Artikel I
De Subsidieregeling mobiliteit Zuid-Holland wordt als volgt gewijzigd:
A.
In artikel 2.3 wordt in de begripsomschrijving van safety perfomance indicators “perfomance” vervangen door “performance”.
B.
In artikel 2.8, tweede lid, wordt na “2.3.2” ingevoegd “2.3.3,”.
C.
Artikel 2.6, eerste lid, komt te luiden:
- 1.
Voor subsidie als bedoeld in artikel 2.4, eerste lid, komen infrastructurele projecten in aanmerking die in de Gebiedsagenda Mobiliteit en in het Programma Zuid-Hollandse Infrastructuur zijn opgenomen waarvan:
- a.
de activiteiten in het aangegeven uitvoeringsjaar daadwerkelijk kunnen beginnen; en
- b.
de totale projectkosten van infrastructurele projecten meer dan € 200.000,00 bedragen, met uitzondering van projecten die gericht zijn op het verbeteren van het openbaar vervoer of die in de Gebiedsagenda Mobiliteit zijn opgenomen onder de categorie Duurzaam Veilig-projecten.
D.
Onder vernummering van de artikelen 4.2 en 4.3 tot 4.3 en 4.4 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 4.2 Intrekking
De Subsidieregeling mobiliteit Zuid-Holland 2017 wordt ingetrokken.
Artikel II
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin dit besluit wordt geplaatst.
Toelichting
Artikelen 2.3 Begripsbepalingen en 2.8 Subsidiehoogte
In artikel 2.3 wordt een redactionele wijziging doorgevoerd en in artikel 2.8 is abusievelijk vergeten om in het tweede lid ook te verwijzen naar paragraaf 2.3.3. Met deze wijziging wordt dat hersteld.
Artikel 2.6 Subsidievereisten
Op grond van het eerste lid is het essentieel dat projecten zijn opgenomen in de regionale Gebiedsagenda Mobiliteit en in het Programma Zuid-Hollandse Infrastructuur. Een infrastructureel project kan worden opgenomen als het gereed is voor uitvoering in het daar opvolgende jaar. Of als een project naar verwachting gereed is binnen drie jaar kan het in het meerjarenprogramma worden vermeld.
Abusievelijk wordt in de toelichting bij artikel 2.6 van deze subsidieregeling zoals die is vastgesteld op 5 juli 2022 nog gesproken over vrijvalprojecten, maar bedoeld wordt projecten waarvoor eerder subsidie is verstrekt op grond van de Uitvoeringsregeling Brede Doeluitkering Verkeer en Vervoer, de Uitvoeringsregeling brede doeluitkering verkeer en vervoer Zuid-Holland 2012 of de Uitvoeringsregeling brede doeluitkering verkeer en vervoer Zuid-Holland 2013, waarbij de realisatie (deels) niet heeft plaatsgevonden en waardoor BDU-middelen kunnen vrijvallen. Om versnelde inzet van vrijvallende BDU-middelen te bevorderen kunnen deze middelen worden toegevoegd aan uitvoeringsgerede projecten van de regionale Gebiedsagenda Mobiliteit.
In het eerste lid, onder b, is bepaald dat de ondergrens voor provinciale subsidies aan infrastructurele projecten € 200.000,00 blijft, zoals dat ook was bepaald in de Subsidieregeling mobiliteit Zuid-Holland 2017. Daarmee borgt de provincie de effectiviteit van subsidies en wordt versnippering van gelden en vergroten van administratieve lasten verminderd. Projecten die gericht zijn op het verbeteren van het openbaar vervoer en Duurzaam Veilig-projecten zijn hiervan uitgezonderd.
Artikel 4.2 (nieuw) Intrekking
Abusievelijk is bij de vaststelling van de nieuwe Subsidieregeling mobiliteit Zuid-Holland vergeten om de oude regeling in te trekken. Dit artikel herstelt deze omissie.