Provinciaal blad van Noord-Brabant
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2021, 2286 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2021, 2286 | Overige besluiten van algemene strekking |
Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 23 maart 2021 tot wijziging van de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant in verband met het toevoegen van een nieuwe paragraaf betreffende inspiratiebedrijven voor natuurinclusieve landbouw en de ophoging van het subsidieplafond van paragraaf 5 van die regeling (Tiende wijziging Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant)
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;
Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 10 oktober 2017 het Uitvoeringsprogramma ondersteunende maatregelen transitie veehouderij hebben vastgesteld, dat is gericht op een verdere ontwikkeling van de veehouderij naar een duurzame en rendabele sector;
Overwegende dat het stimuleren van natuurinclusieve landbouw deel uitmaakt van die transitie en Gedeputeerde Staten de koplopers op dat terrein willen subsidiëren om een voorbeeldfunctie te vervullen, en het om die reden wenselijk is de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant te wijzigen door daar een paragraaf aan toe te voegen;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten in paragraaf 5 betreffende de Brabantse biodiversiteitsmonitor melkveehouderij het subsidieplafond wensen op te hogen en een enkele wijziging willen doorvoeren;
Artikel I Wijziging Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant
De Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 5.6, onder a, wordt “90%” vervangen door “80%”.
In de artikelen 5.10 en 5.11 wordt “€ 450.000” vervangen door: “€ 1.700.000”.
Onder vernummering van paragraaf 6, inhoudende de artikelen 6.1 en 6.2, tot paragraaf 7, inhoudende de artikelen 7.1 en 7.2, wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
§ 6 Inspiratiebedrijven natuurinclusieve landbouw
In deze paragraaf wordt verstaan onder:
Asv: Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;
Brabantse biodiversiteitsmonitor melkveehouderij: monitor met samenhangende set van dertien kwaliteitsindicatoren die weergeven in welke mate de biodiversiteit wordt versterkt;
deelnemers: veehouderijen die betrokken worden bij het project;
landbouwgroepsvrijstellingsverordening: Verordening (EU) 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU 2014, L 193);
maatregelentabel: tabel met maatregelen die bijdragen aan natuurinclusieve landbouw, bedoeld in bijlage 9 bij deze regeling;
melkveehouderij: agrarisch bedrijf hoofdzakelijk gericht op het fokken, mesten en houden van melk- en kalfkoeien, waarvan de melkkoeien minimaal éénmaal hebben gekalfd en voor melkproductie worden gehouden;
mkb-onderneming: kleine, middelgrote of micro-onderneming die voldoet aan de criteria, bedoeld in bijlage I van de landbouwgroepsvrijstellingsverordening;
natuurinclusieve landbouw: economisch rendabel en grondgebonden landbouwsysteem dat voedsel en gewassen produceert, in balans is met de natuurlijke omgeving, natuurlijke hulpbronnen integreert in de bedrijfsvoering en zorg draagt voor de biodiversiteit op en rond het bedrijf;
Natuur Netwerk Brabant: samenhangend netwerk van natuurgebieden, dat van nationaal en internationaal belang is en het veiligstellen van ecosystemen als doel heeft, en is opgenomen en begrensd in de Interim omgevingsverordening Noord-Brabant;
regio: regio die samenvalt met het grondgebied van een van de Brabantse waterschappen.
Subsidie op grond van deze paragraaf kan worden aangevraagd door:
Gedeputeerde Staten verstrekken op grond van deze paragraaf projectsubsidies in de vorm van een geldbedrag.
Artikel 6.4 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op het inspireren van andere veehouderijen door middel van het aanbieden van voorlichting, kennisoverdracht of demonstatieprojecten op het gebied van zowel de financieel-economische als de technische aspecten van natuurinclusieve landbouw.
Subsidie wordt geweigerd indien:
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 6.4 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Artikel 6.7 Subsidiabele kosten
Voor de berekening van subsidiabele uurtarieven van arbeids- en personeelsuren, past de subsidieaanvrager de berekeningswijze, genoemd in artikel 3, eerste lid, onder c, van de Regeling uniforme kostenbegrippen en berekeningswijzen uurtarieven subsidies Noord-Brabant toe en hanteert daarbij op grond van artikel 6, eerste lid, van die regeling, een uurtarief van € 50.
Artikel 6.8 Niet subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 6.7 komen de volgende kosten niet voor subsidie in aanmerking:
Subsidieaanvragen worden ingediend van 19 april 2021 tot en met 1 september 2021.
Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de periode, genoemd in artikel 6.9 vast op:
De hoogte van de subsidie bedraagt 100% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 24.999.''
Artikel 6.13 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Indien het project wegens onvoorziene omstandigheden niet kan worden afgerond binnen de termijn, genoemd in het eerste lid, onder b, en de subsidieontvanger verlenging van die termijn wenselijk acht, kan hij uiterlijk de dag voor het verstrijken van die termijn schriftelijk een gemotiveerd verzoek indienen bij Gedeputeerde Staten tot verlenging met maximaal een jaar.
Artikel 6.14 Prestatieverantwoording
Bij de aanvraag tot subsidievaststelling toont de subsidieontvanger aan dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan door middel van de volgende bewijsstukken:
Artikel 6.15 Bevoorschotting en betaling
Gedeputeerde Staten verstrekken een voorschot van 100% van het verleende subsidiebedrag en betalen het voorschot in één keer uit.
Artikel 6.16 Subsidievaststelling
Gedeputeerde Staten zenden in 2023 en vervolgens telkens na twee jaar aan Provinciale Staten een verslag over de werking van deze paragraaf in de praktijk.
Het opschrift van bijlage 2 bij de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant komt te luiden:
Bijlage 2, behorende bij de artikelen 3.6, onderdeel c, onder 1º, en 6.6, derde lid, onder a, van de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant
Na bijlage 8 bij de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant wordt bijlage 1 behorende bij deze regeling toegevoegd.
’s-Hertogenbosch, 23 maart 2021
Gedeputeerde Staten voornoemd,
de voorzitter,
mr. I.R. Adema
de secretaris,
drs. M.J.A. van Bijnen MBA
Bijlage 1 als bedoeld in artikel I, onder E, van de Tiende wijziging Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant
Bijlage 9, behorende bij artikel 6.1 van de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant
Maatregelentabel natuurinclusieve landbouw
Toelichting behorende bij de Tiende wijziging Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant
Inspiratiebedrijven natuurinclusieve landbouw
Natuurinclusieve landbouw levert een bijdrage aan de kwaliteit van het bodem- en watersysteem, biodiversiteit en landschappelijke kwaliteit. Natuurinclusieve landbouw is een sector die nog tot verdere ontwikkeling moet komen en nog een kennisachterstand kent. Veel agrariërs die de stap overwegen naar omschakeling hebben uiteenlopende vragen over natuurinclusieve bedrijfsvoering, zoals inpassing van natuurinclusieve maatregelen, kosten en baten, afzetmarkten, enz. Inmiddels hebben de voorlopers in Brabant de nodige kennis opgedaan. Op grond van de nieuw toegevoegde paragraaf kan subsidie worden verstrekt om deze voorlopers te stimuleren hun kennis te delen met nieuwkomers. Het beschikbaar stellen van deze praktijkkennis motiveert en ondersteunt de omschakelaars en draagt bij aan een professionele en rendabele bedrijfsvoering. Daarnaast richt deze subsidieparagraaf zich ook op ‘starters’ van een natuurinclusieve bedrijfsvoering. Via demonstratieprojecten en andere voorlichting kunnen zij laten zien en ervaren welke stappen zij gezet hebben en nog willen zetten. Op deze wijze kunnen andere veehouderijen het proces van omschakelen naar natuurinclusieve landbouw direct volgen.
De subsidieregeling waar de paragraaf ‘Inspiratiebedrijven natuurinclusieve landbouw’ deel van uit maakt, is vastgesteld op grond van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant (Asv). Dit betekent dat een aantal aspecten van de verstrekking van subsidies niet in de subsidieregeling zijn vastgelegd, maar in de Asv. In de Asv staat onder meer waar de aanvraag moet worden ingediend, wat de beslistermijnen zijn voor Gedeputeerde Staten en algemene verplichtingen voor de subsidieontvanger, zoals de meldingsplicht.
Voor een goed begrip van deze paragraaf is dus bestudering van de Asv noodzakelijk. Ook de Algemene wet bestuursrecht bevat algemene bepalingen die onverkort van toepassing zijn op subsidies die worden verstrekt op grond van deze paragraaf.
Daarnaast zijn hoofdstuk I en artikel 21 (steun voor acties inzake kennisoverdracht en voorlichting) van de landbouwgroepsvrijstellingsverordening op deze paragraaf van toepassing. Dit brengt een aantal specifieke eisen en verplichtingen met zich mee voor de subsidieontvanger. Deze zijn verwerkt in deze subsidieparagraaf (zie artikel 6.5, onder a, e en f, artikel 6.6, onder g, artikel 6.7, eerste lid, artikel 6.8, onder a, c en d, artikel 6.11, artikel 6.13, eerste lid, onder c, artikel 6.14, onder b en artikel 6.16).
Artikel I Wijziging Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant
De doelgroep van deze paragraaf is tweeledig. Enerzijds zullen veehouderijen die zich al bewezen hebben op het gebied van de natuurinclusieve landbouw een belangrijke rol kunnen spelen als inspiratiebedrijf. Anderzijds is er een groep veehouderijen die zich nog in een vroeg stadium van omschakeling bevinden. Ook zij kunnen andere veehouderijen inspireren tot een omschakeling, juist door direct bij aanvang van het treffen van natuurinclusieve maatregelen andere veehouderijen te laten meekijken naar de effecten van die maatregelen.
Een subsidie wordt geweigerd indien al begonnen is met de uitvoering van de activiteiten voordat een subsidieaanvraag is ingediend. In dat geval ontbreekt immers het “stimulerend effect” van de subsidie, dat vereist is op grond van artikel 6, tweede lid, van de landbouwgroepsvrijstellingsverordening.
Om voldoende spreiding van de inspiratiebedrijven over de provincie mogelijk te maken, bevat de regeling een maximum aantal te verstrekken subsidies per regio. De indeling van deze regio’s valt samen met de bestaande grondgebieden van de waterschappen.
Het eerste lid bevat de eisen die gelden voor alle subsidieaanvragers. Het tweede lid daarentegen is slechts gericht tot de veehouderijen die vallen in de categorie bedoeld in artikel 6.2, onder a, terwijl het derde lid zich richt op de veehouderijen uit de categorie bedoeld in artikel 6.2, onder b.
Om als inspiratiebedrijf te kunnen gelden, is het nodig dat de natuurinclusieve bedrijfsvoering ook op de lange termijn economisch rendabel is. Dit kan uit verschillende aspecten van de bedrijfsvoering blijken, zoals uit nieuwe verdienmodellen (anders dan melkproductie), kostprijsreducties (bijvoorbeeld minder aankoop kunstmest) of nieuwe samenwerkingsverbanden (bijvoorbeeld op het gebied van korte keten-verkoop).
Vereist is dat de aanvrager voldoende (praktijk)opleiding en ervaring heeft om voorlichting en demonstraties te kunnen geven en kennis over te dragen.
Vast onderdeel van elk project, zijn de bijeenkomsten met andere veehouderijen. Afhankelijk van het onderwerp kunnen deze zowel fysiek als digitaal van aard zijn.
Verspreid over de drie jaar dat het project loopt, zal het inspiratiebedrijf minimaal 120 andere bedrijven moeten betrekken bij de door hem georganiseerde activiteiten.
Ook veehouderijen die niet al via een agrarisch collectief zijn aangesloten bij de Brabantse biodiversiteitsmonitor melkveehouderij, kunnen op eigen gelegenheid de monitor invullen en zo hun score berekenen.
De indicatoren en de daarbij behorende scores zijn gepubliceerd op: https://anbbrabant.nl/wp-content/uploads/2021/01/20210126-Indicatoren-BBM-scores-en-beloning.pdf
Artikel 6.7 Subsidiabele kosten
Naast de kosten genoemd in het eerste lid onder a tot en met c, zijn ook andere kosten die gerelateerd zijn aan het organiseren van de bijeenkomsten of andere voorlichtingsactiviteiten, subsidiabel. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het versturen van uitnodigingen, de huur van een ontvangstruimte, enz.
Het subsidieplafond is uitgesplitst naar de doelgroepen van artikel 6.2.
In totaal is er €150.000 beschikbaar.
Op grond van artikel 21, achtste lid, van de landbouwgroepsvrijstellingsverordening is het toegestaan 100% van de subsidiabele kosten te subsidiëren. Van deze vrijstelling is gebruik gemaakt, echter met dien verstande dat per project een maximum van € 24.999 geldt.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2021-2286.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.