Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 14 december 2021, nr. 823BCD74, tot wijziging van de Uitvoeringsverordening subsidies Mobiliteit 2020-2023 provincie Utrecht

Gedeputeerde Staten van Utrecht;

 

Gelet op artikel 37 en artikel 4 van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht;

 

Overwegende dat het wenselijk is om de Uitvoeringsverordening subsidies Mobiliteit 2020-2023 provincie Utrecht te wijzigen en subsidieplafonds voor 2022 toe te voegen;

 

Overwegende dat Gedeputeerde Staten in december 2019 het Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer hebben vastgesteld.

 

Gedeputeerde Staten thans ter uitvoering van het Uitvoeringsprogramma goederenvervoer de mogelijkheid willen geven subsidie te verlenen aan activiteiten die aan de realisering van het Programma bijdragen;

Besluiten:

Artikel I

De Uitvoeringsverordening subsidies Mobiliteit 2020-2023 provincie Utrecht wordt als volgt gewijzigd:

 

A

Artikel 1.3 wordt als volgt gewijzigd:

In onderdeel c lid ii wordt “foto’s van de huidige situatie“ vervangen door “één of meerdere foto’s welke een beeld geven van de huidige situatie;”

 

B

Artikel 1.6 komt als volgt te luiden:

“In aanvulling op artikel 10 van de ASV, wordt subsidie geweigerd indien de activiteit naar het oordeel van GS niet of onvoldoende bijdraagt aan de beleidsdoelen, zoals geformuleerd in de betreffende Uitvoeringsprogramma’s en/of de activiteit naar het oordeel van GS in een vergelijkbare vorm middels al verleende subsidie of (in)directe financiering door de provincie Utrecht financieel wordt ondersteund.”

 

C

Artikel 1.7 wordt als volgt gewijzigd:

In v van onderdeel a in het eerste lid wordt “aanleg, bouw, wijziging of inrichting van infrastructuur of fietsvoorziening” vervangen door “aanleg, bouw, wijziging of inrichting van infrastructuur of fietsvoorziening of installatie voor de overslag van goederen”.

 

D

Artikel 2.1 Begripsbepalingen wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel b wordt “fietsknelpunt met hoge prioriteit: knelpunt op het regionaal fietsnetwerk uit de knelpuntenanalyse in het Uitvoeringsprogramma fiets, dat de veiligheid van weggebruikers in gevaar brengt of een knelpunt dat grote invloed heeft op het fietsgebruik, of een stapeling van knelpunten. Knelpunten met hoge prioriteit zijn opgenomen op kaart in bijlage 2 in het Uitvoeringsprogramma fiets” vervangen door “fietsknelpunt met hoge prioriteit: knelpunt op het regionaal fietsnetwerk uit de knelpuntenanalyse in het Uitvoeringsprogramma fiets, dat de veiligheid van weggebruikers in gevaar brengt of een knelpunt dat grote invloed heeft op het fietsgebruik, of een stapeling van knelpunten. Knelpunten met hoge prioriteit zijn opgenomen op kaart in bijlage 2 (RFN_2022_beoordeling_fietspadbreedte, versie dec 2021) in het Uitvoeringsprogramma fiets”.

  • 2.

    In onderdeel c wordt “fietsknelpunt met lage prioriteit: knelpunt op het Regionaal fietsnetwerk uit de knelpuntenanalyse in het Uitvoeringsprogramma fiets, dat afwijkt van de kwaliteitseisen op het gebied van veilig, vlot en comfortabel. Knelpunten met lage prioriteit zijn opgenomen op kaart in bijlage 2 in het Uitvoeringsprogramma fiets” vervangen door “fietsknelpunt met lage prioriteit: knelpunt op het Regionaal fietsnetwerk uit de knelpuntenanalyse in het Uitvoeringsprogramma fiets, dat afwijkt van de kwaliteitseisen op het gebied van veilig, vlot en comfortabel. Knelpunten met lage prioriteit zijn opgenomen op kaart in bijlage 2 (RFN_2022_beoordeling_fietspadbreedte, versie dec 2021) in het Uitvoeringsprogramma fiets”.

  • 3.

    In onderdeel k wordt “Regionaal fietsnetwerk: het regionale fietsnetwerk zoals opgenomen in bijlage 1 van het Uitvoeringsprogramma Fiets” vervangen door “Regionaal fietsnetwerk: het regionale fietsnetwerk zoals opgenomen in bijlage 1 (RFN_2022_TypeNetwerk_definitief, versie dec 2021) van het Uitvoeringsprogramma Fiets”.

  • 4.

    Er wordt een volgende onderdeel, onderdeel r ingevoegd, luidende “Nieuwe schakel: een fysiek nog niet bestaand, nieuw aan te leggen, onderdeel van het Regionaal Fietsnetwerk.”.

E

Artikel 2.2 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Onderdeel c van het tweede lid vervalt.

  • 2.

    In het zesde lid wordt “Een snelfietsroute of een kunstwerk dat onderdeel uitmaakt van een snelfietsroute is alleen subsidiabel wanneer deze is opgenomen in de weergave van het snelfietsroutenetwerk in figuur 4 van het Uitvoeringsprogramma Fiets en wanneer daarvoor een overeenkomst is getekend tussen de betrokken wegbeheerders en provincie Utrecht.” vervangen door “Een snelfietsroute of een kunstwerk dat onderdeel uitmaakt van een snelfietsroute is alleen subsidiabel wanneer deze is opgenomen in de weergave van het snelfietsroutenetwerk in figuur 4 van het Uitvoeringsprogramma Fiets, inclusief de routes Hilversum-Utrecht, USP-Houten en Houten-Nieuwegein-Lage Weide, en wanneer daarvoor een overeenkomst is getekend tussen de betrokken wegbeheerders en provincie Utrecht.”.

  • 3.

    Er wordt een negende lid ingevoegd, luidende “Fietspaden waarvan de breedte in de knelpuntenanalyse is aangeduid als "te smal" of "veel te smal" gelden als knelpunt met hoge prioriteit.”.

  • 4.

    Er wordt een tiende lid ingevoegd, luidende “Fietspaden waarvan de breedte in de knelpuntenanalyse is aangeduid als "redelijk" gelden als knelpunt met lage prioriteit.”.

F

Artikel 2.3 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel a wordt “wegbeheerders van wegen binnen de provinciegrenzen van de provincie Utrecht” vervangen door “Subsidie kan worden verstrekt aan gemeenten en waterschappen met wegen binnen de provinciegrenzen kan de provincie Utrecht, behalve het Rijkswegennet. Wegbeheerders met een ‘eigen weg’ komen niet in aanmerking voor een subsidie”.

G

Artikel 2.5 Subsidieplafonds wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Er wordt een tweede lid ingevoegd, luidende “Het subsidieplafond voor subsidies op grond van deze paragraaf en gerelateerd aan het Uitvoeringsprogramma Fiets bedraagt in 2022 € 14.340.000, waarbij de plafonds als volgt zijn verdeeld over de programmaonderdelen uit artikel 2.2:

    • a.

      voor het onderdeel Kwaliteitsverbetering Regionaal fietsnetwerk overige wegbeheerders, zoals genoemd in artikel 2.2 tweede lid onder a: € 4.000.000,-;

    • b.

      voor het onderdeel Verkenning en realisatie snelfietsroutes met prioriteit, zoals genoemd in artikel 2.2 tweede lid onder b: € 7.280.000,-;

    • c.

      voor het onderdeel Uitbreiden fietsvoorzieningen op en naar knooppunten, zoals genoemd in artikel 2.2 derde lid onder a: € 2.460.000,-;

    • d.

      voor de overige onderdelen, zoals genoemd in artikel 2.2 vanaf derde lid onder b tot en met artikel 2.2 vierde lid onder b: € 500.000.”.

H

Artikel 2.6 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Onderdeel a van het eerste lid wordt “De maximale subsidie bedraagt per programmaonderdeel:

    Kwaliteitsverbetering Regionaal fietsnetwerk overige wegbeheerders” € 1.000.000,- per aanvrager per kalenderjaar” vervangen door “De maximale subsidie bedraagt per programmaonderdeel:

    Kwaliteitsverbetering Regionaal fietsnetwerk overige wegbeheerders” € 1.000.000,- per aanvrager per kalenderjaar. Waarbij de datum van indienen leidend is voor het kalenderjaar”.

  • 2.

    Onderdeel b van het eerste lid vervalt.

  • 3.

    Onderdeel c van het tweede lid vervallen.

I

Artikel 3.5 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Er wordt een tweede lid ingevoegd, luidende

    “Het subsidieplafond voor subsidies op grond van deze paragraaf en gerelateerd aan het Uitvoeringsprogramma Verkeersveiligheid bedraagt in 2022 € 3.100.000,-;”.

J

Artikel 4.2 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het tweede lid onderdeel a wordt “maatregelen die onderdeel uitmaken van een vastgesteld vervoerplan” vervangen door “maatregelen die onderdeel uitmaken van een vastgesteld vervoerplan of maatregelen die zullen worden opgenomen in een vervoerplan dat nog vastgesteld dient te worden als aantoonbaar kan worden gemaakt door aanvrager dat zowel vervoerder als provincie positief staan tegenover de opname van de maatregelen in dat plan;”.

  • 2.

    In het derde lid wordt “DRIS-schermen, halteborden, abri’s, prullenbakken en HOV-duidende elementen behoren niet tot de subsidiabele activiteiten” vervangen door. “Nieuwplaatsing van DRIS-schermen, halteborden, abri’s, prullenbakken en HOV-duidende elementen behoren niet tot de subsidiabele activiteiten. Verplaatsing van deze elementen is wel subsidiabel”.

K

Artikel 4.6 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Er wordt een tweede lid ingevoegd, luidende:

    “Het subsidieplafond voor subsidies op grond van deze paragraaf en gerelateerd aan het Uitvoeringsprogramma Openbaar Vervoer bedraagt in 2022 € 9.150.000.”.

L

Artikel 5.4 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Er wordt een tweede lid ingevoegd, luidende:

    “Het subsidieplafond voor subsidies op grond van deze paragraaf en gerelateerd aan het Uitvoeringsprogramma Knooppunten bedraagt in 2022 € 1.000.000,-: waarbij de plafonds als volgt zijn verdeeld over de programmaonderdelen uit artikel 5.2:

    • a.

      het subsidieplafond voor activiteiten die leiden tot de verbetering van regionale knooppunten bedraagt in 2022 € 500.000,-;

    • b.

      het subsidieplafond voor activiteiten die leiden tot de verbetering van knooppunten als gevolg van en die ondersteunend zijn aan nieuwbouwprojecten in de buurt van het knooppunt in het kader van het provinciale programma Binnenstedelijke Ontwikkeling bedraag in 2022 € 250.000,-.”.

M

Artikel 5a.1 Begripsbepalingen wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel b wordt “Aanvullend openbaar vervoer: door de provincie aangeboden openbaar vervoer in aanvulling op het openbaar vervoer dat op basis van de door Gedeputeerde Staten vastgestelde vervoerplannen wordt uitgevoerd” vervangen door “Aanvullend openbaar vervoer: door de provincie of een gemeente aangeboden openbaar vervoer in aanvulling op het openbaar vervoer dat op basis van de door Gedeputeerde Staten vastgestelde vervoerplannen wordt uitgevoerd;”.

N

Artikel 5a.8 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel a wordt “Subsidies voor activiteiten onder artikel 5a.2 aanhef en onder a worden verstrekt in de vorm van een eenmalig vast bedrag. Het subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten, met dien verstande dat de subsidie maximaal € 50.000.- per activiteit bedraagt.” vervangen door “Subsidies voor activiteiten onder artikel 5a.2 aanhef en onder a worden verstrekt in de vorm van een eenmalig vast bedrag. Het subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten, met dien verstande dat de subsidie maximaal € 50.000.- per activiteit bedraagt. Voor activiteiten die namens meerdere gemeenten worden uitgevoerd kan een subsidie worden toegekend tot maximaal 100%, met dien verstande dat de subsidie maximaal € 75.000,- per activiteit bedraagt.”.

O

Na paragraaf 5a wordt een nieuwe paragraaf ingevoegd, luidende:

Paragraaf 5b Goederenvervoer

Artikel 5.1b Begripsbepalingen

In deze paragraaf wordt verstaan onder:

  • 1.

    Modal shift: het verschuiven van goederenstromen van vervoer over de weg naar vervoer over water of per spoor.

  • 2.

    Stadsdistributie: de aflevering van goederen op locaties voor detailhandel en horeca, bij kantoren en bij particulieren in stedelijk gebied.

  • 3.

    Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer: Uitvoeringsprogramma multimodale Goederenvervoer 2019-2023, vastgesteld door GS op 17 december 2019.

  • 4.

    Overslaginfrastructuur: infrastructuur of installaties zoals kades, kranen, silo’s of andere voor overslag van goederenstromen naar vervoer over water of per spoor te gebruiken voorzieningen.

  • 5.

    Verlader: een bedrijf of organisatie die goederen die nodig zijn voor zijn bedrijfsproces laat vervoeren door een transportbedrijf.

  • 6.

    Transportbedrijf: een bedrijf dat goederen vervoert in opdracht van een verlader of logistiek dienstverlener.

  • 7.

    Logistiek dienstverlener: bedrijf dat alle of een deel van de logistieke activiteiten van een verlader verzorgt.

Artikel 5.2b Subsidiabele activiteiten en criteria

  • 1.

    Subsidie wordt alleen verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de doelstellingen op het gebied van verkeer en vervoer, zoals vastgelegd in actielijn 3 Verduurzamen Goederenvervoer van het Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer.

  • 2.

    Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die gericht zijn op verduurzaming van goederenvervoer door middel van het efficiënter en duurzamer maken van distributie van goederen in een stedelijke omgeving (verder te noemen ‘efficiënte en duurzame stadsdistributie’).

  • 3.

    Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die gericht zijn op het verschuiven van goederenstromen van vervoer over de weg naar vervoer over water of per spoor (verder te noemen ‘stimuleren van modal shift’).

  • 4.

    Subsidie kan worden verstrekt voor de volgende typen activiteiten gericht op efficiënte en duurzame stadsdistributie:

    • a.

      Haalbaarheidsonderzoek of conceptontwikkeling gericht op het efficiënter en duurzamer maken van een stadsdistributiesysteem in een stedelijke omgeving.

    • b.

      De ontwikkeling, aanpassing of aanschaf van software gericht op het efficiënter en duurzamer maken van een stadsdistributiesysteem in een stedelijke omgeving.

    • c.

      Het aanschaffen van elektrische vrachtfietsen en -scooters die ingezet worden voor distributie van goederen in een stedelijke omgeving.

  • 5.

    Stimuleren van modal shift:

    • a.

      Haalbaarheidsonderzoek of conceptontwikkeling naar de mogelijkheden voor verschuiving van goederenstromen van vervoer over de weg naar vervoer over water of per spoor.

    • b.

      Het aanleggen of verbeteren van overslaginfrastructuur met als doel de overslag mogelijk te maken naar vervoer over water van goederenstromen die voorheen over de weg werden vervoerd.

Artikel 5.3b Subsidieontvangers/doelgroepen

  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt aan de volgende partijen of samenwerkingsverbanden:

    • a.

      gemeenten;

    • b.

      samenwerkingsverbanden van organisaties die beogen efficiënte en duurzame stadsdistributie te introduceren in een stedelijke omgeving;

    • c.

      verladers;

    • d.

      transportbedrijven;

    • e.

      logistieke dienstverleners.

  • 2.

    De in artikel 6.3 lid 1 genoemde doelgroepen komen enkel in aanmerking voor een subsidie indien de aanvraag betrekking heeft op het verduurzamen van goederenstromen met een herkomst en/of bestemming in de provincie Utrecht.

Artikel 5.4b Subsidieplafonds

  • 1.

    Het subsidieplafond voor subsidies op grond van deze paragraaf en gerelateerd aan het Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer bedraagt in 2022 € 200.000,-: waarbij de plafonds als volgt zijn verdeeld over de programmaonderdelen uit artikel 5.2b:

    • a.

      het subsidieplafond voor activiteiten die leiden tot efficiëntere en duurzamere stadsdistributie bedraagt in 2022 € 100.000,-;

    • b.

      het subsidieplafond voor activiteiten die leiden tot het stimuleren van modal shift bedraagt in 2022 € 100.000,-.

Artikel 5.5b Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Het subsidiebedrag voor studie en onderzoek en de ontwikkeling van software gericht op het efficiënter en duurzamer maken van een stadsdistributiesysteem in een stedelijke omgeving bedraagt maximaal 50% van de totale projectkosten met een maximum van € 25.000,-.

  • 2.

    Het subsidiebedrag voor de aanschaf van elektrische vrachtfietsen en -scooters die ingezet worden voor distributie van goederen in een stedelijke omgeving bedraagt maximaal 50% van de aanschafprijs van de fiets of scooter met een maximum van € 1.500,-.

  • 3.

    Het subsidiebedrag voor studie en onderzoek naar de mogelijkheden voor verschuiving van goederenstromen van vervoer over de weg naar vervoer over water of per spoor bedraagt maximaal € 10.000,-.

  • 4.

    Het subsidiebedrag voor het aanleggen of verbeteren van kades met als doel de overslag mogelijk te maken naar vervoer over water van goederenstromen die voorheen over de weg werden vervoerd bedraagt maximaal 50% van de totale investeringskosten met een maximum van € 50.000,-.

  • 5.

    Het aanschaffen of verbeteren van overslaginstallaties met als doel de overslag naar vervoer over water mogelijk te maken van goederenstromen die voorheen over de weg werden vervoerd bedraagt maximaal 50% van de totale investeringskosten met een maximum van € 50.000,-.

Artikel 5.6b Aanvraag

De aanvraag van een subsidie voor de aanschaf van elektrische vrachtfietsen en -scooters die ingezet worden voor distributie van goederen in een stedelijke omgeving kent een maximum van twee fietsen of scooters per aanvrager.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening van het Provinciaal Blad waarin het wordt geplaatst.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van gedeputeerde staten van Utrecht van 14 december 2021.

Gedeputeerde Staten van Utrecht

Voorzitter,

mr. J.H. Oosters

mr. drs. A.G. Knol-van Leeuwen

Toelichting bij het besluit tot wijziging

Wijziging subsidieplafonds 2022 (wijzigingen onder G, I, K, L en N)

Met de wijzigingen van subsidieplafonds wordt rekening gehouden met de nog beschikbare middelen voor subsidie voor de onderwerpen Fiets, Openbaar Vervoer, Knooppunten en Verkeersveiligheid wat betreft het jaar 2022.

Inhoudelijke wijzigingen (wijzigingen onder A, B, C, D, F, G, H, I, J, K, L, M, en N)

Voor de thema’s fiets (artikel 2), verkeersveiligheid (artikel 3), OV (artikel 4) en knooppunten (artikel 5) is er een beperkt aantal inhoudelijke wijzigingen, waaronder het subsidiepercentage en maximale subsidiebedrag per project en de vereisten om in aanmerking te komen voor subsidie. Dit om te zorgen dat passend binnen de vastgestelde uitvoeringsprogramma’s verkeersveiligheid, OV en knooppunten de meest effectieve maatregelen in aanmerking komen voor subsidie én worden aangevraagd.

Toevoeging van een bij paragraaf 5b Goederenvervoer

Gedeputeerde Staten hebben in december 2019 het Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer vastgesteld. Belangrijke doelstellingen in dit programma zijn onder andere het efficiënter en duurzamer maken van stadsdistributie in de provincie Utrecht en het stimuleren van een verschuiving van goederenstromen door, van of naar de provincie Utrecht van vervoer over de weg naar vervoer over water of per spoor (‘modal shift’). Om deze doelstellingen te realiseren wil de provincie Utrecht samenwerkingen aangaan met publieke en private partijen die initiatieven ontplooien op het gebied van efficiënte en duurzame stadsdistributie of modal shift. Daarbij behoort een financiële bijdrage van de provincie ook tot de mogelijkheden. Om de toekenning van deze financiële bijdragen op een transparante manier te laten verlopen is een subsidieverordening uitgewerkt die als paragraaf Goederenvervoer is toegevoegd aan de uitvoeringsverordening subsidies Mobiliteit provincie Utrecht 2020-2023. Hiermee wordt tevens een wettelijke grondslag gecreëerd om ter uitvoering van het Programma Goederenvervoer subsidies te verlenen aan activiteiten die bijdragen aan de realisering van de doelstellingen van het programma.

Subsidies kunnen alleen aangevraagd worden door bedrijven of organisaties die een bepalende rol spelen in het verloop van de goederenstromen. Bedrijven die een ondersteunende of faciliterende rol spelen met betrekking tot het verloop van de goederenstromen, zoals bijvoorbeeld ICT-bedrijven, komen niet in aanmerking voor het aanvragen van een subsidie.

Naar boven