Besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 15 december 2020 (PZH-2020-759801979) tot wijziging van de Beleidsregels intern en extern salderen Zuid-Holland in verband met de verruiming van de mogelijkheden tot extern salderen

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland,

 

Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

 

Gelet op de artikelen 2.2 en 2.7 van de Wet natuurbescherming;

 

Overwegende dat gedeputeerde staten de mogelijkheden tot extern salderen willen verruimen;

 

Besluiten:

Artikel I

 

De Beleidsregels intern en extern salderen Zuid-Holland wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

 

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Onder verlettering van de onderdelen o en p tot p en q wordt een onderdeel ingevoegd luidende:

    • o.

      verleasen: extern salderen waarbij de feitelijk gerealiseerde capaciteit van de saldogevende activiteit geheel of gedeeltelijk tijdelijk aantoonbaar buiten gebruik wordt gesteld, ten behoeve van de verlening van een natuurvergunning voor een tijdelijke depositie gedurende een beperkte vooraf afgebakende periode;

B.

 

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Onder vernummering van het zesde tot en met het twaalfde lid tot het zevende tot en met dertiende lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

    • 6.

      Gedeputeerde Staten ontvangen van het voornemen tot extern salderen van de saldo-ontvanger voorafgaand aan de aanvraag een melding met de gegevens van de

      saldo-ontvangende activiteit en saldogevende activiteit.

  • 2.

    In het achtste lid wordt “zesde lid” gewijzigd in “zevende lid “

  • 3.

    Het dertiende lid komt te luiden:

    • 13.

      Gedeputeerde staten verlenen geen natuurvergunningen op basis van extern salderen met een bedrijf gelegen in het gebied zoals aangeven op kaart 1 in bijlage 1 behorende bij dit besluit en dat op 4 oktober 2019 beschikte over dier- en fosfaatrechten.

C.

 

Na artikel 6 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

 

Artikel 6a Verleasen

  • 1.

    Artikel 6 is van overeenkomstige toepassing op verleasen, met uitzondering van het eerste en achtste lid.

  • 2.

    Voor tijdelijke deposities van twee jaar of voor de duur van het tijdelijk project kunnen gedeputeerde staten een natuurvergunning verlenen met gebruikmaking van verleasen.

  • 3.

    Gedeputeerde staten kunnen de termijn, bedoeld in het tweede lid, verlengen indien zij dat voor het project noodzakelijk achten.

  • 4.

    Er bestaat een directe samenhang tussen de tijdelijke buitengebruikstelling van de toestemming voor de saldogevende activiteit en de verlening van de natuurvergunning voor de tijdelijke saldo-ontvangende activiteit.

  • 5.

    Een aanvraag waarbij gebruik wordt gemaakt van verleasen, gaat vergezeld van een afschrift van een getekende overeenkomst tussen saldogever en saldo-ontvanger waarin:

    • a.

      de tijdelijke buitengebruikstelling van de saldogevende activiteit wordt gewaarborgd gedurende de looptijd van de natuurvergunning voor de tijdelijke saldo-ontvangende activiteit; en

    • b.

      saldogever verklaart in te stemmen met een tijdelijke beperking van zijn toestemming. Gedeputeerde Staten nemen het voorschrift op dat de saldo-ontvangende activiteit slechts mag plaatsvinden binnen de looptijd van de natuurvergunning en dat de start- en gereedmelding van deze periode door de saldo-ontvanger moet worden gemeld aan het bevoegd gezag.

  • 6.

    Gedeputeerde staten nemen het voorschrift op dat de saldo-ontvangende activiteit slechts mag plaatsvinden binnen de looptijd van de natuurvergunning en dat de start- en gereedmelding van deze periode door de saldo-ontvanger moet worden gemeld bij het bevoegd gezag.

  • 7.

    Gedeputeerde staten nemen het voorschrift op dat de natuurvergunning niet eerder in gebruik mag worden genomen dan nadat de saldo-ontvanger bij het bevoegd gezag heeft gemeld dat de saldogevende activiteit is gestaakt.

  • 8.

    Gedeputeerde staten verlenen geen definitieve natuurvergunningen op basis van verleasen met een bedrijf gelegen in het gebied zoals aangeven op kaart 1 in bijlage 1 behorende bij dit besluit en dat op 4 oktober 2019 beschikte over dier- en fosfaatrechten.

Artikel II Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin zij wordt geplaatst.

Den Haag, 15 december 2020

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland

drs. H.M.M. KOEK, secretaris

drs. J. SMIT, voorzitter

Bijlage behorende bij Artikel I van het Besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 15 december 2020 (PZH-2020-759801979) tot wijziging van de Beleidsregels intern en extern salderen Zuid-Holland in verband met de verruiming van de mogelijkheden tot extern salderen

 

Bijlage 1 behorende bij Beleidsregels intern en extern salderen Zuid-Holland

 

Begrenzing beleidsregels Nieuwkoop

Het pilotgebied ligt in de polders Nieuwkoop Noord, Achttienhoven, Meijegraslanden, Bodegraven-Noord, Zwammerdam en Aarlanderveen (zoals aangegeven op bijgevoegde kaart) en wordt begrensd (vanaf de noordelijkste punt, kloksgewijs) door de kruising van de Jonge Zevenhovenseweg met de Kousweg naar de Hogedijk, Bungalowpark Zomerlust en Kade, waarna de provinciegrens Zuid-Holland/Utrecht volgend tot aan de bocht Hazekade/Molenweg, vervolgens Molentocht, Meijekade overstekend naar de Burgemeester Kremerweg N458, Kleienhof, Buitenkerk, gemeentegrens Alphen aan de Rijn/Bodegraven-Reeuwijk, N11, N207, N460, Korteraarseweg, Hogedijk, Schoutenvaartsche Molentocht, Achttienkavelsweg, Zevenhovenseweg, Stationsweg, Jonge Zevenhovenseweg tot aan de Kousweg.

 

Toelichting behorende bij het Besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 15 december 2020 (PZH-2020-759801979) tot wijziging van de Beleidsregels intern en extern salderen Zuid-Holland in verband met de verruiming van de mogelijkheden tot extern salderen

 

Algemeen

Gedeputeerde staten wil ten behoeve van de vergunningverlening in Zuid-Holland de beleidsregels wijzigen en de mogelijkheden voor intern en extern salderen verruimen. In verband met de verkenning van de mogelijkheden van een pilot wordt deze wijziging nog niet van toepassing voor initiatiefnemers in en rondom het Natura 2000 gebied de Nieuwkoopse plassen & de Haeck.

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel I

 

Onderdeel A(artikel 1)

 

Verleasen is alleen mogelijk voor een tijdelijke depositie. Daarin onderscheidt verleasen zich van regulier extern salderen.

 

Onderdeel B (artikel 6)

 

Onder 1

Om zicht te houden op de aanvragen die ingediend gaan worden met gebruikmaking van extern salderen willen gedeputeerde staten vooraf een melding ontvangen van de voorgenomen saldering. Deze melding dient de gegevens te bevatten van zowel de saldonemer, de saldogever als over het betreffende saldo.

 

Onder 3

In verband met de verkenning van de mogelijkheden van een pilot is extern salderen met een bedrijf gelegen in het gebied zoals aangeven op kaart 1 in bijlage 1 en dat op 4 oktober 2019 beschikte over dier- en fosfaatrechten nog niet mogelijk.

 

Onderdeel C

 

Artikel 6a nieuw

Eerste lid

Het eerste en achtste lid gaan uit van het definitief onmogelijk maken van de saldogevende activiteit door middel van het intrekken van de daarvoor verleende vergunning. Aangezien verleasen ziet op een tijdelijke depositie en het tijdelijk buiten gebruik stellen van een saldogevende activiteit is intrekking van de vergunning niet aan de orde.

 

Artikel 6a nieuw

Tweede en derde lid

Van verleasen kan alleen gebruik worden gemaakt voor projecten die een tijdelijke depositie hebben van twee jaar of de duur van het tijdelijke project. Denk aan de aanleg van een windmolenpark, reconstructie van een weg of het bouwrijp maken van een bedrijventerrein. Op basis van het derde lid hebben gedeputeerde staten de bevoegdheid om deze termijn (eventueel onder voorwaarden) te verlengen. Deze bevoegdheid kan worden gebruikt indien de initiatiefnemer naar het oordeel van gedeputeerde staten genoegzaam aantoont dat verlenging noodzakelijk is. Bijvoorbeeld een duurzaamheidproject waarbij de aanlegfase langer duurt.

 

Artikel 6a nieuw

Vierde en vijfde lid

Aangezien verleasen een tijdelijke constructie is, wordt niet overgegaan tot intrekking van de toestemming voor de saldogevende activiteit. Artikel 6, eerste lid, is daarom niet van overeenkomstige toepassing op verleasen. Met het vierde lid is beoogd te benadrukken dat er toch een rechtstreekse relatie moet bestaan tussen het project met een tijdelijke depositie en het tijdelijk buiten gebruik stellen van de saldogevende activiteit. Het is aan de initiatiefnemer om dit in de aanvraag genoegzaam aan te tonen.

De tijdelijke buitengebruikstelling van de toestemming voor de saldogevende activiteit wordt geregeld met een tijdelijke beperking van de toestemming. In de overeenkomst tussen saldogever en saldonemer stemt de saldogever hiermee in. Deze tijdelijk in te perken toestemming kan een natuurvergunning betreffen, maar het kan ook gaan om bijvoorbeeld een omgevingsvergunning, onderdeel milieu of natuur of melding Activiteitenbesluit.

In het geval de saldogever alleen beschikt over een melding Activiteitenbesluit en geen andere in de beleidsregel genoemde toestemmingen, is een tijdelijke beperking van deze toestemming alleen mogelijk met een nieuwe (ingeperkte) melding. De voordelen die gepaard gaan met de constructie van verleasen (het tijdelijk ter beschikking stellen van ruimte aan een ander, om deze vervolgens weer volledig zelf te gebruiken) kunnen hiermee vervallen. Namelijk wanneer op een later moment een nieuwe melding zou moeten worden ingediend om weer van de volledige ruimte gebruik te kunnen maken, waarbij de ingeperkte melding als referentiesituatie zal gelden. Deze vorm van verleasen met saldo van een saldogever met alleen een melding Activiteitenbesluit is om die reden niet in iedere situatie aan te raden, omdat het kan leiden tot een beperking van bestaande rechten.

 

Artikel 6a nieuw

Zesde en zevende lid

Het bevoegd gezag als bedoeld in deze bepalingen kan de gemeente of de provincie zijn. In de vergunning wordt opgenomen bij welk bevoegd gezag de saldo-ontvanger de meldingen moet doen.

 

Artikel 6a nieuw

Achtste lid

In verband met de verkenning van de mogelijkheden van een pilot is extern salderen met een bedrijf gelegen in het gebied zoals aangeven op kaart 1 in bijlage 1 en dat op 4 oktober 2019 beschikte over dier- en fosfaatrechten nog niet mogelijk.

 

Naar boven