Besluit van gedeputeerde staten van 22 maart 2022, PZH-2022-799399390 (DOS-2013-0010135) tot wijziging van het Openstellingsbesluit POP-3 projecten LEADER Zuid-Holland 2021 – 2022 (Wijzigingsbesluit Openstellingsbesluit POP-3 projecten LEADER Zuid-Holland 2021 – 2022)

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;

 

Gelet op artikel 1.3 van de Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland;

 

Overwegende dat het wenselijk is om middelen beschikbaar te stellen voor de voorbereiding van LEADER in het Nationaal Strategisch Plan bestaande uit het oprichten van een Lokale Actiegroep en het schrijven van een Lokale Ontwikkelingsstrategie;

 

Besluiten:

Artikel I  

Het Openstellingsbesluit POP-3 projecten LEADER Zuid-Holland 2021 – 2022 wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

 

Voor artikel 1 wordt een opschrift ingevoegd, luidende:

 

§ 1 Algemene bepalingen

 

B.

 

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Onder verlettering van de onderdelen a tot en met e tot b tot en met f, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

    • a.

      LAG: lokale actiegroep als bedoeld in artikel 34 van VO (EU) 1303/2013;.

  • 2.

    Onder verlettering van de onderdelen d tot en met f tot f tot en met h, worden twee onderdelen ingevoegd, luidende:

    • d.

      LOS: vanuit de gemeenschap geleide plaatselijke ontwikkelingsstrategie als bedoeld in artikel 33 van VO (EU) 1303/2013;

    • e.

      NSP: Nationaal Strategisch Plan;.

C.

 

Voor artikel 2 wordt een opschrift ingevoegd, luidende:

 

§ 2 Projecten

 

D.

 

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid wordt “28 november 2022” vervangen door “20 juni 2022”.

  • 2.

    In het derde lid vervalt “22 augustus 2022, 17 oktober 2022, 28 november 2022”.

E.

 

Onder vernummering van de artikelen 14 tot en met 16 tot 22 tot en met 24, wordt na artikel 13 een paragraaf ingevoegd, luidende:

 

§ 3 Nieuwe Lokale Actie Groepen en Lokale Ontwikkelingsstrategieën

 

Artikel 14 Aanvraagperiode en indiening

  • 1.

    Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 15 kan worden ingediend in de periode vanaf inwerkingtreding tot en met 30 juni 2022.

  • 2.

    Een aanvraag als bedoeld in het eerste lid is tijdig ingediend indien deze binnen de in het eerste lid genoemde periode is ontvangen.

Artikel 15 Subsidiabele activiteit

In afwijking van artikel 3.2.1 van de Uitvoeringsregeling, kan subsidie worden verstrekt voor activiteiten die gericht zijn op:

 

  • a.

    het vormen van een LAG in het kader van LEADER voor de periode 2023 tot en met 2027; en

  • b.

    het schrijven van een LOS in het kader van LEADER voor de periode 2023 tot en met 2027.

Artikel 16 Aanvraagvereisten

In afwijking van artikel 1.6a van de Uitvoeringsregeling gaat de aanvraag voor subsidie, bedoeld in artikel 15, vergezeld van:

 

  • a.

    een afbakening van het beoogde gebied;

  • b.

    een omschrijving van de visie voor het gebied;

  • c.

    een omschrijving van de beoogde meerwaarde van de LEADER werkwijze aan de visie voor het gebied;

  • d.

    een omschrijving van de aansluiting van de thema’s in de visie voor het gebied op de doelen van het NSP, zoals genoemd in artikel 18, eerste lid, onder c;

  • e.

    indien van toepassing een omschrijving van de aansluiting van de thema’s in de visie voor het gebied op de doelen, zoals genoemd in artikel 18, tweede lid;

  • f.

    een omschrijving van de beoogde aansluiting van de visie op het beleid van provincie en gemeente of waterschap;

  • g.

    een overzicht van het netwerk van de aanvrager;

  • h.

    een overzicht van de beoogde deelnemende partijen aan de beoogde LAG en in hoeverre deze al samenwerken;

  • i.

    een overzicht van de beoogde initiatieven;

  • j.

    een procesplan waarmee aangetoond kan worden dat de aanvrager in staat is tot het oprichten van een LAG en het opstellen van een LOS;

  • k.

    een planning van de activiteiten.

 

Artikel 17 Subsidiehoogte

In aanvulling op artikel 3.2.4 van de Uitvoeringsregeling bedraagt de hoogte van de subsidie voor activiteiten als bedoeld in artikel 15, € 20.000,-

 

Artikel 18 Subsidievereisten

  • 1.

    Om voor subsidie als bedoeld in artikel 15 in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      de activiteit heeft betrekking op één of meer van de volgende gebieden:

      • i.

        Alblasserwaard, waarbij aangrenzende gebieden kunnen aansluiten;

      • ii.

        Krimpenerwaard, waarbij aangrenzende gebieden kunnen aansluiten;

      • iii.

        Zuid-Hollandse Eilanden, waarbij aangrenzende gebieden kunnen aansluiten;

      • iv.

        Nieuwkoopse Plassen, waarbij aangrenzende gebieden kunnen aansluiten;

    • b.

      kernen met meer dan 30.000 inwoners maken geen onderdeel uit van de op te stellen LOS;

    • c.

      de LOS heeft betrekking op de volgende doelen van het NSP:

      • i.

        het bijdragen tot matiging van en aanpassing aan klimaatverandering, onder meer door de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen en meer koolstof vast te leggen, en duurzame energie te bevorderen;

      • ii.

        het bevorderen van de duurzame ontwikkeling en het efficiënte beheer van natuurlijke hulpbronnen zoals water, bodem en lucht, onder meer door de afhankelijkheid van chemische middelen te verkleinen;

      • iii.

        het bijdragen tot het tot staan brengen en ombuigen van biodiversiteitsverlies, tot versterking van ecosysteemdiensten en tot de instandhouding van habitats en landschappen; en

      • iv.

        het bevorderen van de werkgelegenheid, groei, gendergelijkheid, waaronder deelname van vrouwen in het boerenbedrijf, sociale inclusie en lokale ontwikkeling in plattelandsgebieden, ook in de circulaire bio-economie en de duurzame bosbouw.

  • 2.

    Onverminderd het eerste lid kan, afhankelijk van het betreffende gebied en de doelen en behoeften daarvan, de LOS ook betrekking hebben op de volgende doelen:

    • a.

      het stimuleren van een aantrekkelijk platteland voor wonen en recreëren;

    • b.

      het creëren van een aantrekkelijk ondernemers- en werkklimaat voor een divers palet aan passende agrarische en niet-agrarische bedrijven of activiteiten; of

    • c.

      het verbeteren van de positie van de landbouwers in de waardeketen.

  • 3.

    Onverminderd het eerste en tweede lid wordt de activiteit beoordeeld op basis van de volgende beoordelingscriteria:

    • a.

      het aantal en de diversiteit van beoogde deelnemende partijen aan de beoogde LAG waarmee aangetoond kan worden dat er voldoende draagvlak is voor deelname aan LEADER in het NSP;

    • b.

      de kwaliteit van het procesplan waarmee aangetoond kan worden dat de aanvrager in staat is tot het opstellen van een LOS en het oprichten van een LAG;

    • c.

      de mate waarin de thema’s uit de aangedragen visie bijdragen aan de doelen, zoals genoemd in het eerste lid, onder c, en het tweede lid;

    • d.

      de mate waarin de thema’s uit de aangedragen visie bijdragen aan de doelen van het beleid van provincie en gemeente of waterschap.

  • 4.

    Het totaal aantal benodigde punten voor subsidiëring van de activiteit bedraagt minimaal 9 en wordt berekend door de som te nemen van de punten behaald voor ieder afzonderlijk criterium, waarbij voor de beoordelingscriteria, genoemd in het derde lid 0, 1, 2, of 3 punten worden behaald.

     

Artikel 19 Verdelingswijze

  • 1.

    Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen.

  • 2.

    Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt als datum van binnenkomst de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is.

  • 3.

    Dreigt het subsidieplafond op enige dag overschreden te worden, dan wordt de volgorde van binnenkomst van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen bepaald door middel van loting, waarbij:

    • a.

      de eerst getrokken aanvraag als hoogste wordt gerangschikt;

    • b.

      de hoogst gerangschikte aanvraag het eerst in aanmerking komt voor subsidie;

    • c.

      subsidie wordt verdeeld over opeenvolgende aanvragen die volledig gehonoreerd kunnen worden.

     

Artikel 20 Subsidiabele kosten

In afwijking van artikel 3.2.3 van de Uitvoeringsregeling komen alle kosten voor het oprichten van een LAG en het opstellen van een LOS voor subsidie in aanmerking.

 

Artikel 21 verplichtingen

In afwijking van artikel 1.14 van de Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland heeft de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:

  • a.

    de activiteiten worden gerealiseerd voor 1 januari 2023;

  • b.

    de subsidieontvanger vormt een LAG waarbij ten minste 51% van de leden met een besluitvormende stem niet tot een overheidsorganisatie behoort;

  • c.

    de LOS wordt ingediend bij de Open Call voor nieuwe LEADER gebieden in het NSP ten behoeve van de selectie van de LEADER-gebieden voor de periode 2023-2027.

F.

 

Voor artikel 22 (nieuw) wordt een opschrift ingevoegd, luidende:

 

§ 4 Slotbepalingen

 

Artikel II  

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Den Haag, 22 maart 2022

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland

drs. H.M.M. Koek, secretaris

drs. J. Smit, voorzitter

Toelichting behorende bij het Wijzigingsbesluit Openstellingsbesluit POP-3 projecten LEADER Zuid-Holland 2021 – 2022

I. Algemeen

 

LEADER is een gebiedsgericht instrument uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van Europa (GLB). LEADER onderscheidt zich van andere gebiedsgerichte instrumenten door de karakteristieke ‘bottum up’ werkwijze. In een gebied gaan publieke en private organisaties met het LEADER instrument samen aan de slag om bij te dragen aan de ontwikkeling van het platteland, klimaat, milieu, water en biodiversiteit. Innovatie, samenwerking en integrale projecten zijn sleutelwoorden voor LEADER.

 

Met dit besluit wordt het bestaande openstellingsbesluit voor LEADER projecten in 2021 en 2022 uitgebreid met de mogelijkheid om € 20.000,00 subsidie aan te vragen voor het oprichten van een Lokale Actiegroep (LAG) en het schrijven van een Lokale Ontwikkelingsstrategie (LOS). Met een LOS kunnen gebieden in aanmerking komen voor subsidie voor de uitvoering van de LOS in het LEADER programma van het Nationaal Strategisch Plan (NSP) in de periode 2023 – 2027.

 

Aanvragers kunnen wat betreft de subsidie voor de uitvoering van de LOS uitgaan van een indicatief bedrag van € 2.2 mln. voor de gehele periode, bestaande uit € 1.1 mln. Europese middelen en € 1.1 mln. middelen van de provincie (en/of gemeenten en waterschappen).

 

II. Artikelsgewijs

 

Artikel 18 Subsidievereisten

 

In Zuid-Holland is ervoor gekozen om LEADER in het NSP in te zetten in de prioritaire landbouwgebieden, zijnde de Alblasserwaard, Krimpenerwaard, Nieuwkoopse Plassen en de Zuidwestelijke Delta. Hierbij is het voor aangrenzende gebieden mogelijk om aan te sluiten.

 

De doelen voor deze gebieden komen overeen met de doelen op gebied van plattelandsontwikkeling, klimaat, milieu, water en biodiversiteit, die met LEADER op een integrale wijze bereikt kunnen worden.

 

Zo wordt LEADER ingezet in de gebieden waar de provincie de grootste opgaven heeft. In de verwachting dat de prioritaire landbouwgebieden ook in het National Plan Landelijk Gebied (NPLG) als belangrijk worden beschouwd, kan het mogelijk zijn om middelen uit het NPLG te koppelen aan het LEADER instrument.

 

De LOS dient betrekking te hebben op de volgende doelen van het NSP:

 

  • Klimaat

Het bijdragen tot matiging van en aanpassing aan klimaatverandering, onder meer door de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen en meer koolstof vast te leggen, en duurzame energie te bevorderen.

 

  • Bodem en water

Het bevorderen van de duurzame ontwikkeling en het efficiënte beheer van natuurlijke hulpbronnen zoals water, bodem en lucht, onder meer door de afhankelijkheid van chemische middelen te verkleinen.

 

  • Biodiversiteit

Het bijdragen tot het tot staan brengen en ombuigen van biodiversiteitsverlies, tot versterking van ecosysteemdiensten en tot de instandhouding van habitats en landschappen.

 

  • Plattelandsontwikkeling

Het bevorderen van de werkgelegenheid, groei, gendergelijkheid, waaronder deelname van vrouwen in het boerenbedrijf, sociale inclusie en lokale ontwikkeling in plattelandsgebieden, ook in de circulaire bio-economie en de duurzame bosbouw.

 

Tevens dient de LOS, afhankelijk van het gebied en de doelen en behoefte daarvan, betrekking te hebben op:

 

  • het stimuleren van een aantrekkelijk platteland voor wonen en recreëren;

  • het creëren van een aantrekkelijk ondernemers- en werkklimaat voor een divers palet aan passende agrarische en niet-agrarische bedrijven of activiteiten; of

  • het verbeteren van de positie van de landbouwers in de waardeketen.

De aanvraag dient voldoende punten te halen op de beoordelingscriteria. Aanvragen worden beoordeeld op het beoogde netwerk en daarmee het draagvlak voor de LEADER werkwijze in het gebied, de kwaliteit van de aanpak en de mate waarin de visie van de groep aansluit bij de doelstellingen van het NSP, de provincie en de gemeente of het waterschap.

 

Voor de doelstellingen van de provincie wordt verwezen naar de volgende documenten:

 

  • Vitale Landbouw

De in 2020 vastgestelde hoofdlijnennotitie Vitale Landbouw (linkje) is het actuele beleidskader voor landbouw in Zuid-Holland. In deze notitie worden de raakvlakken beschreven tussen de landbouw, plattelandsontwikkeling, biodiversiteit, bodem, water en klimaat. Op basis van deze notitie wordt nu een gebiedsgerichte aanpak gevolgd voor verdere uitwerking van doelen per gebied in Zuid-Holland.

 

  • Toerisme

De in 2020 vastgestelde Startnotitie Toerisme (linkje) is het actuele beleidskader voor toerisme in Zuid-Holland.

 

  • Cultuur & Erfgoed

Voor Cultuur en Erfgoed staan de ambities en doelstellingen van het huidige college vastgelegd in het Coalitieakkoord 2019-2023 (linkje).

 

  • Sport & Recreatie

De in 2019 vastgestelde Startnotitie Sport & Recreatie (linkje) is het actuele beleidskader voor sport en recreatie in Zuid-Holland.

Naar boven