Besluit van gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland van 2 februari 2021 tot wijziging van de Beleidsregel nadeelcompensatie stremming hefbrug Boskoop 2019 in verband met een nadere invulling van het normaal maatschappelijk risico

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland,

 

Gelet op artikel 4:81, eerste lid, Algemene wet bestuursrecht en artikel 158, eerste lid, sub a, van de Provinciewet;

 

Overwegende dat gedeputeerde staten bij besluit van 31 maart 2020 de Beleidsregel nadeelcompensatie stremming hefbrug Boskoop 2019 hebben vastgesteld;

 

Overwegende dat ontwikkelingen ten aanzien van de stand van het recht aanleiding hebben gegeven om deze beleidsregel op een aantal juridische punten aan te passen;

 

Besluiten vast te stellen:

Artikel I  

De Beleidsregel nadeelcompensatie stremming hefbrug Boskoop 2019 wordt als volgt gewijzigd;

 

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

Onder verlettering van de onderdelen a tot en met d tot b tot en met e wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • a.

    brutowinst: het verschil tussen de verkoopwaarde van de omzet en de inkoopwaarde van de omzet.

B

Artikel 3, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Onderdeel c komt te luiden:

    • c.

      schade ten gevolge van een omzetdaling van maximaal 2% van de normomzet van een onderneming dan wel;

  • 2.

    Na onderdeel c wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

    • d.

      schade ten gevolge van een kostenstijging van maximaal 2% van de brutowinst van een onderneming.

C

Artikel 4 komt te vervallen.

Artikel II  

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin het wordt geplaatst.

Den Haag, 2 februari 2021

Geputeerde staten van Zuid-Holland,

Drs. J. Smit, voorzitter

Drs. H.M.M. Koek, secretaris

Toelichting

Algemene toelichting

 

Dit besluit tot wijziging van de Beleidsregel nadeelcompensatie stremming hefbrug Boskoop behelst een nadere invulling van het normaal maatschappelijk risico.

 

In de beleidsregel nadeelcompensatie stremming hefbrug Boskoop 2019 is een drempelwaarde opgenomen aangaande de invulling van het normaal maatschappelijk risico bij een niet-normale infrastructurele maatregel. Daarbij geldt als uitgangspunt dat een omzetverlies van minder dan 2% van de normomzet niet voor vergoeding in aanmerking komt. Wanneer sprake is van overlast of nadeel dat het normaal maatschappelijk risico en dus de drempelwaarde van 2% overstijgt, wordt een kortingspercentage van 25% gehanteerd ten aanzien van het deel van de schade dat de drempelwaarde overstijgt.

 

Gelet op de huidige stand van de rechtspraak ten aanzien van het stelsel van nadeelcompensatie dient deze invulling van het normaal maatschappelijk risico bij een niet normaal maatschappelijke ontwikkeling te worden aangepast. In lijn met de jurisprudentie en op advies van een onafhankelijk en deskundig adviesbureau 1 wijzigen wij de beleidsregel. Het onderhavige besluit voorziet hierin door:

  • a.

    de drempel van 2% van de normomzet2 te verduidelijken voor ondernemingen bij verzoeken om tijdelijke inkomensschade door omzetdaling en;

  • b.

    de drempel van 2% van de brutowinst te introduceren voor ondernemingen bij verzoeken om tijdelijke inkomensschade door kostenstijging.3

Bovenstaande vaste drempels sluiten beter aan bij de huidige stand van het recht dan het hanteren van een kortingspercentage4 of de combinatie van een drempel en een kortingspercentage5 . Door deze minimumdrempel is het voor de verzoeker en voor de provincie voorspelbaar welk deel van de schade onder het maatschappelijk risico valt en blijven bagatelschades onder de drempel. Ook heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in een aantal uitspraken aangegeven dat bij nadeelcompensatie, net als bij planschade, een (vast) minimumforfait (2% drempel) kan worden gehanteerd dat altijd geldt, ook als de schadeveroorzakende gebeurtenis niet als normaal kan worden aangemerkt.6

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel I

 

Onderdelen A, B en C

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor bepaling van de brutowinst wordt aangesloten bij de reguliere bedrijfseconomische definitie daarvan.

 

Artikel 3 Normaal maatschappelijk risico

Deze wijziging betreft ter verduidelijking een aanpassing van de bagatelregeling die voor ondernemingen geldt. In de gewijzigde beleidsregel worden drempels gehanteerd voor de bepalingen van het normale maatschappelijke risico bij zowel omzetdaling als kostenstijging.

 

Met deze wijziging wordt tot uitdrukking gebracht dat niet het absolute bedrag van de geleden schade boven 2% van de normomzet dient uit te stijgen, maar dat de omzetdaling hierboven uit dient te stijgen om de bagateldrempel te overstijgen. Schade voortvloeiend uit een omzetdaling kleiner of gelijk aan 2% ten opzichte van de normomzet kan in de regel worden gezien als een bagatel en die behoort tot het algemene ondernemersrisico. Daarbij wordt aangesloten bij de jurisprudentie en de Beleidsregel nadeelcompensatie Infrastructuur en Waterstaat 2019.

 

In geval van schade in de kostensfeer (bij voorbeeld extra kosten vanwege omrijden en/of omvaren) wordt ook een bagateldrempel opgenomen. Een kostenstijging kleiner of gelijk aan 2% valt onder het maatschappelijk risico en dus onder het ondernemersrisico. Deze drempel dient niet te worden berekend over de normomzet. Immers in dit geval is geen sprake van schade in de vorm van een omzetderving, maar in de vorm van extra gemaakte kosten. Gelet hierop dient de drempel van 2% conform de rechtspraak toegepast te worden op de brutowinst. De Afdeling heeft in haar uitspraak overwogen dat het bij kostenschade gerechtvaardigd is om aansluiting te zoeken bij de brutomarge (brutowinst), omdat de omrijschade in feite een extra kostenpost voor de bedrijfsvoering is, die in mindering op de brutomarge (brutowinst) dient te worden gebracht.7

 

Artikel II

Aangezien de wijziging van de beleidsregel verzoekers niet in een minder gunstige positie brengt en het vooral een verduidelijking betreft, treedt de wijziging direct in werking.

    

Naar boven