Provincie Zuid-Holland - Besluit vaststelling bebouwde komgrens Wegenwet gemeente Nieuwkoop

Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland tot het vaststellen van de gewijzigde grenzen van de bebouwde kom Wegenwet in de gemeente Nieuwkoop.

 

Overwegende:

 

gelezen het verzoek van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Nieuwkoop, d.d. 29 oktober 2020, nr. 20.64950 tot vaststelling van de gewijzigde grenzen van de bebouwde kommen van de gemeente Nieuwkoop, op grond van de Wegenwet;

 

overwegende, dat de raad van de gemeente Nieuwkoop, in haar vergadering van 23 april 2020, op grond van het gestelde in artikel 20a van de Wegenverkeerswet, heeft besloten tot het vaststellen van de gewijzigde grenzen van de bebouwde kommen voor de kernen Korteraar, Langeraar, Nieuwkoop, Nieuwveen, Noordeinde, Noorden, Noordse Dorp, Papenveer, Ter Aar, Vrouwenakker, Woerdense Verlaat en Zevenhoven;

 

dat het genoemde raadsbesluit verband houdt met het opstellen van een nieuwe wegenlegger;

 

dat ingevolge het bepaalde in artikel 27, lid 2, van de Wegenwet, het college van Gedeputeerde Staten de grenzen van de bebouwde kommen dient vast te stellen, voor de toepassing van die wet;

 

dat bij hun besluit van 18 juni 1975, no. 151/1 (afgekondigd in Provinciaal Blad nrs. 123 van 1975), laatstelijk gewijzigd d.d. 6 mei 1980, no. B2035/1, voor de toepassing van de Wegenverkeerswet en de Wegenwet de grenzen van de bebouwde kommen van Nieuwkoop en Noorden zijn vastgesteld;

 

dat bij hun besluit van 2 juli 1991, kenmerk VV-21156/18394/1, voor de toepassing van de Wegenverkeerswet en de Wegenwet de grenzen van de bebouwde kom van Nieuwveen, Noordeinde, Zevenhoven, Noordse Dorp en Vrouwenakker zijn vastgesteld;

 

dat bij hun besluit van 7 maart 1989, kenmerk VV-420844/1, voor de toepassing van de Wegenverkeerswet en de Wegenwet de grenzen van de bebouwde kommen van Ter Aar, Langeraar, Papenveer, Korteraar en Bovenland zijn vastgesteld;

 

dat onder intrekking van de ter zake bestaande besluiten er geen overwegende bezwaren bestaan om aan het verzoek van de gemeente Nieuwkoop te voldoen;

 

gelet op de Wegenwet en het bepaalde in het ambtelijk mandaatbesluit voor de provinciale organisatie 2021, is deze bevoegdheid door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland gemandateerd aan het hoofd van van de eenheid Juridische Expertise en Handhaving;

 

BESLUITEN:

 

  • I.

    Onder intrekking van hun ter zake bestaande besluiten de grenzen van de bebouwde kommen van de gemeente Nieuwkoop, respectievelijk de kernen Korteraar, Langeraar, Nieuwkoop, Nieuwveen, Noordeinde, Noorden, Noordse Dorp, Papenveer, Ter Aar, Vrouwenakker, Woerdense Verlaat en Zevenhoven vast te stellen krachtens artikel 27, 2e lid van de Wegenwet overeenkomstig eerdergenoemd raadsbesluit, met dien verstande, dat voor de toepassing van genoemde wet tot de bebouwde kommen alle openbare wegen behoren als bedoeld in artikel 1 van de Wegenwet, voor zoveel gelegen binnen de rode contouren zoals aangegeven in de bijlagen, van eerdergenoemd raadsbesluit van de gemeente Nieuwkoop bestaande uit:

    • 1.

      Bebouwde komkaart Korteraar

    • 2.

      Bebouwde komkaart Langeraar

    • 3.

      Bebouwde komkaart Nieuwkoop

    • 4.

      Bebouwde komkaart Nieuwveen

    • 5.

      Bebouwde komkaart Noordeinde

    • 6.

      Bebouwde komkaart Noorden

    • 7.

      Bebouwde komkaart Noordse Dorp

    • 8.

      Bebouwde komkaart Papenveer

    • 9.

      Bebouwde komkaart Ter Aar

    • 10.

      Bebouwde komkaart Vrouwakker

    • 11.

      Bebouwde komkaart Woerdense Verlaat

    • 12.

      Bebouwde komkaart Zevenhoven

  • II.

    Dit besluit ter openbare kennis te brengen door publicatie in het Provinciaal Blad en door toezending aan de gemeente Nieuwkoop.

  • III.

    Te bepalen dat dit besluit in werking treedt met ingang van de dag na publicatie in het Provinciaal Blad.

Den Haag, 10 maart 2021

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

Namens dezen,

Hoofd Eenheid Juridische Expertise en Handhaving

Dienst Beheer Infrastructuur

 

Bezwaarclausule

Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bij ons een gemotiveerd bezwaarschrift indienen. Dit bezwaarschrift moet binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit, onder vermelding van ‘’Awb-Bezwaar’’ in de linkerbovenhoek van enveloppe en bezwaarschrift. Het bezwaar moet worden gericht aan:

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, t.a.v. het Awb-secretariaat, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

 

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en het volgende te bevatten:

  • naam en adres van de indiener;

  • dagtekening;

  • omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

  • gronden van het bezwaar.

Krachtens artikel 6:16 van de Awb schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan, als tegen dit besluit bezwaar wordt gemaakt, ingevolge artikel 8:81 van de Awb bij de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag (bezoekadres: Prins Clauslaan 60 te Den Haag), een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend. Voor het verzoek zal griffierecht worden geheven. Wij verzoeken u een kopie van dit verzoek om een voorlopige voorziening toe te zenden aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

Naar boven