Provinciale Adviescommissie vervolg Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa

 

Gedeputeerde Staten van Drenthe;

 

gelet op artikel 82 van de Provinciewet

 

overwegende dat:

 

  • -

    in het coalitieakkoord “Drenthe, mooi voor elkaar!” veel aandacht is voor de kwaliteit van stad en platteland en het zorgvuldig omgaan met water. In aanvulling hierop vraagt de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) dat onder meer de grond- en oppervlaktewaterkwaliteit van de Drentse waterlichamen in 2027 aan de KRW-doelen voldoen, zeker ook waar het oppervlaktewater betreft als bron voor de openbare drinkwatervoorziening;

  • -

    uit de inhoudelijke analyse volgt dat naar de huidige inzichten aanvullende maatregelen in het Drentsche Aa gebied nodig zullen zijn om binnen de beschikbare termijn de kwaliteitsdoelen voor de winning van oppervlaktewater voor de drinkwatervoorziening te realiseren, waarbij naar verwachting niet alles overal kan. Immers, het water- en bodemsysteem zal meer dan eerder sturend zijn en de doelen van onder meer de internationale richtlijnen en verplichtingen zijn onontkoombaar. Dit betekent ook, dat er opnieuw gekeken dient te worden naar het in te zetten instrumentarium, zowel ruimtelijk als wat betreft normering. Hierbij zal nadrukkelijk een koppeling gemaakt worden met het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) en de beleidsbrief Water en Bodem Sturend die 25 november 2022 naar de Tweede Kamer gestuurd is;

  • -

    de complexiteit van de opgave vraagt om een inhoudelijk adequaat en bestuurlijk zorgvuldig afgewogen advies. De provincie Drenthe heeft samen met Waterbedrijf Groningen en het waterschap Hunze en Aa’s en in samenwerking met gemeenten, recreatie, landbouw, terreinbeheerders en bewoners gewerkt aan het realiseren van de doelen. De verschillende betrokken partijen benoemen de samenwerking als basis voor het implementeren van maatregelen. Aan de andere kant dwingt het niet realiseren van de KRW doelen tot een heroverweging van de gevolgde aanpak. De Adviescommissie vervolg Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa adviseert Gedeputeerde Staten hierover;

  • -

    de voorzitters van de Adviescommissie vervolg Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa bestuurlijk gezaghebbend zijn op het gebied van waterbeheer en landelijk gebied/landbouw en de leden van de Adviescommissie wetenschappelijk gezaghebbend zijn op het gebied van de juridische interpretatie van de EU- en Nederlandse regelgeving en de (grond)waterkwaliteit en management daarvan;

  • -

    dit reglement de taken, bevoegdheden, werkwijze en bezoldiging van de Adviescommissie vervolg Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa regelt;

BESLUITEN:

 

  • I

    De Provinciale Adviescommissie vervolg Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa in te stellen;

     

  • II

    Het reglement Provinciale Adviescommissie vervolg Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa vast te stellen.

 

Gedeputeerde Staten voornoemd,

 

mevrouw drs. J. Klijnsma, voorzitter

W.F. Brenkman MSc, secretaris

 

Assen, 7 februari 2023

Kenmerk 5.1/2023000166

 

 

Uitgegeven: 13 februari 2023

 

 

 

 

 

Reglement Provinciale Adviescommissie vervolg Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa

 

Artikel 1, Toepassing

 

Dit reglement is van toepassing op de door Gedeputeerde Staten van Drenthe ingestelde Adviescommissie vervolg Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa (hierna te noemen Adviescommissie ), ex artikel 82 van de Provinciewet.

Artikel 2, Taak

 

De Adviescommissie heeft tot taak advies te geven over de te volgen aanpak van het vervolg op het Uitvoeringsprogramma Drentsche Aa (UPDA) waarbij de volgende vragen beantwoord moeten worden.

  • a.

    Welke maatregelen kunnen, uitgaande van het nu beschikbare instrumentarium, genomen worden om er voor te zorgen dat de KRW normen voor gewasbeschermingsmiddelen in 2027 zijn gerealiseerd?

  • b.

    Geef aan in hoeverre en zo ja welke aanpassingen in de omgevingsvisie en provinciale verordening bij kunnen dragen aan het realiseren van de KRW normen voor gewasbeschermingsmiddelen in 2027.

Artikel 3, Samenstelling

 

  • 1.

    De Adviescommissie wordt geleid door mevrouw M.M. Kool en de heer H. Kosters, beide in de rol van voorzitter.

  • 2.

    De overige leden van de Adviescommissie vervolg UPDA zijn de heren prof. F.A.G. Groothuijse en prof. J. Griffioen.

  • 3.

    De secretaris van de Adviescommissie vervolg UPDA is mevrouw M. Buitenkamp.

  • 4.

    Gedeputeerde Staten kunnen aan de Adviescommissie vervolg UPDA een of meerdere adviserende leden toevoegen.

Artikel 4, Benoeming en ontslag

 

  • 1.

    De leden van de Adviescommissie worden voor een periode van maximaal één jaar benoemd.

  • 2.

    Degene die in de Adviescommissie de plaats inneemt van een lid wiens zittingsduur nog niet verstreken was, heeft zitting tot het einde van die duur.

  • 3.

    Het lidmaatschap van de Adviescommissie vervolg UPDA eindigt:

    • a.

      door ontslag op eigen verzoek van het lid;

    • b.

      door ontslag door Gedeputeerde Staten al dan niet op voordracht van de voorzitters, door Gedeputeerde Staten wegens disfunctioneren van het lid.

  • 4.

    Een ontslagprocedure als bedoeld in het voorgaande lid, onder b, is met voldoende waarborgen omkleed.

  • 5.

    Gedeputeerde Staten voorzien zo spoedig mogelijk in ontstane vacatures.

Artikel 5, Besluitvorming

 

  • 1.

    Voor zover geen consensus wordt bereikt, adviseert de Adviescommissie bij meerderheid van stemmen.

  • 2.

    Wanneer de Adviescommissie niet tot een unaniem oordeel kan komen, zal de Adviescommissie dit in haar eindadvies onderbouwen.

  • 3.

    De leden van de Adviescommissie stemmen zonder last.

  • 4.

    Een lid van de Adviescommissie neemt niet deel aan de stemming over een aangelegenheid die hem rechtstreeks of middellijk aangaat of waarbij hij als vertegenwoordiger persoonlijk betrokken is.

  • 5.

    De Adviescommissie kan geen besluiten nemen.

  • 6.

    De Adviescommissie kan adviseren één of meer werkgroepen in te stellen. Deze werkgroepen hebben geen besluitvormende bevoegdheden.

  • 7.

    De adviescommissie brengt haar advies schriftelijk en met redenen omkleed uit aan Gedeputeerde Staten.

Artikel 6, Werkwijze

 

  • 1.

    De Adviescommissie vergadert zo dikwijls als door de voorzitters nodig wordt geoordeeld, alsmede wanneer ten minste twee leden van de Adviescommissie hierom schriftelijk vragen.

  • 2.

    De secretaris draagt er zorg voor dat de uitnodigingen en agenda’s, spoedeisende gevallen uitgezonderd, ten minste vijf werkdagen voor de dag van de vergadering aan de leden worden toegezonden.

  • 3.

    De Adviescommissie vergadert in beginsel met gesloten deuren, tenzij de voorzitters het nodig oordelen dat de vergadering in het openbaar wordt gehouden.

Artikel 7, Budget/financiële bepalingen

 

  • 1.

    Voor de proces- en vergaderkosten van de Adviescommissie, is binnen de provinciale begroting budget beschikbaar, gereserveerd voor uitvoering van projecten gericht op het realiseren van KRW-doelen.

  • 2.

    De verantwoordelijkheid voor het declareren van de kosten berust bij de secretaris.

Artikel 8, Inlichtingen

 

  • 1.

    Gezien de looptijd van de Adviescommissie, rapporteert de secretaris uiterlijk aan het einde van 2023 over de voortgang van de werkzaamheden van de Adviescommissie en de gemaakte kosten.

  • 2.

    Op verzoek verstrekt de Adviescommissie aan Gedeputeerde Staten meer uitgebreide inlichtingen over de uitoefening van de bevoegdheden.

Artikel 9, Taken secretaris

 

  • 1.

    De secretaris van de Adviescommissie is, behalve met de voorbereiding van de vergaderingen, belast met de terugkoppeling van de adviezen aan Gedeputeerde Staten.

  • 2.

    De provincie draagt zorg voor archivering.

Artikel 10, Vergoeding

 

  • 1.

    De voorzitters en de leden ontvangen voor het bijwonen van de vergaderingen van de adviescommissie een vergoeding op grond van artikel 11, eerste lid van de Verordening rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers provincie Drenthe 2019.

  • 2.

    De voorzitters en de leden ontvangen reis- en verblijfskostenvergoeding overeenkomstig artikel 12 van de Verordening rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers provincie Drenthe 2019.

  • 3.

    Leden van de op grond artikel 5, zesde lid, ingestelde werkgroepen hebben overeenkomstig het eerste en tweede lid recht op een vergoeding.

Artikel 11, Inwerkingtreding

 

Dit reglement treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad.

Artikel 12, Citeertitel

 

Dit reglement kan worden aangehaald als Reglement Adviescommissie vervolg Uitvoeringsprogramma Oppervlaktewaterwinning Drentsche Aa.

Naar boven