Provinciaal blad van Drenthe
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Drenthe | Provinciaal blad 2023, 13238 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Drenthe | Provinciaal blad 2023, 13238 | beleidsregel |
Wijziging Beleidsregels Wet natuurbescherming provincie Drenthe
Gedeputeerde Staten van Drenthe;
gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;
overwegende dat de huidige beleidsregels niet voorzien in de mogelijkheid om gebiedsgerichte ontheffingen op grond van de Wet natuurbescherming te verlenen op basis van een pre-soortenmanagementplan;
de Beleidsregels Wet natuurbescherming provincie Drenthe, zoals vastgesteld bij hun besluit van 20 december 2016, kenmerk 3.3/2016005213, Provinciaal Blad 6940 van 23 december 2016, laatst gewijzigd bij besluit van 27 juni 2023, kenmerk 2023000887, provinciaal blad 7392 van 29 juni 2023, te wijzigen.
Wijziging Beleidsregels Wet natuurbescherming provincie Drenthe
Na artikel 3.5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 3.6 Gebiedsgerichte ontheffingen op basis van de pre-SMP-methodiek
Aan de bijlagen behorende bij de Beleidsregels Wet natuurbescherming provincie Drenthe wordt een korte beschrijving van de pre-SMP-methodiek toegevoegd, onder de naam: “bijlage 2”.
Bijlage 2. Gebiedsgerichte ontheffingen op basis van een pre-soortenmanagementplan
Doel: Populaties gebouwbewonende soorten beschermen bij particuliere verduurzamingswerkzaamheden door het verlenen van gebiedsgerichte ontheffingen op basis van een pre-soortenmanagementplan (pre-SMP) opgesteld en uitgevoerd volgens de pre-SMP-methodiek voor verduurzamingswerkzaamheden daar waar deze gehouden zijn aan de Wet natuurbescherming.
Doelgroep: Gebiedsgerichte ontheffingen op grond van een pre-SMP kunnen enkel aangevraagd worden door Drentse gemeenten.
De provincie verleent onder de volgende voorwaarden en beperkingen een gebiedsgerichte ontheffing:
Voorwaarde 1: Natuurvriendelijk isoleren en meldingsplicht
Huiseigenaren en isolatiebedrijven isoleren conform de handreiking “Natuurvriendelijk isoleren”. Per woning worden daarmee betaalbare voorzieningen aangebracht (optioneel door de isolatiebedrijven) en wordt voorkomen dat er dieren gedood worden (tijdig natuurvrij maken). De particulier of het isolatiebedrijf namens de particulier meldt de isolatie bij de gemeente via een GIS-applicatie om te kunnen werken onder de ontheffing.
Voorwaarde 2: Gemeentelijke compensatie
De gemeente beschrijft in een pre-SMP hoe het verlies aan kraamverblijfplaatsen door de gemeente wordt gecompenseerd. Het effect van de verduurzaming en de gemeentelijke compensatietaakstelling worden door de provincie met de pre-SMP-methodiek modelmatig berekend.
Voorwaarde 3: SMP-verplichting
Binnen twee jaar moet het pre-SMP omgezet worden in een volwaardig (kwalitatief goed) SMP op basis van een volledig gebiedsgericht veldonderzoek. Op dit SMP moet een nieuwe gebiedsgerichte ontheffing worden afgegeven. Bij de aanvraag om een ontheffing op grond van een pre-SMP dient te worden aangetoond dat de ontwikkeling van een SMP binnen 18 maanden wordt afgerond, zodat een ontheffing op grond van een SMP binnen twee jaar de ontheffing op grond van een pre-SMP kan vervangen. Vindt er onvoldoende voortgang plaats in de ontwikkeling van een SMP, dan wordt de ontheffing op grond van een pre-SMP ingetrokken.
De gebiedsgerichte ontheffing ziet uitsluitend op particuliere grondgebonden woningen met energielabel C tot en met G. Voor gestapelde woningen zoals appartementencomplex of flatgebouwen wordt geen ontheffing verleend.
De ontheffing geldt voor de duur van maximaal twee jaar (24 maanden).
Beperking 3: Aantal deelnemende woningen
Per CBS-buurt mag maximaal 30% van de te isoleren particuliere grondgebonden woningen worden geïsoleerd. Het maximale aantal deelnemende woningen van 30% over twee jaar tijd wordt onderverdeeld in maximaal 10% in de eerste fase van de looptijd en in de tweede fase het aanvullend aantal deelnemers tot 30%. Mocht fase 1 langer dan 12 maanden duren, dan is voor elke maand dat de fase langer duurt het maximaal aantal deelnemers 1% meer. Het maximum van 30% over twee jaar blijft dan gelijk.
In fase 1 mogen op de te isoleren woningen tevens zonnepanelen worden geplaatst op hellende daken. In fase 2 mogen ook op niet te isoleren woningen zonnepanelen worden geplaatst op hellende daken. Op platte daken mogen in zowel fase 1 als fase 2 zonnepanelen worden geplaatst. De gemeenten zien toe op deze beperking met de ontwikkelde GIS-applicatie waar deelnemende woningen in worden gemeld.
Beperking 4: Type werkzaamheden
De pre-SMP-methodiek richt zich enkel op de volgende verduurzamingsmaatregelen:
dakisolatie binnenzijde: het isoleren van pannendaken aan de binnenzijde door aan het dakbeschot isolatiemateriaal te bevestigen, waarna de binnenwandafwerking eroverheen wordt geplaatst. Het dak mag niet beroerd worden. Ook een ruimte vullen tussen dakbeschot en binnenwandafwerking met gespoten isolatiemateriaal is niet toegestaan in de pre-SMP-methodiek;
Artikel 3.6. Gebiedsgerichte ontheffingen op basis van de pre-SMP-methodiek
Op grond van de wet zijn Gedeputeerde Staten bevoegd gezag voor het verlenen van ontheffingen. In geval van ontheffingen die zien op meerdere activiteiten op een groter grondgebied van een gemeente kunnen Gedeputeerde Staten een gebiedsgerichte ontheffing verlenen.
Deze ontheffingen zien toe op de volgende bepalingen:
het opzettelijk doden van in het wild levende vogels, alsmede het vernielen van verblijfplaatsen van vogels, als bedoeld in artikel 1 van de Vogelrichtlijn (ontheffing van de artikelen 3.1, tweede en vierde lid, van de Wet natuurbescherming, op grond van artikel 3.3, eerste lid, van de Wet natuurbescherming);
het opzettelijk doden of verstoren van in het wild levende dieren, alsmede het vernielen van verblijfplaatsen van in het wild levende dieren, genoemd in bijlage IV, onderdeel a, bij de Habitatrichtlijn, bijlage II bij het Verdrag van Bern of bijlage I bij het Verdrag van Bonn, in hun natuurlijke verspreidingsgebied (ontheffing van artikel 3.5, eerste, tweede en vierde lid, van de Wet natuurbescherming, op grond van artikel 3.8, eerste lid, van de Wet natuurbescherming).
De activiteit waar een gebiedsgerichte ontheffing op basis van de pre-SMP-methodiek voor wordt verleend, betreft uitsluitend het isoleren van particuliere grondgebonden woningen of het plaatsen van zonnepanelen op deze woningen. Deze ontheffingen kunnen uitsluitend worden aangevraagd door gemeenten binnen de provincie Drenthe. De toetsing van deze ontheffingsaanvragen vindt plaats conform de kaders van de pre-SMP-methodiek, zoals opgenomen in bijlage 2. In de rapportage “Natuurvriendelijk isoleren van particuliere grondgebonden woningen onder het pre-Soortenmanagementplan” is een nadere toelichting en uitwerking van de vereisten weergegeven.
In het tweede lid sub b is de voorwaarde weergegeven waaraan sowieso moet worden voldaan voordat de ontheffing kan worden verleend. De aanvraag om een dergelijke ontheffing dient vergezeld te zijn van een pre-SMP. Hierin dient ten minste te worden beschreven hoe de gemeente het verlies aan kraamverblijfplaatsen in de gemeente compenseert. In de rapportage “Natuurvriendelijk isoleren van particuliere grondgebonden woningen onder het pre-Soortenmanagementplan” is een nadere toelichting en uitwerking van de vereisten aan dit pre-SMP weergegeven.
Aan de activiteiten zijn vereisten verbonden. Deze vereisten zijn uitgewerkt als de pre-SMP-methodiek van het “natuurvriendelijk isoleren”. In de rapportage “Natuurvriendelijk isoleren van particuliere grondgebonden woningen onder het pre-Soortenmanagementplan” is een nadere toelichting en uitwerking van de vereisten weergegeven.
De voorwaarde sub c is gesteld om te verzekeren dat de ontheffing op grond van de pre-SMP-methodiek ook echt wordt gebruikt als opstap naar een gebiedsgerichte ontheffing op grond van de SMP-methodiek. Het is de bedoeling dat die SMP-ontheffing tijdens de looptijd van de pre-SMP-ontheffing wordt voorbereid en ten minste zes maanden voor het verstrijken van de pre-SMP-ontheffing wordt aangevraagd.
Hierdoor kan de SMP-ontheffing, zonder dat een periode ontstaat waarin geen ontheffing geldig is, direct aansluitend op de looptijd van pre-SMP-ontheffing worden verleend. Om te kunnen beoordelen of dit bij de aanvraag van de pre-SMP-ontheffing is verzekerd, dient in beginsel een opdracht gegeven te zijn aan een ecologisch (advies)bureau om veldonderzoek uit te voeren dat nodig is voor het opstellen van een SMP. In uitzonderingsgevallen kunnen Gedeputeerde Staten besluiten dat ook een gemeenteraadsbesluit tot het opstellen van een SMP en het indienen van een aanvraag om een gebiedsgerichte ontheffing binnen de looptijd voldoende is als verzekering.
Dit besluit treedt in werking op de dag na publicatie in het Provinciaal Blad.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2023-13238.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.