Provinciaal blad van Overijssel
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Overijssel | Provinciaal blad 2023, 14026 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Overijssel | Provinciaal blad 2023, 14026 | beleidsregel |
Reglement Uitvoeringscommissie Inrichting Landelijk Gebied 2024
Besluit van Gedeputeerde Staten van Overijssel van 21 november 2023 tot vaststelling van Reglement Uitvoeringscommissie Inrichting Landelijk Gebied 2024
Gedeputeerde Staten van Overijssel;
Gelet op artikel 81 van de Provinciewet;
Gelet op de inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2024;
Besluiten vast te stellen het navolgende:
Reglement Uitvoeringscommissie Inrichting Landelijk Gebied 2024
Dit reglement is van toepassing op door Gedeputeerde Staten van Overijssel ingestelde ‘Uitvoeringscommissies Inrichting Landelijk Gebied’.
Bal: Besluit activiteiten leefomgeving;
Bkl: Besluit kwaliteit leefomgeving;
Commissie: Uitvoeringscommissie Inrichting Landelijk Gebied, zijnde een bestuurscommissie als bedoeld in artikel 81 van de Provinciewet.
Gedeputeerde Staten: Gedeputeerde Staten van Overijssel.
Inrichtingsbesluit: besluit als bedoeld in artikel 12.7 Omgevingswet:
Inrichtingsprogramma: programma als bedoeld in artikel 3.14a Omgevingswet;
De leden, waaronder de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter, worden voor een periode van vijf jaar benoemd door Gedeputeerde Staten. Een lid kan na afloop van zijn zittingsperiode terstond, maar maximaal eenmaal worden herbenoemd. Bij zwaarwegende redenen kunnen Gedeputeerde Staten ertoe besluiten om een lid voor een derde periode te herbenoemen.
Artikel 15. Budget/financiële bepalingen
Gedeputeerde Staten kennen aan de commissie capaciteit en financiële middelen voor proces- en uitvoeringskosten toe voor de uitvoering van het inrichtingsprogramma en inrichtingsbesluit. De voorzitter en de secretaris van de commissie kunnen financiële verplichtingen aangaan voorzover passend binnen de opdracht en binnen het beschikbare budget. Gedeputeerde Staten verlenen daartoe aan de secretaris mandaat en volmacht tot het aangaan en ondertekenen van overeenkomsten tot een bedrag van € 50.000,-, alsmede aan de voorzitter en secretaris gezamenlijk een mandaat en volmacht tot het aangaan en ondertekenen van overeenkomsten tot een bedrag van meer dan € 50.000,-, mits passend binnen het toegekende budget.
De commissie is verantwoordelijk voor de inhoudelijke en financiële verantwoording van de uitvoering van het inrichtingsprogramma en inrichtingsbesluit.
Bij de vaststelling van een inrichtingsprogramma en inrichtingsbesluit benoemen Gedeputeerde Staten tevens een Uitvoeringscommissie Inrichting Landelijk Gebied voor het betreffende gebied. Uitvoeringscommissies Inrichting Landelijk Gebied zijn bestuurscommissies als bedoeld in artikel 81 Provinciewet waaraan op grond van artikel 163, eerste lid, Provinciewet bevoegdheden kunnen worden overgedragen.
Gedeputeerde Staten bepalen voor welk deelgebied de commissie actief zal zijn. De commissie heeft tot taak het door Gedeputeerde Staten voor het betreffende gebied vastgestelde inrichtingsprogramma en gelijktijdig daarmee vastgestelde inrichtingsbesluit uit te voeren. Daartoe worden de in lid 2 genoemde bevoegdheden met betrekking tot de uitvoering van landinrichting en herverkaveling overgedragen aan de commissie. Daar waar bevoegdheden niet gemandateerd of gedelegeerd zijn, blijven zij bij Gedeputeerde Staten, zoals vaststelling van de correctiefactor als bedoeld in 13.9 van de wet.
Op de gedelegeerde bevoegdheden is afdeling 10.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Indien een besluit wordt genomen op grond van een in dit reglement genoemde, gedelegeerde bevoegdheid, dan wordt bij dit besluit het delegatiebesluit en de vindplaats daarvan genoemd.
Naast delegatie van wettelijke taken, heeft de commissie ook een adviestaak met betrekking tot de in lid 3 genoemde punten.
In lid 4 wordt aan de commissie de bevoegdheid gegeven om subcommissies in het leven te roepen. De subcommissies hebben een ondersteunende taak en geen besluitvormende bevoegdheden. Het is aan de commissie om inhoud te geven aan de samenstelling en de inhoud van de taak van de subcommissie. De taak van de subcommissie moet in overeenstemming blijven met de taakstelling van de commissie zelf.
Tot de bevoegdheden met betrekking tot de wettelijke herverkaveling behoren in ieder geval het vaststellen van besluit tijdelijk gebruik (12.21), ruilbesluit (12.22), besluit geldelijke regelingen (12.36) en de pachtregistratie (16.125 e.v.). Bij de uitoefening van de bevoegdheden neemt de commissie de bepalingen over de voorbereiding, totstandkoming, bekendmaking uit de Omgevingswet en de Algemene wet bestuursrecht in acht.
Deze bevoegdheid omvat alle (rechts)handelingen ter voorbereiding en uitvoering alsmede ter voorkoming van inzet van de gedoogplicht.
Deze bevoegdheid ziet op het stellen van maatwerkvoorschriften over de artikelen 12.5 en 12.7. Voorheen artikel 35 Wilg.
Deze bevoegdheden hebben onder andere betrekking op de vaststelling van de agrarische verkeerswaarde, de uitgangspunten voor de herverkaveling en nadere regels voor de schatting.
Subcommissies worden vaak in het leven geroepen om de commissie te ondersteunen en te adviseren bij de voorbereiding en totstandkoming van het ruilbesluit en besluit geldelijke regelingen. Leden van subcommissie beschikken over specifieke gebiedskennis. Zij kunnen daarmee een waardevolle bijdrage leveren aan het gebiedsproces.
Gedeputeerde Staten beslissen over de omvang van de commissie en ook welke samenstelling deze commissie zal hebben. Hierbij zullen naast de betrokken bestuursorganen ook belangenorganisaties benaderd en betrokken worden. De in lid 3 genoemde adviserende leden worden op grond van hun deskundigheid benoemd.
De voorzitter speelt een belangrijke rol in de commissie. Gedeputeerde Staten kiest er dan ook voor de voorzitter en plaatsvervangend voorzitter te benoemen na overleg met de in artikel 5 genoemde organisaties. Gedeputeerde Staten zullen de overige leden uit eigen beweging benoemen.
Artikel 7 Ontbinding commissie
De commissie wordt door Gedeputeerde Staten ontbonden nadat de commissie heeft aangegeven en aangetoond dat de taakstelling is volbracht en alle werken zijn uitgevoerd. Gedeputeerde Staten verlenen decharge aan de commissie die daarmee formeel is ontbonden.
Artikel 8 Schorsing en beëindiging lidmaatschap
Voor het beëindigen van het lidmaatschap van de commissie is een besluit van Gedeputeerde Staten vereist, waarbij tegelijkertijd getracht zal worden – indien nodig – een nieuw lid aan de commissie toe te voegen.
Artikel 9 Totstandkoming besluitvorming
Jaarlijks bericht de commissie Gedeputeerde Staten over de stand van zaken (planning, financiën en eventuele afwijkingen) rondom het uitvoeren van het inrichtingsplan. Eenmaal per jaar vindt de formele terugkoppeling aan Gedeputeerde Staten plaats via een overleg tussen de voorzitter en de portefeuillehouder namens GS.
Artikel 10 Vergaderingen en uitnodigingen
Lid 4 bepaalt dat de secretaris zorg draagt voor openbare kennisgeving.
De beslissing tot het houden van een vergadering achter gesloten deuren staat los van de beslissing tot het opleggen van geheimhouding. Geheimhouding heeft betrekking op het ter vergadering behandelde en de inhoud van de stukken. Als tot geheimhouding is besloten, heeft dit dus ook betrekking op het verslag van de vergadering. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft. De bepalingen van hoofdstuk V van de Provinciewet en de artikelen 5.1 en 5.2 Wet open overheid zijn van toepassing.
Het is de secretaris toegestaan brieven en documenten te ondertekenen namens de commissie, voor zover dit past binnen de taakstelling van de commissie en zolang het gaat om feitelijke afhandeling van de taken van de commissie. Het is de secretaris niet toegestaan zelfstandig besluiten te nemen.
Van de toekenning van vacatiegelden zijn uitgesloten:
In plaats van vacatiegelden kunnen Gedeputeerde Staten besluiten een vaste vergoeding aan een commissielid toe te kennen. Voor deze vaste vergoeding komen in eerste instantie de voorzitter en secretaris in aanmerking, mits niet uitgesloten van vacatiegelden. Ook een vicevoorzitter kan in aanmerking komen, indien deze een aanmerkelijk deel van de voorzitterstaak vervuld. Gedeputeerde Staten bepalen de hoogte van de vergoeding bij de benoeming overeenkomstig artikel 11 lid 2 van de Verordening rechtspositie decentrale ambtsdragers Overijssel 2019.
Bij de bepaling van de vergoeding wordt rekening gehouden met:
Artikel 15 Budget/financiële bepalingen
De commissie is budgethouder van de middelen die Gedeputeerde Staten ter beschikking stellen voor de uitvoering van het inrichtingsprogramma en inrichtingsbesluit. Aan de voorzitter en secretaris van de uitvoeringscommissie wordt mandaat/volmacht verleend ten behoeve van het sluiten van privaatrechtelijke overeenkomsten (al dan niet in het kader van een aanbesteding) ter uitvoering van besluiten van de uitvoeringscommissie.
De verantwoording van de uitgaven en ontvangsten maken onderdeel uit van de Planning & Control cyclus van de provincie.
Ter ondersteuning van de uitvoering wordt door Gedeputeerde Staten aan de commissie capaciteit en uren ter beschikking gesteld. Andere partners zullen worden gevraagd ook (ambtelijke) input te leveren. Een projectgroep is geen subcommissie.
De uitvoeringscommissies handelen in opdracht van de Gedeputeerde Staten en vallen onder de aansprakelijkheid van de Provincie. De Provincie sluit ten behoeve van de commissieleden de noodzakelijke (functionele) verzekeringen af. Hiermee wordt aangesloten bij de rechtspositie van decentrale politieke ambtsdragers. Het gaat hierbij om een collectieve ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2023-14026.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.