Gedeputeerde Staten van Groningen maken bekend dat zij op 8 maart 2022, nr. A.9, afdeling BELCULT, dossiernummer K 19843 het volgende besluit hebben genomen:
Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen:
Overwegende dat:
- -
er voor karakteristieke panden en gemeentelijke monumenten in de aardbevingsgemeenten sprake is van een opgave onderhoud, versterking en schadeherstel;
- -
de taak behoort bij de verantwoordelijkheid die het ministerie van OCW, de Nationaal Coördinator Groningen, de aardbevingsgemeenten en de provincie Groningen in het Erfgoedprogramma voor het aardbevingsgebied zijn overeengekomen om budget beschikbaar te stellen voor onderhoud van karakteristieke panden en gemeentelijke monumenten die liggen in de gemeenten die getroffen zijn door de gevolgen van de gaswinning. Dit vanuit de gedachte dat goed onderhoud de eerste stap in de versterking is;
- -
het algemeen bestuur van Nationaal Programma Groningen (NPG) op 12 mei 2020 heeft ingestemd met het geactualiseerde Erfgoedprogramma;
- -
karakteristieke panden en gemeentelijke monumenten worden aangewezen in het belang van de gebiedsidentiteit van de provincie Groningen en de kosten van het onderhoud kunnen hoger zijn dan de kosten voor onderhoud aan niet-monumentale gebouwen, vanwege de hogere eisen aan architectonische uitwerking, materiaalgebruik en detaillering;
Gelet op:
- -
Groningen Erfgoedprogramma 2020-2023;
- -
meerjarenprogramma Aardbevingsbestendig en Kansrijk Groningen 2017-2021;
- -
titel 4.2 Algemene wet bestuursrecht;
- -
artikel 3, derde lid, van de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017;
- -
procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018;
- -
- -
gemeentelijke erfgoedverordeningen;
- -
besluit ruimtelijke ordening;
- -
omgevingsverordening provincie Groningen 2016;
- -
AGVV: Verordening EU Nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard, PbEU L 187/1 van 26 juni 2014 en Verordening EU 2017/1084 van de Commissie van 14 juni 2017 tot wijziging van Verordening EU Nr. 651/2014 wat betreft steun voor haven- en luchthaveninfrastructuur, aanmeldingsdrempels voor steun voor cultuur en instandhouding van het erfgoed en voor steun voor sportinfrastructuur en multifunctionele recreatieve infrastructuur, en regelingen inzake regionale exploitatiesteun voor ultraperifere gebieden, en tot wijziging van Verordening EU Nr. 702/2014 wat betreft de berekening van de in aanmerking komende kosten, PbEU L 156/1 van 20 juni 2017;
- -
LVV: Verordening (EU) Nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, PbEU L 193/1 van 1 juli 2014;
- -
uitvoeringsprogramma Cultuur Provincie Groningen 2021-2024.
Besluiten:
Subsidieregeling regulier onderhoud karakteristieke panden en gemeentelijke monumenten provincie Groningen 2022
Artikel 1 Begripsbepalingen
- a.
aardbevingsgemeenten: de gemeenten binnen het aardbevingsgebied zoals vastgelegd in de geldende versie van de Omgevingsverordening provincie Groningen;
- b.
AGVV: Verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Europese Commissie van 17 juni 2014, waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard, PbEU L 187/1 van 26 juni 2014, laatstelijk gewijzigd bij Verordening EU 2017/1084 van de Europese Commissie van 14 juni 2017, PbEU L 156/1 van 20 juni 2017;
- c.
Awb: Algemene wet bestuursrecht;
- d.
boerderij: gebouw met bedrijfsmatig agrarisch en/of industrieel gebruik en aangemerkt als karakteristiek pand of gemeentelijk monument;
- e.
comfortverbetering of verfraaiing: werkzaamheden met betrekking tot het wooncomfort, decoratie en de leefbaarheid zoals het binnenklimaat of het verbeteren van functionaliteit;
- f.
deskundige: architect, aannemer, schilder, uitvoerder of vergelijkbare deskundige met aantoonbare kennis en expertise van sober en doelmatig onderhoud van karakteristieke panden of gemeentelijke monumenten;
- g.
eigenaar: natuurlijke persoon of rechtspersoon die het eigendomsrecht heeft op het karakteristiek pand of gemeentelijke monument;
- h.
gemeentelijke monument: een gebouw of ander object dat door cultuurhistorische waarde en schoonheid van lokaal belang is en als beschermd monument is opgenomen in het gemeentelijke monumentenregister;
- i.
gespecificeerde offerte/factuur: een kostenraming of nota opgemaakt door een deskundige waarbij voor alle verschillende uit te voeren/uitgevoerde werkzaamheden kosten voor uren én materialen gesplitst zijn;
- j.
instandhouding: het sober en doelmatig behouden of herstellen van het karakteristiek pand of gemeentelijke monument, waarmee verval van het pand kan worden voorkomen.
- k.
karakteristiek pand: panden die vanwege de lokale cultuurhistorische waarde van de buitenzijde van het pand als karakteristiek pand zijn opgenomen in een vastgesteld bestemmingsplan. Het gaat hierbij om het hoofdgebouw inclusief aan- en uitbouwen ten dienste van de woning. De panden dragen op grond van hun karakteristieke hoofdvorm, typologie, architectuur, landschappelijke en/of stedenbouwkundige situering, gaafheid of zeldzaamheid bij aan de identiteit van de omgeving;
- l.
LVV: Verordening (EU) Nr. 702/2014 van de Europese Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, PbEU 2014, L 193/1 van 1 juli 2014;
- m.
Procedureregeling: Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018;
- n.
reconstructie: werkzaamheden die worden uitgevoerd om elementen en/of onderdelen in zijn oorspronkelijke dan wel vroegere vorm te herstellen of opnieuw te (laten) maken;
- o.
regulier onderhoud: sobere, doelmatige en technisch noodzakelijke werkzaamheden die behoren tot het normale onderhoud aan een karakteristiek pand of gemeentelijke monument waarmee verval van het gebouw wordt voorkomen;
- p.
zelfstandig bouwkundige eenheid: bouwwerk dat in zowel constructief als functioneel opzicht te onderscheiden is van de naastgelegen bouwwerken. Dat wil zeggen dat:
- -
het geheel bouwkundig gescheiden moet zijn van aangrenzende bebouwing,
- -
een eigen toegang moet hebben,
- -
afzonderlijk te gebruiken moet zijn.
Bij boerderijen geldt het woonhuis altijd als zelfstandige onderdeel, zelfs als het woonhuis aan de schuur is vast gebouwd;
- q.
zelfstandige wooneenheid: een woning in een karakteristiek pand of gemeentelijk monument met een eigen toegang, keuken, douche en toilet die afzonderlijk wordt gebruikt door een particuliere eigenaar, navolgend aangeduid als 'wooneenheid'.
Artikel 2 Doel
Het doel van deze regeling is om eigenaren van karakteristieke panden en gemeentelijke monumenten in de aardbevingsgemeenten in de provincie Groningen te stimuleren regulier onderhoud te plegen aan hun pand.
Artikel 3 Doelgroep
Subsidie kan worden aangevraagd door:
- a.
particuliere eigenaren van een karakteristiek pand of gemeentelijke monument gelegen in een aardbevingsgemeente;
- b.
de rechtspersoon die verantwoordelijk is voor de instandhouding van het karakteristiek pand of gemeentelijke monument in een aardbevingsgemeente en waarvan het karakteristiek pand of gemeentelijke monument een agrarische functie heeft;
- c.
de natuurlijke of rechtspersoon die verantwoordelijk is voor de instandhouding van het karakteristiek pand of gemeentelijke monument in een aardbevingsgemeente en waarvan het karakteristiek pand of gemeentelijke monument een educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke voorzieningen en/of voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening betreft;
- d.
de betreffende vereniging van eigenaren of gezamenlijk door alle eigenaren van een karakteristiek pand of gemeentelijk monument gelegen in een aardbevingsgemeente. Voor een natuurlijke persoon die een appartementsrecht heeft in een karakteristiek pand of gemeentelijke monument, geldt dat hij niet zelfstandig subsidie aan kan vragen.
Artikel 4 Subsidievorm
Gedeputeerde Staten verstrekken op grond van deze regeling subsidies in de vorm van een geldbedrag.
Artikel 5 Weigeringsgronden
Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25 en 4:35 Awb en artikel 2.5 1a t/m d en tweede lid en 2.6 van de Procedureregeling wordt de subsidie in ieder geval geweigerd indien:
- a.
er in het kalenderjaar waarin de subsidieaanvraag is ingediend al een subsidie op grond van deze regeling is ingediend en vervolgens in hetzelfde kalenderjaar is verstrekt voor werkzaamheden aan het betreffend karakteristiek pand of gemeentelijke monument. In het geval van een karakteristiek pand of gemeentelijke monument met meerdere zelfstandige bouwkundige eenheden gaat het hierbij om een verstrekking voor werkzaamheden aan dezelfde zelfstandig bouwkundige eenheid of bouwkundige eenheden;
- b.
voor de subsidiabele kosten van het project, waarop de aanvraag betrekking heeft, al een andere subsidie is verstrekt door het Rijk of de provincie Groningen voor de instandhouding van het karakteristiek pand of gemeentelijke monument;
- c.
voor de subsidiabele kosten van het project, waarop de aanvraag betrekking heeft, al een lening is verstrekt door een andere geldverstrekker, en hierbij geen rekening is gehouden met de gevraagde subsidie vanuit deze regeling;
- d.
het karakteristiek pand of gemeentelijke monument niet ligt in een aardbevingsgemeente;
- e.
het karakteristieke pand of gemeentelijke monument in het bezit is van de overheid met uitzondering van de Zelfstandige Bestuursorganen;
- f.
de subsidiabele kosten lager zijn dan € 2.500,-;
- g.
niet is voldaan aan de bepalingen, verplichtingen en vereisten zoals bepaald in deze regeling;
- h.
de aanvrager een onderneming is die in financiële moeilijkheden verkeert als bedoeld in artikel 2, lid 18, van de AGVV;
- i.
de aanvrager een onderneming is tegen wie een bevel tot terugvordering uitstaat als bedoeld in artikel 1, vierde lid, onder a, van de AGVV.
Artikel 6 Subsidievereisten
Om voor subsidie in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
- a.
het karakteristieke pand moet opgenomen zijn in een vastgesteld bestemmingsplan;
- b.
het gemeentelijke monument moet opgenomen zijn in het gemeentelijke monumentenregister;
- c.
als er in de aanvraag werkzaamheden zijn opgenomen waarvoor een Omgevingsvergunning vereist is, dienen de werkzaamheden te zijn vergund;
- d.
de werkzaamheden dienen tot instandhouding van het karakteristiek pand of gemeentelijk monument.
Artikel 7 Subsidiabele kosten
Subsidiabel zijn de volgende kosten van het regulier onderhoud (voor zover deze sober, doelmatig en technisch noodzakelijk zijn) aan een karakteristiek pand of gemeentelijk monument:
- a.
kosten voor schilderwerkzaamheden aan de buitenzijde van het pand;
- b.
kosten voor het herstel van voegwerk aan de buitenzijde van het pand;
- c.
kosten voor het onderhoud en herstel van hemelwaterafvoer;
- d.
kosten voor het onderhoud en herstel van goten;
- e.
kosten voor plaatselijk vervanging dan wel plaatselijk herstel van dakbedekking gericht op het wind- en waterdicht maken of houden;
- f.
kosten voor het herstel van de schoorsteen of schoorstenen;
- g.
kosten voor het herstellen van delen die zijn aangetast door houtrot aan de buitenzijde van het pand;
- h.
kosten voor onderhoudswerkzaamheden aan onderdelen die specifiek zijn opgenomen in de redengevende omschrijving van het gemeentelijke monument;
- i.
kosten voor onderhoudswerkzaamheden aan de buitenzijde van het pand gericht op het wind- en waterdicht maken van het pand;
- j.
kosten voor het uurloon van de inhuur van een deskundige. Het maximaal subsidiabele uurloon is € 44,50.
Artikel 8 Niet-subsidiabele kosten
Onverminderd artikel 1.5 van de Procedureregeling komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:
- a.
kosten van doe-het-zelf-werk of kosten die door niet-deskundigen worden gemaakt;
- b.
kosten voor werkzaamheden gericht op reconstructie, tenzij deze in uitzonderlijke gevallen naar het oordeel van de Gedeputeerde Staten ter versterking van de monumentale waarden gewenst zijn;
- c.
kosten voor werkzaamheden die zijn gericht op comfortverbetering, energiebesparing of verfraaiing.
- d.
kosten voor het uitvoeren van herstelwerkzaamheden als gevolg van schade veroorzaakt door een derde of de eigenaar van het karakteristiek pand of gemeentelijke monument;
- e.
kosten die meer dan een jaar voor de datum van indiening van de aanvraag zijn gemaakt.
Artikel 9 Subsidiehoogte
- 1.
De subsidie voor regulier onderhoud bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van €10.000,-.
- 2.
De subsidie voor regulier onderhoud van een boerderij bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 20.000,-;
- 3.
Indien ter zake van de te subsidiëren activiteiten reeds door een ander bestuursorgaan of door de Europese Commissie steun is verstrekt, wordt de hoogte van de subsidie zodanig berekend dat het totale bedrag aan subsidies niet meer bedraagt dan 80% van het totaal van de voor subsidie in aanmerking komende kosten met een maximum van € 1.000.000,-.
Artikel 10 Staatssteun
- 1.
Indien de subsidie voor regulier onderhoud staatssteun vormt als omschreven in artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, wordt de subsidie verleend onder de voorwaarden van de AGVV. In dat geval wordt toepassing gegeven aan artikel 53 van de AGVV ('Steun voor cultuur en instandhouding van het erfgoed').
- 2.
Indien de subsidie voor regulier onderhoud staatssteun vormt als omschreven in artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en de subsidieontvanger een bedrijf in de sector van primaire landbouwproductie betreft, wordt de subsidie verleend onder de voorwaarden van de LVV. In dat geval wordt toepassing gegeven aan artikel 29 van de LVV ('Steun voor investeringen voor de instandhouding van cultureel en natuurlijk erfgoed op landbouwbedrijven').
Artikel 11 Subsidieplafond
Gedeputeerde Staten stellen een subsidieplafond vast voor deze regeling dat wordt gepubliceerd in het Provinciaal Blad.
Artikel 12 Subsidieaanvraag
- 1.
Aanvragen kunnen digitaal en per post worden ingediend bij Gedeputeerde Staten door middel van een door Gedeputeerde Staten vastgesteld formulier.
- 2.
Per karakteristiek pand of gemeentelijke monument kan ten hoogste één aanvraag per kalenderjaar worden gedaan die tot verstrekking leidt. Indien het karakteristiek pand of gemeentelijke monument meer dan één wooneenheid omvat en aanvrager geen vereniging van eigenaren is, dan kan er per wooneenheid ten hoogste één aanvraag per kalenderjaar worden ingediend die tot verstrekking leidt.
- 3.
In aanvulling op artikel 2.1 van de Procedureregeling bevat de subsidieaanvraag in ieder geval:
- a.
een korte beschrijving van de werkzaamheden;
- b.
een begroting van het ingediende project opgemaakt in het door Gedeputeerde Staten vastgestelde format;
- c.
indien de werkzaamheden al zijn uitgevoerd: foto's waarop zichtbaar is dat de werkzaamheden zijn uitgevoerd;
- d.
foto's van de situatie vooraf, waaruit de noodzaak van de werkzaamheden blijkt;
- e.
een door een deskundige opgestelde gespecificeerde offerte. Indien de werkzaamheden al zijn uitgevoerd is een gespecificeerde factuur vereist;
- f.
een toelichting op de bijgevoegde offertes en/of facturen waaruit blijkt voor welke werkzaamheden en daaraan verbonden kosten subsidie wordt gevraagd;
- g.
bij een aanvraag van een vereniging van eigenaren een uitdraai van de Kamer van Koophandel van de vereniging en een splitsingsakte;
- h.
bij een gezamenlijke aanvraag van meerdere eigenaren, een splitsingsakte;
- i.
de verstrekte Omgevingsvergunning, indien in de aanvraag werkzaamheden zijn opgenomen waarvoor een Omgevingsvergunning vereist is. De afweging of voor werkzaamheden een Omgevingsvergunning nodig is, kan alleen door de gemeente worden gemaakt.
- j.
in geval van een rechtspersoon:
- i.
een verklaring dat de aanvrager geen onderneming is die in financiële moeilijkheden verkeert als bedoeld in artikel 2, lid 18, van de AGVV;
- ii.
een verklaring dat de aanvrager geen onderneming is tegen wie een bevel tot terugvordering uitstaat als bedoeld in artikel 1, vierde lid, onder a, van de AGVV
- 4.
Gedeputeerde Staten kunnen nader onderzoek doen naar de aanvraag. Gedeputeerde Staten kunnen bijvoorbeeld bij de aanvrager aanvullende documenten opvragen ter nadere ondersteuning van zijn aanvraag.
Artikel 13 Verdeelsystematiek
- 1.
De subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen.
- 2.
Als een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst.
- 3.
Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.
Artikel 14 Verplichtingen van de subsidieontvanger
- 1.
Het project wordt uitgevoerd overeenkomstig het ingediende projectplan en overeenkomstig het bepaalde in de subsidiebeschikking.
- 2.
Het project wordt binnen anderhalf jaar na subsidievaststelling afgerond.
- 3.
Onvoorziene wijzigingen in het project of projectplan die het detailniveau overstijgen worden direct schriftelijk ter goedkeuring aan Gedeputeerde Staten voorgelegd.
Artikel 15 Subsidievaststelling
- 1.
Subsidies die niet zijn verstrekt met toepassing van de AGVV en LVV als bedoeld in artikel 10 worden direct vastgesteld.
- 2.
Een aanvraag tot subsidievaststelling van subsidies die zijn verstrekt met toepassing van de AGVV en LVV als bedoeld in artikel 10, wordt ingediend uiterlijk 13 weken na voltooiing van de werkzaamheden waarvoor de subsidie is verleend.
- 3.
Bij de aanvraag tot vaststelling van subsidies die zijn verstrekt met toepassing van de AGVV en LVV als bedoeld in artikel 10 is een verklaring inzake werkelijke kosten en opbrengsten vereist. Indien er sprake is van het gecombineerd uitvoeren van regulier onderhoud en aardbevingsschade herstel wordt bij een aanvraag tot vaststelling een document bijgevoegd waaruit blijkt welke schade erkend is als bevingsschade.
Artikel 16 Hardheidsclausule
Gedeputeerde Staten kunnen in bijzondere gevallen, gelet op het belang van een doelgerichte of evenwichtige subsidieverstrekking, bepalingen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing naar hun oordeel leidt tot onbillijke of onevenredige gevolgen.
Artikel 17 Inwerkingtreding
Deze regeling wordt bekendgemaakt in het Provinciaal Blad en treedt in werking op 15 april 2022.
Artikel 18 Intrekking en Overgangsrecht
De subsidieregeling Subsidieregeling SOK provincie Groningen 2021 2.0 wordt met ingang van 15 april 2022 ingetrokken met dien verstande dat de subsidieregeling Subsidieregeling SOK provincie Groningen 2021 2.0 van toepassing blijft op subsidies die voor de datum van inwerkingtreding van deze regeling zijn aangevraagd of verleend, en op daarop betrekking hebbende bezwaar- of beroepschriften.
Artikel 19 Citeerregel
Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling SOK provincie Groningen 2022.