Wijzigingen Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2022, 11 juli 2023

Gedeputeerde Staten van Overijssel delen mee dat het Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2012 als volgt is gewijzigd:

Artikel I  

Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2022

 

Hoofdstuk 1 Algemeen

 

Artikel 1.1.2 Geldigheid van de regels in het Uitvoeringsbesluit

Na ‘Regeling aanpak schades panden langs Kanaal Almelo-De Haandrik’ wordt toegevoegd:

  • -

    Regeling Europese Landbouwsubsidies 2023-2027 Overijssel

Artikel 1.2.3 Subsidie heeft een stimulerend effect

Huidige tekst wordt vernummerd tot lid 1.

Lid 2 wordt toegevoegd:

  • 2.

    Lid 1 is niet van toepassing als sprake is van een subsidie waarbij Gedeputeerde Staten de subsidie verlenen uit financiële middelen die afkomstig zijn van de Rijksoverheid én op basis van de Rijksbeschikking de activiteit al gestart mag zijn vanaf een datum genoemd in de Rijksbeschikking. Deze uitzondering geldt niet als sprake is van subsidieverlening onder de AGVV of LVV, dan geldt artikel 1.2.3 lid 1 wel.

 

Artikel 1.2.8 Kosten die niet voor de subsidie in aanmerking komen

Onderdeel a komt als volgt te luiden:

  • a.

    de kosten die gemaakt zijn vóór het indienen van de subsidieaanvraag. Dit geldt niet als sprake is van een subsidie uit financiële middelen die afkomstig zijn van de Rijksoverheid én op basis van de Rijksbeschikking de activiteit al gestart mag zijn vanaf een datum genoemd in de Rijksbeschikking. Deze uitzondering geldt niet als sprake is van subsidieverlening onder de AGVV of LVV;

Artikel 1.2.5 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen

lid 1 sub b: ‘met facturen en offertes’ wordt vervangen door: met bijvoorbeeld offertes, facturen of betaalbewijzen

 

2.5 Deltaprogramma zoetwater regio Oost 2022-2027

 

Artikel 2.5.8 Aanvraag

Lid 1: ‘1 mei 2023’ wordt vervangen door: 1 november 2023

 

3.1 Energiebesparing Overijssel 2.0

 

Artikel 3.1.1 Betekenis van de begrippen

  • -

    Energielijst: achter ‘energie- en milieulijst’ wordt toegevoegd: 2022 of 2023

  • -

    Terugverdientijd: een berekening van de tijd waarin de investering terug wordt verdiend. Hierbij mag gebruik gemaakt worden van de berekeningsmethode die voor de energielijst geldt. Deze is te vinden op Berekenen terugverdientijd EIA (rvo.nl).

Paragraaf 3.9 komt als volgt te luiden:

3.9 Stimuleringslening verduurzaming maatschappelijk vastgoed

 

Artikel 3.9.1 Betekenis van de begrippen

In dit artikel worden vaker voorkomende begrippen uitgelegd.

  • -

    Maatschappelijk vastgoed: gebouwde onroerende zaak met een publieksfunctie in eigendom van een rechtspersoon. Het gaat om uitsluitend een buurthuis, dorpshuis, wijkcentrum, gemeenschapscentrum of een culturele instelling met een ANBI-status.

  • -

    Stimuleringslening: een lening voor de financiering van de werkelijke kosten van verduurzamingsmaatregelen.

  • -

    SVn: Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten, statutair gevestigd te Hoevelaken en kantoorhoudende te Amersfoort, financiële dienstverlener, geregistreerd onder AFM–vergunningnummer 12013647.

  • -

    Verduurzamingsmaatregel: maatregel die aantoonbaar direct leidt tot energiebesparing of reductie van koolstofdioxide-emissies. Het mag geen gedragsmaatregel zijn. Gedragsmaatregelen zijn maatregelen die betrekking hebben op het veranderen van gedrag van personen.

Artikel 3.9.2 Stimuleringslening

  • 1.

    Als de aanvraag voldoet aan de voorwaarden van deze subsidieregeling dan geven Gedeputeerde Staten een toewijzingsbesluit. Met een toewijzingsbesluit van de provincie kan de aanvrager een aanvraag doen voor de Stimuleringslening bij SVn.

  • 2.

    Het rentepercentage voor de Stimuleringslening bedraagt 2,5%.

  • 3.

    De looptijd van de Stimuleringslening bedraagt maximaal 15 jaar.

  • 4.

    De Stimuleringslening is annuïtair. De lening wordt maandelijks afgelost met een automatische incasso.

  • 5.

    De Stimuleringslening wordt verstrekt via een bouwdepot.

  • 6.

    De Stimuleringslening wordt onderhands verstrekt.

  • 7.

    De hoofdsom van de Stimuleringslening is minimaal € 5.000,- en maximaal € 200.000,-.

  • 8.

    Voor een Stimuleringslening van minder dan € 50.000,- geldt een beknopte toets.

  • 9.

    De Stimuleringslening wordt verstrekt voor maximaal 100% van de kosten van de verduurzamingsmaatregelen, de kosten van het energieadvies, de kosten die gepaard gaan met het afsluiten van de Stimuleringslening en de eventuele kosten die nodig zijn om natuurvriendelijk te isoleren. Meer informatie is te vinden op www.overijssel.nl/natuurvriendelijkisoleren.

Artikel 3.9.3 Doel van de subsidieregeling

Met deze stimuleringslening, die juridisch gezien een subsidieregeling is, wil de provincie bijdragen aan het stimuleren van energiebesparende maatregelen en het opwekken van hernieuwbare energie. Dit door leningen te laten verstrekken voor het verduurzamen van maatschappelijk vastgoed.

 

Artikel 3.9.4 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    De Stimuleringslening wordt verleend voor verduurzaming van maatschappelijk vastgoed.

  • 2.

    De verduurzamingssmaatregelen voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      de verduurzamingsmaatregelen zijn opgenomen in de geldende Maatregelenlijst Subsidieregeling duurzaam maatschappelijk vastgoed (DUMAVA). Deze lijst is te vinden op Maatregelenlijst Subsidieregeling duurzaam maatschappelijk vastgoed (DUMAVA) (rvo.nl);

    • b.

      de aanschaf en installatie van de duurzaamheidsmaatregelen kosten in totaal minimaal € 5.000,-;

    • c.

      de verduurzamingsmaatregelen zijn opgenomen of aanbevolen in het energieadvies dat uitgevoerd is voor het gebouw.

  • 3.

    Het te verduurzamen gebouw voldoet aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      het is maatschappelijk vastgoed;

    • b.

      het staat in Overijssel en is gebouwd vóór 2013.

  • 4.

    Het energieadvies voldoet aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      het is op moment van aanvraag niet ouder dan 36 maanden;

    • b.

      het is uitgevoerd door een gecertificeerd energieadviseur.

Artikel 3.9.5 Aanvrager

  • 1.

    De aanvrager is:

    • a.

      een stichting, een vereniging of coöperatie, zonder winstoogmerk, met een doelstelling die zoveel mogelijk zich richt op maatschappelijke behoeften en vraagstukken uit de buurt of gemeente; én

    • b.

      de eigenaar of huurder van het maatschappelijk vastgoed; én

    • c.

      de gebruiker van het maatschappelijk vastgoed.

  • 2.

    Als de aanvrager de huurder van het gebouw is dan heeft de eigenaar van het gebouw:

    • a.

      toestemming gegeven om de verduurzamingsmaatregelen uit te voeren; en

    • b.

      de intentie uitgesproken dat het gebouw voor minimaal 15 jaar maatschappelijk vastgoed blijft of aan organisaties beschikbaar gesteld wordt met doelstelling die zich richt op maatschappelijke behoeften.

  • 3.

    Als de aanvrager de huurder is dan heeft die een gebruiksovereenkomst voor onbepaalde tijd of de intentie om minimaal 15 jaar het gebouw te gebruiken voor een doelstelling die zich richt op maatschappelijke behoeften.

  • 4.

    Als de aanvrager de eigenaar is van het gebouw dan mag die maximaal tien gebouwde onroerende zaken in eigendom hebben.

  • 5.

    De aanvrager is geen gemeente.

  • 6.

    De aanvrager is geen sportvereniging.

Artikel 3.9.6 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Alleen de kosten van derden zijn subsidiabel. Artikel 1.2.6 is niet van toepassing.

  • 2.

    Alleen de kosten van de aanschaf en installatie van de verduurzamingsmaatregelen, de kosten van het energieadvies en het afsluiten van de Stimuleringslening zijn subsidiabel.

  • 3.

    Voor de kosten van het energieadvies geldt aanvullend dat deze subsidiabel zijn tot maximaal € 5.000,-.

Artikel 3.9.7 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De hoofdsom van de Stimuleringslening bedraagt maximaal 100% van de subsidiabele kosten.

  • 2.

    De hoofdsom van de Stimuleringslening is niet minder dan € 5.000,- en niet meer dan € 200.000,-.

Artikel 3.9.8 Subsidieaanvraag

  • 1.

    De aanvraag voor een toekenningsbesluit kan ingediend worden vanaf 1 augustus 2023 om 9.00 uur.

  • 2.

    De aanvrager maakt gebruik van het digitale aanvraagformulier Stimuleringslening maatschappelijk vastgoed.

  • 3.

    De aanvrager levert een begroting en een dekkingsplan in. Het is verplicht om het beschikbaar gestelde begrotingsformat te gebruiken.

  • 4.

    De aanvrager levert aanvullend de volgende stukken in:

    • a.

      een overzicht van de duurzaamheidsmaatregelen;

    • b.

      een planning van de uitvoering van de duurzaamheidsmaatregelen;

    • c.

      als de aanvrager de huurder is een schriftelijke bevestiging van de eigenaar van het gebouw waaruit blijkt dat die akkoord is met het uitvoeren van de duurzaamheidsmaatregelen.

  • 5.

    De aanvrager kan tijdens de looptijd van deze subsidieregeling maximaal 1 keer een aanvraag indienen op basis van deze subsidieregeling.

Artikel 3.9.9 Beschikbaar budget

Het subsidieplafond geldt voor de jaren 2023 en 2024.

 

Artikel 3.9.10 Financiële toets, verstrekken en beheer Stimuleringslening door SVn

  • 1.

    Het toewijzingsbesluit door Gedeputeerde Staten is een reservering voor een Stimuleringslening uit het beschikbaar budget. De toewijzing voor het aanvragen van een Stimuleringslening vormt het startpunt voor een autonome financiële toetsing door SVn.

  • 2.

    Deze subsidieregeling is in overeenstemming met de productspecificaties Stimuleringslening van SVn en de samenwerking tussen de provincie en SVn.

  • 3.

    SVn stelt de definitieve hoogte van de Stimuleringslening vast en bij een positieve (financiële) toets brengt SVn een offerte uit. Bij een negatieve financiële toets, wijst SVn de lening af en brengt de aanvrager en provincie hiervan op de hoogte.

  • 4.

    SVn verstrekt en beheert een geoffreerde Stimuleringslening. Indien de aanvrager het niet eens is met de financiële toets van SVn, kan er een klachtenprocedure worden gestart bij SVn en/of kan de aanvrager zich wenden tot de bevoegde burgerlijke rechter.

Artikel 3.9.11 Aanvullende verplichtingen

De subsidieontvanger is verplicht:

  • a.

    binnen 8 weken na het toewijzingsbesluit van Gedeputeerde Staten een Stimuleringslening aan te vragen bij SVn;

  • b.

    binnen 4 weken een melding te doen aan de provincie als:

    • 1.

      de verduurzamingsmaatregelen niet uitgevoerd worden;

    • 2.

      de Stimuleringslening niet wordt aangevraagd;

    • 3.

      de Stimuleringslening niet is verstrekt door SVn.

  • c.

    de activiteiten binnen 24 maanden na de datum waarop de Stimuleringslening is verleend te hebben uitgevoerd;

  • d.

    de met de Stimuleringslening aangeschafte apparatuur en materialen niet door te verkopen;

  • e.

    als sprake is van isolatie van gevels en daken spant aanvrager zich in om dit op natuurvriendelijke wijze te doen. Meer informatie is te vinden op www.overijssel.nl/natuurvriendelijkisoleren;

  • f.

    bij de verduurzaming rekening te houden met de Wet natuurbescherming. Meer informatie is te vinden op: Wet natuurbescherming - soortenbescherming - Loket provincie Overijssel

Artikel 3.9.12 Directe vaststelling

Er hoeft geen verantwoording over de uitgevoerde activiteiten en de kosten daarvan ingediend te worden bij de provincie. Voor een Stimuleringslening van € 25.000,- en hoger is daarom artikel 1.2.19 van toepassing.

 

Artikel 3.9.13 Staatssteun

Als het gaat om het verduurzamen van een buurthuis, dorpshuis, wijkcentrumgemeenschapscentrum of of een culturele instelling met een ANBI-status én er worden activiteiten aangeboden uitsluitend voor die inwoners uit de buurt of gemeente dan is geen sprake van staatssteun. In alle andere gevallen is geen sprake van staatssteun als de subsidie verleend kan worden onder de Algemene De-minimisverordening. Artikel 1.2.10 lid 4 is van toepassing.

 

Artikel 3.9.14 Looptijd

De subsidieregeling vervalt op 30 november 2024 om 17.00 uur.

 

Paragraaf 3.14 komt als volgt te luiden:

3.14 Sprinten naar een duurzaam bedrijventerrein

 

Artikel 3.14.1 Betekenis van de begrippen

In dit artikel worden vaker voorkomende begrippen uitgelegd.

  • -

    Bedrijventerrein: het geheel aan gebouwen en terreinen voor bedrijven en industrie, inclusief toevoerwegen en tussengelegen water.

  • -

    Sprintsessie: een bijeenkomst over verduurzaming van een bedrijventerrein die door de provincie is georganiseerd in 2022 en 2023. Ondernemers, parkmanagement, gemeente, de netbeheerders en andere relevante partijen komen bij elkaar om de situatie op een bedrijventerrein te bepalen, belemmeringen in kaart te brengen en mogelijke oplossingen te bedenken. De meest kansrijke ideeën zullen verder uitgewerkt worden door de deelnemende partijen.

  • -

    Verduurzamen: het maximaal benutten van lokale opwek, opslag en verbruik van hernieuwbare energie om tot een betere, rendabele en duurzame energiehuishouding te komen. Met als doel het afbouwen van fossiele brandstoffen en technieken.

Artikel 3.14.2 Doel van de subsidieregeling

Met deze subsidieregeling wil de provincie bijdragen aan het stimuleren van energiebesparende maatregelen en het opwekken van hernieuwbare energie. Dit door bedrijven te stimuleren om in de fase van de planuitwerking (vroege ontwikkelfase) samen te werken aan het verduurzamen van een bedrijventerrein. De netbeheerders op midden- en hoogspanningsniveau worden hiermee ook ontlast.

 

Artikel 3.14.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    De subsidie wordt verleend voor het uitwerken van een idee voor het verduurzamen van een bedrijventerrein in Overijssel. Het resultaat is een uitgewerkt plan. De subsidie wordt verleend voor:

    • a.

      de externe begeleiding van de samenwerkende partijen om tot een uitgewerkt plan te komen. De begeleider is niet in dienst bij een van de deelnemende partijen;

    • b.

      onderzoek en advies om het idee uit te werken tot een plan.

  • 2.

    Het uit te werken idee voldoet aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      er wordt samengewerkt met meerdere ondernemers, de gemeenten en waar nodig de parkmanager en de netbeheerder;

    • b.

      de samenwerkende ondernemers zijn bereid om tijd vrij te maken om het idee verder uit te werken en daarna ook financieel bij te dragen aan de uitvoering van de haalbare ideeën of oplossingen;

    • c.

      de gemeente doet actief mee door kennis of middelen in te brengen om het idee uit te werken en eventueel ook te realiseren;

    • d.

      met het uitwerken van het idee mag al begonnen zijn nadat deelgenomen is aan de sprintsessie. Dit is een afwijking van artikel 1.2.3.

  • 3.

    Het uitgewerkte plan bevat minimaal de volgende onderdelen:

    • a.

      de uitgewerkte oplossingsrichtingen die geformuleerd zijn in de sprintsessie. De oplossingsrichtingen zijn getoetst op inhoudelijke-, juridische-, financiële- en organisatorische onderdelen. Ook is onderzocht waaraan behoefte is en of er lokaal draagvlak voor is;

    • b.

      welke partijen nodig zijn om het idee te realiseren en op welke manier de benodigde partijen worden geworven en betrokken;

    • c.

      welke financiering nodig is om de kosten van de realisatie van het idee te kunnen dekken en welke voorwaarden de financiers stellen om de financiering te kunnen krijgen (de contouren financial close).

Artikel 3.14.4 Aanvrager

  • 1.

    De aanvrager is een van de volgende partijen die deelgenomen hebben aan de sprintsessie een ondernemersvereniging, een coöperatie, een stichting van ondernemingen; of

  • 2.

    Als er geen actieve ondernemersvereniging is, dan is de aanvrager een onderneming die namens de samenwerkende partijen de aanvraag indient. Er wordt samengewerkt met meerdere ondernemers, gemeenten en waar nodig de parkmanager en de netbeheerder.

Artikel 3.14.5 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Alleen de kosten van derden zijn subsidiabel. Artikel 1.2.6 is niet van toepassing. Het gaat hierbij om de kosten van de leiding, begeleiding, advies en ondersteuning.

  • 2.

    De kosten van de activiteiten die uitgevoerd zijn voordat de subsidieaanvraag is ingediend zijn wel subsidiabel, maar alleen vanaf de datum van de sprintsessie waaraan is deelgenomen. Artikel 1.2.8 onderdeel a is niet van toepassing.

Artikel 3.14.6 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie is maximaal 33% van de subsidiabele kosten.

  • 2.

    De subsidie is maximaal € 24.999,- per bedrijventerrein.

Artikel 3.14.7 Eigen bijdrage

  • 1.

    Maximaal 33% van de subsidiabele kosten wordt betaald met een geldbijdrage van de gemeente.

  • 2.

    Minimaal 34% van de subsidiabele kosten wordt betaald met een geldbijdrage van de aanvrager of derden.

Artikel 3.14.8 Subsidieaanvraag

  • 1.

    De subsidieaanvraag kan het hele jaar worden ingediend.

  • 2.

    De aanvrager maakt gebruik van het digitale aanvraagformulier Sprinten naar een duurzaam bedrijventerrein.

  • 3.

    De aanvrager levert een begroting en een dekkingsplan in. Het is verplicht om het beschikbaar gestelde begrotingsformat te gebruiken.

  • 4.

    Per bedrijventerrein mag maximaal één keer een subsidieaanvraag ingediend worden op basis van deze subsidieregeling.

Artikel 3.14.9 Beschikbaar budget voor de subsidieregeling

Het subsidieplafond geldt voor de jaren 2023 en 2024.

 

Artikel 3.14.10 Aanvullende verplichtingen

De subsidieontvanger is verplicht het idee binnen 12 maanden na de datum van de subsidievaststelling uit te werken tot een plan.

 

Artikel 3.14.11 Geen staatssteun

Er is geen sprake van staatssteun als de subsidie verleend kan worden onder de Algemene De-minimisverordening. Artikel 1.2.10 lid 4 is van toepassing.

 

Artikel 3.14.12 Looptijd

Deze subsidieregeling vervalt op 1 april 2024 om 17.00 uur.

 

3.16 Stimuleren energie-innovatie

 

Artikel 3.16.9 Aanvullende verplichtingen

’31 maart 2023’ wordt vervangen door: 1 oktober 2024

 

3.17 Energiezuinige terrasverwarming via kussens

 

Artikel 3.17.4 Aanvrager

In lid 1 onderdeel f vervalt na ’cafés.’ het woord ‘en’.

 

3.18 Investeringssubsidie warmtenetprojecten

Vervallen per 1 juli 2023

 

4.2 Meer bos in Overijssel

 

Artikel 4.2.12 Het bekend maken van gegevens

Lid 1 onderdeel a: ’€ 60.000,-‘ wordt vervangen door: € 10.000,-

Lid 1 onderdeel b: ‘€ 500.000,-‘ wordt vervangen door: € 100.000,-

 

4.6 Stimulering toekomstbestendige verduurzaming Agro&food sector

 

Artikel 4.6.7 Aanvraag

Lid 4: ‘een samenwerkingsverklaring’ wordt vervangen door: een samenwerkingsovereenkomst

 

4.7 Samenwerking Provinciaal Programma Landelijk gebied Overijssel

 

Artikel 4.7.5 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen

‘1 januari’ wordt vervangen door: 1 juli.

 

Artikel 4.7.8 Beschikbaar budget voor de subsidieregeling

‘1 januari 2023 tot en met 30 juni 2023’ wordt vervangen door: 1 juli tot en met 29 december 2023.

 

4.9 Verplaatsing landbouwbedrijfsgebouwen

 

Artikel 4.9.10 Staatssteun

Na de zin die eindigt op ‘LVV’ wordt de zin toegevoegd: Dit is maximaal 65% van de subsidiabele kosten, met eventueel een ophoging tot 80%.

 

4.17 Aanpak van invasieve exoten 2.0

 

Artikel 4.17.4 Aanvrager

Tussen ’waterschap’ en ‘een stichting’ wordt toegevoegd: een Terreinbeherende Organisatie,.

 

4.18 Uitvoeren Streekeigen Landschapsbeheer

 

Artikel 4.18.13 Het bekend maken van gegevens

Lid 1 onderdeel a: ’€ 60.000,-‘ wordt vervangen door: € 10.000,-

Lid 1 onderdeel b: ‘€ 500.000,-‘ wordt vervangen door: € 100.000,-

 

Paragraaf 4.22 wordt toegevoegd:

4.22 Wolf- en goudjakhals preventieve middelen

 

Artikel 4.22.1 Betekenis van de begrippen

In dit artikel worden vaker voorkomende begrippen uitgelegd.

  • -

    Automatisch opwindsysteem: systeem waarmee verplaatsbare rasters kunnen worden uitgerold of ingenomen.

  • -

    Bedrijfsmatige dierhouderij: een ondernemer die per 31 december van het jaar voorafgaand aan de subsidieaanvraag, volgens het I&R meer dan 25 gehouden hoefdieren houdt en die en diens producten verkoopt.

  • -

    Begrazings- en scheperijbedrijf: bedrijf dat schapen of geiten inzet voor de begrazing van natuurterreinen, zoals heiden, bloemrijke graslanden en dijken en dat bij het I&R is geregistreerd.

  • -

    Draadraster: raster zoals beschreven als ‘Vaste afrastering met stroomdraden’ in de Faunaschade Preventiekit module wolven. In geval van een schapenweide wordt voldaan aan de beschrijving ‘Schapenweides’.

  • -

    Faunaschade Preventiekit module wolven: overzicht van preventieve maatregelen, geadviseerd door BIJ12 om schade door wolven te beperken. Deze preventiekit is te vinden op de website van BIJ12: preventiekit.

  • -

    Fladderlint: stroomdraad met nylon linten, die een extra afschrikeffect op wolven hebben; ook wel fladry genoemd.

  • -

    Flexinet: nylon net van 0.90 m of 1.20 m hoogte met doorgevlochten ijzerdraad waarmee het stroomvoerend kan zijn.

  • -

    Gaasraster: raster zoals beschreven als ‘Vaste afrastering van gaas en stroomdraden’ in de Faunaschade Preventiekit module wolven.

  • -

    Gehouden hoefdieren: paarden, pony’s, ezels, runderen, schapen, geiten, damherten, alpaca’s, lama’s en varkens. Met de dieren vindt weidegang plaats.

  • -

    Gescheperde schaapskudde: schaapskudde die geleid wordt door een herder, die bijgestaan wordt door een of twee honden en die bij het I&R is geregistreerd.

  • -

    Hekwerk: gegalvaniseerd hekwerk met een buisdoorsnede van minimaal 20 millimeter en van minimaal 1.20 meter hoog;

  • -

    Hobbymatige dierhouderij: een inrichting met, per peildatum 31 december van het jaar voorafgaand aan de subsidieaanvraag, volgens het I&R 25 of minder gehouden hoefdieren.

  • -

    Huiskavel: kavel dat het woonadres betreft of dat direct grenst aan het woonadres van aanvrager.

  • -

    I&R: het Identificatie- en Registratiesysteem Dieren van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.

  • -

    Nachtkraal: een deel van de weide dat is afgezet door middel van draadraster, gaasraster, flexinet of hekwerk in combinatie met stroomdraden, waar dieren de nacht kunnen doorbrengen.

  • -

    Schrikdraadapparaat: apparaat om schrikstroomstoten te kunnen genereren, omvattende een schrikstroomapparaat, accu, acculader en aardingspen en aansluitdraden.

  • -

    Vaste afrastering: afrasteringen in de vorm van gaasraster of draadraster met rasterpalen, die in principe niet verplaatst worden.

  • -

    Vaste schaapskooi: een schaapskooi met een schuur.

  • -

    Veldkavel: kavel die geen huiskavel of bedrijfskavel is.

  • -

    Vereniging of stichting voor Natuurgraasdieren: vereniging of stichting die volgens haar statuten tot doel heeft om natuurlijk beheer van landschap uit te voeren door gebruik van natuurgraasdieren en die is geregistreerd in het I&R.

  • -

    Verplaatsbare afrastering: afrastering zoals beschreven als ‘Verplaatsbare afrastering’ in de Faunaschade Preventiekit.

  • -

    Verplaatsbare schaapskooi: kooiconstructie van hekwerk, in combinatie met stroomdraden en eventueel een tentdoek.

  • -

    Wolf- en goudjakhals preventieve middelen: middelen waarmee aanvallen van wolven en goudjakhalzen op gehouden hoefdieren kunnen worden beperkt.

Artikel 4.22.2 Doel van de subsidieregeling

Met deze subsidieregeling wil de provincie bijdragen aan faunabeheer. Dit door bij te dragen aan de bescherming van gehouden hoefdieren tegen wolf en goudjakhals.

 

Artikel 4.22.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

De subsidie wordt verleend voor één van de activiteiten als genoemd in onderdelen a tot en met e van dit artikel, eventueel in combinatie met onderdeel f, of voor onderdeel f alleen:

  • a.

    het plaatsen van wolf- en goudjakhals preventieve middelen in de vorm van nieuwe, vaste afrasteringen;

  • b.

    het plaatsen van wolf- en goudjakhals preventieve middelen in de vorm van verplaatsbare afrasteringen;

  • c.

    het aanpassen van bestaande afrasteringen om deze te kunnen inzetten als wolf- en goudjakhals preventieve middelen;

  • d.

    het realiseren van een nachtkraal;

  • e.

    het realiseren van een vaste of verplaatsbare schaapskooi;

  • f.

    de aanschaf van kuddebeschermingshonden.

Artikel 4.22.4 Voorwaarden voor alle activiteiten

Alle activiteiten voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • a.

    de activiteiten worden uitgevoerd in Overijssel;

  • b.

    de activiteiten worden uitgevoerd op weiden of in gebieden met uitrastering van weilanden waarop schapen, geiten, damherten, alpaca’s, lama’s, varkens, ezels, pony’s of gespeende kalveren tot 1 jaar oud, die met volledige weidegang worden gehouden;

  • c.

    een adviseur van de provincie Overijssel heeft een positief advies gegeven over de aanvraag. Deze adviseur beoordeelt de situatie ter plekke en geeft daarbij aan welke vorm van wolf- of goudjakhalspreventie het meest doelmatig op de projectlocatie is, gelet op ligging van het perceel, het aantal en de soort hoefdieren en de bestaande situatie;

  • d.

    de subsidieaanvrager heeft niet eerder een subsidie ontvangen voor wolf- of goudjakhals preventieve middelen van de provincie Overijssel of van een andere provincie.

Artikel 4.22.5 Extra voorwaarden voor het plaatsen van nieuwe, vaste afrasteringen

Het plaatsen van nieuwe, vaste wolf- en goudjakhals preventieve middelen voldoet aan de volgende extra voorwaarden:

  • a.

    het kavel of de kavels waar de afrastering wordt geplaatst is een huiskavel en is niet gelegen in of binnen 500 m van Natuurnetwerk Nederland (NNN);

  • b.

    de afrastering voldoet aan de eisen zoals vermeld in paragraaf 2.2 van de Faunaschade Preventiekit module wolven.

Artikel 4.22.6 Extra voorwaarden voor het plaatsen van verplaatsbare afrasteringen

Het plaatsen van verplaatsbare afrasteringen voldoet aan de volgende extra voorwaarden:

  • a.

    door de aanvrager wordt aannemelijk gemaakt dat de dieren binnen Overijssel zullen grazen;

  • b.

    de afrastering voldoet aan de eisen zoals vermeld in paragraaf 2.2 van de Faunaschade Preventiekit module wolven;

  • c.

    in afwijking van artikel 4.10.6 lid 4 geldt dat, in geval van een aanvraag door een begrazings- of scheperijbedrijf, kan worden volstaan met een draadraster of flexinet met een hoogte van 0.9 meter.

Artikel 4.22.7 Extra voorwaarde voor het aanpassen van bestaande afrasteringen

Het aanpassen van bestaande afrasteringen om deze te kunnen inzetten als wolf- en goudjakhals preventieve middelen moet, na aanpassing, voldoen aan de eisen zoals vermeld in paragraaf 2.2 van de Faunaschade Preventiekit module wolven.

 

Artikel 4.22.8 Extra voorwaarden voor de aanschaf van kuddebeschermingshonden

Als kuddebeschermingshonden zijn aangeschaft dan worden er borden geplaatst om voorbijgangers te waarschuwen voor de honden.

 

Artikel 4.22.9 Aanvrager

  • 1.

    De aanvrager is een particulier, een stichting, een vereniging, een BV, een NV, een maatschap, een terreinbeherende organisatie, een ZZP-er, een v.o.f. of een eenmanszaak.

  • 2.

    De aanvrager is daarnaast ook een hobbymatige dierhouder of een bedrijfsmatige dierhouder, een begrazings- en scheperijbedrijf of een vereniging of stichting voor natuurgraasdieren.

Artikel 4.22.10 Kosten die voor de subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Alleen de volgende kosten van derden zijn subsidiabel: de aankoopkosten van materiaal, machines en apparatuur en aanschaf van kuddebeschermingshonden. Artikel 1.2.6 en artikel 1.2.7 onderdeel a, d en e zijn niet van toepassing

  • 2.

    Per materiaal, machine, apparaat of aangeschafte kuddebeschermingshond geldt een subsidiabel tarief per eenheid (pxq). Deze tarieven zijn opgenomen in het begrotingsformat dat verplicht bij de aanvraag ingediend moet worden.

Artikel 4.22.11 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Voor de berekening van de subsidie wordt gebruik gemaakt van een format, waarin ook de maximale subsidiebedragen per activiteit als genoemd in artikel 4.22.3 zijn opgenomen.

  • 2.

    De subsidie voor een bedrijfsmatige dierhouder of een begrazingsbedrijf bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten.

  • 3.

    De subsidie voor een hobbymatige dierhouder of een vereniging of stichting voor natuurgraasdieren bedraagt maximaal 80% van de subsidiabele kosten.

  • 4.

    De minimum subsidie van € 1.000,- die in artikel 1.2.17 lid 2 staat, is niet van toepassing.

  • 5.

    De aanvrager mag tijdens de looptijd van deze subsidieregeling maximaal 1 keer subsidie ontvangen op basis van deze subsidieregeling.

Artikel 4.22.12 Eigen bijdrage

  • 1.

    Als de aanvraag wordt gedaan door een bedrijfsmatige dierhouder of een begrazings- of scheperijbedrijf, wordt minimaal 50% van de subsidiabele kosten betaald met een geldbijdrage van de aanvrager of van derden.

  • 2.

    Als de aanvraag wordt gedaan door een hobbymatige dierhouder of een vereniging of stichting voor natuurgraasdieren, wordt minimaal 20% van de subsidiabele kosten betaald met een geldbijdrage van de aanvrager of van derden.

Artikel 4.22.13 Subsidieaanvraag

  • 1.

    De subsidieaanvraag kan het hele jaar worden ingediend.

  • 2.

    De aanvrager maakt gebruik van het digitale aanvraagformulier Wolf- en goudjakhals preventieve middelen.

  • 3.

    De aanvrager maakt gebruik van het begrotingsformat wolf- en goudjakhals preventieve middelen.

  • 4.

    De aanvrager levert aanvullend de volgende stukken in:

    • a.

      een topografische kaart met de locatie van het perceel of de percelen waarop de vaste afrastering, nachtkraal of vaste schaapskooi wordt aangebracht of aangepast of van het gebied waar de verplaatsbare afrastering of schaapskooi kan worden geplaatst.

    • b.

      het door de adviseur van de provincie ingevuld adviesformulier.

    • c.

      in geval van een vaste schaapskooi: een offerte voor de schuur.

    • d.

      een overzicht uit het I&R van de stallijst per 31 december van het jaar voorafgaand aan de subsidieaanvraag. In geval van varkens neemt de provinciaal adviseur het aantal varkens op in zijn advies.

Artikel 4.22.14 Beschikbaar budget voor de regeling

  • 1.

    Het subsidieplafond geldt voor de jaren 2023 en 2024.

  • 2.

    Er geldt een deelplafond voor:

    • a.

      bedrijfsmatige dierhouderijen en begrazings- en scheperijbedrijven;

    • b.

      hobbymatige dierhouderijen en verenigingen of stichtingen voor natuurgraasdieren.

Artikel 4.22.15 Geen staatssteun

Er is geen sprake van staatssteun als de subsidie verleend kan worden onder de De-minimisverordening Landbouw. Artikel 1.2.10 lid 4 is van toepassing.

 

Artikel 4.22.16 Looptijd

De subsidieregeling vervalt op 29 november 2024 om 17.00 uur.

 

5.1 Mobiliteit Overijssel

 

Artikel 5.1.8 Subsidieaanvraag

 

Lid 2: ‘1 mei’ wordt vervangen door: 1 september

 

5.6 Verbeteren infrastructuur openbaar vervoer

 

Artikel 5.6.8 Beschikbaar budget voor de subsidieregeling

In lid 1 wordt ‘zijnde’ vervangen door: wat betreft de

In lid 2 wordt ‘zijnde’ vervangen door: beperkt tot de

 

6.9 Versnelling toekomstbestendige werklocaties

 

Artikel 6.9.2 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 2 onderdeel e: 50% wordt vervangen door: 60%

 

Artikel 6.9.5 Hoogte van de subsidie

Lid 2: ‘500.000,-‘ wordt vervangen door: € 250.000,-

Lid 4: € 100.000,- wordt vervangen door: € 80.000,-

Lid 5 wordt toegevoegd:

  • 5.

    Per werkterrein kan in de jaren 2022 en 2023 maximaal 1 keer een subsidie ontvangen worden op basis van deze subsidieregeling.

 

Artikel 6.9.6 Subsidieaanvraag

Lid 1 komt als volgt te luiden:

  • 1.

    De subsidieaanvraag kan ingediend worden vanaf 2 oktober 2023 om 09.00 uur en moet uiterlijk 30 november 2023 voor 17.00 uur ontvangen zijn.

Lid 4 komt als volgt te luiden:

  • 4.

    De aanvrager levert aanvullend:

    • a.

      een projectplan voor de betreffende werklocatie in;

    • b.

      het pretoets formulier in waaruit blijkt dat het project is afgestemd met de provincie. De provincie heeft dan:

      • 1.

        getoetst of de activiteiten niet in strijd zijn met provinciaal beleid;

      • 2.

        getoetst of de activiteiten voldoende bijdragen aan het verbeteren van een bedrijventerrein en eventueel advies gegeven om de activiteiten aan te vullen of anders uit te voeren;

      • 3.

        getoetst aan de activiteiten die in het projectplan zijn opgenomen een ander bedrijventerrein al subsidie heeft ontvangen op basis van deze subsidieregeling;

      • 4.

        het betreffende bedrijventerrein al eerder subsidie heeft ontvangen.

Artikel 6.9.7 komt als volgt te luiden:

Artikel 6.9.7 Beschikbaar budget voor de subsidieregeling

Het subsidieplafond wordt jaarlijks vastgesteld en geldt voor de indieningstermijn zoals opgenomen in artikel 6.9.6 lid 1.

 

6.10 Ondersteuning Nationaal Groeifondsaanvragen

 

Artikel 6.10.7 Subsidieaanvraag

Lid 2. ‘Groeifonds aanvragen’ wordt vervangen door: Groeifondsaanvragen.

 

Artikel 6.10.9 Aanvullende verplichtingen

Lid 1:

‘derde’ wordt vervangen door: vierde

‘2022’ wordt vervangen door: 2023

 

6.13 Digitale en circulaire industrie Overijssel

 

Artikel 6.13.3 Activiteiten die voor de subsidie in aanmerking komen

Lid 2 onderdeel e:

‘de EDIH-scan’ wordt vervangen door: het EDIH-assessment

 

Artikel 6.13.4 Aanvrager

In lid 2 wordt ‘ondernemingen’ vervangen door: onderneming

 

6.12 MKB-Voucher digitalisering cultuur

Vervallen

 

7.6 Startversneller ondernemers in de culturele sector

Artikel 7.6.9 Beschikbaar budget voor de subsidieregeling

‘2022 en 2023’ wordt vervangen door: 2023 tot en met 2025.

 

Artikel 7.6.12 Looptijd

‘30 november 2023’ wordt vervangen door: 28 februari 2025.

 

7.8 Cultuureducatie ‘Cultuur aan de basis 3.0’,

Vervallen per 1 mei 2023

 

7.14 Bibliotheek van de toekomst

 

Artikel 7.14.6 Hoogte van de subsidie

In lid 2 wordt het woord ‘subsidieaanvraag’ vervangen door: bibliotheekstichting

Lid 4: vervallen

 

Artikel 7.14.8 Subsidieaanvraag

In lid 5 wordt ‘7.14.7’ vervangen door: 7.14.6 lid 2

 

7.18 Experimenten powered by Cultuur

 

Artikel 7.18.8 Subsidieaanvraag

Lid 1 komt als volgt te luiden:

  • 1.

    De subsidieaanvraag kan ingediend worden vanaf 15 augustus 2023 9.00 uur en moet uiterlijk 27 oktober 2023 vóór 17.00 uur ontvangen zijn.

Artikel II Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking 1 dag na publicatie in het provinciaal blad.

Gedeputeerde Staten van Overijssel

Naar boven