Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 12 september 2023 tot wijziging van de Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant in verband met het ophogen van subsidieplafonds, het toevoegen van een subsidiabele activiteit en het doorvoeren van enkele technische wijzigingen ter verbetering van het subsidieproces (Eerste wijziging Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

 

Overwegende dat het wenselijk is de Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant te wijzigen in verband met het ophogen van subsidieplafonds, het toevoegen van een subsidiabele activiteit en het doorvoeren van enkele technische wijzigingen ter verbetering van het subsidieproces;

 

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijziging Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant

 

De Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 1.2 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Het eerste lid, onder c, komt te luiden:

    • c.

      een samenwerkingsverband van natuurlijke personen of rechtspersonen, als bedoeld onder b, of een combinatie van beide.

  • 2.

    Het eerste lid, onder d en e komen te vervallen.

  • 3.

    In het tweede lid, aanhef, vervalt “onder d, of e,”.

B.

Artikel 1.5 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In de aanhef vervalt “indien”.

  • 2.

    In onderdeel a, wordt na “subsidieaanvrager” ingevoegd “of een deelnemer aan het samenwerkingsverband”.

  • 3.

    In de onderdelen d en e, wordt “is verstrekt” vervangen door “is aangevraagd of verstrekt”.

C.

Artikel 1.8 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Onderdeel f vervalt, onder verlettering van de onderdelen g tot en met k tot f tot en met j.

  • 2.

    In onderdeel h (nieuw) wordt na “aankoop” ingevoegd “of afschrijving”.

D.

Artikel 1.10, onder b, komt te luiden:

  • b.

    voor projecten als bedoeld in artikel 1.4, onder d tot en met f, vast op:

    • 1°.

      € 3.427.492 voor projecten die worden uitgevoerd in het beheergebied van het Waterschap Aa en Maas;

    • 2°.

      € 3.127.587 voor projecten die worden uitgevoerd in het beheergebied van het Waterschap De Dommel;

    • 3°.

      € 1.242.466 voor projecten die worden uitgevoerd in het beheergebied van het Waterschap Brabantse Delta;

    • 4°.

      € 0 voor projecten die worden uitgevoerd in het beheergebied van Waterschap Rivierenland.

E.

Artikel 1.14, eerste lid, onder c, komt te luiden:

  • c.

    indien sprake is van economische activiteiten, bewijsstukken als bedoeld in artikel 6 van het DAEB-vrijstellingsbesluit, waaruit de gerealiseerde kosten en de inkomsten blijken.

F.

Artikel 1.16 komt te luiden:

Artikel 1.16 Vaststelling

Indien sprake is van economische activiteiten, stellen Gedeputeerde Staten in afwijking van de artikelen 21 en 22 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant, subsidies vast op basis van gerealiseerde kosten en inkomsten ingevolge artikel 5 van het DAEB-vrijstellingsbesluit.

 

G.

Bijlage 1 bij de Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant wordt vervangen door bijlage 1 bij deze regeling.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

’s-Hertogenbosch, 12 september 2023

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. P.J. Buijtels

Bijlage 1 bij de Eerste wijziging Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant

 

Bijlage 1 behorende bij artikel 1.6, onder c, van de Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant

 

a. Verdrogingsbestrijding

  • 1.

    Het project moet gericht zijn op het realiseren van hydrologisch herstel van het Natuurnetwerk Noord-Brabant.

  • 2.

    De aanpak is gericht op de totale omvang van het watersysteem waarvan de natte natuurparel afhankelijk is, waarbij het streven is om alle maatregelen te treffen die nodig zijn voor volledig hydrologisch herstel van de natuurtypen.

  • 3.

    De N2000-habitattypen en de natuurtypen zoals vastgelegd op de ambitiekaart en de hydrologische randvoorwaarden van die natuurtypen zijn leidend.

b. Beek- en kreekherstel

  • 1.

    Beek- en kreekherstel (waaronder de realisatie van natuurvriendelijke oevers) omvat maatregelen die gericht zijn op het herstel van beken en kreken, zodat deze beken en kreken bijdragen aan een klimaatrobuust watersysteem dat ecologisch goed functioneert en waar de schade door droogte en wateroverlast acceptabel is.

  • 2.

    Het project is gericht op behoud, herstel en ontwikkeling van beken en kreken die in het RWP zijn aangemerkt als:

    • a.

      KRW-oppervlaktewaterlichaam; of

    • b.

      overige wateren met de functie waternatuur of functie verweven.

  • 3.

    Bij beek- en kreekherstel en het realiseren van natuurvriendelijke oevers staat het behalen van de KRW-doelen voorop, waarbij in de uitvoering rekening wordt gehouden met de andere functies van het watersysteem.

  • 4.

    Beek- en kreekherstel vinden plaats conform de HOW-systematiek (Handreiking Ontwikkeling Waterlopen).

  • 5.

    Maatregelen met betrekking tot natuurvriendelijke oevers zijn gericht op kleinere waterlopen, zodat die waterlopen bijdragen aan een klimaatrobuust watersysteem dat ecologisch goed functioneert en waar de schade door droogte en wateroverlast acceptabel is.

c. Opheffen knelpunten vismigratie:

  • 1.

    Het project moet gericht zijn op het opheffen van barrières voor vismigratie, zodat vissen onbelemmerd kunnen migreren binnen en tussen leef- en paaigebieden ten behoeve van een gezonde vispopulatie.

  • 2.

    Het project wordt uitgevoerd in beken en kreken die in het RWP zijn aangemerkt als:

    • a.

      KRW-oppervlaktewaterlichaam; of

    • b.

      overige wateren met de functie waternatuur of de functie verweven.

  • 3.

    Primair doel is het opheffen van barrières voor vismigratie, waarbij er daarnaast een optimale landschappelijke en ecologische inpassing nagestreefd wordt;

  • 4.

    Uitvoering vindt plaats conform Handreiking Vispassages Noord Brabant (Brabantse Waterschappen, 2013);

d. Klimaatrobuuste watersystemen

Het project is gericht op:

  • 1.

    de optimalisatie van het operationeel peilbeheer in het hoofdsysteem van regionale waterbeheerders;

  • 2.

    de klimaatrobuuste inrichting van een regionaal systeem zoals beekherstel en herprofilering leggerwaterlopen;

  • 3.

    de conservering op perceel niveau, in de vorm van:

    • a.

      sloten dempen;

    • b.

      sloten verondiepen of afdammen;

    • c.

      greppels afsluitbaar maken;

    • d.

      duikers verhogen;

    • e.

      plaatsen stuwen detailwaterlopen;

    • f.

      aanleg infiltratiegreppel;

    • g.

      beperken oppervlakkige afstroming;

    • h.

      aanleg regelbare drainage, mits:

      • 1º.

        de aanleg vervanging van traditionele drainage betreft die is aangelegd voor 21 december 2021;

      • 2º.

        de aanvrager kan aantonen dat de hydrologische balans van het perceel verbetert door de regelbare drainage;

      • 3º.

        de aanvrager duidelijk maakt welke peilen op welke locaties en in welke periodes gehanteerd worden; en

      • 4º.

        de peilen op zodanige wijze geregistreerd worden dat de registratie inzicht geeft in de gegevens, bedoeld onder 3°;

    • i.

      verwijderen van drainage.

  • 4.

    de herinrichting van stedelijk gebied in de vorm van:

    • a.

      afkoppelen verhard oppervlak naar bergings- of infiltratie voorziening;

    • b.

      aanleg van groenblauwe structuren en het klimaatrobuust inrichten van de openbare ruimte in bestaand of nieuw stedelijk gebied;

    • c.

      waterpartijen afvoerloos maken;

    • d.

      ontstenen publiek verhard oppervlak.

e. Efficiënt watergebruik

Het project is gericht op:

  • 1.

    het verbeteren van de bodemstructuur, waarbij de maatregelen aansluiten op de BOOT lijst;

  • 2.

    investeringen in gerichte watergeefsystemen;

  • 3.

    water (lokaal) opvangen en opslaan als voorraad voor droge perioden en opvangen van piekafvoeren (bijv. bassins);

  • 4.

    planvorming en bedrijfsgerichte stimuleringsplannen voor klimaatadaptatie;

  • 5.

    het besparen van drinkwater;

  • 6.

    hergebruik van water.

f. Ruimtelijke adaptatie

Het project is gericht op het aanpassen van grondgebruik, door:

  • 1.

    het veranderen van de functie naar ruimte voor water;

  • 2.

    het vergroten van waterbeschikbaarheid, door het omzetten van naaldbos in heide of loofbos ten behoeve van het NNB.

 

Toelichting behorende bij de Eerste wijziging Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant

I. Algemeen

De Subsidieregeling water en bodem wordt op enkele punten gewijzigd. Allereerst worden de subsidieplafonds aangepast voor projecten die worden uitgevoerd in de gebieden van de waterschappen Aa en Maas, De Dommel en Brabantse Delta. Daarnaast zijn de doelstellingen waaraan de projecten moeten voldoen, op een enkel punt aangevuld. Tot slot zijn er enkele meer subsidietechnische wijzigingen doorgevoerd die het subsidieproces verbeteren of vergemakkelijken.

 

II. Artikelsgewijs

 

Artikel I (Wijziging Subsidieregeling water en bodem Noord-Brabant)

 

Onderdeel B

In de onderdelen d en e van artikel 1.5 is nu duidelijk gemaakt dat niet alleen indien een andere subsidie is verstrekt, maar ook indien een andere subsidie is aangevraagd, de subsidie onder deze regeling wordt geweigerd. Op deze wijze wordt voorkomen dat overcompensatie plaatsvindt.

 

Onderdelen E en F

Niet alle subsidiabele activiteiten zullen worden aangemerkt als staatssteun. Alleen indien er sprake is van staatssteun is het DAEB-besluit van toepassing. De artikelen 1.14 en 1.16 zijn op dit punt aangepast. Alleen indien er sprake is van economische activiteiten, moet er verantwoord en vastgesteld worden conform het DAEB-besluit. In andere gevallen, vindt verantwoording plaats conform de Algemene subsidieverordening.

 

Onderdeel G (bijlage 1)

Onder de doelstelling ‘klimaatrobuuste systemen” in onderdeel d, is toegevoegd de mogelijkheid om subsidie aan te vragen voor de aanleg van regelbare drainage (zie onderdeel 3.h.).

 

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

 

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

 

de secretaris,

drs. P.J. Buijtels

 

Naar boven