Besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 5 juli 2022 PZH-2022-808189427, tot wijziging van de Subsidieregeling verduurzaming bedrijventerreinen Zuid-Holland in verband met actualisatie

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;

 

Gelet op artikel 3, tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland;

 

Overwegende dat het gewenst is om de Subsidieregeling verduurzaming bedrijventerreinen Zuid-Holland te actualiseren;

 

Besluiten:

Artikel I  

De Subsidieregeling verduurzaming bedrijventerreinen Zuid-Holland wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Na artikel 1.1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

 

Artikel 1.1a

Gedeputeerde staten beslissen op een aanvraag binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag.

 

B.

Artikel 2.1, eerste lid, kom te luiden:

 

  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt voor de realisatie van activiteiten op een bedrijventerrein die bijdragen aan:

    • a.

      de productie van energie uit hernieuwbare energiebronnen;

    • b.

      gebouwgebonden maatregelen ten behoeve van energiebesparing;

    • c.

      de aansluiting op een lokaal warmtenetwerk;

    • d.

      de uitwisseling van energie tussen bedrijven.

C.

Artikel 2.3 komt te luiden:

 

Artikel 2.3 Weigeringsgronden

In aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv wordt subsidie als bedoeld in artikel 2.1 geweigerd indien:

  • a.

    de aanvraag betrekking heeft op een bedrijventerrein ten behoeve waarvan in de periode van drie jaar voorafgaand aan de aanvraag reeds subsidie op grond van deze paragraaf is verstrekt;

  • b.

    de aanvraag betrekking heeft op activiteiten waarvoor gedeputeerde staten reeds subsidie hebben verstrekt.

D.

Artikel 3.3 komt te luiden:

 

Artikel 3.3 Weigeringsgronden

In aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv wordt subsidie als bedoeld in artikel 3.1 geweigerd indien:

  • a.

    de aanvraag betrekking heeft op een bedrijventerrein ten behoeve waarvan in de periode van drie jaar voorafgaand aan de aanvraag reeds subsidie op grond van deze paragraaf is verstrekt;

  • b.

    de aanvraag betrekking heeft op activiteiten waarvoor gedeputeerde staten reeds subsidie hebben verstrekt.

E.

In artikel 3.4, eerste lid, onderdeel c wordt ‘minimaal 5’ vervangen door ‘minimaal 3’.

 

F.

Na § 3 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

 

§ 3a. Transitie naar een circulaire economie op bedrijventerreinen

 

Artikel 3a.1 Subsidiabele activiteiten en prestatie

  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt voor de realisatie van activiteiten op een bedrijventerrein ten behoeve van de transitie naar een circulaire economie door:

    • a.

      het collectief organiseren van goederen en diensten en wederzijdse uitwisseling van materialen;

    • b.

      het collectief verwerken van afval of grondstoffen, of

    • c.

      de toepassing van circulaire materialen in de inrichting van de openbare ruimte.

  • 2.

    Subsidie als bedoeld in het eerste lid wordt verstrekt in de vorm van een projectsubsidie.

  • 3.

    De activiteit, bedoeld in het eerste lid, leidt tot verduurzaming en verbeterde toekomstbestendigheid van bedrijventerreinen in de provincie Zuid-Holland.

Artikel 3a.2 Doelgroep

Subsidie als bedoeld in artikel 3a.1 wordt uitsluitend verstrekt aan gemeenten, ondernemersverenigingen en stichtingen.

 

Artikel 3a.3 Weigeringsgronden

In aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv wordt subsidie als bedoeld in artikel 3a.1 geweigerd indien:

  • a.

    de aanvraag betrekking heeft op een bedrijventerrein ten behoeve waarvan in de periode van drie jaar voorafgaand aan de aanvraag reeds subsidie op grond van deze paragraaf is verstrekt;

  • b.

    de aanvraag betrekking heeft op activiteiten waarvoor gedeputeerde staten reeds subsidie hebben verstrekt.

Artikel 3a.4 Subsidievereisten

  • 1.

    Om voor subsidie als bedoeld in artikel 3a.1 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      de activiteit heeft betrekking op een bedrijventerrein gelegen in de provincie Zuid-Holland;

    • b.

      de activiteit kan binnen 26 weken na de datum van subsidieverlening in uitvoering zijn;

    • c.

      er is voldoende steun voor de activiteit, bedoeld in artikel 3a.1, blijkend uit:

      • i.

        een commitmentbrief van iedere gemeente waarin het bedrijventerrein ligt, en

      • ii.

        commitmentbrieven van minimaal drie op dat bedrijventerrein gevestigde ondernemers, die niet in het bestuur van de ondernemersvereniging of stichting zetelen;

    • d.

      ten minste drie op het betrokken bedrijventerrein gevestigde ondernemers, stellen voorzieningen dan wel financiële middelen beschikbaar die vereist zijn voor de uitvoering van de activiteit.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid, zijn de vereisten genoemd in het eerste lid, onderdeel c en d niet van toepassing indien een gemeente aanvrager is.

  • 3.

    Indien ondernemers met meerdere ondernemingen op een bedrijventerrein zijn gevestigd of indien tussen meerdere op een bedrijventerrein gevestigde ondernemingen van verschillende ondernemers een economische dan wel organisatorische samenhang bestaat, telt maximaal één al dan niet gezamenlijke commitmentbrief van deze ondernemers mee bij het bepalen of is voldaan aan het in het eerste lid, onderdeel c opgenomen vereiste.

Artikel 3a.5 Subsidiabele kosten

Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    kosten van de voor realisatie van de in artikel 3a.1 genoemde activiteiten benodigde materialen, uitgezonderd gereedschap en andere hulpmaterialen;

  • b.

    kosten van de inzet van een professionele derde ten behoeve van de uitvoering van de in artikel 3a.1 genoemde activiteiten.

Artikel 3a.6 Subsidiehoogte

  • 1.

    De hoogte van de subsidie bedraagt ten hoogste 40% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 100.000,00.

  • 2.

    Indien toepassing van het eerste lid ertoe leidt dat de subsidie minder bedraagt dan € 10.000,00 wordt de subsidie niet verstrekt.

Artikel 3a.7 Verplichtingen van de subsidieontvanger

In aanvulling op de artikelen 18 en 19 van de Asv worden aan de subsidieontvanger de volgende verplichtingen opgelegd:

  • a.

    de activiteit is binnen 26 weken na de subsidieverlening in uitvoering;

  • b.

    de activiteit is binnen twee jaar na de subsidieverlening uitgevoerd;

  • c.

    de subsidieontvanger maakt de resultaten van de activiteit, voor zover deze betrekking hebben op de wijze van verduurzaming, openbaar en verstrekt deze resultaten desgevraagd om niet aan ondernemers, ondernemersverenigingen, stichtingen of gemeenten binnen de provincie Zuid-Holland;

  • d.

    de met de subsidie aangeschafte apparatuur is gedurende minstens 5 jaar werkend op het betreffende bedrijventerrein en mag in die periode niet worden vervreemd.

Artikel II  

De Subsidieregeling verduurzaming bedrijventerreinen Zuid-Holland, zoals deze luidde op de dag voorafgaande aan de dag van inwerkingtreding van dit besluit blijft van toepassing voor subsidies die voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit zijn aangevraagd.

Artikel III  

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Den Haag, 5 juli 2022

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland

Drs. H.M.M. Koek, secretaris

Drs. J. Smit, voorzitter

TOELICHTING BEHORENDE BIJ HET BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZUID-HOLLAND VAN 5 JULI PZH-2022-808189427, TOT WIJZIGING VAN DE SUBSIDIEREGELING VERDUURZAMING BEDRIJVENTERREINEN ZUID-HOLLAND IN VERBAND MET ACTUALISATIE

De provincie zet in op de transitie naar een circulaire economie. Bedrijventerreinen vormen een essentieel onderdeel in deze ambitie. Het zijn de plekken waar (milieu)ruimte is voor hoogwaardige verwerking en het is de plek waar veel grondstoffen gebruikt worden en reststromen voortkomen uit bedrijfsprocessen. Om circulaire kansen te verzilveren is het noodzakelijk om als bedrijven(terrein) samen te werken en op zoek te gaan naar innovatieve oplossingen. Daarnaast kan de subsidie gemeenten helpen om de openbare ruimte in te richten met circulaire materialen. Deze gewijzigde wijzigingsregeling stimuleert dit.

Onder circulaire maatregelen vallen activiteiten zoals de aanschaf van installaties zoals verpulpers, vergisters en betoncrushers, creëren van collectieve inzamelplaatsen voor afval/reststromen (bijv. circulaire hub voor beton), delen van grondstoffen en diensten op het terrein via handelsplatformen (bijv. delen van heftrucks), biobased asfalt of bruggen van circulair materiaal.

Naar boven