Openstellingsbesluit POP3+ Fysieke investeringen voor waterkwaliteit en transitie op het Friese landbouwbedrijf 2022

Gedeputeerde Staten van Fryslân,

 

gelet op artikel 1.3, vierde lid, van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013;

 

gelet op artikel 1.3 van de Regeling POP 3 subsidies provincie Fryslân; hierna te noemen: de Regeling;

 

BESLUITEN

 

De maatregel ‘fysieke investeringen in innovatie en modernisering van agrarische ondernemingen’ als nadere invulling op de algemene bepalingen zoals vastgesteld in hoofdstuk 2, paragraaf 2 van de Regeling open te stellen voor aanvragen; en

 

Het navolgende Openstellingsbesluit POP3+ Fysieke investeringen voor waterkwaliteit en transitie op het Friese landbouwbedrijf 2022, vast te stellen:

Artikel 1 Definities

In aanvulling op de definities in artikel 1.1 van de Regeling wordt in dit openstellingsbesluit verstaan onder:

  • 1.

    Regeling: de Regeling POP 3 subsidies provincie Fryslân, zoals gewijzigd vastgesteld op 16 november 2021;

  • 2.

    SNN: Samenwerkingsverband Noord-Nederland.

  • 3.

    KRW: Kaderrichtlijn Water Europese richtlijn die beoogt een goede ecologische en chemische kwaliteit te bereiken voor al het Europese grond- en oppervlaktewater.

  • 4.

    Milieulijst Mia Vamil: milieu-investeringsaftrek (mia) en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen (vamil) zijn regelingen van de rijksoverheid om fiscaal voordelig te kunnen investeringen in bedrijfsmiddelen en technieken.

  • 5.

    Biologische landbouwbedrijven: Bedrijven met een geheel of gedeeltelijke biologische bedrijfsvoering die beschikken over SKAL-certificaat of een SKAL-registratie bevestiging met bijbehorend SKAL-nummer.

  • 6.

    Demeter: Demeter is het kwaliteitskeurmerk voor biodynamische landbouw en voeding. Alle producten met een Demeter-keurmerk voldoen in ieder geval aan de normen voor biologische landbouw, zoals die binnen de Europese wetgeving zijn vastgelegd. Boeren en verwerkers die daarnaast als aanvulling voldoen aan de Demeter-normen en -richtlijnen ontvangen na de controle een Demeter-certificaat en mogen het Demeter-keurmerk voeren.

  • 7.

    Natuurinclusieve Landbouw: is een landbouwsysteem, dat optimaal beheer van natuurlijke hulpbronnen duurzaam integreert in bedrijfsvoering, inclusief zorg voor ecologische functies en de biodiversiteit op en om het bedrijf (definitie WUR). Deze vorm van landbouw ‘produceert’ dus ook natuurwaarden.

Artikel 2 Openstellingsperiode

  • 1.

    Een aanvraag voor de POP3+ maatregel 2 fysieke investeringen in innovatie en modernisering van agrarische ondernemingen, zijnde paragraaf 2 van de Regeling, kan worden ingediend van:

    • a.

      4 april 2022 9.00 uur tot en met 5 juni 2022 17.00 uur;

    • b.

      6 juni 2022 9.00 uur tot en met 1 augustus 2022 17.00 uur; of

    • c.

      2 augustus 2022 9.00 uur tot en met 27 oktober 2022 17.00 uur.

  • 2.

    Een aanvraag wordt geacht tijdig te zijn ingediend, indien deze is ontvangen door het SNN binnen de in het eerste lid genoemde openstellingstijdvakken via het daarvoor ontwikkelde webportaal.

Artikel 3 Subsidieplafonds

De subsidieplafonds voor aanvragen die op grond van dit openstellingsbesluit worden ontvangen voor binnen het in artikel 2, eerste lid, onder a, b of c van dit openstellingsbesluit, bepaald tijdvak zijn:

drie gelijke subsidieplafonds van € 1.266.000,- bestaande uit € 633.000 Europese middelen (ELFPO) en € 633.000,- provinciale bijdrage.

Artikel 4 Begunstigden

Op grond van artikel 1.3, vierde lid, aanhef en onder c, en van artikel 2.2.2 van de Regeling, kan subsidie uitsluitend aangevraagd en ontvangen worden door landbouwers of groepen van 3 of meer landbouwers.

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor de investeringen genoemd in bijlage 1 van dit openstellingsbesluit.

Artikel 6 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Subsidie wordt, onverminderd artikel 1.12 vijfde lid van de Regeling en op grond van artikel 2.2.3 van de Regeling, slechts verstrekt voor de volgende kosten:

    • a.

      kosten voor bouw of verbetering van onroerende zaken;

    • b.

      kosten voor verwerving van onroerende zaken;

    • c.

      kosten van koop of huurkoop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa;

    • d.

      kosten voor financial lease, voor zover de aanvrager eigenaar wordt nadat alle termijnen zijn betaald

  • 2.

    Op grond van artikel 1.12 eerste lid, onder b, van de Regeling kunnen de subsidiabele kosten genoemd in het eerste lid slechts bestaan uit het kostentype: kosten derden.

Artikel 7 Niet-subsidiabele kosten

Onverminderd artikel 1.13 van de Regeling komen de volgende kosten niet in aanmerking voor subsidie:

  • a.

    Kosten voor de aankoop van grond;

  • b.

    Bijdragen in natura;

  • c.

    Afschrijvingskosten;

  • d.

    Personeelskosten;

  • e.

    Onbetaalde eigen arbeid.

Artikel 8 Aanvraag

  • 1.

    In afwijking van het bepaalde in artikel 1.7 van de Regeling dient een subsidieaanvraag te worden ingediend bij Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân via het SNN door middel van een daarvoor ontwikkelde webportal dat bereikbaar is via de website van SNN.

  • 2.

    Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend met gebruikmaking van een volledig, door SNN verstrekt, ingevuld projectplan format, vergezeld van de van toepassing zijnde bijlagen.

  • 3.

    Onverminderd het bepaalde in het tweede lid, bevat een subsidieaanvraag:

    • a.

      indien de investering naar waarschijnlijkheid leidt tot negatieve omgevingseffecten, een omschrijving van de benodigde vergunningen, waarin deze omgevingseffecten worden getoetst, die voor de uitvoering dienen te worden verkregen of een bewijsstuk dat de subsidieaanvraag is gestart. Bij vaststelling van de subsidie moet de vergunning worden overlegd;

    • b.

      indien het een investering betreft ten behoeve van de (omschakeling naar) biologische productie dient u bij aanvraag het SKAL of Demeter certificaat of registratie aan te leveren.

Artikel 9 Hoogte subsidie

  • 1.

    De te verstrekken subsidie voor een activiteit als omschreven in artikel 5 van dit openstellingsbesluit bedraagt 40% van de subsidiabele kosten;

  • 2.

    De subsidie voor een individuele aanvraag bedraagt maximaal €100.000 per aanvraag;

  • 3.

    De subsidie voor een aanvraag van een samenwerkingsverband bedraagt maximaal €100.000 per deelnemer.

Artikel 10 Rangschikking op basis van de investeringslijst

  • 1.

    Aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen worden op basis van artikel 2.2.5 en 1.15 van de Regeling gerangschikt op basis van de investeringslijst. De rangschikking wordt bepaald door het aantal punten dat wordt bepaald door toepassing van de investeringslijst. De investeringslijst is opgenomen in bijlage 1 van dit openstellingsbesluit. Indien de aanvraag uit meerdere investeringen bestaat wordt het gemiddeld aantal punten bepaald door het aantal punten te delen door het aantal aangevraagde investeringen.

  • 2.

    Aanvragen van groepen landbouwers krijgen na bepaling van het gemiddelde aantal punten op basis van de aangevraagde investeringen een punt extra op de aanvraag.

  • 3.

    Aanvragen van biologische, biologisch dynamische of boeren in omschakeling krijgen na bepaling van het gemiddelde aantal punten op basis van de aangevraagde investeringen een punt extra op de aanvraag.

  • 4.

    Indien aanvragen voor subsidie op gelijke plaats zijn gerangschikt en honorering van de aanvragen zou leiden tot een overschrijding van het subsidieplafond, kunnen de Gedeputeerde Staten besluiten het subsidieplafond op te hogen met het bedrag dat nodig is om de gelijk geplaatste aanvragen te subsidiëren.

  • 5.

    Indien ook na toepassing van de procedure genoemd in het vierde lid, twee of meer aanvragen eenzelfde plaats in de rangschikking hebben en de som van de toe te verlenen subsidiebedragen overstijgt het subsidieplafond, dan wordt door middel van loting bepaald welke aanvraag of aanvragen gehonoreerd worden.

Artikel 11 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 1.8 van de Regeling wordt subsidie geweigerd indien:

  • 1.

    De aanvraag wordt ontvangen buiten de openstellingsperiode als aangegeven in artikel 2 eerste lid van dit openstellingsbesluit;

  • 2.

    De aanvrager niet voldoet aan de begunstigen als omschreven in artikel 4 van dit openstellingsbesluit;

  • 3.

    De investering(en) waarvoor subsidie is aangevraagd niet vallen onder de investeringen zoals beschreven in artikel 5 van dit openstellingsbesluit;

  • 4.

    De subsidieaanvraag niet is ingediend zoals omschreven in artikel 8 van dit openstellingsbesluit;

  • 5.

    In een subsidieaanvraag na beoordeling de subsidiehoogte minder bedraagt dan € 10.000.

Artikel 12 Bevoorschotting op basis van realisatie

In afwijking van artikel 1.23 van de Regeling kan geen aanvraag voor een voorschot worden ingediend.

Artikel 13 Verplichtingen

  • 1.

    Op grond van artikel 1.17 eerste lid onder e van de Regeling is de subsidieontvanger niet verplicht om binnen twee maanden na ontvangst van de subsidiebeschikking te starten met de uitvoering van de activiteit.

  • 2.

    Op grond van artikel 1.17 eerste lid onder h van de Regeling is de subsidieontvanger niet verplicht om eenmaal per jaar een verslag omtrent de voortgang van de activiteiten in te dienen.

  • 3.

    De investeringen moeten gebruikt of geplaatst worden in de provincie Fryslân;

  • 4.

    Op grond van artikel 1.17 eerste lid onder d van de Regeling dienen zowel de investering als de SKAL of Demeter certificering minimaal 3 jaar in stand gehouden te worden.

Artikel 14 Subsidievaststelling

Het verzoek tot vaststelling van de subsidie dient uiterlijk op 30 juni 2024 te zijn ontvangen.

Artikel 15 Slotbepalingen

  • 1.

    Dit openstellingsbesluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

  • 2.

    Bijlage 1 Investeringslijst Openstellingsbesluit POP3+ Fysieke investeringen voor waterkwaliteit en transitie op het Friese landbouwbedrijf 2022 maakt integraal onderdeel uit van dit openstellingsbesluit.

Artikel 16 Citeertitel

Dit openstellingsbesluit wordt aangehaald als: Openstellingsbesluit POP3+ Fysieke investeringen voor waterkwaliteit en transitie op het Friese landbouwbedrijf 2022.

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 22 maart 2022.

Voorzitter

drs. A.A.M. Brok

Secretaris

R.E. Bouius-Riemersma, MBA MCM

Toelichting Investeringslijst Openstellingsbesluit POP3+ Fysieke investeringen voor waterkwaliteit en transitie op het Friese landbouwbedrijf 2022

Artikel 2 Openstellingsperiode

Voor deze subsidie is gekozen voor een relatief lange openstellingsperiode van 4 april tot en met 27 oktober 2022, opgesplitst in drie aaneengesloten aanvraagperioden, om veel landbouwers de kans te geven een subsidieaanvraag in te dienen. Om te voorkomen dat aanvragers die in het begin een aanvraag indienen lang moeten wachten is de periode opgedeeld in drie tranches. Na sluiting van iedere tranche worden de ingediende volledige aanvragen na rangschikking beoordeeld en beschikt. De eerste tranche is van 4 april tot en met 5 juni 2022 17.00 uur. De tweede tranche is vanaf 6 juni tot en met 1 augustus 2022 17.00 uur. De derde en laatste tranche is vanaf 2 augustus tot en met 27 oktober 2022 17.00 uur. Voor elke tranche geldt een afzonderlijke subsidieplafond van in totaal € 1.266.000.

 

Artikel 3 Subsidieplafonds

De subsidieplafonds voor deze subsidie bestaan uit 50% Europese ELFPO middelen en 50% provinciale middelen. De provinciale middelen bestaan uit € 900.000 budget van SOK KRW doelen en € 1.000.000 budget van de provinciale landbouwagenda voor het transitiefonds.

 

Iedere tranche heeft een apart subsidieplafond van in totaal € 1.266.000 bestaande uit € 633.000 Europese middelen (ELFPO) en € 633.000 provinciale bijdrage. Als het subsidieplafond wordt overschreven kan GS besluiten het budget op te hogen. Mocht het plafond niet worden opgehoogd vindt er een loting plaats tussen de gelijk geplaatste aanvragen. Is het subsidieplafond overschreden zal de subsidieaanvraag worden geweigerd.

 

Artikel 4 Begunstigden

Voor deze subsidie komen zowel individuele landbouwers als groepen van landbouwers in aanmerking. Onder een groep wordt een groep van minimaal 3 landbouwers verstaan.

 

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

De subsidiabele activiteiten zijn beschreven in de investeringslijst opgenomen in bijlage 1 van dit openstellingsbesluit. Iedere aanvraag zowel van individuele aanvragers als van een groepsaanvraag mag bestaan uit meerdere investeringen.

 

Artikel 6 Subsidiabele kosten

Bij de in artikel 6, onder d, genoemde financial lease moet voor subsidiabele kosten sprake zijn van een aanvrager die eigenaar wordt nadat alle termijnen zijn betaald. Uit het leasecontract moet blijken dat de aanvrager alle termijnen afbetaalt en daarmee eigenaar wordt van de investering voordat de instandhoudingsperiode (vaststellingsdatum + 3 jaar voor mkb, of vaststellingsdatum + 5 jaar voor niet mkb) is afgelopen.

 

Artikel 8 Aanvraag

Veel van de investeringen, zijn alleen op bepaalde grondsoorten of in bepaalde gevallen zinvol. Daarnaast kan het zijn dat een vergunning nodig is om de investering uit te voeren. Het blijft daarom altijd belangrijk om vooraf goed na te denken of advies in te winnen of de beoogde maatregel wel of niet zinvol is om toe te passen en of er eventueel vergunningen nodig zijn. Deze informatie kan worden gebruikt voor de subsidieaanvraag.

 

Subsidieaanvragen moeten worden ingediend via het webportal van SNN. Via de website van SNN kunnen de benodigde documenten worden gedownload. Aanvragen dienen volledig te zijn en verplichte documentatie moet bij de aanvraag worden aangeleverd.

 

Een doel van zowel de Europese Unie, het Rijk en de provincie Fryslân is om biologische landbouw te stimuleren. Daarom kunnen landbouwers die aan het omschakelen zijn naar biologische landbouw of reeds gecertificeerde landbouwers een extra punt krijgen op de aanvraag.

 

Om voor extra punten in aanmerking te komen als biologische of biologisch dynamische landbouwer dient bij de aanvraag het certificaat van de certificering te worden aangeleverd of bewijs van registratie als omschakelaar.

 

Artikel 9 Hoogte subsidie

De hoogte van de subsidie is 40% van de subsidiabele kosten. Maximaal kan er per aanvraag van een individuele landbouwer € 100.000 subsidie worden verstrekt. Voor een aanvraag van een samenwerkingsverband geldt dat er per deelnemer 100.000 kan worden aangevraagd en verstrekt.

 

Artikel 10 Rangschikking op basis van de investeringslijst

Alle aanvragen worden na sluiting van de tranche of de openstellingsperiode gerangschikt op basis van de punten die de diverse investeringen hebben in de investeringslijst. Hoe hoger het aantal punten hoger de ranking. Wanneer voor meerdere investeringen subsidie wordt aangevraagd wordt het gemiddelde van de punten bepaald voor de ranking. Dit geldt ook voor groepsaanvragen.

 

Wanneer de score is bepaald op basis van de investeringslijst worden eventuele extra punten toegekend voor biologische, biologisch dynamische of groepen landbouwers.

 

Artikel 13 Verplichtingen

Normaal gezien is het verplicht volgens de Regeling om 2 maanden na de beschikking te beginnen met de realisatie van de investering. Dit is voor subsidies beschikt op grond van deze openstelling niet verplicht vanwege de soort investeringen op de lijst. Daarnaast is het ook niet verplicht om jaarlijks een verslag omtrent voortgang in te dienen. Bij een verzoek tot wijziging van de subsidie is dit wel noodzakelijk.

 

De subsidie die wordt verstrekt op grond van deze openstelling moet ten goede komen aan de provincie Fryslân. Daarom moet de investering worden geplaatst en gebruikt door een actieve landbouwer registreert in de provincie Fryslân.

 

Tot slot dient de investering waarvoor subsidie is ontvangen ten minste 3 jaar instant te worden gehouden. Dit geld ook voor eventuele certificering die in het kader van de subsidieaanvraag is gebruikt.

 

Bijlage 1 Investeringslijst Openstellingsbesluit POP3+ Fysieke investeringen voor waterkwaliteit en transitie op het Friese landbouwbedrijf 2022

 

Hoofdthema

Nr.

Investering

Subsidiabele onderdelen en activiteiten

Punten

Natuurinclusieve landbouw

1

Systemen voor alternatieven of de vermindering van gebruik of de emissies van gewasbeschermingsmiddelen en andere bestrijdingsmiddelen

Subsidiabel:

  • schoffelwerktuigen, eggen, frezen, wiedbed, onkruidsnijder, onkruidbrander, looftrekker, wortelsnijder, rijenfrees maaier;

  • schuilplaatsen voor roofinsecten;

  • branders voor de veehouderij, akkerbouw, glastuinbouw en/of fruitteeltsector met als doel het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te verminderen;

  • systemen voor sensor gestuurd onkruidbestrijding;

  • GPS systeem i.c.m. bovenstaande investering(en) in

  • deze categorie;

  • Installatiekosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel:

  • Machines die een aan te koppelen systeem trekken of duwen, zoals de trekker of zelfrijder.

  • Afleverkosten en abonnementen.

10

Kaderrichtlijn Water

2

Machine voor spitten, zaaien, poten en planten zonder extra grondbewerking

Subsidiabel

  • Machines die werkgangen combineren door tegelijk te spitten én te zaaien/poten/planten;

  • Machines voor het uitvoeren van een grondbewerking en dit combineren met zaaien/poten/planten;

  • (Schijven)Zaaimachines die zonder extra grondbewerking kunnen zaaien – machines voor niet kerende grondbewerking;

  • Zaaimachines voor inzaaien voor “onder gewassen” zoals gras bij mais;

  • Systemen voor de verwerking van gewasresten;

  • Doorzaaiers;

  • GPS/GIS apparatuur in combinatie met een bovengenoemde investering;

  • Bijbehorende installaties die meststoffen en/of gewasbeschermingsmiddelen kunnen toedienen;

  • Let op! bij aanschaf van een van de bovenstaande machines kan een wildredder mee worden gesubsidieerd.

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel:

  • Machines die een aan te koppelen systeem trekken of duwen, zoals de trekker.

  • Afleverkosten en abonnementen.

  • Standaard zaaimachine.

10

Kaderrichtlijn Water

3

Beslissingsondersteunende systemen voor de land- en tuinbouw

Subsidiabel:

  • Automatiseringssystemen voor optimale bemesting, spuitmomenten en beregening op basis van weersvoorspellingen incl. software;

  • Vochtsensoren;

  • Weerstation t.b.v. ondersteuning van spuitmoment;

  • Overige beslissingsondersteunende spuittechnieken;

  • Meteogestuurd bemesten (managementsysteem);

  • Bemesten op basis van gewasonttrekking (NIR sensoren);

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel:

  • Apparatuur benodigd voor het aflezen van de ICT en sensor techniek waaronder computers, laptops, tablets en smartphones.

  • Afleverkosten en abonnementen.

7

Natuurinclusieve landbouw

4

Vergistingsinstallaties

Subsidiabel:

  • Mestvergister;

  • Fruitvergister;

  • Monovergister;

  • Alle mestverwerkingsinstallaties voor de verdere verwerking van de vergiste mest tot een kunstmestvervanger en/of hoogwaardige meststof zoals compost, korrels, etc. zodat de afzetmogelijkheden van het eindproduct worden vergroot.

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen

Niet subsidiabel:

  • Een mogelijk ook aan te sluiten mestscheidingsinstallatie hoort hier niet bij, dat is een aparte investering.

  • De kosten van de mestverwerkingsinstallatie zijn niet subsidiabel zonder daadwerkelijke aanschaf van een mestvergisting-installatie;

  • Afleverkosten en abonnementen.

7

Natuurinclusieve landbouw

5

Verwerken enkelvoudig (gerst, tarwe, mineralenmengels) tot krachtvoer

Subsidiabel

  • Machines of installaties om producten mee voor te bereiden of bewerken zoals wassen, malen, pletten en snijden.

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen

Niet subsidiabel:

  • Voermengwagen of machines voor het uitkuilen of verwerken van ruwvoer.

  • Opslag zoals sleufsilos en kuilplaten en silosmachines of systemen om krachtvoer te verstrekken.

  • Afleverkosten en abonnementen.

6

Kaderrichtlijn Water

6

Machines voor ondiepe (max. 18 cm) of niet-kerende grondbewerking

Subsidiabel:

  • Spit-zaai, grondfrees-zaai;

  • rotoreg-zaai, schoffel-zaai combinaties;

  • Graslandwoelers en graslandbeluchters met een werkdiepte van tenminste 8 cm;

  • Woelers;

  • Schijveneggen;

  • Cultivatoren incl. vleugelschaarcultivator en voorzetcultivator;

  • Mulchmachine;

  • Schoffels;

  • Wiedrobots;

  • Ecoploeg;

  • GPS/GIS-apparatuur voor het systeem. GPS en GIS-apparatuur voor dit systeem is alleen in combinatie met het systeem subsidiabel;

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabele onderdelen:

  • De tractor waaraan wordt gekoppeld of zelfrijders.

  • zaaigoed

  • Afleverkosten en abonnementen.

10

Kaderrichtlijn Water

7

Klimaat adaptieve drainage

Subsidiabel:

  • Aanleg klimaat adaptieve regelbare drainage. Inclusief onderwaterdrainage, peil gestuurde drainage en put gestuurde drainage;

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel:

  • Afleverkosten en abonnementen.

Let op: Om voor definitieve subsidievaststelling in aanmerking te komen is het mogelijk dat een vergunning via het Waterschap toegekend moet zijn.

6

Natuurinclusieve landbouw

8

Opslag hemelwater (voor emissiearm mest uitrijden of besparing grondwater) en ondergrondse wateropslag

Subsidiabel:

  • Voorzieningen voor ondergrondse wateropslag waaronder freshmaker, kreekrug-infilstratiesystemen en diepdraininfiltratie;

  • Investeringen in infiltratie bijvoorbeeld door aanpassing van bestaande peilgestuurde (regelbare) drainage met een extra ontluchtingsdrain;

  • Foliebassins en watersilo’s voor melkveehouders met bemestbare grond;

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel:

  • Bovengrondse wateropslag, o.a. in bassins en silo’s

  • Afleverkosten en abonnementen.

Let op: Om voor definitieve subsidievaststelling in aanmerking te komen moeten de vergunningen via het Waterschap toegekend zijn. Een bewijsstuk van de start van de vergunningsprocedure moet worden meegezonden met de subsidieaanvraag.

8

Natuurinclusieve landbouw

9

EC meters en monitoringssensoren

Subsidiabel:

Investeringen in meet- en monitoringsapparatuur voor het meten van onder andere de dikte en diepte van de waterlens en meten van bodemverdichting.

  • EC meters;

  • Continuemeters;

  • Grondwatermeters;

  • Oppervlaktewatermeters;

  • Penetrometers;

  • PH meter;

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel:

  • Afleverkosten en abonnementen.

6

Natuurinclusieve landbouw

10

Investeringen in stuwtjes en andere maatregelen om water langer vast te houden in waterlopen die vrij afwateren op een beek. Maatregelen waarmee infiltratie wordt gestimuleerd.

Klimaatverandering geeft meer droogte en meer piekneerslag. In beide situaties is het goed als in het Friese watersysteem en aangrenzende waterlopen water vertraagd tot afvoer komt. Bij beken werkt de maatregel goed voor klimaatadaptatie, terwijl het afsluiten van sloten in andere gebieden leidt tot bijvoorbeeld een achteruitgang van de waterkwaliteit bij ondieper maken van waterlopen en het afsluiten van vismigratieroutes. De maatregel is daarom alleen subsidiabel voor sloten die vrij afwateren.

 

Subsidiabel:

  • Het plaatsen van een LOP-stuw;

  • Het verhogen van een bestaande duiker;

  • Waterconserveringsstuw;

  • Knijp stuw;

  • Aanleg van natuurvriendelijke oevers, niet beken, hier is de voorwaarde van vrijeafwatering niet van toepassing (vergoeding voor aanlegkosten incl. meerjarig zaai/pootgoed);

  • Aanleg van droge bufferstroken (vergoeding aanleg). Voorwaarde is dat de afstand tot de sloot (waterlijn) minimaal drie meter bedraagt en minimaal 5 meter voor ecologisch kwetsbare watergangen en KRW-waterlichamen. Hier is de voorwaarde van vrije afwatering niet van toepassing:

    • -

      infiltratiegreppel (om afspoeling tegen te gaan)

    • -

      akkerrand met infiltratiegreppel (in lengte van de sloot, niet direct afwaterend)

    • -

      Bio-infiltratie bufferstroken met infiltratiegreppel

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen

Let op: Om voor definitieve subsidievaststelling in aanmerking te komen moeten de vergunningen via het Waterschap toegekend zijn. Een bewijsstuk van de start van de vergunningsprocedure moet worden meegezonden met de subsidieaanvraag.

9

Natuurinclusieve Landbouw

11

Waterbesparende regeninstallaties en bevloeiingssystemen

Subsidiabel:

  • Druppelirrigatiesystemen;

  • Aanschaf vlaksproeiers;

  • Aanschaf sproeibomen;

  • RWS (Root Watering System);

  • Sensor gestuurde beregening;

  • Laagvolume sproeier ten behoeve van nachtvorstbestrijding;

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel: 

  • Reguliere beregeningsystemen en haspels.

  • Afleverkosten en abonnementen.

7

Kaderrichtlijn Water

12

Drempelmachines

Subsidiabel:

Investeringen in materieel voor bewerking van percelen om kans op perceelafspoeling te reduceren waaronder een drempelmachine.

 

Niet subsidiabel:

  • Machines die een aan te koppelen systeem trekken of duwen, zoals de trekker of zelfrijder.

  • Afleverkosten en abonnementen.

9

Kaderrichtlijn Water

13

Investeringen in materieel voor het verwerken en toepassen van gewasresten, maaisel van slootkanten, bermen of natuurterreinen, slootbagger of compost/bokashi hiervan, met als doel het verhogen van bodemkwaliteit niet zijnde mest op bedrijfsniveau:

Subsidiabel:

  • Materieel voor composteren;

  • Materieel voor het maken van bokashi;

  • Materieel voor het toepassen van de organische restmaterialen;

  • Baggerspuit voor het verspreiden van slootbagger;

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel:

  • Het dient te gaan om investeringen die specifiek bedoeld zijn voor de verwerking van organisch restmateriaal. Een gewone grasmaaier die behalve voor het maaien van bermen ook gebruikt kan worden voor ander maaiwerk is niet subsidiabel;

  • Abonnementen en afleverkosten;

  • Kipwagens, silagewagens en opraapwagens.

8

Kaderrichtlijn Water

14

Systemen om plaats specifiek te kunnen werken in het kader van precisielandbouw

Subsidiabel:

  • Systemen die plaats specifiek kunnen bemesten;

  • Systemen voor rijenbemesting met dierlijke mest;

  • Systemen die plaats specifiek water kunnen toedienen;

  • Alle soorten precisiemeters;

  • Systemen voor het meten van het stikstofgehalte van de toegediende mest met NIRS indien dit meteen wordt door vertaald in het doseren;

  • Systemen om plaats specifiek te kunnen poten, zaaien en/of planten;

  • Systemen om plaats- en/of plant specifiek onkruid te verwijderen;

  • Systemen voor het digitaal meten van opbrengsten voor opbrengstkaarten ten behoeve van plaats specifieke teeltoptimalisatie. Zowel zelfstandige werktuigen (zoals de spaakwielbemester) als opbouwmachines komen voor subsidie in aanmerking;

  • Machines en hulpmiddelen voor het overschakelen op een teeltsysteem met vaste rijpaden, waarbij onbereden bedden ontstaan met een breedte van tenminste 280 cm. Inclusief railsystemen;

  • Het maken of laten maken van digitale bodemkaarten om de variatie in organisch stofgehalte, pH, bemestingstoestand of bodemstructuur in beeld te brengen;

  • GPS/GIS apparatuur, inclusief bodemkaart voor bovenstaande systemen;

  • De GPS/GIS apparatuur voor deze systemen is alleen subsidiabel in combinatie met aanschaf van bovenstaande systemen;

  • Schuilplaatsen voor roofinsecten;

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel:

  • De tractor waaraan wordt gekoppeld;

  • Abonnementen op software updates en servicecontracten;

  • Zodebemester en rugspuit;

  • Afleverkosten.

7

Natuurinclusieve landbouw

15

Mechanische Mestscheidingsinstallatie

Subsidiabel:

  • Mechanische mestscheidingsapparatuur zodat de ruwe mest door de mechanische bewerking wordt gescheiden in een dikke fractie en een dunne fractie.

  • Machines die dunne fractie van digestaat tot 70% kunnen verdampen

  • Technische investeringen in installaties, die mest kunnen scheiden in een minerale fractie en loosbaar water, zoals omgekeerde osmose of ammoniak strippers

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen.

Niet subsidiabel:

Afleverkosten en abonnementen.

7

Natuurinclusieve landbouw

16

Voorzieningen voor weidegang

Weidegang voor dieren draagt bij aan het dierwelzijn en een meer natuurinclusief landbouwsysteem. Als de dieren daarbij uit een bak drinken in plaats vanaf de oever, blijft deze oeverzode stabieler en kan de vegetatie in de oever zich beter ontwikkelen. Daarnaast zullen de uitwerpselen meer op het perceel komen dan op de oever.

 

Subsidiabel:

  • Waterreservoir;

  • Zonnepaneel;

  • Pomp;

  • Accu;

  • Schakelaar;

  • Systemen die (verschillende) diergerelateerde zaken kunnen registreren en monitoren, zoals locatie, vruchtbaarheid en gezondheid;

  • Automatische weide-selectiepoorten voor koeien voor toegang richting de weide;

  • Aanschaf van software behorend bij een selectiepoort/GPS systemen voor koeien;

  • Aanleg van een oversteekplaats, zoals veeroosters en/of een koetunnel);

  • Bijbehorende software voornregistratie en monitoring van diergerelateerde zaken;

  • Mobiele melkrobot;

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen

Niet subsidiabel:

  • Hardware zoals laptops, computers, tablets etc. voor het ontvangen/invoeren/sturen van GPS gegevens.

  • Abonnementen op software updates en servicecontracten.

  • Kavelpaden

10

17

Emissie arme vloeren voor stallen melkveehouderij en vleeskalverhouderij (geiten, schapen en koeien)

Subsidiabel:

Goedgekeurde technieken, zoals vermeld op de meeste recente milieulijst of de milieulijst van MIA Vamil die als doel hebben emissie te reduceren.

 

Niet subsidiabel:

  • Fundering waarop vloer ligt.

  • Mestkelder.

  • Muren en dak stal.

  • Mestkanaal.

  • Potstallen: Alhoewel potstallen bijdragen aan dierwelzijn en ruige mest welke ingezet kan worden voor bodemverbetering en weidevogelbeheer, weegt het argument dat potstallen een negatief effect hebben op verhoogde emissies hier zwaarder.

  • Sloopkosten oude vloer.

6

Kaderrichtlijn Water

18

Technieken om bodemverdichting tegen te gaan

Subsidiabel:

  • Aanpassingskosten aan tractoren en werktuigen die bedoeld zijn voor het overschakelen op een teeltsysteem met vaste rijpaden met een spoorbreedte van minimaal 280 cm.

  • Rupsbanden.

  • Luchtdrukwisselsystemen met een zodanige capaciteit dat de banden binnen 1 minuut op 2 bar kunnen worden gebracht. Subsidiabel zijn maximaal vier banden per aangeschaft systeem.

  • GPS/GIS apparatuur i.c.m. een investering t.b.v. het rijpadensysteem.

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen

Niet subsidiabel:

  • Machines die een aan te koppelen systeem trekken of duwen, zoals de trekker of zelfrijder.

  • Afleverkosten en abonnementen.

10

Opwerken van biogas naar groen gas.

19

Machines om biogas op te waarderen naar groen gas.

Subsidiabel:

  • Installaties voor het ‘opwaarderen’ (zuiveren) van biogas naar groen gas (biomethaan), te koppelen aan Mestvergisters, Fruitvergisters of Monovergisters.

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen

Niet subsidiabel:

  • De kosten van de opwaardeerinstallatie zijn niet subsidiabel zonder daadwerkelijke aanschaf of aanwezigheid van een mestvergisting-installatie.

  • Afleverkosten en abonnementen.

8

Natuurinclusieve landbouw

20

(Aangepaste) machines voor strokenteelt/pixelteelt en agroforestry en nieuwe teelten zoals eiwitten

Subsidiabel:

  • (Aangepaste) zaaimachines

  • Strokenfrees of strokenploeg

  • (Aangepaste) Oogstmachines

  • (Aangepaste) bewateringssystemen

  • (Aangepaste) andere machines voor gewasmanagement

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen

Niet subsidiabel:

  • Machines die een aan te koppelen systeem trekken of duwen, zoals de trekker of zelfrijder.

  • Afleverkosten en abonnementen.

10

Natuurinclusieve landbouw

21

Opslagplaatsen ten behoeve van verwerking organische materiaal tot compost en/of bokashi

Subsidiabel:

  • Opslagplaatsen van vaste mest, compost, bokashi voor langere termijn zodat op de goede momenten de mest/compost toegepast kan worden en de kwaliteit behouden blijft.

  • Opvangsystemen voor perssappen bij bestaande sleufsilo’s

  • Installatie/opbouwkosten van bovenstaande investeringen

Niet subsidiabel:

  • Sloop van bestaande opslagplaatsen of bebouwing

  • Afleverkosten en abonnementen.

8

Kaderrichtlijn Water

22

Opslagsystemen mest melkveehouderij vergroten

Subsidiabel:

  • Vergroten van de mestopslagruimte naar minimaal 12 maanden.

Niet subsidiabel:

  • Sloop van bestaande opslagplaatsen of bebouwing

  • Afleverkosten en abonnementen.

8

Naar boven