Regeling uitwegen (in- en uitritten)

 

Gedeputeerde Staten van Drenthe;

 

gelet op de Omgevingswet en de daarbij behorende Regeling Omgevingswet, Besluit Omgevingswet en de AMvB’s;

 

BESLUITEN:

 

  • I.

    de Regeling uitwegen (in- en uitritten) vast te stellen;

  • II.

    de Regeling uitwegen (in- en uitritten), zoals vastgesteld bij besluit van 6 september 2005, kenmerk 5.2/2005006202, Provinciaal Blad nummer 64 van 2005, en gewijzigd bij besluit van 20 november 2018, kenmerk 4.4/2018002617, Provinciaal Blad nummer 8710 van 2018, in te trekken.

 

 

Regeling uitwegen (in- en uitritten)

 

Het college van Gedeputeerde Staten van Drenthe streeft ernaar om, ter verdere verbetering van een doelmatig en verkeersveilig gebruik van het beperkingengebied provinciale weg, de bij de provincie Drenthe in beheer zijnde wegen zodanig in te richten dat er voor de weggebruiker een uniform wegbeeld ontstaat. In het kader van deze beleidsregel wordt met weg bedoeld datgene wat artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994 daaronder verstaat.

Onderhavige regeling richt zich op in- en uitritten langs de bij de provincie Drenthe in beheer zijnde wegen. Een uniform wegbeeld kan ten aanzien hiervan onder andere worden gerealiseerd door het toepassen van standaardafmetingen en materialen. Het college is tevens van mening dat het aantal uitwegen mede ter verbetering van de verkeersveiligheid verminderd moet worden. Minder uitwegen betekent minder potentiële conflictpunten en bovendien minder kosten.

In verband hiermee hebben Gedeputeerde Staten besloten het beleid met betrekking tot, het op grond van hoofdstuk 11 van de Omgevingsverordening Drenthe 2023, het al dan niet toestaan van uitwegen (in- en uitritten) langs provinciale wegen als volgt vast te stellen.

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

 

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    stroomweg: stroomwegen zijn wegen gelegen buiten de bebouwde kom met een stroomfunctie en berekend om auto's met een hoge snelheid vlot en veilig te verwerken;

  • b.

    gebiedsontsluitingsweg: gebiedsontsluitingswegen zijn wegen waarop tevens langzaam verkeer en/of landbouwverkeer rijdt, gelegen binnen en buiten de bebouwde kom met een ontsluitende functie die de weg met de stroomweg verbindt, met in de meeste gevallen een vrij liggend fietspad;

  • c.

    gebiedsontsluitingsweg met volledige geslotenverklaring voor langzaam verkeer: gebiedsontsluitingsweg zijn wegen waar langzaam verkeer en/of landbouwverkeer niet is toegestaan, gelegen binnen en buiten de bebouwde kom met een ontsluitende functie die de weg met de stroomweg verbindt, met in de meeste gevallen een vrij liggend fietspad;

  • d.

    erftoegangsweg: erftoegangswegen zijn wegen met gemengd langzaam en gemotoriseerd verkeer, gelegen binnen en buiten de bebouwde kom, zonder rijrichtingscheiding, die erven ontsluiten;

Artikel 2. Ten aanzien van uitwegen op stroomwegen en op gebiedsontsluitingswegen met volledige geslotenverklaring voor langzaam verkeer

 

  • a.

    Uitwegen met een permanent karakter zijn niet toegestaan.

  • b.

    Tijdelijke uitwegen zijn slechts in uitzonderingsgevallen en onder nader te stellen voorschriften toegestaan. Bij dergelijke aansluitingen moet in ieder geval een snelheidsbeperking worden ingesteld. Tevens moet er een linksaf voorziening worden gecreëerd.

Artikel 3. Ten aanzien van uitwegen op gebiedsontsluitingswegen opengesteld voor langzaam verkeer en/of landbouwverkeer en op erftoegangswegen

 

  • a.

    Aanvragen voor nieuwe uitwegen worden, als er geen alternatieve ontsluitingsmogelijkheden zijn en er geen verkeerskundige bezwaren zijn, in beginsel gehonoreerd. Daarbij geldt het volgende:

    • -

      per woning wordt maximaal 1 uitweg toegestaan;

    • -

      per bedrijf/landbouwperceel worden maximaal 2 uitwegen toegestaan;

    • -

      het met voertuigen bereiken of verlaten van de provinciale weg via de uitweg moet vooruitrijdend plaatsvinden. In verband daarmee dient er op het perceel van aanvrager een keermogelijkheid te worden gecreëerd. Slechts ingeval dat niet op het perceel van aanvrager uitvoerbaar is, worden 2 uitwegen per perceel toegestaan;

    • -

      de uitweg dient volgens standaardafmetingen en -materiaal gerealiseerd te worden als aangegeven op de standaardtekening die deel uitmaakt van deze Regeling;

    • -

      een vergunning kan worden geweigerd in het belang van de bruikbaarheid van de weg, het veilig en doelmatig gebruik van de weg, de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving dan wel de bescherming van groenvoorzieningen.

  • b.

    Voor bestaande uitwegen geldt het volgende:

    • -

      in overleg met de perceeleigenaar wordt de situatie in overeenstemming gebracht met hetgeen bij nieuwe uitwegen geldt, namelijk: maximaal 1 uitweg per woning, maximaal 2 uitwegen per bedrijf/landbouwperceel, het creëren van een keermogelijkheid op het perceel en het in overeenstemming brengen met de standaardafmetingen en -materialen;

    • -

      tijdelijke uitwegen zijn, onder voorschriften, toegestaan.

Artikel 4. Kosten

 

  • a.

    Kosten voor aanleg van de uitweg en kosten van te treffen (tijdelijke) voorzieningen, zoals het treffen van verkeersmaatregelen en/of het aanbrengen van een duiker, als gevolg van de aanleg van de uitweg, komen voor rekening van de vergunninghouder.

  • b.

    De kosten voor het onderhoud van de uitweg en eventueel aanwezige duikers komt voor rekening van de vergunninghouder.

Artikel 5. Overgangsbepalingen

 

  • a.

    De Regeling uitwegen (in- en uitritten), zoals vastgesteld bij besluit van 6 september 2005, kenmerk 5.2/2005006202, Provinciaal Blad nummer 64 van 2005, en gewijzigd bij besluit van 20 november 2018, kenmerk 4.4/2018002617, Provinciaal Blad nummer 8710 van 2018, wordt ingetrokken.

  • b.

    Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de Omgevingswet in werking treedt.

  • c.

    Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling uitwegen (in- en uitritten).

 

 

 

 

Gedeputeerde Staten voornoemd,

 

mevrouw drs. J. Klijnsma, voorzitter

W.F. Brenkman MSc, secretaris

 

Assen, 17 mei 2022

Kenmerk 4.7/2022000761

 

Uitgegeven: 29 januari 2024

 

 

Naar boven