Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 7 februari 2023 tot wijziging van de Regeling veranderen en gebruiken van wegen Noord-Brabant 2013 in verband met het wijzigen van het vergunningstelsel (Tweede wijziging Regeling veranderen en gebruiken van wegen Noord-Brabant 2013)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

 

Gelet op artikel 5.8 van de Interim omgevingsverordening Noord-Brabant;

 

Overwegende dat het wenselijk is de Regeling veranderen en gebruiken van wegen Noord-Brabant 2013 te wijzigen in verband met het vervallen van de vergunningmogelijkheid voor aanduidingen op bewegwijzeringborden, aanduidingen op strokenborden en bijzondere aanduidingen op provinciale wegen;

 

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijziging Regeling veranderen en gebruiken van wegen Noord-Brabant 2013

De Regeling veranderen en gebruiken van wegen Noord-Brabant 2013 wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 2 komt te luiden:

Artikel 2 Begripsbepalingen specifiek

In deze paragraaf wordt mede verstaan onder:

  • a.

    activiteiten die op weggebruikers zijn gericht: weggebonden activiteiten of mogelijkheden die voorzien in een onmiddellijke behoefte van weggebruikers;

  • b.

    gesloten verharding: asfalt, beton, open verharding met cementgebonden funderingen, klinkers met voegvulling, menggranulaat als puinverharding ten behoeve van de bovenliggende gesloten verharding en belemmerende ondergrondse voorzieningen;

  • c.

    kabel: buigzame verbinding, bestaande uit één of meer geleiders, die zijn samengesteld uit draden van metaal of glasvezel en geschikt zijn voor het transport van elektrische energie, elektrische signalen of optische signalen;

  • d.

    kabel of leiding met een openbare functie: telecommunicatiekabel of niet-gevulde mantelbuis als bedoeld in de Telecommunicatiewet, elektriciteitskabel, gasleiding, waterleiding of riolering en perceel- of huisaansluitingen van deze kabels of leidingen;

  • e.

    kunstobject: niet verkeersfunctioneel element op de weg dat dient ter uiting van enige vorm van kunst;

  • f.

    kunstwerk: civielbouwkundige constructie die onderdeel is van de weg bij kruising met een andere weg, spoorweg, waterweg of terreinverdieping;

  • g.

    leiding: holle buis, vervaardigd van een duurzaam materiaal;

  • h.

    leidingstrook: strook grond die primair is bestemd voor het leggen van kabels of leidingen, al dan niet voorzien van een mantelbuis;

  • i.

    mantelbuis: kunststof of metalen beschermbuis rondom een kabel of leiding;

  • j.

    open verharding: verharding van ongebonden elementen op zand;

  • k.

    oppervlaktewaterlichaam: oppervlaktewaterlichaam als bedoeld in artikel 1.1 van de Waterwet;

  • l.

    ontsluiting tankstationterrein: ontsluitingsmogelijkheid naar de weg van een terrein waarop een motorbrandstofverkooppunt is gevestigd;

  • m.

    reclamebord: opschrift, aankondiging of afbeelding op een bord, vlag, spandoek of constructie met de kennelijke bedoeling handelsreclame te uiten;

  • n.

    uitweg: ontsluitingsmogelijkheid van één of meerdere percelen naar de weg;

  • o.

    veranderen van de weg: uitvoeren, oprichten, hebben, in stand houden, onderhouden, wijzigen of verwijderen van de weg;

  • p.

    verkeersbord: bord als bedoeld in artikel 4 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer;

  • q.

    wegenbouwproject: aanleg van een nieuwe weg of de reconstructie van een bestaande weg.

B.

In artikel 3, derde lid, vervallen de onderdelen f, g en h, onder verlettering van de onderdelen i, j en k tot f, g en h.

 

C.

De artikelen 8 en 9 vervallen.

 

D.

In artikel 14 vervalt het vijfde lid, onder vernummering van het zesde lid tot vijfde lid.

 

E.

Bijlage 1 vervalt.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

’s-Hertogenbosch, 7 februari 2023

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. P.J. Buijtels

Toelichting behorende bij de Tweede wijziging Regeling veranderen en gebruiken van wegen Noord-Brabant 2013

I. Algemeen

Ingevolge artikel 2.50 van de Interim omgevingsverordening Noord-Brabant is het verboden zonder vergunning van Gedeputeerde Staten de provinciale weg te veranderen. In de Regeling veranderen en gebruiken van wegen Noord-Brabant 2013 is in paragraaf 2 voor bepaalde activiteiten met betrekking tot het veranderen van de weg een vergunningmogelijkheid opgenomen. In de onderdelen f, g en h, van artikel 3, van die regeling was een vergunningmogelijkheid opgenomen voor het veranderen van de weg ten behoeve van aanduidingen van objecten of terreinen op reguliere bewegwijzeringborden, aanduidingen van objecten of terreinen op strokenborden en bijzondere aanduidingen.

 

Gedeputeerde Staten hebben besloten deze drie vergunningmogelijkheden uit de Regeling veranderen en gebruiken van wegen Noord-Brabant 2013 te halen, omdat het de beoordeling van aan de wegenverkeerswetgeving gerelateerde aspecten zoals de verkeersveiligheid betreft. Hiervoor is de provincie als wegbeheerder verantwoordelijk. De plaatsing en het beheer en onderhoud van deze aanduidingen wil de provincie zelf uitvoeren.

 

II. Artikelsgewijs

 

Artikel I Wijziging Regeling veranderen en gebruiken van wegen Noord-Brabant 2013

 

Onder A (artikel 2 Begripsbepalingen specifiek)

Als gevolg van deze wijzigingsregeling, waarbij een aantal artikelen zijn vervallen en gewijzigd, vervalt ook een aantal begrippen.

 

Onder B (artikel 3 Soorten vergunning)

Door het vervallen van de mogelijkheid om vergunning aan te vragen op grond van de onderdelen f, g en h, komen daarmee tevens de daarop berustende in het verleden afgegeven vergunningen voor aanduidingen op bewegwijzeringborden, aanduidingen op strokenborden en bijzondere aanduidingen op provinciale wegen van rechtswege te vervallen op het moment van inwerkingtreding van deze regeling. Dit betekent ook dat voor derden het verbod in artikel 2.50 van de Interim omgevingsverordening Noord-Brabant vanaf dat moment weer onverkort van toepassing is. Gedeputeerde Staten zullen het beleid, dat de provincie als wegbeheerder bij het aanbrengen en het beheer en onderhoud van dergelijke aanduidingen hanteert, vastleggen in een beleidsregel.

 

Onder C (artikelen 8 en 9 Vergunningvereisten)

Nu de vergunningmogelijkheid voor deze aanduidingen vervalt, vervallen ook de in de artikelen 8 en 9 opgenomen vergunningvereisten.

 

Onder D (artikel 14 Vereisten aanvraag)

Nu de vergunningmogelijkheid voor deze aanduidingen vervalt, vervallen ook de vereisten voor het indienen van een vergunningaanvraag.

 

Onder E (Bijlage 1)

Omdat artikel 9 vervalt, vervalt ook Bijlage 1, waarin categorieën objecten en terreinen als bedoeld in artikel 9, zijn opgenomen.

 

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

 

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

 

de secretaris,

drs. P.J. Buijtels

Naar boven