Provinciaal blad van Noord-Brabant
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2022, 4369 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2022, 4369 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Drieëntwintigste wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;
Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;
Overwegende dat het Rijk in het kader van het Landelijk Programma Natuur, aanvullend op het Natuurpact specifieke uitkeringen ter beschikking heeft gesteld om via provinciale uitvoeringsprogramma’s een versnelling teweeg te brengen in het herstel van stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden;
Overwegende dat het wenselijk is een nieuwe paragraaf toe te voegen aan de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant teneinde apparaatskosten die worden gemaakt ten behoeve van de uitwerking van het provinciale uitvoeringsprogramma natuur te kunnen subsidiëren;
Artikel I Wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
De Subsidieregeling natuur Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 14.1 vervalt het begrip “apparaatskosten”.
In artikel 14.10, eerste lid, vervalt onderdeel j, onder verlettering van de onderdelen k en l tot j en k.
Onder vernummering van § 16, inhoudende de artikelen 16.1 tot en met 16.4, tot § 17, inhoudende de artikelen 17.1 tot en met 17.4, wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
§ 16 Regievoering GGA landelijk programma natuur
Artikel 16.1 Begripsbepalingen
In deze paragraaf wordt verstaan onder:
agrarische collectieven: de coöperatieve verenigingen ANB West-Brabant, ANB Midden-Brabant en ANB Oost-Brabant;
apparaatskosten: interne loonkosten en kosten derden die specifiek zijn gemaakt voor de regievoering ten behoeve van het provinciaal uitvoeringsprogramma;
Asv: Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;
GGA: gebiedsgerichte aanpak, aan de hand waarvan de provincie samen met partners werkt aan het realiseren van natuurherstel en tegelijkertijd aan het creëren van een duurzaam perspectief voor de Brabantse landbouw in de schil rondom de natuurgebieden;
GGA-team: team waarin medewerkers van de provincie en partners het gebiedsproces organiseren en begeleiden en dat per gebied varieert qua samenstelling en grootte, afhankelijk van de belangen en opgaven in het betreffende gebied;
kosten derden: kosten verschuldigd aan derden die op factuur aantoonbaar zijn en direct voor de subsidiabele activiteiten worden gemaakt;
Natura 2000-gebied: gebied als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet natuurbescherming;
provinciaal uitvoeringsprogramma: programma van de provincie Noord-Brabant ter uitvoering van het landelijk programma natuur, waarin staat aangegeven hoe gebiedsgericht invulling wordt gegeven aan het realiseren van de condities, die nodig zijn voor een landelijk gunstige staat van instandhouding op de locaties, waar bij aanvang van het programma sprake is van een te hoge stikstofdepositie voor stikstofgevoelige soorten en habitats, zoals opgenomen in bijlage 11 behorende bij deze regeling;
regievoering ten behoeve van het provinciaal uitvoeringsprogramma: activiteiten als bedoeld in artikel 16.6, onder a;
Spuk versneld natuurherstel: specifieke uitkering van de minister van landbouw, natuur en voedselkwaliteit, gebaseerd op de Regeling specifieke uitkering Programma Natuur.
Subsidie op grond van deze paragraaf kan worden aangevraagd door:
Gedeputeerde Staten verstrekken op grond van deze paragraaf projectsubsidies in de vorm van een geldbedrag.
Artikel 16.4 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op regievoering ten behoeve van het provinciaal uitvoeringsprogramma binnen de GGA.
Artikel 16.5 Weigeringsgronden
Subsidie wordt geweigerd indien:
Artikel 16.6 Subsidievereisten
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 16.4 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Artikel 16.7 Subsidiabele kosten
Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen de volgende apparaatskosten voor subsidie in aanmerking:
arbeids- en personeelsuren van de subsidieontvanger, berekend op de wijze, genoemd in artikel 3, eerste lid, onder c, van de Regeling uniforme kostenbegrippen en berekeningswijzen uurtarieven subsidies Noord-Brabant, waarbij op grond van artikel 6, tweede lid, van die regeling een uurtarief wordt gehanteerd van:
Artikel 16.8 Niet subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 16.7 komen de volgende kosten niet voor subsidie in aanmerking:
Subsidieaanvragen worden ingediend van 2 mei 2022 tot en met 30 mei 2023.
Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de periode, genoemd in artikel 16.9, vast op € 1.400.000.
Artikel 16.13 Verplichtingen van de subsidieontvanger
houdt een urenregistratie bij waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen de uren die worden toegerekend aan de activiteiten als bedoeld in artikel 16.4 en de uren die worden toegerekend aan de voorbereiding van concrete maatregelen ter uitvoering van het provinciaal uitvoeringsprogramma en overlegt deze urenregistratie desgevraagd aan Gedeputeerde Staten.
Artikel 16.15 Bevoorschotting en betaling
Gedeputeerde Staten zenden in 2024 aan Provinciale Staten een verslag over de effecten en de doeltreffendheid van deze paragraaf in de praktijk.
Na bijlage16 behorende bij de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant, wordt bijlage 1 behorende bij deze wijzigingsregeling toegevoegd.
’s-Hertogenbosch, 5 april 2022
Gedeputeerde Staten voornoemd,
de voorzitter,
mr. I.R. Adema
de secretaris,
drs. M.J.A. van Bijnen MBA
Bijlage 1 behorende bij artikel I, onder D van de Drieëntwintigste wijziging van de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
Bijlage 17 behorende bij artikel 16.6, onder b van de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
Stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden met GGA-teams:
Deurnsche Peel, Mariapeel en Groote Peel
Kampina en Oisterwijkse Vennen
Leenderbos, Groote Heide en De Plateaux
Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen
Strabrechttsche Heide en Beuven
Vlijmens Ven, Moerputten en Bossche Broek
Toelichting behorende bij de Drieëntwintigste wijziging van de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
Het Rijk heeft op 19 april 2021 de ‘Regeling specifieke uitkering Programma Natuur’ vastgesteld (Stcrt. 2021, 21454). Op grond van die regeling zijn aanvullende middelen beschikbaar gesteld aan de provincies teneinde een versnelling en intensivering teweeg te brengen in het herstel van de stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden, zoals vastgelegd in de Wet stikstofreductie en natuurverbetering. De eerste openstelling betreft de periode 2021-2023. De provincie Noord-Brabant heeft voor de jaren 2020-2023 in dialoog met haar maatschappelijke partners en mede-overheden de ‘Brabantse ontwikkelaanpak stikstof’ vastgesteld (zie https://www.brabant.nl/onderwerpen/aanpak-stikstof/brabantse-ontwikkelaanpak-stikstof). In deze uitvoeringsagenda wordt aangegeven op welke wijze de provincie Noord-Brabant het herstel van stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden gaat versnellen en intensiveren. De aanpak zal gestalte krijgen door middel van een samenhangende gebiedsgerichte aanpak.
De nieuwe paragraaf 16 voorziet in de subsidiëring van apparaatskosten die partners van de provincie moeten maken teneinde regie te kunnen voeren binnen de gebiedsgerichte processen. Een aantal Brabantse partners die intensief betrokken zijn bij het vormgeven van de gebiedsgerichte aanpak, kan op grond van genoemde specifieke uitkering van het Rijk, aanspraak maken op zogenaamde ‘apparaatskosten’. De regeling is uitsluitend bedoeld voor niet-overheden die tenminste aan drie GGA-gebiedsteams deelnemen.
Deze subsidieregeling is vastgesteld op grond van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant (Asv). Dit betekent dat een aantal aspecten van de verstrekking van subsidies niet in de subsidieregeling zijn vastgelegd, maar in de Asv. In de Asv staat onder meer waar de aanvraag moet worden ingediend en wat de beslistermijnen zijn voor Gedeputeerde Staten. Daarnaast geldt er op grond van de Asv een meldingsplicht: als de subsidieontvanger de gesubsidieerde activiteit niet, niet geheel of niet volgens alle daaraan verbonden verplichtingen verricht, dient hij dit ingevolge artikel 17 van de Asv te melden bij Gedeputeerde Staten.
Voor een goed begrip van deze subsidieregeling is dus bestudering van de Asv noodzakelijk. Ook de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bevat algemene bepalingen die onverkort van toepassing zijn op subsidies, verstrekt op grond van deze subsidieregeling.
De subsidiëring onder paragraaf 16 brengt geen staatssteun met zich mee. De activiteiten waarvoor subsidie wordt verleend zijn immers slechts ondersteunende activiteiten aan het gebiedsproces dat nodig is voor realisatie van het provinciaal uitvoeringsprogramma. Deze activiteiten bestaan niet uit het aanbieden van een dienst (of goederen) op de markt. Aangezien er geen sprake is van economische activiteiten, is er geen sprake van staatssteun.
Artikel I (Wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant)
In de nieuwe paragraaf 16 worden specifieke eisen gesteld aan het subsidiëren van apparaatskosten die de partners van de provincie maken voor het uitwerken van het provinciale uitvoeringsprogramma natuur. Om die reden worden de apparaatskosten uit paragraaf 14 geschrapt.
De doelgroep is beperkt tot de partijen die actief deelnemen aan minimaal drie gebiedsprocessen. Dat zijn naast de TBO’s (Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en Brabants Landschap), de verenigingen die in het gebiedsproces het belang van een bepaalde groep vertegenwoordigen (ZLTO, Brabants particulier grondbezit, de Bosgroep en de gezamenlijke agrarische collectieven). Gemeenten en waterschappen vallen buiten de regeling.
Artikel 16.4 Subsidiabele activiteiten
Op grond van de Regeling specifieke uitkering Programma Natuur is aan de provincie Noord-Brabant een specifieke uitkering verleend. Deze kan worden ingezet voor het herstel van stikstofgevoelige natuurgebieden en stikstofgevoelige habitats en soorten. De provincies stellen daarvoor een uitvoeringsprogramma op. De met het opstellen van dat uitvoeringsprogramma samenhangende apparaatskosten worden eveneens uit deze specifieke uitkering bekostigd.
Artikel 16.5 Weigeringsgronden
Organisaties kunnen slechts eenmalig een subsidie ontvangen.
Artikel 16.6 Subsidievereisten
Van de subsidieontvanger wordt een actieve deelname verwacht aan minimaal drie gebiedsteams. Organisaties die slechts agendalid zijn, komen niet in aanmerking voor subsidie.
De in dit onderdeel opgenomen activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie, betreffen slechts de gebiedsgerichte maatregelen. Maatregelen die door individuele initiatiefnemers kunnen worden getroffen zonder dat daar overleg in de GGA-teams voor nodig is, kunnen op grond van paragraaf 14 van de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant worden ingediend. Eventuele voorbereidingskosten (voor bijvoorbeeld het uitwerken van een plan) of het onderzoekskosten kunnen ook onder die paragraaf worden aangevraagd.
Om een specifieke uitkering te kunnen aanvragen op grond van de Regeling specifieke uitkering Programma Natuur, is het nodig op hoofdlijnen een pakket maatregelen te formuleren per stikstofgevoelig Natura 2000-gebied. Dit bereidt de provincie in samenspraak met haar partners voor. De specifieke uitkering zal in twee tranches worden toegekend: voor 2021-2023 en voor 2024-2026.
Gedeputeerde Staten hechten er belang aan dat alle stakeholders in een gebied voldoende betrokken zijn bij de uitwerking van de plannen. Om die reden komt het overleg dat verenigingen met hun achterban moeten voeren, in aanmerking voor subsidie.
Niet voor alle stikstofgevoelige N2000-gebieden geldt dat het gebiedsproces dusdanig complex is, dat de apparaatskosten voor regievoering voor subsidie in aanmerking moeten komen. In de bijlage is een lijst weergegeven van de gebieden waarvoor de deelnemers aan de GGA-teams subsidie kunnen aanvragen.
Artikel 16.8 Niet subsidiabele kosten
Kosten die direct samenhangen met specifieke maatregelen, worden niet aangemerkt als apparaatskosten. Deze kosten zijn onder voorwaarden wel subsidiabel onder paragraaf 14 van deze subsidieregeling.
Het betreft dan bijvoorbeeld kosten voor planvoorbereiding, uitvoering en begeleiding van uitvoeringsmaatregelen en projecten of kosten voor communicatie en afstemming met betrokkenen in een gebied en de provincie over uitvoeringsmaatregelen en projecten. In Artikel 16.13 is de verplichting opgenomen om inzichtelijk te maken door middel van een urenregistratie welke uren als apparaatskosten zijn toe te rekenen aan de regievoering en welke uren als voorbereidingskosten zijn toe te rekenen aan concrete uitvoeringsmaatregelen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2022-4369.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.