Verkeersbesluit N206 – afrit A44

PZH-2021-783794882 / DOS-2021-0005464

Inleiding

De provincie Zuid-Holland (PZH) werkt samen met het Rijk en de omliggende gemeentes aan de RijnlandRoute, een verbetering van de Oost-Westverbinding tussen de A4 en Katwijk.

De RijnlandRoute (RLR) kent drie hoofddoelen, te weten:

• Het realiseren van een betere oost-westverbinding voor het autoverkeer;

• Verbeteren van de leefbaarheid in de regio Holland Rijnland (en aangrenzende gemeenten);

• Het mogelijk maken van ruimtelijk-economische ontwikkelingen in deze regio.

 

Onderdeel van de RijnlandRoute is de herinrichting van de aansluiting Leiden-West, gelegen tussen de kilometers 15,0 en 15,6 op de N206. Sinds 2019 is in verband met de werkzaamheden sprake geweest van een tijdelijke situatie bij deze aansluiting. De aansluiting Leiden-West verandert in de definitieve situatie. Hier komt verkeer van en naar verschillende richtingen samen: Amsterdam, Den Haag, Katwijk en Leiden. Door de nieuwe (definitieve) inrichting worden verkeersstromen zoveel mogelijk van elkaar gescheiden en kan het verkeer beter doorstromen. Dat komt mede doordat er meer (vrije) rechtsafbewegingen bij komen en linksafbewegingen vervallen. Verkeer kruist elkaar daardoor een stuk minder. Deze maatregelen dragen bij een aan goede en veilige verkeersafwikkeling. Voor de bijbehorende verkeersmaatregelen is een verkeersbesluit verplicht.

 

Bevoegdheid

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben de bevoegdheid om op grond van artikel 18, eerste lid, sub b van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: “WVW”) en artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (hierna: “BABW”) verkeersbesluiten te nemen voor wegen die bij haar in beheer zijn. Krachtens het ambtelijk mandaatbesluit voor de provinciale organisatie 2021, is deze bevoegdheid door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland gemandateerd aan het hoofd van de eenheid Advies Beheer Assets.

 

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Krachtens artikel 15, eerste lid, van de WVW dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het BABW inzake het wegverkeer opgenomen verkeerstekens, evenals voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Daarnaast moet een verkeersbesluit worden genomen krachtens artikel 15, tweede lid, van de WVW voor maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken.

 

Motivering

Uit het oogpunt van (zoals genoemd in artikel 2 lid 1 van de WVW):

  • het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • het beschermen van weggebruikers en passagiers;

  • het instandhouden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

  • het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;

is het gewenst om de N206 (plaatselijk bekend als Plesmanlaan / Ir. G. Tjalmaweg) ter hoogte van de kruisingen met de op- en afritten van rijksweg A44 alsmede de kruising met de Oude Rhijnhofweg / Willem Einthovenstraat aan te passen.

 

Belangenafweging

Het onderhavige gedeelte van de N206 kent een duidelijke verkeersfunctie. Het betreft immers de aansluiting tussen een rijksweg en een provincialeweg met zowel een regionale functie als een functie voor de directe ontsluiting van Leiden en het (in zowel Leiden als Oegstgeest gelegen) Bio Science Park.

Eén van de maatregelen betreft het beperken van het aantal linksafslaande bewegingen. Het beperken van het aantal linksafslaande bewegingen zorgt ervoor dat de aanwezige verkeerslichten het verkeersaanbod op de kruisingsvlakken efficiënter kunnen verwerken. Hierdoor zullen de doorstroming en bruikbaarheid van de weg verbeteren, en wordt de vrijheid van het verkeer gewaarborgd. Verkeer dat vanaf één van de afritten van rijksweg A44 komt, kan daarbij alleen rechtsaf de N206 op rijden. Door het splitsen van de afritten blijven wel alle bestemmingen hiervandaan bereikbaar. Slechts het keuzepunt komt eerder te liggen. Ook voor verkeer van en naar zowel de Oude Rhijnhofweg als de Willem Einthovenstraat ontbreken de linksafslaande bewegingen. Deze wegen zijn echter onderling verbonden via de Rhijnhofweg die ongelijkvloers de N206 kruist. Daarmee is het voor de bestemmingen aan deze wegen en de achterliggende gebieden mogelijk alle bewegingen van en naar de N206 (en daarmee ook van / naar de A44) te maken. De verbetering in de bereikbaarheid van zowel de Rhijnhofweg als het Bio Science Park West die al eerder in de fasering van de werkzaamheden is geïntroduceerd, blijft hierbij gehandhaafd.

Als alternatief voor het voormalige transferium zijn in het nieuwe wegontwerp bushaltes langs de N206 opgenomen. Deze zijn gesitueerd ten westen van de aansluiting N206 - Oude Rhijnhofweg / Willem Einthovenstraat. (Brom-)fietsers en voetgangers die de bushaltes willen bereiken kunnen gebruik maken van de Rhijnhofweg om de N206 ongelijkvloers te kruisen.

De te realiseren situatie bestaat uit een drietal kort op elkaar gelegen kruisingen, elk met hoge verkeersintensiteiten. Dit heeft als gevolg dat er een verkeerssituatie ontstaat met meerdere elkaar opvolgende opstelvakken, mogelijke weefbewegingen en kruisingsvlakken. Gezien de bovengemiddelde complexiteit van de verkeerssituatie, wat als een gevarenpunt gezien kan worden, is het daarbij ten behoeve van de verkeersveiligheid gewenst om een snelheidsbeperking tot 50 km/h in te stellen. Dit is in overeenstemming met de uitvoeringsvoorschriften BABW. Alles tegen elkaar afgewogen, zijn de te nemen maatregelen dus in ieders belang.

 

Overleg

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is er overleg gepleegd met de korpschef. Deze heeft ingestemd met de maatregelen.

 

Besluit

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, gelet op het voorgaande, besluiten:

  • 1.

    Alle eerder genomen verkeersbesluiten in te trekken die strijdig of gelijk zijn met de hieronder beschreven verkeersmaatregelen die betrekking hebben op het instellen c.q. aanwijzen van verkeersmaatregelen aan desbetreffende wegen of weggedeelten opgenomen in dit besluit;

  • 2.

    Voor het in de gemeente Leiden buiten de bebouwde kom gelegen kruispunt N206 – afrit A44 oost (t.h.v. hectometer 15,0) de volgende verkeersmaatregelen vast te stellen overeenkomstig bijgaande tekening met tekeningnummer T_3.0.13.2.1_UO_FAS_19225:

    • a.

      Door plaatsing van borden A1-50 uit bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (hierna te noemen: ‘’RVV’’) een snelheidsbeperking van 50 km/h in te stellen;

    • b.

      Door plaatsing van borden B6 uit bijlage I van het RVV en het aanbrengen van haaientanden op het wegdek de voorrangsregeling op het kruispunt aan te duiden;

    • c.

      Door plaatsing van borden D2 uit bijlage I van het RVV op de middengeleiders van de toeleidende wegen van het kruispunt, alle weggebruikers te verplichten het bord voorbij te gaan aan de rechterzijde;

    • d.

      Door plaatsing van bord D3 uit bijlage I van het RVV op de middengeleiders van alle toeleidende wegen van het kruispunt, alle weggebruikers te verplichten het bord voorbij te gaan aan de rechterzijde of linkerzijde.

  • 3.

    Voor het in de gemeente Leiden buiten de bebouwde kom gelegen gedeelte van de provinciale weg N206 tussen het kruispunt N206 – afrit A44 oost (hmp 15,0) en het kruispunt N206 – afrit A44 west (hmp 15,3) de volgende verkeersmaatregelen vast te stellen overeenkomstig bijgaande tekening met tekeningnummer T_3.0.13.2.1_UO_FAS_19225:

    • a.

      Door plaatsing van borden A1-50 uit bijlage I van het RVV een snelheidsbeperking van 50 km/h in te stellen;

    • b.

      Door plaatsing van borden B1 uit bijlage I van het RVV de hoofdrijbaan van de N206 aan te wijzen als voorrangsweg buiten de bebouwde kom;

    • c.

      Door plaatsing van borden C9 uit bijlage I van het RVV de hoofdrijbaan van de N206 gesloten te verklaren voor ruiters, vee, wagens, motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/h en brommobielen alsmede fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen;

    • d.

      Door het plaatsen van bord F13 en het aanbrengen van de tekst LIJN BUS op de busbaan in de richting van Leiden, de busbaan exclusief te maken voor lijnbussen.

  • 4.

    Voor het in de gemeente Leiden buiten de bebouwde kom gelegen kruispunt N206 – afrit A44 west (t.h.v. hectometer 15,3) de volgende verkeersmaatregelen vast te stellen overeenkomstig bijgaande tekening met tekeningnummer T_3.0.13.2.1_UO_FAS_19225:

    • a.

      Door plaatsing van borden A1-50 uit bijlage I van het RVV een snelheidsbeperking van 50 km/h in te stellen;

    • b.

      Door plaatsing van borden B6 uit bijlage I van het RVV en het aanbrengen van haaientanden op het wegdek de voorrangsregeling op het kruispunt aan te duiden;

    • c.

      Door plaatsing van borden D2 uit bijlage I van het RVV op de middengeleiders van de toeleidende wegen van het kruispunt, alle weggebruikers te verplichten het bord voorbij te gaan aan de rechterzijde;

    • d.

      Door plaatsing van bord D3 uit bijlage I van het RVV op de middengeleiders van alle toeleidende wegen van het kruispunt, alle weggebruikers te verplichten het bord voorbij te gaan aan de rechterzijde of linkerzijde.

  • 5.

    Voor het in de gemeente Oegstgeest buiten de bebouwde kom gelegen gedeelte van de provinciale weg N206 tussen het kruispunt N206 – afrit A44 west (hmp 15,3) en het kruispunt N206 – Oude Rhijnhofweg - Willem Einthovenstraat (hmp 15,4) de volgende verkeersmaatregelen vast te stellen overeenkomstig bijgaande tekening met tekeningnummer T_3.0.13.2.1_UO_FAS_19225:

    • a.

      Door plaatsing van borden A1-50 uit bijlage I van het RVV een snelheidsbeperking van 50 km/h in te stellen;

    • b.

      Door plaatsing van borden B1 uit bijlage I van het RVV de hoofdrijbaan van de N206 aan te wijzen als voorrangsweg buiten de bebouwde kom;

    • c.

      Door plaatsing van borden C9 uit bijlage I van het RVV de hoofdrijbaan van de N206 gesloten te verklaren voor ruiters, vee, wagens, motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/h en brommobielen alsmede fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen;

    • d.

      Door het plaatsen van bord F13 en het aanbrengen van de tekst LIJN BUS op de busstrook in de richting van Leiden, de busstrook exclusief te maken voor lijnbussen.

  • 6.

    Voor het in de gemeente Oegstgeest buiten de bebouwde kom gelegen kruispunt N206 – Oude Rhijnhofweg - Willem Einthovenstraat (t.h.v. hectometer 15,4) de volgende verkeersmaatregelen vast te stellen overeenkomstig bijgaande tekening met tekeningnummer T_3.0.13.2.1_UO_FAS_19225:

    • a.

      Door plaatsing van borden A1-50 uit bijlage I van het RVV een snelheidsbeperking van 50 km/h in te stellen;

    • b.

      Door plaatsing van borden B6 uit bijlage I van het RVV en het aanbrengen van haaientanden op het wegdek de voorrangsregeling op het kruispunt aan te duiden;

    • c.

      Door plaatsing van borden D2 uit bijlage I van het RVV op de middengeleiders van de toeleidende wegen van het kruispunt, alle weggebruikers te verplichten het bord voorbij te gaan aan de rechterzijde;

    • d.

      Door het plaatsen van bord F13 en het aanbrengen van de tekst LIJN BUS op de busstrook in de richting van Leiden, de busstrook exclusief te maken voor lijnbussen;

    • e.

      Door plaatsing van bord L3 uit bijlage I van het RVV 1990, een bushalte aan de noordwestzijde van het kruispunt N206 – Willem Einthovenstraat in te stellen;

    • f.

      Door plaatsing van bord L3 uit bijlage I van het RVV 1990, een bushalte aan de zuidwestzijde van het kruispunt N206 – Oude Oude Rhijnhofweg in te stellen.

  • 7.

    Voor de in de gemeentes Leiden en Oegstgeest buiten de bebouwde kom gelegen pad, parallel aan de noordzijde van de provinciale weg N206 gelegen, de volgende verkeersmaatregel vast te stellen:

    • a.

      Door plaatsing van borden G12a uit bijlage I van het RVV het naast de hoofdrijbaan gelegen vrijliggende pad aan te wijzen als verplicht (brom-)fietspad.

  • 8.

    Te bepalen dat dit besluit in werking treedt met ingang van de dag, nadat een termijn van zes weken waarop het besluit is bekend gemaakt, is verstreken;

 

Bezwaar en voorlopige voorziening

Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bij ons een gemotiveerd bezwaarschrift indienen. Dit bezwaarschrift moet binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit worden toegezonden, onder vermelding van “Awb-Bezwaar” in de linkerbovenhoek van enveloppe en bezwaarschrift. Het bezwaar moet worden gericht aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, t.a.v. het Awb-secretariaat, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

Krachtens artikel 6:16 van de Awb schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan – als tegen dit besluit bezwaar wordt gemaakt – ingevolge artikel 8:81 van de Awb bij de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag (bezoekadres: Prins Clauslaan 60 te Den Haag), een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend. Voor het verzoek zal griffierecht worden geheven.

Wij verzoeken u een kopie van dit verzoek om een voorlopige voorziening toe te zenden aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland

Naar boven