aanvrager en onder de voorwaarde dat:
- a.
de activiteiten ongewijzigd worden uitgevoerd;
- b.
de aanvrager of derden bereid zijn het financiële tekort zelf aanvullend te financieren. De gewijzigde financiële dekking wordt binnen 5 werkdagen ingeleverd.
Artikel 6.17.10 Tenderregeling
- 1.
De subsidieregeling is een tenderregeling.
- 2.
Bij een tenderregeling krijgt elke complete aanvraag die voldoet aan artikel 6.17.8 punten op basis van de beoordeling van de kwaliteitsvoorwaarden zoals genoemd in puntentabel 1. De beoordeelde aanvragen worden vervolgens in volgorde geplaatst op basis van het behaalde puntenaantal.
Artikel 6.17.11 Adviescommissie
Een aanvraag voor subsidie kan voorgelegd worden aan de adviescommissie Evenementen Overijssel. De commissie geeft advies in welke mate de aanvraag voldoet aan de voorwaarden die genoemd zijn in puntentabel 1.
Artikel 6.17.12 Aanvullende verplichtingen
De subsidieontvanger is verplicht bij de uitvoering van de evenementen rekening te houden met de Omgevingswet. Meer informatie is te vinden op Evenementen en natuur - Loket provincie Overijssel
Artikel 6.17.13 Staatssteun
- 1.
Als sprake is van staatssteun, dan voldoet de subsidie voor cultuurevenementen aan hoofdstuk 1 en artikel 53 van de AGVV en voor sportevenementen aan de Algemene De-minimisverordening.
- 2.
De totale bijdrage van alle overheden samen voor cultuurevenementen is maximaal 80% van de verleende subsidie. De totale bijdrage van alle overheden samen voor sportevenementen is maximaal Є 300.000,- over drie opeenvolgende jaren.
Artikel 6.17.14 Looptijd
De subsidieregeling vervalt op 1 december 2027, om 17.00 uur.
Puntentabel 1 bij Beeldbepalende Evenementen 2025-2027
Kwaliteitsvoorwaarden
|
Te behalen punten
|
- 1.
Het evenement is van kwalitatief hoog niveau, wat aannemelijk gemaakt is aan de hand van de onderbouwing van:
- a.
- b.
Toekomstbestendigheid van het evenement
- c.
Het concept van de programmering van het evenement
- d.
De inhoudelijke ontwikkeling van het evenement of onderdelen ervan t.o.v. de eerdere edities
- e.
De professionele en stabiele organisatie van het evenement
- f.
Bij cultuurevenementen: de artistieke kwaliteit
- g.
Bij sportevenementen; landelijk/internationaal niveau van het sportevenement
(totaal maximaal 15 punten)
|
Zeer goed: 15 punten
Goed: 10 punten
Voldoende: 5 punten
Onvoldoende: 0 punten
|
- 2.
Het evenement is van provinciaal belang, wat aannemelijk gemaakt is aan de hand van de uitwerking van:
- a.
De wijze waarop het evenement inspeelt op Overijsselse kenmerken
- b.
De uniciteit en onderscheidenheid van het evenement voor Overijssel
- c.
De betekenis van het evenement voor de tak van sport of voor de cultuuruiting
- d.
De wijze waarop het evenement de aantrekkelijkheid van onze provincie vergroot
- e.
De wijze waarop het evenement een verbindende rol in de samenleving en tussen stad en landelijke gebied speelt
(totaal maximaal 15 punten)
|
Zeer goed: 15 punten
Goed: 10 punten
Voldoende: 5 punten
Onvoldoende: 0 punten
|
- 3.
Het evenement heeft maatschappelijk effect en impact. Dit is overtuigend uitgelegd aan de hand van de volgende elementen:
- a.
Welke maatregelen een evenement neemt ter bevordering van de toegankelijkheid
- b.
Welke maatregelen een evenement neemt ter bevordering van de inclusiviteit
- c.
Bij sportevenementen: de verbinding van topsport aan breedte- en aangepaste sport
- d.
Bij cultuurevenementen: de verbinding met cultuurparticipatie en educatie
- e.
De kansen voor professionele groei van Overijssels talent, cultureel c.q. sportief
(totaal maximaal 15 punten)
|
Zeer goed: 15 punten
Goed: 10 punten
Voldoende: 5 punten
Onvoldoende: 0 punten
|
- 4.
Het evenement heeft een groot bereik, provinciale uitstraling en is regionaal ingebed. Dit is aannemelijk gemaakt door de uitwerking van:
- a.
De aantoonbare aantallen bezoekers en (indien van toepassing) deelnemers en de herkomst daarvan gebaseerd op vorige edities
- b.
Het aantal vrijwilligers dat is betrokken bij het evenement.
- c.
De rol en mate van betrokkenheid van het lokale en regionale bedrijfsleven
- d.
De rol en mate van betrokkenheid van sport- en of cultuurverenigingen en -stichtingen.
- e.
Een onderbouwd groot mediabereik, af te leiden uit de beschrijving en voorgaande edities hoe men wil bereiken dat er aandacht is in de vorm van: rapportages op landelijke en regionale TV-zenders; aandacht in landelijke en regionale dagbladen; publicaties in relevante tijdschriften; posts op social media door organisatie, bezoekers en deelnemers. Onderbouwd op basis van vorige edities
(totaal maximaal 15 punten)
|
Zeer goed: 15 punten
Goed: 10 punten
Voldoende: 5 punten
Onvoldoende: 0 punten
|
Totaal behaalde punten = 1+2+3+4
|
Paragraaf 7.1 Kader culturele instellingen wordt ingetrokken
7.10 Vernieuwing sociale kwaliteit
Artikel 7.10.4 Aanvrager
Tussen ‘een NV’ en ‘, een maatschap,’ wordt gevoegd: een coöperatie
Een nieuwe paragraaf wordt toegevoegd:
7.23
Kader cultuur en erfgoed 2025-2028
Artikel 7.23.1 Doel van de subsidieregeling
Met deze subsidieregeling wil de provincie bijdragen aan realisatie van haar beleidsdoelen Erfgoed, Cultureel aanbod en talentontwikkeling en Bibliotheken. Dit door een subsidie te verstrekken voor meerjarige activiteitenplannen van organisaties.
Artikel 7.23.2 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen
- 1.
De subsidie wordt verleend voor activiteiten die opgenomen zijn in het meerjarige activiteitenplan van de aanvrager en bijdragen aan de doelstellingen zoals verwoord in het Statenvoorstel Cultuur- en erfgoedbeleid 2025-2028. Het statenvoorstel is te vinden op Externe link:www.overijssel.notubiz.nl;
- 2.
De activiteiten voldoen aan de volgende voorwaarden:
- a.
de activiteiten worden uitgevoerd in Overijssel;
- b.
voor de activiteiten van een organisatie als bedoeld in artikel 7.23.3 lid 1 onderdeel a en b is een bijdrage beschikbaar uit de cultuurregio. Met Cultuurregio refereren we aan de samenwerking tussen gemeenten in de genoemde regio en niet per se aan de financiële huishouding van de regio. Financiering vanuit de cultuurregio moet afkomstig zijn van minimaal één gemeente uit de cultuurregio waar de aanvrager werkzaam is.
- c.
de activiteiten van Phion voldoen aanvullend aan de voorwaarden zoals opgenomen in het Statenvoorstel PS/2018/693. Het statenvoorstel is te vinden op Externe link:www.overijssel.notubiz.nl;
Artikel 7.23.3 Aanvrager
- 1.
De aanvrager is:
- a.
een organisatie die meerjarige subsidie ontvangt vanuit de rijkssubsidieregeling Culturele basisinfrastructuur 2025-2028, of;
- b.
een organisatie die meerjarige subsidie ontvangt van het Mondriaan Fonds, Het Fonds Podiumkunsten of het Fonds voor Cultuurparticipatie in de periode 2025-2028;
- c.
een organisatie die meerjarige subsidie ontvangt vanuit de rijkssubsidieregeling Beheer rijkscollectie en subsidiëring museale instellingen in de periode 2025-2028;
- d.
een andere culturele of erfgoedorganisatie die op basis van het Cultuur- en Erfgoedbeleid Overijssel 2025-2028 met naam en bedrag op de provinciale begroting is opgenomen voor de periode 2025-2028.
- 2.
De aanvrager is met naam en toenaam en bedrag opgenomen op de provinciale begroting onder de structurele middelen.
- 3.
De aanvrager is opgenomen in Tabel 1 bij deze subsidieregeling.
Artikel 7.23.4 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen
- 1.
De volgende kosten zijn subsidiabel:
- a.
personeelskosten en de kosten van derden. Artikelen 1.2.5 tot en met 1.2.9 zijn van toepassing;
- b.
de exploitatiekosten die rechtstreeks verband houden met het culturele project of de culturele activiteit. Het gaat dan om kosten voor het gebruik van materiaal, kosten voor communicatie, kosten voor het gebruik van gas, water en energie, kosten van onderhoud, kosten van huur en algemene administratiekosten van de instelling.
- 2.
Voor de organisaties als bedoeld in artikel 7.23.3 lid 1 onder onderdeel a, b en c gelden de subsidiabele kosten zoals opgenomen in de rijkssubsidieregeling Culturele basisinfrastructuur 2025-2028, de rijksregelingen ‘Meerjarige productiesubsidies 2025-2028' en ‘Meerjarige festivalsubsidies 2025-2028' van het Fonds Podiumkunsten, de regeling ‘Talentontwikkeling 2025-2028' van het Fonds voor Cultuurparticipatie, de regeling ‘Programma’s Kunstpodia 2025-2028' van het Mondriaanfonds of de regeling ‘Beheer rijkscollectie en subsidiëring museale instellingen’.
Artikel 7.23.5 Hoogte van de subsidie
- 1.
De subsidie is maximaal 100% van de subsidiabele kosten;
- 2.
De subsidie is maximaal het bedrag zoals voor die aanvrager is opgenomen in Tabel 1.
- 3.
De subsidie is een maximumbedrag;
- 4.
Op de verleende subsidie wordt indexering toegepast volgens het jaarlijkse door de Provinciale Staten bepaalde indexeringspercentage.
- 5.
Voor Phion geldt, in afwijking van voorgaande lid, dat er een afwijkend indexeringspercentage gehanteerd kan worden op basis van het Statenvoorstel PS/2018/693.
Artikel 7.23.6 Subsidieaanvraag
- 1.
De subsidieaanvraag voor de subsidieperiode 2025 tot en met 2028 kan ingediend worden vanaf 1 oktober 2024.
- 2.
De aanvrager maakt gebruik van het digitale aanvraagformulier Kader culturele en erfgoedinstellingen Overijssel 2025 tot en met 2028.
- 3.
De aanvrager levert aanvullend de volgende stukken in:
- a.
een meerjarig activiteitenplan;
- b.
een begroting voor de betreffende subsidieperiode. Uit de begroting blijkt wat de verwachte omzet, kosten en nettowinst zijn. In de begroting wordt duidelijk gemaakt dat de opgenomen kosten voldoen aan de kosten die voor de subsidie in aanmerking komen. Het is niet verplicht om het begrotingsformat van de provincie te gebruiken.
- 4.
Als de aanvrager een organisatie is die is opgenomen in artikel 7.23.3 lid 1 onderdeel a, b of c levert de aanvrager aanvullend de volgende stukken in:
- a.
de aanvraag met bijlagen zoals ingediend bij de Rijksoverheid of het betreffende Rijkscultuurfonds;
- b.
het besluit van de Rijksoverheid of de Rijkscultuurfondsen tot verlening van de subsidie.
Artikel 7.23.7 Beschikbaar budget voor de subsidieregeling
Het subsidieplafond geldt voor de jaren 2025 tot en met 2028.
Artikel 7.23.8 Bevoorschotting
- 1.
Het voorschot per jaar is:
- a.
maximaal 25% van de verleende subsidie als sprake is van een subsidieverlening voor vier jaar.
- b.
maximaal 50% van de verleende subsidie als sprake is van een subsidieverlening voor twee jaar.
- 2.
Artikel 1.2.18 lid 1 is niet van toepassing.
Artikel 7.23.9 Aanvullende verplichtingen
Bij subsidieverlening kunnen aanvullende verplichtingen opgelegd worden die nodig zijn om aan de doelstellingen zoals verwoord in het Statenvoorstel Cultuur- en erfgoedbeleid 2025-2028 te voldoen. Als een aanvrager niet kan voldoen aan die verplichtingen dan kan dit van invloed zijn op de hoogte van de te verlenen subsidie of de subsidievaststelling.
Artikel 7.23.10 Tussenrapportage
De jaarlijkse tussenrapportage bevat ook de cumulatieve winst- en verliesrekening over het voorgaande jaar. Dit is een aanvulling op artikel 1.3.4.
Artikel 7.23.11 Aansluiten bij subsidieverstrekking van de Rijksoverheid of de Rijkscultuurfondsen
Als er sprake is van een subsidie aan een organisatie zoals bedoeld in artikel 7.23.3 lid 1 onderdeel a, b of c dan kunnen Gedeputeerde Staten bij verlening, vaststelling, eventuele wijziging of intrekking van de subsidie, aansluiten bij het besluit van de Rijksoverheid of de Rijkscultuurfondsen.
Artikel 7.23.12 Aanvraag voor de subsidievaststelling
Bij de aanvraag voor de subsidievaststelling levert de subsidieontvanger de volgende stukken in:
- a.
het vaststellingsbesluit van de Rijksoverheid of het Rijkscultuurfonds als sprake is van een organisatie die is opgenomen in artikel 7.23.3 lid 1 onderdeel a, b of c.
- b.
als er sprake is van staatssteun: de cumulatieve winst- en verliesrekening over de subsidieperiode waaruit de nettowinst blijkt.
Artikel 7.23.13 Vaststelling subsidie
Als uit de cumulatieve winst- en verliesrekening blijkt dat er sprake is van exploitatiewinst, dan stellen wij de subsidie lager vast. In dat geval wordt het volgende bedrag op de subsidie in mindering gebracht: het subsidiepercentage uit de subsidieverlening x de exploitatiewinst over de periode 2025 tot en met 2028.
Artikel 7.23.14 Staatssteun
Als sprake is van staatssteun, dan voldoet de subsidie aan hoofdstuk 1 en artikel 53 van de AGVV.
Artikel 7.23.15 Looptijd
Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2028 om 17.00 uur.
Bijlage 1: Tabel 1 bij 7.23 Kader culturele en erfgoedinstellingen Overijssel 2025 tot en met 2028
Nb. 1 bedragen zijn exclusief indexering
Nb. 2 bedragen zijn onder voorbehoud van vaststelling van de betreffende begroting (inclusief indexeringspercentage) door Provinciale Staten
Organisatie
en onderdeel artikel 7.23.3
|
Totale maximale subsidiebedrag 2025-2028
|
Maximale subsidiebedrag 2025
|
Maximale subsidiebedrag 2026
|
Maximale subsidiebedrag 2027
|
Maximale subsidiebedrag 2028
|
A: BIS
|
Phion
|
€ 4.525.592,00
|
€ 1.131.398,00
|
€ 1.131.398,00
|
€ 1.131.398,00
|
€ 1.131.398,00
|
Nederlandse Reisopera
|
€ 821.600,00
|
€ 205.400,00
|
€ 205.400,00
|
€ 205.400,00
|
€ 205.400,00
|
Theater Sonnevanck
|
€ 1.304.766,53
|
€ 326.191,63
|
€ 326.191,63
|
€ 326.191,63
|
€ 326.191,63
|
De Nieuwe Oost
|
€ 1.848.600,00
|
€ 462.150,00
|
€ 462.150,00
|
€ 462.150,00
|
€ 462.150,00
|
Oostpool
|
€ 434.215,60
|
€ 108.553,90
|
€ 108.553,90
|
€ 108.553,90
|
€ 108.553,90
|
Introdans
|
€ 434.215,60
|
€ 108.553,90
|
€ 108.553,90
|
€ 108.553,90
|
€ 108.553,90
|
Tetem
|
€ 616.200,00
|
€ 154.050,00
|
€ 154.050,00
|
€ 154.050,00
|
€ 154.050,00
|
Planetart (Gogbot)
|
€ 234.600,00
|
€ 58.650,00
|
€ 58.650,00
|
€ 58.650,00
|
€ 58.650,00
|
B: Fonds podiumkunsten
|
De Jonge Honden
|
€ 336.000,00
|
€ 84.000,00
|
€ 84.000,00
|
€ 84.000,00
|
€ 84.000,00
|
Jansen en de Boer
|
€ 200.000,00
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
Theater producties Twente
|
€ 200.000,00
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
Nederlands Bach Consort
|
€ 200.000,00
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
Stichting dEVENTer (Deventer op stelten)
|
€ 234.600,00
|
€ 58.650,00
|
€ 58.650,00
|
€ 58.650,00
|
€ 58.650,00
|
Stichting Stift International Music Festival ft Festival
|
€ 234.600,00
|
€ 58.650,00
|
€ 58.650,00
|
€ 58.650,00
|
€ 58.650,00
|
B: Mondriaanfonds
|
Drawingcentre Diepenhem
|
€ 300.000,00
|
€ 75.000,00
|
€ 75.000,00
|
€ 75.000,00
|
€ 75.000,00
|
Kunstenlab Deventer
|
€ 205.400,00
|
€ 51.350,00
|
€ 51.350,00
|
€ 51.350,00
|
€ 51.350,00
|
L/NK Zwolle
|
€ 100.000
|
€ 50.000,00
|
€ 50.000,00
|
-
|
-
|
B: Fonds voor Cultuurparticipatie
|
Theaterschip
|
€ 205.400,00
|
€ 51.350,00
|
€ 51.350,00
|
€ 51.350,00
|
€ 51.350,00
|
Kunstbende
|
€ 100.000,00
|
€ 25.000,00
|
€ 25.000,00
|
€ 25.000,00
|
€ 25.000,00
|
C: Erfgoedwet
|
Rijksmuseum Twente
|
€ 308.100,00
|
€ 77.025,00
|
€ 77.025,00
|
€ 77.025,00
|
€ 77.025,00
|
D: Overig, Netwerk en erfgoedpartners
|
Het Oversticht (archeologie Malta gelden, regionale steunfunctie monumentenzorg).
|
€ 2.736.174,48
|
€ 684.043,62
|
€ 684.043,62
|
€ 684.043,62
|
€ 684.043,62
|
Stichting Monumentenwacht Overijssel
|
€ 1.396.720,00
|
€ 349.180,00
|
€ 349.180,00
|
€ 349.180,00
|
€ 349.180,00
|
RIBO
|
€ 219.778,00
|
€ 54.944,50
|
€ 54.944,50
|
€ 54.944,50
|
€ 54.944,50
|
Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed Nederland
|
€ 410.800,00
|
€ 102.700,00
|
€ 102.700,00
|
€ 102.700,00
|
€ 102.700,00
|
Inzet Nedersaksische taal en cultuur Overijsselacademie
|
€ 2.012.920,00
|
€ 503.230,00
|
€ 503.230,00
|
€ 503.230,00
|
€ 503.230,00
|
Stichting Poppunt
|
€ 868.431,20
|
€ 217.107,80
|
€ 217.107,80
|
€ 217.107,80
|
€ 217.107,80
|
Filmkenniscentrum
|
€ 211.562,00
|
€ 52.890,50
|
€ 52.890,50
|
€ 52.890,50
|
€ 52.890,50
|
De Fundatie
|
€ 5.307.536,00
|
€ 1.326.884,00
|
€ 1.326.884,00
|
€ 1.326.884,00
|
€ 1.326.884,00
|
Cultuurprijs
|
€ 164.320,00
|
€ 41.080,00
|
€ 41.080,00
|
€ 41.080,00
|
€ 41.080,00
|
Stichting Rijnbrink Holding (Overijsselse Bibliotheekdienst)
|
€ 11.378.264,46
|
€ 2.844.566,11
|
€ 2.844.566,11
|
€ 2.844.566,11
|
€ 2.844.566,11
|
Stichting Rijnbrink Holding (Provinciale bibliotheek Amateurmuziek)
|
€ 189.863,54
|
€ 47.465,89
|
€ 47.465,89
|
€ 47.465,89
|
€ 47.465,89
|
Totaal
|
€ 37.840.259,41
|
€ 9.460.064,85
|
€ 9.460.064,85
|
€ 9.460.064,85
|
€ 9.460.064,85
|