Provinciaal blad van Zuid-Holland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zuid-Holland | Provinciaal blad 2022, 2285 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zuid-Holland | Provinciaal blad 2022, 2285 | ander besluit van algemene strekking |
Openstellingsbesluit subsidie beweegvriendelijke leefomgeving Zuid-Holland 2022
Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;
Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013 en artikel 2.11.2, tweede lid, onderdeel a van de Subsidieregeling groen Zuid-Holland 2016;
Overwegende dat het wenselijk is om, als uitwerking van de Startnotitie Sport en recreatie het sportief en recreatief anders en ongeorganiseerd bewegen in de publiek toegankelijke buitenruimte te stimuleren, gericht op een maximale beweeg- en gezondheidswinst en op het verkleinen van gezondheidsverschillen binnen de bevolking van Zuid-Holland;
Besluiten vast te stellen het volgende besluit:
Openstellingsbesluit subsidie beweegvriendelijke leefomgeving Zuid-Holland 2022
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Naast de gegevens, bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de Asv, gaat een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, in ieder geval vergezeld van:
Gedeputeerde staten stellen het deelplafond voor de periode, genoemd in artikel 5, vast op € 500.000,00.
Indien toepassing van het vierde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt de rangorde van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald voor het criterium, genoemd in het derde lid, onder a, bij een gelijke score gevolgd door het aantal punten behaald voor het criterium, genoemd in het derde lid, onder b, daarna achtereenvolgens voor de criteria, genoemd in het derde lid, onder c, d, e, f en g.
Artikel 10 Subsidiabele kosten
Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:
Artikel 11 Niet-subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 10 lid komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:
Artikel 13 Opschortende voorwaarde
Indien voor de realisatie van de activiteiten een vergunning, in- of toestemming nodig is, dan wordt de subsidie verstrekt onder de opschortende voorwaarde van de verkrijging hiervan.
Artikel 14 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Indien de activiteit wegens onvoorziene omstandigheden de activiteit niet kan worden afgerond binnen de termijn, genoemd in het eerste lid en de subsidieontvanger verlenging van die termijn wenselijk acht, kan hij uiterlijk de dag voor het verstrijken van die termijn schriftelijk een gemotiveerd verzoek indienen bij Gedeputeerde Staten tot verlenging met maximaal 6 maanden.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin dit besluit wordt geplaatst.
Den Haag, datum 15 februari 2022
Gedeputeerde staten van Zuid-Holland
drs. H.M.M. Koek, secretaris
drs. J. Smit, voorzitter
Toelichting behorende bij het Openstellingsbesluit subsidie beweegvriendelijke leefomgeving Zuid-Holland 2022
De startnotitie Sport en Recreatie (https://www.zuid-holland.nl/onderwerpen/landschap/recreatie-vrijetijd/@26559/startnotitie-sport-recreatie-2020/) vormt de basis voor het provinciaal sport- en recreatiebeleid en richt zich op het stimuleren van onze bewoners om in hun vrije tijd meer naar buiten te gaan en te bewegen.
Om meer inzicht te krijgen in de behoefte aan sport en recreatie van onze bewoners is het Behoeftenonderzoek sport en recreatie uitgevoerd, met een speciaal oog voor groepen die ondervertegenwoordigd zijn in deelname hieraan, zodat ook zij hier de vruchten van plukken.
Bij die groepen is ook de grootste gezondheidswinst te boeken. Sport en recreatie zijn daarnaast ook van belang voor ons welzijn (fysiek, sociaal en mentaal).
Het gaat bij recreatie, sport en bewegen ‘om de hoek’ om het creëren van sport- en recreatiemogelijkheden bij voorkeur in of dicht bij de woonomgeving (‘om de hoek’).
II. Artikelsgewijze toelichting
Beweegvriendelijke leefomgeving
Een beweegvriendelijke leefomgeving is rijk aan sportief en recreatief beleefbaar groen en water dat bijdraagt aan de gezondheid.
Sportief en recreatief bewegen
Bij sportief en recreatief bewegen gaat het om het ongeorganiseerd en anders georganiseerd sporten en bewegen in de publieke ruimte.
Met achterblijvende groepen wordt gedoeld op ondervertegenwoordigde groepen in sportief en recreatief bewegen, waarbij deze regeling zich met name richt op bewoners in wijken met een lage Sociaaleconomische status (SES), op kinderen in armoede, mensen met een beperking en op ouderen.
Artikel 2 Subsidiabele activiteiten en prestaties en artikel 4 Subsidievereisten
Subsidie is bedoeld voor het bevorderen van sportief en recreatief ongeorganiseerd en anders georganiseerd bewegen in de publiek toegankelijke buitenruimte.
Deze subsidie is bedoeld voor ingrepen in de fysieke leefomgeving in en dicht bij de woonomgeving, in die buurten die het minst beweegvriendelijk zijn en waar het minst wordt bewogen en met name gericht op achterblijvende groepen.
De subsidie is niet bedoeld voor activiteiten ter bevordering van georganiseerd bewegen, zoals in verenigingsverband. Ook is de subsidie niet bedoeld voor activiteiten voor exploitatie of beheer.
Subsidie kan aangevraagd worden door rechtspersonen. Gedacht kan worden aan gemeenten, Terrein Beherende Organisaties (TBO’s), buurt- en wijkverenigingen etc. Voorstellen dienen vanuit de doelgroep afgestemd te zijn met en goedgekeurd door de eigenaar van de publiek toegankelijke buitenruimte.
Deze regeling is gericht op het meer laten sporten en bewegen van mensen, met name van achterblijvende groepen die ondergemiddeld bewegen en op locaties en buurten waar de beweegarmoede groot is aan de hand van de beweegrichtlijn van het RIVM, zie https://www.rivm.nl/media/smap/richtlijnbewegen.html#:~:text=Doe%20minstens%20150%20minuten%20per,voor%20ouderen%20gecombineerd%20met%20balansoefeningen.
De kaart met gegevens tot op buurtniveau kan ook worden gevonden via het invoeren van de zoekterm: ‘Voldoen aan de Beweegrichtlijnen gemeente, wijk en buurt (rivm.nl)‘.
Een subsidieaanvraag dient een omschrijving te bevatten van de verwachte bijdrage op buurtniveau waar het aanbrengen dan wel verbeteren van de fysieke leefomgeving het bewegen en de gezondheid aantoonbaar zal bevorderen. De subsidie is niet bedoeld voor onderhoud aan bestaande en/of nieuwe voorzieningen.
De rangschikking van activiteiten als bedoeld in artikel 2, eerste lid, vindt plaats op grond van de beoordelingscriteria, bedoeld het derde lid. De criteria worden als volgt beoordeeld.
Criterium a: Bereik achterblijvende groepen (weegfactor 2)
De mate waarin de activiteit aantoonbaar gericht is op en in sportief en recreatief bewegen achterblijvende groepen bereikt
Toelichting: met dit criterium wordt bedoeld de mate waarin binnen de gehele bevolking vooral die groepen worden bereikt die het minst sportief en recreatief bewegen en die door meer te bewegen de meeste gezondheidswinst boeken, De beoordeling is gericht op het bereik van in bewegen achterblijvende groepen:
5 punten: zeer hoog (voor 80% tot 100% gericht op het bereik van achterblijvende groepen)
4 punten: hoog (voor 60% tot 80% gericht op het bereik van achterblijvende groepen)
3 punten: middelhoog (voor 40% tot 60% gericht op het bereik van achterblijvende groepen)
2 punten: laag (voor 20% tot 40% gericht op het bereik van achterblijvende groepen)
1 punt: zeer laag (voor 0 tot 20% gericht op het bereik van achterblijvende groepen)
Criterium b: Beweegarmoede (weegfactor 2)
De mate waarop de activiteit is gericht op locaties en buurten waar de beweegarmoede het grootst is
Toelichting: zoals bedoeld in artikel 9, derde lid, en aan de hand van de beweegrichtlijn volgens
Voldoen aan de Beweegrichtlijnen gemeente, wijk en buurt (rivm.nl) , URL: https://www.rivm.nl/media/smap/richtlijnbewegen.html#:~:text=Doe%20minstens%20150%20minuten%20per,voor%20ouderen%20gecombineerd%20met%20balansoefeningen. De kaart met gegevens tot op buurtniveau kan worden gevonden via het invoeren van de zoekterm: ‘Voldoen aan de Beweegrichtlijnen gemeente, wijk en buurt (rivm.nl)‘.
5 punten: zeer hoog (<41% buurtbewoners dat voldoet aan de beweegrichtlijn)
4 punten: hoog (41-46% buurtbewoners dat voldoet aan de beweegrichtlijn)
3 punten: middelhoog( 46-50% buurtbewoners dat voldoet aan de beweegrichtlijn)
2 punten: laag (50: 54% buurtbewoners dat voldoet aan de beweegrichtlijn)
1 punt: zeer laag (>54% buurtbewoners dat voldoet aan de beweegrichtlijn)
Criterium c: Beweegvriendelijkheid omgeving (weegfactor 2)
De mate waarin de activiteit gericht is op locaties waar de beweegvriendelijkheid het laagst is.
Toelichting: zoals bedoeld in artikel 9, derde lid. De beweegvriendelijkheid wordt bepaald aan de hand van de Kernindicator beweegvriendelijke omgeving 2021, URL: https://www.atlasleefomgeving.nl/kernindicator-beweegvriendelijke-omgeving-2021-0, waarbij op de Kaart (URL: https://www.atlasleefomgeving.nl/kaarten?config=3ef897de-127f-471a-959b-93b7597de188&activateOnStart=layercollection&gm-x=150000&gm-y=460000&gm-z=3&gm-b=1544180834512,true,1;1632299703157,true,0.7&activeTools=layercollection,search,info,bookmark,measure,draw,koeltorens) tot op buurtniveau kan worden ingezoomd.
Criterium d: Publieksbereik (weegfactor 2)
De mate waarin een zo groot mogelijk deel van de inwoners profiteert van de op sportief en recreatief bewegen gerichte activiteit.
Toelichting: met dit criterium wordt de inclusiviteit bedoeld. De beoordeling is gericht op brede deelname van de bevolking aan het sportief en recreatief bewegen, waar aspecten als bereikbaar, toegankelijk en aantrekkelijk een rol spelen:
5 punten: zeer hoog (voor 80% tot 100% gericht op brede deelname van de bevolking)
4 punten: hoog (voor 60% tot 80% gericht op brede deelname van de bevolking)
3 punten: middelhoog (voor 40% tot 60% gericht op brede deelname van de bevolking)
2 punten: laag (voor 20% tot 40% gericht op brede deelname van de bevolking)
1 punt: zeer laag (voor 0 tot 20% gericht op brede deelname van de bevolking)
Criterium e: Vraagsturing (weegfactor 2)
De mate waarin de activiteit aansluit op en voortkomt uit de behoeften van de bewoners.
Toelichting: dit wordt zichtbaar door de mate waarin zij, zo mogelijk via intermediairs, betrokken zijn bij de aanvraag en realisatie en deze aanvraag aansluit bij hun behoeften aan sportief en recreatief bewegen (bij voorkeur van en voor de bewoners).
5 punten: zeer hoog (voor 80% tot 100% aansluiting en / of betrokkenheid)
4 punten: hoog (voor 60% tot 80% aansluiting en / of betrokkenheid)
3 punten: middel hoog (voor 40% tot 60% aansluiting en / of betrokkenheid)
2 punten: laag (voor 20% tot 40% aansluiting en / of betrokkenheid)
1 punt: zeer laag (voor 0% tot 20% aansluiting en / of betrokkenheid)
Criterium f: Samenwerking (weegfactor 1)
De mate waarin ontwerp, ontwikkeling en /of realisatie van de activiteit tot stand komt in samenwerking met andere partijen.
Toelichting: met dit criterium wordt bedoeld de mate waarin het project is gericht op samenwerking met andere organisaties (voor, tijdens en na realisatie)
5 punten: zeer veel (voor 80% tot 100% gebaseerd op samenwerking)
4 punten: veel (voor 60% tot 80% gebaseerd op samenwerking)
3 punten: middelhoog (voor 40% tot 60% gebaseerd op samenwerking)
2 punten: laag (voor 20% tot 40% gebaseerd op samenwerking)
1 punt: zeer laag (voor 0% tot 20% gebaseerd op samenwerking)
Criterium g: Kennisdeling (weegfactor 1)
De mate waarbij kennisdeling plaats vindt voor, tijdens en na de aanvraag en realisatie.
Toelichting: met dit criterium willen we bereiken dat succesvolle projecten herhaald, gedeeld en/of door derden overgenomen kunnen worden (‘voorbeeldwerking).
5 punten: zeer veel (van 80% tot 100% van de tijd voor, tijdens en na aanvraag en realisatie vindt kennisdeling plaats)
4 punten: veel (van 60% tot 80% van de tijd voor, tijdens en na aanvraag en realisatie vindt kennisdeling plaats)
3 punten: middelmatig (van 40% tot 60% van de tijd voor, tijdens en na aanvraag en realisatie vindt kennisdeling plaats)
2 punten: laag (van 20% tot 40% van de tijd voor, tijdens en na aanvraag en realisatie vindt kennisdeling plaats)
1 punt: zeer laag (van 0% tot 20% van de tijd voor, tijdens en na aanvraag en realisatie vindt kennisdeling plaats)
Bij overvraging van de regeling en gelijke score van aanvragen zal allereerst gekeken worden of er een nadere volgorde kan worden bepaald binnen de aanvragen door naar elk onderdeel te kijken van de score. Er wordt begonnen bij criterium a. Bij twee of meer aanvragen met dezelfde totaalscore, gaat de aanvraag met een hogere score op onderdeel a voor op de andere aanvragen. Is de score op onderdeel a gelijk, dan wordt gekeken naar de score op onderdeel b. Is deze score op dit onderdeel wederom hetzelfde, dan wordt gekeken naar onderdeel c. Dit gaat zo verder tot en met onderdeel g. Indien blijkt dat de score op alle onderdelen aan elkaar gelijk is en daarmee dus geen nadere rangvolgorde is aan te brengen tussen de aanvragen met dezelfde totaalscore, dan zal bij de verstrekking van subsidie een keuze worden gemaakt op basis van:
De aanvraag met de meeste diversiteit en spreiding gaat dan voor.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2022-2285.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.