Provinciaal blad van Zuid-Holland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zuid-Holland | Provinciaal blad 2022, 14189 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zuid-Holland | Provinciaal blad 2022, 14189 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Besluit van gedeputeerde staten van 15 november 2022, PZH-2022-817855473 (DOS-2022-0006162) tot wijziging van de Subsidieregeling restauratie rijksmonumenten Zuid-Holland 2013 (Wijzigingsbesluit Subsidieregeling restauratie rijksmonumenten Zuid-Holland 2013)
Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;
Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;
Overwegende dat het wenselijk is om de Subsidieregeling restauratie rijksmonumenten Zuid-Holland 2013 aan te passen om groot onderhoud van daken van de categorie agrarisch erfgoed te bevorderen;
Overwegende dat de te subsidiëren onderhoudsactiviteiten in overeenstemming zijn met het Monumentenkader, zoals kennisgegeven onder steunmaatregel SA.101899;
De Subsidieregeling restauratie rijksmonumenten Zuid-Holland 2013 wordt als volgt gewijzigd:
In deze regeling wordt verstaan onder:
inspectierapport: rapport dat de technische of fysieke staat van een rijksmonument of zelfstandig onderdeel beschrijft, en dat is opgesteld door een ter zake deskundige persoon of instantie, zoals de Monumentenwacht Zuid-Holland. Daarnaast bevat een inspectierapport adviezen over de uit te voeren werkzaamheden in volgorde van urgentie en over de termijn van aanpak;
In artikel 6, onder e, wordt “na verstrekt” toegevoegd “met uitzondering van aanvragen die betrekking hebben op klinkend erfgoed”.
Artikel 8, eerste lid, komt te luiden:
Artikel 10, tweede lid, onder d, komt te luiden:
In artikel 12, eerste lid, vervallen de onderdelen a en b, onder verlettering van de onderdelen c tot en met e tot a tot en met c.
Artikel 14, tweede lid, komt te luiden:
Het voorschot wordt op basis van prestaties, besteding en liquiditeitsbehoefte in termijnen uitgekeerd, waarvan de hoogte en tijdstippen worden bepaald nadat de subsidieontvanger een aanvraag om bevoorschotting heeft ingediend waarin de datum van het begin van de werkzaamheden is opgenomen.
Artikel 18, onderdeel a, vervalt, onder verlettering van de onderdelen b tot en met g tot a tot en met f.
Artikel 23, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
criterium c; ten hoogste 10 punten
openstelling van een rijksmonument of een zelfstandig onderdeel hiervan gedurende minimaal 30 – 99 dagen per jaar: 4 punten;
openstelling van een rijksmonument of een zelfstandig onderdeel hiervan gedurende minimaal 100 - 299 dagen per jaar: 7 punten;
openstelling van een rijksmonument of een zelfstandig onderdeel hiervan gedurende 300 en meer dagen per jaar: 10 punten.
criterium e; ten hoogste 3 punten
indien in de aanvraag wordt aangetoond dat er leerlingwerkplaatsen worden gecreëerd en na controle bij Restauratie Opleidings Projecten blijkt dat deze zijn aangemeld: 3 punten;
indien in de aanvraag wordt aangegeven dat er leerlingwerkplaatsen worden gecreëerd en na controle bij Restauratie Opleidings Projecten blijkt dat deze niet zijn aangemeld: 1 punt;
indien er geen leerlingwerkplaatsen worden gecreëerd: 0 punten.
Onder vernummering van de paragrafen 4 en 5 tot 5 en 6 en onder vernummering van de artikelen 28 tot en met 44 tot 41 tot en met 56 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
Paragraaf 4 Groot onderhoud daken agrarische rijksmonumenten
Artikel 28 Subsidiabele activiteiten en prestatie
Subsidie als bedoeld in artikel 28 wordt uitsluitend verstrekt aan de eigenaar van een rijksmonument.
In afwijking van artikel 26, eerste lid, van de Asv kan een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 28, worden ingediend vanaf 1 februari tot en met 31 augustus.
Een aanvraag voor subsidie gaat vergezeld van het aanvraagformulier met daarin verplichte bijlagen waaronder:
In aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv wordt subsidie als bedoeld in artikel 28 geweigerd:
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 28 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Artikel 34 Subsidiabele kosten
Artikel 35 Niet-subsidiabele kosten
De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:
Artikel 38 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Artikel 39 Prestatieverantwoording
In afwijking van artikel 23 van de Asv gaat op grond van de Steunmaatregel SA.101899 de aanvraag tot subsidievaststelling naast het activiteitenverslag, ongeacht de hoogte van het verleende subsidiebedrag, vergezeld van een financieel verslag. Tevens toont de subsidieontvanger bij de aanvraag tot subsidievaststelling aan dat de activiteiten zijn verricht door middel van actuele kleurenfoto’s van voldoende kwaliteit.
Artikel 40 Bevoorschotting en betaling
In de artikelen 42 tot en met 44 (nieuw) wordt “artikel 28” vervangen door “artikel 41”.
Den Haag, 15 november 2022
Gedeputeerde staten van Zuid-Holland
ir. J.C. van Ginkel MCM, waarnemend secretaris
drs. J. Smit, voorzitter
Toelichting behorende bij het Wijzigingsbesluit Subsidieregeling restauratie rijksmonumenten Zuid-Holland 2013
De kern van het erfgoedbeleid van Zuid-Holland is het beschermen, beleven en benutten van erfgoed. Onderdeel hiervan is het restaureren en herbestemmen van rijksmonumenten. Om te bepalen welke opgave de provincie heeft op het gebied van rijksmonumenten, wordt jaarlijks de Erfgoedmonitor uitgevoerd. Uit het rapport Erfgoedmonitor Zuid-Holland 2020 blijkt dat 12,8 % van de rijksmonumenten in Zuid-Holland een matige of slechte staat van onderhoud hebben. Dit betreft de restauratieachterstand. Uitschieter hierin, met 20,7% matige of slechte staat, is het agrarisch erfgoed, zoals boerderijen met hun bijgebouwen, of bollenschuren. Dit is veel meer dan de afgesproken ondergrens van 10% die de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed hanteert. Daarnaast is bij het agrarisch erfgoed ook relatief vaak sprake van leegstand of dreigende leegstand.
Voor restauratie van rijksmonumenten kennen we paragraaf 2 van deze regeling. Hiervoor kunnen alle categorieën erfgoed in aanmerking komen, mits zij niet als woonhuis zijn geregistreerd in het rijksmonumentenregister. Ook boerderijen komen voor dit onderdeel van deze regeling in aanmerking, ook als ze inmiddels volledig als woonhuis worden gebruikt.
Daken zijn een cruciaal onderdeel van een rijksmonument en dienen om het object te beschermen tegen weersinvloeden. Het wind- en waterdicht houden van een monument voorkomt vervolgschade en dient daarom prioritiet te krijgen bij de instandhouding. De kosten van groot onderhoud van een dak van een agrarisch rijksmonument zijn echter in veel gevallen te laag om te voldoen aan de ondergrens aan projectkosten die is gesteld in paragraaf 2 van deze regeling. Hierdoor valt groot onderhoud van zo'n dak vaak buiten deze subsidieregeling. Daarnaast is agrarisch erfgoed in vergelijking met andere categorieën erfgoed vaker in handen van particuliere eigenaren, die meer moeite hebben met aanvragen van subsidie via deze subsidieregeling.
Op basis van bovengenoemde constateringen is besloten om een laagdrempelige vorm van subsidie te ontwikkelen voor eigenaren van agrarische rijksmonumenten gericht op het groot onderhoud van daken met onderliggende constructie, ongeacht de soort dakbedekking.
Agrarische rijksmonumenten met een restauratieopgave die meer dan € 100.000 aan subsidiabele restauratiekosten bedraagt, of waarbij meer werkzaamheden noodzakelijk zijn dan enkel groot onderhoud aan het dak, kunnen een aanvraag indienen op grond van paragraaf 2 van deze regeling.
De nieuwe paragraaf 4 is in overeenstemming met Steunmaatregel SA.101899 voor het herstel van (rijks)monumenten. Door deze steunmaatregel zijn de vereenvoudigde arrangementen zoals genoemd in artikel 17 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013 (Asv) en de bijbehorende wijze van verantwoording zoals genoemd in artikel 24 van de Asv niet van toepassing. Er moet altijd een financiële verantwoording ingediend worden die naast het inhoudelijke verslag dient als basis voor de subsidievaststelling.
Naast het invoegen van een nieuwe paragraaf 4 is er van de gelegenheid gebruik gemaakt om een aantal verbeterpunten door te voeren in de paragrafen 1 tot en met 3.
Onder de begripsomschrijving van boerderij valt het hoofdgebouw, alsmede aangebouwde of vrijstaande (bij)gebouwen zoals (bollen)schuren, zomerhuizen en karnhuizen. Ook het woonhuisgedeelte van de boerderij valt onder de begripsomschrijving van boerderij. Daarbij maakt het niet uit of het vrij staat of dat het één geheel vormt met het bedrijfsgedeelte. De huidige functie doet bij boerderijen niet ter zake.
Het Rijksmonumentregister is te vinden via de website van de Rijksdienst van Cultureel Erfgoed via: Rijksmonumentenregister | Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Bij de Rijksdienst kan opgevraagd worden of een bijgebouw bij een rijksmonument eveneens valt onder de bescherming, via de knop Vragen over dit monument?, of via infodesk@cultureelerfgoed.nl.
Het Rijk heeft besloten om pastorieën en kosterswoningen op te nemen in de Subsidieregeling instandhouding monumenten (Sim). Voorheen werd dit door het Rijk gezien als een specifieke categorie bestaande uit panden die gebouwd waren als woning en daardoor geen subsidie konden aanvragen bij de Sim en daarmee ook niet bij deze regeling. Ons beleid is om het beleid van het Rijk te volgen zodat ook een aanvraag voor deze panden binnen deze subsidieregeling voor genoemde categorie mogelijk wordt. Om die reden is de begripsomschrijving van woonhuis aangepast.
In de Subsidieregeling restauratie klinkend erfgoed van het Rijk is opgenomen dat stapeling van subsidies van onder andere provincies, specifiek ten behoeve van de restauratie van monumentale orgels is toegestaan. Dit artikel is hierop dan ook aangepast zodat eigenaren van klinkend erfgoed die vanuit de Rijksregeling subsidie hebben ontvangen ook subsidie bij de provincie kunnen aanvragen en ontvangen.
In artikel 12 is de verplichting om de restauratiewerkzaamheden te starten binnen 3 maanden na bekendmaking van de beschikking tot subsidieverlening vervallen. Om de wijze van bevoorschotting aan te laten sluiten op de startdatum van de restauratiewerkzaamheden is artikel 14, tweede lid, gewijzigd en worden de hoogte en tijdstippen van het voorschot pas bepaald nadat de subsidieontvanger een aanvraag om bevoorschotting heeft ingediend waarin de datum van het begin van de werkzaamheden is opgenomen. Hierdoor kan er wat betreft de uitbetaling van de voorschotten beter aangesloten worden op de uitvoering van de restauratiewerkzaamheden.
Artikel 28 Subsidiabele activiteiten en prestatie
De subsidiabele activiteiten voor meerdere daken of dakvlakken van het hoofdgebouw en/of bijgebouwen vallend onder hetzelfde monumentnummer dan wel hetzelfde complexnummer, kunnen worden gecombineerd in één aanvraag.
Het gebruik van de vereiste materialen en uitvoering van de noodzakelijke werkzaamheden dient te blijken uit de ingediende uitgewerkte offerte. Ook dient het gerekende uurloon vermeld te staan op de offerte.
Er kan geen subsidie worden aangevraagd voor aanschaf en plaatsen van isolatiemateriaal, folies of beplating als onderdeel van een schroefdak. Indien deze activiteiten plaatsvinden als onderdeel van een aanvraag dan moet in de offerte duidelijk onderscheid gemaakt worden tussen de herstelwerkzaamheden, bedoeld in artikel 28, eerste lid, en alle kosten gerelateerd aan het isoleren van het dak of het aanbrengen van folie.
Per eigenaar kan maximaal één subsidie per jaar worden verstrekt. Per zelfstandig onderdeel van een rijksmonument kan maximaal één subsidie per jaar worden verstrekt.
Indien de eigenaar een dakbedekking in goede staat tijdelijk verwijdert en weer aanbrengt ten behoeve van het plaatsen van isolatiemateriaal, of voor het plaatsen van zonnepanelen, kan hiervoor geen subsidie worden aangevraagd.
Het groot onderhoud aan het dak dient sober en doelmatig te worden uitgevoerd waarbij zoveel als mogelijk behouden wordt en slechts dat vervangen wordt wat echt vervangen moet worden omdat dit aan het einde van de levensduur is.
Monumenten zijn bij wet beschermd. Subsidiabele activiteiten op grond van onderhavige regeling mogen niet worden gestart voordat er voor vergunningplichtige activiteiten een omgevingsvergunning verleend is. De eigenaar dient zelf na te vragen bij het bevoegd gezag of voor de desbetreffende werkzaamheden een omgevingsvergunning nodig is. Indien soort materialen en wijze van uitvoering niet wijzigen is meestal geen omgevingsvergunning nodig, dit kan echter per gemeente verschillend zijn.
Artikel 34 Subsidiabele kosten
Subsidiabel zijn het materiaal en de werkzaamheden voor het herstel of vernieuwen van de dakbedekking welke historisch gezien aanwezig was. Deze werkzaamheden omvatten mede het eventueel verwijderen van niet-traditionele dakbedekking (bijvoorbeeld golfplaten) en versleten rietlagen, alsmede het (tijdelijk) verwijderen van dakpannen. Subsidiabel is tevens het terugplaatsen van uitkomende dakpannen dan wel indien nodig aanvullen met nieuwe dakpannen naar oorspronkelijk model, inclusief panhaken, nok- en kepervorsten. Onder deze kosten vallen ook de sloopkosten van het verwijderen van het te herstellen deel van het dak. Afkomend materiaal dient zoveel mogelijk te worden hergebruikt.
Loodslabben en –loketten direct aansluitend aan het herstelde dakvlak zijn ook subsidiabel, zoals onderaan het dak of rond een schoorsteen.
Artikel 35 Niet subsidiabele kosten
Aanschaf en aanbrengen van isolatie en folie is niet subsidiabel. Indien isolatie wordt aangebracht dient dit in de offerte gespecificeerd te worden weergegeven. Ook bij aanbrengen van een schroefdak is de beplating niet subsidiabel en dient dit herkenbaar te zijn in de offerte.
Niet subsidiabel zijn gootconstructies en gootbekleding.
De maximale subsidiehoogte is €50.000. Hiervoor moet na de beoordeling van de ingediende begroting sprake zijn van minimaal €100.000 aan subsidiabele kosten.
De ondergrens van een subsidieverlening is €10.000, om kleinere aanvragen mogelijk te maken maar ook een zekere doelmatigheid te behouden. Dit betekent dat er na de beoordeling van de ingediende begroting sprake moet zijn van minimaal €20.000 aan subsidiabele kosten.
Er is gekozen voor de behandeling van volledige aanvragen op volgorde van binnenkomst zodat aanvragers gelijke kansen hebben op subsidie tot het plafond is bereikt. Dit is anders dan bij de paragrafen 2 en 3 van deze regeling, waar is gekozen voor een tender met een rangschikking.
Artikel 39 Prestatieverantwoording
Omdat deze subsidies staatssteun betreffen en om die reden op grond van Steunmaatregel SA.101899 worden verstrekt, wordt er afgeweken van de Asv ten aanzien van de verantwoordings-arrangementen zoals verwoord in artikel 17 van de Asv. Vaststelling van deze subsidies geschiedt op basis van daadwerkelijk gemaakte subsidiabele kosten.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2022-14189.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.