Artikel I Wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
De Subsidieregeling natuur Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:
A.
In artikel 9.9 wordt “1 juli 2021” vervangen door “1 april 2021”.
B.
Artikel 9.10 komt te luiden:
Artikel 9.10 Subsidieplafond
Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de periode, genoemd in artikel 9.9, vast op:
- a.
€ 397.630 voor projecten als bedoeld in artikel 9.4, onder a;
- b.
€ 399.750 voor projecten als bedoeld in artikel 9.4, onder b;
- c.
€ 2.332.850 voor projecten als bedoeld in artikel 9.4, onder c.
C.
In artikel 10.9 wordt “1 juli 2021”vervangen door “1 april 2021”.
D.
In artikel 10.10 wordt “€ 3.500.000” vervangen door “€ 1.619.770”.
E.
Na paragraaf 11 wordt een paragraaf toegevoegd, luidende:
§ 12 Slotbepalingen
Artikel 12.1 Intrekking
De Subsidieregeling biodiversiteit Noord-Brabant wordt ingetrokken.
Artikel 12.2 Overgangsrecht
Voor subsidieaanvragen waarop op het moment van inwerkingtreding van deze regeling nog niet is beslist, blijft de Subsidieregeling biodiversiteit Noord-Brabant zijn werking behouden.
Artikel 12.3 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.
Artikel 12.4 Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling natuur Noord-Brabant.
Artikel II Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst en werkt ten aanzien van onderdeel E terug tot en met 23 december 2020.
’s-Hertogenbosch, 23 maart 2021
Gedeputeerde Staten voornoemd,
de voorzitter,
mr. I.R. Adema
de secretaris,
drs. M.J.A. van Bijnen MBA
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
de voorzitter,
mr. I.R. Adema
de secretaris,
drs. M.J.A. van Bijnen MBA
Toelichting behorende bij de Zestiende wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
Artikel I Wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
Algemeen
Op 15 januari 2021 is de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant opengesteld voor paragraaf 9 “Biodiversiteit en Leefgebieden; uitvoering”, paragraaf 10 “Biodiversiteit en leefgebieden; bosrevitalisering” en paragraaf 11 “Biodiversiteit en leefgebieden; onderzoek”. Bij aanvang is een inschatting gemaakt van de benodigde plafonds in de paragrafen. Zo is onder andere 3,5 mln. toegewezen ten behoeve van paragraaf 10 Bosrevitalisering en 1,7 mln. aan activiteiten als bedoeld in artikel 9.4, onder c, Uitvoering ‘overig’ (niet zijnde stad (artikel 9.4, onder a) en agrarisch gebied (artikel 9.4, onder b)).
Paragraaf 11 is inmiddels gesloten en afgerond. Naar nu blijkt blijft er echter 1,85 mln. euro over in de paragraaf voor bosrevitalisering en komen Gedeputeerde Staten een vergelijkbaar bedrag tekort bij de paragraaf uitvoeringsprojecten. Tegelijkertijd is het plan opgevat om een POP3-subsidie te organiseren en toe te gaan kennen voor bosrevitalisering. Hiervoor is 1,25 mln. euro nodig aan cofinanciering van de provincie, die een Europese mede-financiering voor hetzelfde bedrag mogelijk maakt. Daardoor zal 2,5 mln. aan bosrevitalisering kunnen worden besteed.
Om de subsidiegelden volledig te kunnen benutten en beter in balans te brengen met de aanvragen die zijn ontvangen op grond van artikel 9.4, onder c, zijn de subsidieparagrafen 9 en 10 reeds per 1 april 2021 gesloten in plaats van de oorspronkelijke sluitingsdatum van 1 juli 2021. Het budget van 1,25 mln. is zo gereserveerd ten behoeve van POP3 en het resterende bedrag van € 600.000 is overgeheveld naar de activiteiten, bedoeld in artikel 9.4, onder c, Uitvoeringsprojecten 'overig'. Daarnaast zijn ook twee kleine restantbedragen die zijn overgebleven in artikel 9.10, onder a en artikel 9.10, onder b, overgeheveld naar artikel 9.10, onder c.
Tevens is in deze wijziging gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de vier slotbepalingen, die per abuis bij de inwerkingtreding van de Vijftiende wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant waren weggevallen, met terugwerkende kracht te herstellen.
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
de voorzitter,
mr. I.R. Adema
de secretaris,
drs. M.J.A. van Bijnen MBA