Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 11 april 2023 tot wijziging van de Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2021-2027 Noord-Brabant (Vijfde wijziging Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2021-2027 Noord-Brabant)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

 

Overwegende dat op 19 juli 2022 de Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2021-2027 Noord-Brabant is vastgesteld om uitvoering te geven aan het EFRO-programma Zuid-Nederland 2021-2027;

 

Overwegende dat provinciale cofinanciering het Noord-Brabantse deel van de door de Europese Commissie gevraagde nationale cofinanciering voor het programma EFRO valideert;

 

Overwegende dat de subsidiabele activiteiten van paragraaf 1 breed ingevuld kunnen worden en deze ruime invulling ten behoeve van een optimaal bereik van de doelstellingen wordt beoogd, achten Gedeputeerde Staten daar waar sprake is van staatssteun, in het kader van rechtvaardiging van staatssteun, de volgende steunmaatregelen van toepassing:

 

  • a.

    Verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard, Pb L 187/1 van 26 juni 2014;

  • b.

    Verordening (EG) Nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, Pb L 352/1 van 24 december 2013;

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijziging Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2021-2027 Noord-Brabant

De Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2021-2027 Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

 

Artikel 2.4 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid wordt “artikel 2.2, onder c” vervangen door “artikel 2.3, onder c”.

  • 2.

    Onder vernummering van het tweede lid tot derde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

    • 2.

      Een aanvraag om subsidie als bedoeld in artikel 2.3, onder d, wordt in ieder geval geweigerd als deze is gericht op een van de volgende thema’s:

      • a.

        bodemkwaliteit als bedoeld in artikel 2.3.1, vierde lid, onder b, van de Subsidieregeling OPZuid;

      • b.

        luchtkwaliteit als bedoeld in artikel 2.3.1, vierde lid, onder c, van de Subsidieregeling OPZuid.

  • 3.

    In het derde lid (nieuw) wordt “artikel 2.2, onder e” vervangen door “artikel 2.3, onder e”.

B.

 

Artikel 2.5 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid wordt “artikel 2.2” vervangen door “artikel 2.1.2”.

  • 2.

    Artikel 2.5, derde lid komt te luiden:

    • 3.

      Onverminderd het eerste lid, wordt om voor subsidie als bedoeld in artikel 2.3, onder d, in aanmerking te komen en de subsidie is gericht op het thema water, bedoeld in artikel 2.2.1, vierde lid, of artikel 2.3.1, vierde lid, onder a, van de Subsidieregeling OPZuid, voldaan aan de volgende vereisten:

      • a.

        het project is gericht op:

        • i.

          circulair watergebruik;

        • ii.

          verminderen van het gebruik van grondwater of drinkwater;

          en

        • iii.

          reële toepassing in de praktijk;

      • b.

        het project leidt tot vervanging van gebruik van grondwater in:

        • i.

          industrie;

        • ii.

          woningbouw;

        • iii.

          huishoudens; of

        • iv.

          landbouw;

      • c.

        kennisdeling met als doel brede toepassing in de praktijk, is onderdeel van het project;

      • d.

        het project omvat meerdere onderdelen van de waterketen.

  • 3.

    In het vierde lid wordt “artikel 2.5” vervangen door “artikel 2.1.5, onder a”.

C.

 

Artikel 2.7, eerste lid komt te luiden:

  • 1.

    Subsidieaanvragen worden ingediend binnen de tenderperiode van:

    • a.

      24 april 2023, vanaf 09.00 uur tot en met 26 mei 2023, tot 17.00 uur;

    • b.

      2 oktober 2023, vanaf 09.00 uur tot en met 17 november 2023, tot 17.00 uur.

D.

 

Artikel 2.8 komt te luiden:

  • 1.

    Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de tenderperiode, genoemd in artikel 2.7, eerste lid, onder a, vast op:

    • a.

      € 650.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onder a;

    • b.

      € 1.078.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onder b;

    • c.

      € 972.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onder c;

    • d.

      € 650.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onder d;

    • e.

      € 1.300.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onder e.

  • 2.

    Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de tenderperiode, genoemd in artikel 2.7, eerste lid, onder b, vast op:

    • a.

      € 650.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onder a;

    • b.

      € 1.078.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onder b;

    • c.

      € 972.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onder c;

    • d.

      € 650.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onderdeel d;

    • e.

      € 1.300.000, voor subsidies als bedoeld in artikel 2.3, onder e.

E.

 

In artikel 2.10 wordt “artikel 2.9” vervangen door “artikel 2.1.7”.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal blad waarin zij wordt geplaatst.

’s-Hertogenbosch, 11 april 2023

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. P.J. Buijtels

Naar boven