Provinciaal blad van Flevoland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Flevoland | Provinciaal blad 2021, 4430 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Flevoland | Provinciaal blad 2021, 4430 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende nadere regels omtrent het doel om aan potentiële subsidieaanvragers duidelijkheid te verschaffen over de inhoudelijke criteria waaraan subsidieaanvragen worden getoetst en de procedure die daarbij wordt gevolgd voor de sociale cohesie, de leefbaarheid van het Flevolandse platteland en de stad-platteland-relatie (Nadere regels “Fonds Leefbaar Platteland 2021-2023”)
Gedeputeerde Staten van Flevoland maken, gelet op het bepaalde in artikel 136 eerste lid van de Provinciewet 3:42, bekend dat zij in hun vergadering van 1 juni 2021, nummer 2786095, het volgende besluit hebben genomen:
Gedeputeerde Staten van Flevoland
Provinciale Staten op de begroting onder vermelding van “Leefbaar Platteland” financiële middelen beschikbaar hebben gesteld voor het ondersteunen van activiteiten die de leefbaarheid van het platteland bevorderen;
de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012 een procedureel kader geeft voor subsidiering van activiteiten die passen bij het provinciaal beleid;
in deze Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012 aan Gedeputeerde Staten de bevoegdheid is toegekend om nadere regels vast te stellen die onder meer betrekking hebben op de subsidiecriteria;
het wenselijk is om voor het beschikbaar stellen van een financiële bijdrage voor activiteiten die de leefbaarheid van het platteland bevorderen, deze nadere regels vast te stellen.
Gelet op het bepaalde in artikel 2, tweede lid van de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012,
vast te stellen de volgende ‘nadere regels Fonds Leefbaar Platteland 2021 – 2023’.
Deze nadere regels hebben tot doel om aan potentiële subsidieaanvragers duidelijkheid te verschaffen over de inhoudelijke criteria waaraan subsidieaanvragen worden getoetst en de procedure die daarbij wordt gevolgd.
Artikel 3. Reikwijdte nadere regels
Deze nadere regels zijn van toepassing op subsidies die Gedeputeerde Staten kunnen verstrekken voor het bevorderen van:
Artikel 5. Subsidiabele activiteiten
Gedeputeerde Staten verstrekken in de jaren 2021, 2022 en 2023 op grond van deze nadere regels een eenmalige subsidie voor de volgende activiteiten:
Artikel 7. Vereisten subsidieaanvraag
In aanvulling op artikel 13 van de ASF gelden de volgende vereisten aan de subsidieaanvraag:
Artikel 9. Verplichting subsidieontvanger
De subsidieontvanger is verplicht om medewerking te verlenen aan publiciteit en profilering van de provincie bij het gehonoreerde initiatief.
HOOFDSTUK 2 INITIATIEVEN GERICHT OP BEVORDEREN LEEFBAARHEID EN SOCIALE COHESIE
Artikel 11. Subsidie en subsidieplafond onderdeel “Leefbaarheid en sociale cohesie”
Artikel 12. Subsidiecriteria en puntensysteem onderdeel “Leefbaarheid en sociale cohesie”
Om voor subsidie in aanmerking te komen moet het initiatief waarvoor subsidie wordt aangevraagd voldoen aan de volgende criteria:
Aan de bovenstaande criteria zijn punten gekoppeld. Per criterium kent de in artikel 13 genoemde commissie van advies een aantal punten toe volgens onderstaand puntensysteem.
Artikel 13. Procedure en commissie van advies Leefbaar Platteland
Als een subsidieaanvraag is ingediend gaan Gedeputeerde Staten eerst na of de aanvraag compleet is en past binnen de reikwijdte van deze nadere regels. Indien dat het geval is, wordt de aanvraag voor advies voorgelegd aan een door Gedeputeerde Staten in te stellen commissie van advies Leefbaar Platteland.
Deze Commissie bestaat uit maximaal tien leden, te weten:
De Commissie wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris.
De Commissie beoordeelt de aanvragen op volgorde van binnenkomst aan de hand van de onder artikel 12 genoemde subsidiecriteria en het puntensysteem en brengt hierover advies uit aan Gedeputeerde Staten.
In een werkinstructie geven Gedeputeerde Staten aan de Commissie richtlijnen mee over de wijze waarop het advies moet worden uitgebracht.
Op basis van de in artikel 12 beschreven subsidiecriteria en het puntensysteem kunnen per subsidieaanvraag maximaal 17 punten worden gehaald. De Commissie brengt een positief advies uit indien:
De Commissie brengt een negatief advies uit indien:
Gedeputeerde Staten kunnen, indien hiervoor naar hun oordeel dringende redenen zijn, via de hardheidsclausule (ASF artikel 30) gemotiveerd afwijken van het advies zoals dat door de Commissie is opgesteld.
HOOFDSTUK 3 INITIATIEVEN GERICHT OP UITVOEREN HAALBAARHEIDSONDERZOEK
Artikel 17. Subsidiecriteria onderdeel “Uitvoeren haalbaarheidsonderzoek”
Voorwaarden voor toekenning van een subsidie in de ondersteuning bij het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek zijn:
Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten van 1 juni 2021.
Gedeputeerde Staten van Flevoland,
de secretaris,
de voorzitter,
Deze nadere regels vloeien voort uit het Coalitieakkoord 2019 – 2023, waarin Gedeputeerde Staten hebben aangegeven dat een subsidiefonds wordt ingesteld gericht ter stimulering van de leefbaarheid op het platteland van Flevoland, aansluitend op de activiteiten van de opgaven Krachtige Samenleving.
Dat is gedaan door op grond van de Algemene Subsidieverordening een nadere subsidieregeling in het leven te roepen die het mogelijk maakt om projecten te subsidiëren die de leefbaarheid van het platteland bevorderen.
2. Waarom zijn nadere regels nodig als er al een Algemene Subsidieverordening Flevoland is
Een bestuursorgaan mag op grond van de subsidietitel van de Algemene wet bestuursrecht slechts subsidie verstrekken op grond van een wettelijk voorschrift dat regelt voor welke activiteiten subsidie kan worden verstrekt. Binnen de provincie Flevoland is dit de Algemene Subsidieverordening Flevoland (ASF 2012). Hierin zijn in aanvulling op de subsidiespelregels die in de subsidietitel van de Awb zijn opgenomen nadere subsidiespelregels opgenomen die bij subsidiëring in acht moeten worden genomen. De ASF 2012 schrijft voor dat subsidie slechts wordt verstrekt indien de activiteit past binnen de beleidsdoelstellingen van de provincie en door de aanvrager aannemelijk is gemaakt dat hieraan kan worden voldaan. In aanvulling op de ASF 2012 kunnen GS nog nadere regels vaststellen, waarin beleid specifieke voorwaarden op maat worden gesteld. In deze nadere regels worden de beleid specifieke voorwaarden (subsidiespelregels) vermeld. Omdat de subsidietitel van de Awb een gedetailleerde regeling geeft van het proces van subsidieverstrekking, zijn veel bepalingen die in de Awb staan niet nog een keer in de verordening opgenomen. Dit houdt in dat er wanneer sprake is van subsidiëring niet alleen rekening moet worden gehouden met het bepaalde in de ASF 2012, maar ook met de wettelijke bepalingen van de subsidietitel van de Awb. De basisregels voor subsidiëring zijn opgenomen in de ASF 2012 en de subsidietitel van de Awb. De beleid specifieke spelregels zijn opgenomen in de nadere regels.
In het Coalitieakkoord 2019-2023 hebben Gedeputeerde Staten aangegeven een vervolg op het Fonds Leefbaarheid Landelijk Gebied 2017-2019 te willen instellen. Daarbij is gebruik gemaakt van enkele ervaringen met dit fonds. Er zijn namelijk veel goede initiatieven van bewoners die bijdragen aan de leefbaarheid van hun eigen woon- en leefgebied. Daarnaast is er niet alleen behoefte aan geld voor die initiatieven maar ook aan deskundige ondersteuning of het onderling uitwisselen van kennis en ervaringen. Ook was er overlap met het Europese Leaderprogramma.
De positie van de mens als bewoner en gebruiker van het platteland staat daarbij centraal. Dit omdat bewoners en gebruikers een steeds grotere invloed krijgen en willen hebben op ontwikkelingen in de eigen werk- en leefomgeving. Bij het uitwerken van het programma Leefbaar Platteland zijn enkele uitgangspunten gehanteerd die zijn gebaseerd op gesprekken met diverse personen en organisaties die een sterke band hebben met het wonen, werken en leven op het platteland van Flevoland. De LAG-groep (adviesgroep voor de Leader-projecten) heeft als klankbordgroep gefungeerd.
Bij sub h is het begrip “leefbaarheid” kort beschreven. Dit is een breed en veelomvattend begrip, dat op veel manieren kan worden geïnterpreteerd. In het algemeen wordt hiermee de aantrekkelijkheid van een wijk of gebied bedoeld, om er te wonen, te werken en/of te leven. Het kan gaan om de aanwezigheid van voorzieningen, veiligheid, een schone en groene woonomgeving, de kwaliteit van de openbare ruimte of het contact met buurtgenoten.
De insteek van het programma Leefbaar Platteland is dat de ervaring en beleving van de mens hierbij centraal staat. En dat die ervaring gebonden kan zijn aan specifiek één of meerdere thema’s om de leefbaarheid te vergroten, zoals sport, natuur, cultuur, duurzaamheid, recreatie of toerisme. Vanuit die insteek ligt de nadruk van Leefbaar Platteland op het bevorderen van maatschappelijke verbondenheid, ook wel sociale cohesie genoemd.
Bij sub k is het begrip “sociale cohesie” kort beschreven. De kern van sociale cohesie is dat mensen onderling met elkaar zijn verbonden. Als bewoners verbondenheid ervaren, voelen zij zich medeverantwoordelijk voor het algemeen welzijn. Het lukt hen beter om zowel op individueel vlak als met elkaar om te gaan met de veranderingen en uitdagingen van het wonen op het platteland. Het resulteert in samenwerken binnen en tussen groepen, waarin de gedeelde gronden de samenleving op het platteland verbindt, ongeacht wie je bent of waar je van houdt. Het is het tegenovergestelde van ‘ieder voor zich’. Van onbegrip, uitsluiting, een gebrek aan participatie en belangen met winstoogmerk.
De Provincie Flevoland wil meer ruimte bieden aan initiatieven op het platteland die de sociale cohesie een impuls geven en die daarmee de leefbaarheid vergroten van bewoners. Ervoor zorgen dat de energie en ideeën van bewoners, volop kan worden benut, liefst vanuit een meerjarig perspectief. En dat goede ideeën uit kunnen groeien tot een volwaardig initiatief. Daarmee kan een bijdrage worden geleverd aan een toekomstbestendig, betrokken platteland, waar het prettig wonen, werken en recreëren is.
Het gebied dat wordt gerekend tot het platteland van Flevoland is beschreven bij sub i. Voor deze regeling gaat het om de gehele provincie Flevoland met uitzondering van de bebouwde kom van de gemeenten Almere en Lelystad. In onderstaande kaart is de bebouwde kom van Almere en Lelystad met een donkere kleur aangegeven.
In dit artikel is beschreven wie op grond van de nadere regels subsidie aan kunnen vragen.
De subsidieregeling richt zich op bewoners van het landelijk gebied (zie bovenstaande kaart). Het gaat bij voorkeur om bewoners die zijn verenigd, zoals in een stichting of vereniging. Landelijke en regionale stichtingen en verenigingen kunnen ook een aanvraag indienen, zolang de uitvoering bij bewoners uit Flevoland ligt. Gemeenten kunnen geen aanvraag kunnen indienen. Bewoners kunnen ook een subsidie aanvragen voor een idee dat door één of meerdere Flevolandse gemeenten is aangedragen. Bewoners van het landelijk gebied kunnen ook subsidie aanvragen indien ze een samenwerkingsverklaring hebben opgesteld.
Artikel 12. Subsidiecriteria en puntensysteem onderdeel “Leefbaarheid en sociale cohesie”
‘Planet’ is een vaak gebruikte term bij maatschappelijk verantwoord ondernemen, als onderdeel van ‘de drie p’s’: people, planet, profit. Deze term is afkomstig van de auteur en duurzaamheidsadviseur John Elkington. In de Nadere regels wordt alleen het begrip “planet” gebruikt, omdat “people” en “profit” geassocieerd worden met sociaal ondernemen. Deze ondernemingen behoren niet tot de doelgroep van deze nadere regels.
Uitgangspunt hierbij is vrij vertaald, dat milieu gerelateerde consequenties van het initiatief, goed worden overwogen. Zo wordt bij de ontwikkeling (en exploitatie) van een initiatief rekening gehouden met de (negatieve of positieve) effecten voor de natuurlijke leefomgeving. Op een zichtbare en transparante wijze wordt aangetoond wat de gevolgen zijn van het initiatief voor het milieu, zodat anderen kunnen nagaan hoe de initiatiefnemer hiermee omgaat.
Artikel 13. Procedure en commissie van advies Leefbaar Platteland
In artikel 13 is beschreven welke procedure wordt gevolgd als een aanvraag tot subsidie bij de provincie wordt ingediend. Als eerste wordt door de provincie getoetst of alle relevante documenten zijn meegezonden, zoals vermeld in artikel 13 van de ASF en artikel 7 van deze nadere regels. Vervolgens wordt door de provincie getoetst of de aanvraag past binnen de reikwijdte van deze nadere regels. Daarbij wordt getoetst of het initiatief past binnen de kaders zoals beschreven in de artikelen 4, 5 en 6. Indien dat het geval is, zal de aanvraag worden voorgelegd aan de commissie van advies die advies zal uitbrengen aan Gedeputeerde Staten met in acht neming van de subsidiecriteria een het puntensysteem, zoals beschreven in artikel 13.
Artikel 16. Subsidie en subsidieplafond onderdeel “Uitvoeren haalbaarheidsonderzoek”
In geval er een idee is voor een (redelijk groot) project (zoals Leader) en men de haalbaarheid of bepaalde onderdelen ervan eerst wil nagaan, kan een bijdrage worden verleend in de kosten ervan tot een maximum van € 5.000.
De toekenning gebeurt niet door de commissie van advies, maar door de provincie in overleg met de betreffende gemeente. Dit omdat het gaat over relatief kleine bedragen, zodat de commissie van advies zich kan richten op aanvragen zoals bedoeld in de artikelen 11 en 12.
Indien het verzoek tot ondersteuning van de expert niet is uitgevoerd overeenkomstig de ingediende aanvraag, kan het verstrekte subsidiebedrag worden teruggevorderd.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2021-4430.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.