Openstellingsbesluit subsidie groene gezonde schoolpleinen Zuid-Holland 2023

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;

 

Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013 en de artikelen 2.1 en 2.2, eerste lid, van de Subsidieregeling recreatie, sport en gezondheid Zuid-Holland;

 

Overwegende dat het wenselijk is om bij te dragen aan een meer natuurlijke omgeving waarin kinderen opgroeien, zich gezonder kunnen voelen en zich meer kunnen verbinden met hun wijk;

 

Overwegende dat het wenselijk is om ruimte te scheppen in de ruimtelijke omgeving waarin de thema’s van positieve gezondheid ervaren kunnen worden;

 

Besluiten vast te stellen het volgende besluit:

 

Openstellingsbesluit subsidie groene gezonde schoolpleinen Zuid-Holland 2023

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit openstellingsbesluit wordt verstaan onder:

  • a.

    Asv: Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

  • b.

    begeleidingsteam: team bestaande uit experts, dat scholen begeleidt bij het subsidieproces op grond van deze subsidieregeling;

  • c.

    groen en gezond schoolplein: door beplanting vergroend schoolplein, met ruimte voor waterberging of infiltratie van hemelwater, waarbij het schoolplein een positief gezonde en educatieve speel- en beweegplek is voor kinderen van de school en wijk of buurt;

  • d.

    school: school als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs;

  • e.

    schoolplein: buitenruimte op een schoolterrein waarvan kinderen gebruik maken;

  • f.

    Srsg: Subsidieregeling recreatie, sport en gezondheid Zuid-Holland.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten en prestatie

  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die zijn gericht op het realiseren, openstellen, beheren en onderhouden van een groen en gezond schoolplein.

  • 2.

    Subsidie als bedoeld in het eerste lid, wordt verstrekt in de vorm van een projectsubsidie.

  • 3.

    De activiteiten, bedoeld in het eerste lid, dragen bij aan een meer natuurlijke omgeving en sociale cohesie in de wijk.

Artikel 3 Doelgroep

Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, wordt uitsluitend verstrekt aan een school.

Artikel 4 Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    het aantal leerlingen van een school is ten minste gelijk aan de voor de gemeente geldende opheffingsnorm;

  • b.

    de vestiging van een school is gelegen in een wijk met een sociaal-economische status van ten minste 0 tot -0,35 of lager als bedoeld in bijlage 1 bij deze regeling;

  • c.

    de activiteiten hebben, indien van toepassing, de instemming van de grondeigenaar.

Artikel 5 Aanvraagperiode

In afwijking van artikel 26, eerste lid, van de Asv, kan een aanvraag voor subsidie worden ingediend binnen de periode van 15 juli 2023 tot en met 1 oktober 2023.

Artikel 6 Aanvraagvereisten

  • 1.

    Naast de gegevens die ingevolge het aanvraagformulier, bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Asv, worden verstrekt, bevat de aanvraag in elk geval:

    • a.

      minimaal twee foto’s van de huidige situatie van het schoolplein;

    • b.

      gegevens waaruit blijkt dat het aantal leerlingen van een school ten minste gelijk is aan de voor de gemeente geldende opheffingsnorm;

    • c.

      een instemmingsverklaring van de grondeigenaar, indien van toepassing;

    • d.

      een omschrijving van de wijze waarop een groen en gezond schoolplein past in de pedagogische visie van de aanvrager;

    • e.

      een omschrijving van de plannen voor de beplanting, het onderhoud, gebruik en de openstelling van het groene en gezonde schoolplein tijdens en na schooltijd;

    • f.

      een omschrijving van de wijze waarop de leerlingen van een school, ouders en de buurt of wijk betrokken worden bij het inrichten van een groen en gezond schoolplein;

    • g.

      een omschrijving van het draagvlak voor een groen en gezond schoolplein;

    • h.

      een omschrijving van de wijze waarop het groene en gezonde schoolplein educatief wordt ingezet;

    • i.

      een omschrijving van de borging en continuïteit van het groene en gezonde schoolplein.

  • 2.

    Per school kan voor ten hoogste één vestiging subsidie worden aangevraagd.

Artikel 7 Deelplafond

Gedeputeerde staten stellen het deelplafond voor de periode, genoemd in artikel 5, vast op

€ 600.000,00.

Artikel 8 Subsidiehoogte en subsidiabele kosten

De hoogte van de subsidie bedraagt maximaal € 75.000,00 per aanvrager, waarbij voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie geldt dat:

  • a.

    maximaal € 10.000,00 bedoeld is voor het ontwerpen van het schoolplein en een bodemonderzoek;

  • b.

    maximaal € 57.000,00 bedoeld is voor het inrichten van het schoolplein als groen en gezond schoolplein;

  • c.

    maximaal € 4.000,00 bedoeld is voor tegemoetkoming in het beheer en onderhoud in het eerste jaar;

  • d.

    maximaal € 4.000,00 bedoeld is voor openstelling van het schoolplein voor het eerste jaar.

Artikel 9 Niet-subsidiabele kosten

In afwijking van artikel 8 komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    de kosten voor verwijdering van asfalt;

  • b.

    de kosten voor bodemsanering;

  • c.

    de kosten voor kunstgras;

  • d.

    de kosten voor speeltoestellen die bestaan uit niet-natuurlijke materialen.

Artikel 10 Verdelingswijze

  • 1.

    De aanvragen worden verdeeld op volgorde van binnenkomst.

  • 2.

    Indien de aanvraag nog niet volledig is, geldt als datum van binnenkomst de dag waarop de aanvraag volledig is.

  • 3.

    Indien de binnen de aanvraagperiode ingediende volledige subsidieaanvragen het vastgestelde deelplafond, genoemd in artikel 7 dreigt overschreden te worden, maken gedeputeerde staten een afweging tussen de verschillende volledige aanvragen op basis van de volgende criteria:

    • a.

      de sociaal-economische status van een wijk zoals weergegeven in bijlage 1 bij deze regeling, te waarderen met maximaal 20 punten;

    • b.

      de verstening van een buurt, zoals weergegeven in bijlage 2 bij deze regeling, te waarderen met maximaal 20 punten;

    • c.

      het aantal inwoners in de wijk in de leeftijd tot 15 jaar, zoals weergegeven in bijlage 3 bij deze regeling, te waarderen met maximaal 20 punten;

    • d.

      de onderbouwing van de subsidieaanvraag, te waarderen met maximaal 70 punten, en bestaande uit:

      • i.

        de mate waarin de pedagogische visie van een school voorziet in de ontwikkeling van kinderen in relatie tot de inrichting van een groen en gezond schoolplein

      • ii.

        de wijze van onderhoud, openstelling en gebruik voor de buurt of wijk tijdens en buiten schooltijd na realisering van het groene en gezonde schoolplein;

      • iii.

        de mate waarin leerlingen van een school, ouders en de buurt of wijk betrokken worden bij het inrichten van een groen en gezond schoolplein;

      • iv.

        de mate waarin draagvlak is voor een groen en gezond schoolplein;

      • v.

        de mate waarin het groene en gezonde schoolplein educatief wordt ingezet;

      • vi.

        de mate van borging en continuïteit van het groene en gezonde schoolplein;

      • vii.

        de mate waarin inheems plantenmateriaal wordt toegepast voor de inrichting van het groene en gezonde schoolplein.

  • 4.

    Indien toepassing van het eerste lid ertoe leidt dat door verlening van een subsidieaanvraag geen evenwichtige spreiding van groene en gezonde schoolpleinen over de verschillende gemeenten in de provincie Zuid-Holland gerealiseerd kan worden, kan gedeputeerde staten besluitende aanvraag niet te honoreren tot er sprake is van een evenwichtige spreiding.

  • 5.

    Indien na toepassing van het eerste en tweede lid aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het criterium genoemd in het eerste lid, onder a, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 6.

    Indien toepassing van het derde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt de rangorde van die aanvragen bepaald door loting.

Artikel 11 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 van de Awb, en artikel 11 van de Asv, wordt de subsidie geweigerd als:

  • a.

    voor dezelfde activiteit op grond van een andere gemeentelijke of provinciale regeling subsidie is gevraagd of verstrekt;

  • b.

    het schoolplein minder dan vijf jaar geleden, voorafgaand aan de aanvraag, klimaatadaptief is ingericht;

  • c.

    het gebruik van het schoolgebouw door de aanvrager in de komende vijf jaar onzeker is;

  • d.

    het schoolplein door ligging of bebouwing niet openbaar toegankelijk is;

  • e.

    de aanvrager niet de eigenaar is van het schoolplein waarop de werkzaamheden plaatsvinden, en geen instemmingsverklaring van de eigenaar heeft;

  • f.

    er ten tijde van de subsidieaanvraag voor de vestiging van een school ver- of nieuwbouwplannen zijn;

  • g.

    op de locatie van het schoolplein vanuit het bevoegd gezag een beschikking aanwezig is om nader bodemonderzoek of bodemsanering uit te voeren;

  • h.

    de aangevraagde subsidie minder bedraagt dan € 25.000,00.

Artikel 12 Verplichtingen van de subsidieontvanger

In aanvulling op het bepaalde in de artikelen 18 en 19 van de Asv heeft de subsidieontvanger in ieder geval de volgende verplichtingen:

  • a.

    de subsidieontvanger werkt samen met het begeleidingsteam in het ontwerp- en participatieproces;

  • b.

    de subsidieontvanger verstrekt binnen zes maanden na dagtekening van de subsidieverleningsbeschikking het ontwerp van het groene en gezonde schoolplein, alsmede een bodemonderzoek;

  • c.

    indien uit het bodemonderzoek blijkt dat de bodem verontreinigd is, wordt deze verontreiniging teruggebracht tot een niveau dat geschikt is voor de toekomstige functie;

  • d.

    de subsidieontvanger voldoet met betrekking tot de nieuwe inrichting van het groene en gezonde schoolplein aan de wettelijk hiervoor gestelde veiligheidseisen betreffende certificering en onderhoud, zoals voorgeschreven in het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen;

  • e.

    de subsidieontvanger stelt het groene en gezonde schoolplein buiten schooltijd open voor de buurt of wijk;

  • f.

    de subsidieontvanger betrekt school- of buurtkinderen en hun ouders of verzorgers vanaf het begin bij het participatieproces;

  • g.

    de subsidieontvanger neemt het schoolplein op in het onderwijscurriculum als verlengstuk van het leslokaal;

  • h.

    de subsidieontvanger stelt een beheer- en onderhoudsteam samen om de kwaliteit van het schoolplein in stand te houden;

  • i.

    het groene en gezonde schoolplein is binnen twee jaar na dagtekening van de subsidieverleningsbeschikking gerealiseerd;

  • j.

    de subsidieontvanger stelt, met hulp van het begeleidingsteam, een beheer- en onderhoudsplan op met bijbehorende begroting.

Artikel 13 Prestatieverantwoording

In aanvulling op artikel 1.4 van de Srsg toont de subsidieontvanger aan dat de activiteiten zijn verricht door middel van foto- of videomateriaal van de situatie na het project.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van provinciaal blad waarin het wordt geplaatst.

Artikel 15 Werkingsduur en overgangsrecht

Dit besluit vervalt op 31 december 2025, met dien verstande dat dit besluit van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn aangevraagd.

Artikel 16 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Openstellingsbesluit subsidie groene gezonde schoolpleinen Zuid-Holland 2023.

Den Haag, 6 juni 2023

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland

secretaris, drs. M.J.A. van Bijnen MBA

voorzitter, drs. J. Smit

Bijlage 1. Sociaal-economische status per wijk als bedoeld in de artikelen 4, onder b, en 10, eerste lid, onder a

 

Bijlage 2. Verstening per buurt als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onder b

 

Bijlage 3. Inwoners in de leeftijd tot 15 jaar per wijk zoals bedoeld in artikel 10, eerste lid, onder c

 

Toelichting behorende bij het Openstellingsbesluit subsidie groene en gezonde schoolpleinen Zuid-Holland 2023

I. Algemeen

Het realiseren van groene gezonde schoolpleinen is belangrijk. Niet alleen voor de schoolkinderen en buurtkinderen die meer en betere speelvoorzieningen krijgen, maar ook om aan veelal versteende omgevingen meer groen toe te voegen. Door openstelling na schooltijd is het plein ook een ontmoetingsplaats na schooltijd.

 

Buitenspelen is noodzakelijk voor een gezonde ontwikkeling van kinderen. Belangrijke aspecten van de lichamelijke ontwikkeling, zoals het ontwikkelen van motoriek en coördinatie, worden door het buitenspelen gestimuleerd. Ook mentale processen als het leren van sociale vaardigheden, het verleggen van de eigen grenzen en het vergroten van de concentratie zijn voordelen van spelen in het groen.

Door de vergroening van het schoolplein te koppelen aan andere aspecten als het openstellen voor de buurt en (natuur)lessen heeft het een nog grotere waarde voor de buurt en de leerlingen.

Door op deze wijze te stimuleren dat schoolpleinen vergroenen en een groene buurtkamer worden, geeft het invulling aan meerdere opgaven waar de provincie aan werkt. De provincie zet zich in voor een gezonde leefomgeving. Dit doen we vanuit een bredere kijk op gezondheid, positieve gezondheid, die ervan uitgaat dat gezondheid het vermogen is van mensen om zich aan te passen aan wat zich in het leven voordoet, uitgewerkt in zes dimensies, te weten: lichaamsfuncties, mentaal welbevinden, zingeving, kwaliteit van leven, meedoen, dagelijks functioneren. Ook werkt de provincie aan klimaatadaptatie, waar het ontstenen van een schoolplein aan bijdraagt. Daarnaast zetten we steeds meer in op het vergroenen en biodiverser inrichten van onze leefomgeving. Het vergroenen van schoolpleinen en openstellen voor de omgeving na schooltijd draagt hier allemaal aan bij.

 

De afgelopen jaren heeft de provincie geïnvesteerd in het groenblauw maken van schoolpleinen. Nu wordt ingezet op versteende wijken, wijken met een lagere SES status, en wijken met veel inwoners in de leeftijd tot 15 jaar. Hier is voor gekozen omdat hier de meeste impact gemaakt kan worden op de leefomgeving en de gezondheid van de bewoners. Basisscholen zien vaak het belang van een groen schoolplein in, maar hebben niet het budget of de benodigde capaciteit om dit te kunnen realiseren. Met deze subsidieregeling wil het college van gedeputeerde staten basisscholen stimuleren om hun schoolplein te vergroenen en hun buurt gezonder te maken.

Scholen zullen ondersteund worden door een begeleidingsteam. Dit om de drempel te verlagen om aan het vergroenen van het schoolplein te beginnen.

 

II. Artikelsgewijs

Hieronder wordt een aantal artikelen van het Openstellingsbesluit subsidie groene en gezonde schoolpleinen Zuid-Holland 2023 nader toegelicht.

 

Artikel 1 begripsbepalingen

Voor het begrip school wordt verwezen naar artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs (Wpo). In de Wpo wordt onder school verstaan: een basisschool of een speciale school voor basisonderwijs, tenzij het tegendeel blijkt. Onder speciale school voor basisonderwijs verstaat de Wpo: een school waar basisonderwijs wordt gegeven aan kinderen voor wie vaststaat dat overwegend een zodanige orthopedagogische en orthodidactische benadering aangewezen is, dat zij althans gedurende enige tijd op een speciale school voor basisonderwijs moeten worden opgevangen.

 

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten en prestatie

Artikel 2 bevat een omschrijving van de activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, te weten: activiteiten die zijn gericht op het realiseren, openstellen, beheren en onderhouden van een groen en gezond schoolplein. Een groen en gezond schoolplein is in artikel 1 omschreven als een door beplanting vergroend schoolplein, met ruimte voor waterberging of infiltratie van hemelwater, waarbij het schoolplein een positief gezonde en educatieve speel- en beweegplek is voor kinderen van de school en wijk of buurt. Voor het realiseren, openstellen, beheren en onderhouden van zo’n schoolplein kan subsidie in de vorm van een projectsubsidie worden verstrekt. Een projectsubsidie is in artikel 1 van de Asv omschreven als een subsidie voor een activiteit of een samenhangend geheel van activiteiten die afgebakend zijn in de tijd en zijn gericht op een specifiek eindresultaat.

 

Artikel 3 Doelgroep

Subsidie als bedoeld in artikel 2 wordt alleen verstrekt aan een school. Een school is in dit Openstellingsbesluit in artikel 1 en onder verwijzing naar de Wpo omschreven als een basisschool of een speciale school voor basisonderwijs.

 

Artikel 4 Subsidievereisten

Dit artikel bevat de vereisten waaraan een activiteit moet voldoen om voor subsidie in aanmerking te komen. Een van de vereisten is het minimum aantal leerlingen op een school, oftewel de opheffingsnorm als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs. Dit om zeker te stellen dat een school levensvatbaar is. Een ander vereiste heeft betrekking op de sociaal-economische status (SES) van een wijk waar de vestiging van een school is gelegen. SES-kenmerken geven een indicatie over de toegang die mensen hebben tot een gezonde leefomgeving. Sociaaleconomische status beïnvloedt gezondheid en omgekeerd. Groene en gezonde schoolpleinen kunnen bijdragen aan verbetering van de sociaaleconomische status. Om voor subsidie in aanmerking te komen moet de vestiging van een school gelegen zijn in een wijk met een SES status van ten minste 0 of lager als bedoeld in bijlage 1 bij deze regeling.

 

Een ander subsidievereiste betreft het (juridisch) eigendom van het schoolplein. Als de school die de subsidie aanvraagt niet de eigenaar is van het schoolplein, dan moet de school voor de activiteiten de instemming van de grondeigenaar hebben. Die grondeigenaar kan een gemeente zijn, of

een derde partij die een schoolgebouw in bezit heeft, zoals een woningbouwvereniging of een andere privaatrechtelijk partij. Een van de aanvraagvereisten is dan ook een instemmingsverklaring van de grondeigenaar, indien van toepassing.

 

Artikel 6 Aanvraagvereisten

Een aanvraag om subsidie wordt ingediend met een aanvraagformulier. Naast de gegevens die dat aanvraagformulier vraagt, minimaal twee foto’s van de huidige situatie van het schoolplein,

gegevens waaruit blijkt dat het aantal leerlingen van een school ten minste gelijk is aan de voor de gemeente geldende opheffingsnorm, en zo nodig een instemmingsverklaring van de grondeigenaar, bevat de aanvraag in elk geval:

  • -

    Een omschrijving van de wijze waarop een groen en gezond schoolplein past in de pedagogische visie van de aanvrager. Door aan te geven hoe een groen en gezond schoolplein past in de pedagogische visie van de school, wordt duidelijk dat het onderdeel wordt van de waarden van de school en wat een stevigere verankering betekent, waardoor de kans groter is dat het schoolplein optimaal gebruikt wordt voor een langere periode.

  • -

    een omschrijving van de plannen voor het onderhoud, gebruik en de openstelling van het groene en gezonde schoolplein tijdens en na schooltijd. Een belangrijk onderdeel van deze regeling is de verbinding met de buurt. Dit kan onder meer bereikt worden door het schoolplein tijdens en na schooltijd open te stellen voor activiteiten die door de buurt georganiseerd worden en zo de functie van groene huiskamer vervullen.

  • -

    een omschrijving van de wijze waarop de leerlingen van een school, ouders en de buurt of wijk betrokken worden bij het inrichten van een groen en gezond schoolplein. Draagvlak onder de leerlingen is van groot belang. Wanneer de leerlingen invloed hebben gehad op het ontwerp en hun wensen gehoord zijn, zullen ze zich meer eigenaar voelen van het plein.

  • -

    een omschrijving van het draagvlak voor een groen en gezond schoolplein. Naast draagvlak bij de leerlingen is het ook belangrijk dat er ook draagvlak is bij de overige partijen die zorg dragen en/of gebruik maken van het schoolplein. Dit om een duurzaam leven en gebruik te waarborgen.

  • -

    een omschrijving van de wijze waarop het groene en gezonde schoolplein educatief wordt ingezet. Door aan te geven hoe het schoolplein educatief wordt ingezet, wordt optimaal gebruik gemaakt van de kansen en voordelen die een groen gezond schoolplein biedt. Daarnaast zorgt een continue gebruik voor draagvlak om het schoolplein in deze staat voort te zetten.

  • -

    een omschrijving van de mate van borging en continuïteit van het groene en gezonde schoolplein. Denk bijvoorbeeld aan beheer, beplanting, onderhoud, budgetten en inzet van personeel.

Artikel 8 Subsidiehoogte en subsidiabele kosten

Artikel 8 bevat de kosten die worden gesubsidieerd, voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie. De subsidiabele kosten zijn kosten voor het ontwerpen van het schoolplein en een bodemonderzoek, het inrichten van het schoolplein als groen en gezond schoolplein, tegemoetkoming in het beheer en onderhoud in het eerste jaar en openstelling van het schoolplein voor het eerste jaar. Omdat het schoolplein na uitvoering van de activiteiten niet alleen groen, maar ook gezond moet zijn, is er een bodemonderzoek nodig. Als uit het bodemonderzoek blijkt dat er verontreiniging aanwezig is, zal dit vaak verwijderd moeten worden (sanering) of moeten er eisen gesteld worden aan het gebruik van de grond. De kosten voor eventuele sanering worden niet gesubsidieerd.

 

Artikel 9 Niet-subsidiabele kosten

In dit artikel zijn kosten opgesomd die niet voor subsidie in aanmerking komen. Deze opsomming is niet uitputtend. Kosten die in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking komen zijn die voor het verwijderen van asfalt, omdat het verwijderen asfalt kostbaar is en verontreinigend kan zijn. Ook bodemsanering komt vanwege de hoge kosten daarvan niet voor subsidie in aanmerking. Kosten voor kunstgras worden niet gesubsidieerd, omdat kunstgras niet aansluit bij wat in dit Openstellingsbesluit wordt verstaan onder een groen en gezond schoolplein. Datzelfde geldt voor speeltoestellen die bestaan uit niet-natuurlijke materialen. Als er speeltoestellen worden aangebracht, dan komen die alleen voor subsidie in aanmerking als die bestaan uit natuurlijke materialen, zoals wilgenhutten, boomstammen, houten speeltoestellen, netten en touwen.

 

Artikel 10 Verdelingswijze

Als de binnen de aanvraagperiode ingediende volledige subsidieaanvragen het vastgestelde deelplafond € 600.000,00 te boven gaan, worden de aanvragen gerangschikt. In artikel 10 worden rangschikkingscriteria genoemd en het maximaal aantal punten dat per criterium kan worden gehaald. De puntenopbouw per criterium is als volgt:

 

Puntenverdeling als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onder a

 

Rangschikkingscriterium

Puntenverdeling

Maximaal

De sociaal-economische status van een wijk

Sociaal-economische status

0 tot -0,15 – 10 punten

-0,15 tot -0,35 – 15 punten

Minder dan -0.35 – 20 punten

 

20 punten

 

Puntenverdeling als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onder b

 

Rangschikkingscriterium

Puntenverdeling

Maximaal

de verstening van een buurt

Mate waarin de buurt versteend is

Verharding tot 20%:

Verharding 20% - 30%:

Verharding 30% - 40%:

Verharding 40% - 50%:

Verharding meer dan 50%:

0 punten

5 punten

10 punten

15punten

20 punten

20 punten

 

Puntenverdeling als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onder c

 

Rangschikkingscriterium

Puntenverdeling

Maximaal

Inwoners in de leeftijd tot 15 jaar per wijk

Aantal inwoners in de leeftijd tot 15 per wijk

Minder dan 1000

Tussen 1000 - 2000

Tussen 2000 – 4000

Tussen 4000 – 8000

Meer dan 8000

0 punten

5 punten

10punten

15 punten

20 punten

20 punten

 

Puntenverdeling als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onder d

 

Rangschikkingscriterium

Puntenverdeling

Maximaal

de onderbouwing van de subsidieaanvraag

  • i.

    de mate waarin de pedagogische visie van een school voorziet in de ontwikkeling van kinderen in relatie tot de inrichting van een groen en gezond schoolplein;

  • ii.

    de wijze van onderhoud, openstelling en gebruik voor de buurt of wijk tijdens en buiten schooltijd na realisering van het groene en gezonde schoolplein;

  • iii.

    de mate waarin leerlingen van een school, ouders en de buurt of wijk zijn betrokken bij het inrichten van een groen en gezond schoolplein;

  • iv.

    de mate waarin draagvlak is voor een groen en gezond schoolplein;

  • v.

    de mate waarin het groene en gezonde schoolplein educatief wordt ingezet;

  • vi.

    de mate van borging en continuïteit van het groene en gezonde schoolplein;

  • vii.

    de mate waarin inheems plantenmateriaal wordt toegepast voor de inrichting van het groene en gezonde schoolplein

0-10 punten

0 – 10 punten

0 – 10punten

0 – 10 punten

0 – 10 punten

0 – 10 punten

0 – 10 punten

 

70 punten

 

Om ervoor te zorgen dat groene en gezonde schoolpleinen in verschillende gemeenten binnen de provincie Zuid-Holland worden gerealiseerd, is in het tweede lid van artikel 10 geregeld dat als uit de rangschikking blijkt dat dat door verlening van een subsidieaanvraag geen evenwichtige spreiding van groene en gezonde schoolpleinen over de verschillende gemeenten in de provincie Zuid-Holland gerealiseerd kan worden, in dat geval kan gedeputeerde staten besluiten om een aanvraag niet te honoreren. Dit om te voorkomen dat de aanleg van groene en gezonde schoolpleinen zich beperkt tot alleen een of twee gemeenten. Het streven is om in zoveel mogelijk gemeenten groene en gezonde schoolpleinen te realiseren.

 

Artikel 12 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Artikel 12 bevat een aantal specifieke, aanvullende verplichtingen voor de subsidieontvanger. Zo dient er te worden samengewerkt met het begeleidingsteam. Het begeleidingsteam bestaat uit experts, dat scholen begeleidt bij het subsidieproces op grond van deze subsidieregeling. Samenwerking en participatie wordt erg belangrijk geacht om te komen tot een goed en gedragen ontwerp, maar zeker ook na aanleg, het beheer en onderhoud en de programmering en activiteiten voor de buurt.

 

Een andere verplichting is dat de school binnen zes maanden vanaf de datum van verlening van de subsidie het ontwerp van het groene en gezonde schoolplein alsmede een bodemonderzoek verstrekt. Het uit te voeren bodemonderzoek betreft een vooronderzoek conform NEN 5725. Hierbij worden de beschikbare gegevens beoordeeld, zoals bodemkwaliteitskaarten en al uitgevoerde bodemonderzoeken. Als er te weinig (representatieve) gegevens beschikbaar zijn en/of er is sprake van een verdachte locatie, dan is een verkennend onderzoek conform NEN 5740 nodig.

 

Als blijkt dat er verontreiniging aanwezig is, zal dit vaak verwijderd moeten worden (sanering) of moeten er eisen gesteld worden aan het gebruik van de grond. Deze maatregelen moeten goedgekeurd worden door het bevoegd gezag. Voor het uitvoeren van bodemonderzoek zijn verschillende protocollen en normen. Degene die het onderzoek doet, moet dat onderzoek uitvoeren volgens de protocollen en normen conform de huidige bodemregelgeving, of de regelgeving voor bodem op grond van de Omgevingswet, zodra deze inwerking treedt.

 

Verder wordt onder meer het gebruik van het schoolplein door schoolkinderen als verlengstuk van het leslokaal, maar ook het gebruik van het plein door buurtkinderen belangrijk geacht. Het plein moet dan ook buiten de schooltijden vrij toegankelijk zijn. Het plein heeft zo een belangrijke functie voor de buurt.

 

Artikel 13 Prestatieverantwoording

Op grond van artikel 1.4 van de Srsg moet de subsidieontvanger in dit geval bij de aanvraag tot subsidievaststelling aantonen dat de activiteiten zijn verricht door middel van een eigen verklaring. In aanvulling hierop schrijft artikel 13 voor dat de subsidieontvanger dan ook aantoont dat de activiteiten zijn verricht door middel van foto- of videomateriaal van de situatie na het project.

 

Artikel 15 Werkingsduur en overgangsrecht

Dit besluit vervalt op 31 december 2025. Bij het vervallen van de regeling behoudt deze wel zijn werking voor aanvragen die zijn ingediend voor deze datum. De regeling behoudt hiermee ook zijn werking voor aanvragen waarop al een besluit is genomen. Bijvoorbeeld een verlenings- of vaststellingsbesluit, maar ook een besluit om subsidie te weigeren.

Naar boven