Twintigste wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

Overwegende dat het wenselijk is de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant te wijzigen in verband met het openstellen van nieuwe aanvraagtijdvakken voor subsidie op grond van de paragrafen 1 tot en met 4 en 9 tot en met 11 en het doorvoeren van enkele technische en redactionele wijzigingen van de paragrafen 2, 4, 9, 10, 11 en 14;

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant

De Subsidieregeling natuur Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:

A.

Artikel 1.9 komt te luiden

Artikel 1.9 Aanvraagtijdvak

Subsidieaanvragen worden ingediend van:

• a. 15 januari 2021 tot en met 30 november 2021;

• b. 3 januari 2022 tot en met 2 december 2022.

B.

Artikel 1.10 komt te luiden:

Artikel 1.10 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidies als bedoeld in artikel 1.4 vast op:

• a. € 2.000.000 voor de periode, genoemd in artikel 1.9, onder a;

• b. € 1.500.000 voor de periode, genoemd in artikel 1.9, onder b.

C.

Het opschrift van paragraaf 2 komt te luiden:

§ 2 Instandhouding Natura 2000

D.

Artikel 2.1 komt te luiden:

Artikel 2.1 Begripsbepalingen

In deze paragraaf wordt verstaan onder:

algemene groepsvrijstellingsverordening: Verordening (EU) 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU 2014, L 187);

ambitiekaart: kaart als bedoeld in artikel 1.2, derde lid, van de Subsidieregeling natuur- en landschapsbeheer Noord-Brabant 2016;

file geodatabase: bestand dat geschikt is voor opname in een geografisch informatiesysteem;

gebiedsanalyse: een analyse van een stikstofgevoelig Natura-2000 gebied,, waarin maatregelen zijn opgenomen die voorkomen dat de kwaliteit van habitattypen en leefgebieden van soorten verbetert of niet verder achteruit gaat;

kosten derden: kosten die op factuur aantoonbaar en aan derden verschuldigd zijn en die direct voor de subsidiabele activiteit worden gemaakt;

Natura 2000: Natura 2000 als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet natuurbescherming;

Natura 2000-beheerplan: plan waarin is vastgelegd hoe en wanneer de instandhoudingsdoelstellingen voor een Natura 2000-gebied gehaald worden;

Natura 2000-gebied: gebied als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet natuurbescherming;

Natura 2000-maatregelen: maatregelen om de instandhoudingsdoelstellingen te behalen, zoals beschreven in het Natura 2000-beheerplan, voor zover dat betrekking heeft op de eerste fase;

Natuur Netwerk Brabant: samenhangend netwerk van natuurgebieden, dat van nationaal en internationaal belang is en het veiligstellen van ecosystemen als doel heeft, en is opgenomen en begrensd in de Interim omgevingsverordening Noord-Brabant;

nieuwe natuur: opgave nieuwe natuur zoals aangeduid op de actuele kaart vastgesteld in het Natuurbeheerplan van de provincie Noord-Brabant;

OGOR: optimaal grond- en oppervlaktewaterregime;

Regionaal Water en Bodem Programma: door Provinciale Staten op 3 december 2021 vastgesteld Regionaal Water en Bodem Programma Noord-Brabant 2022-2027;

voor Natura 2000 benodigde percelen: door Gedeputeerde Staten aangewezen percelen, vastgelegd in een provinciaal inpassingsplan of bestemmingsplan, waarvoor het voornemen bestaat deze zo nodig te onteigenen ten behoeve van de uitvoering van Natura 2000-maatregelen.

E.

Artikel 2.4 wordt als volgt gewijzigd:

• 1. Onderdeel a vervalt, onder verlettering van de onderdelen b en c tot a en b.

• 2. In onderdeel b (nieuw) wordt “voor PAS benodigde” vervangen door: “voor Natura 2000 benodigde”.

F.

Artikel 2.5, onder b komt te luiden:

• 1. reeds voor indiening van de aanvraag begonnen is met de uitvoering van het project;

G.

Artikel 2.6 wordt als volgt gewijzigd:

• 1. In het eerste lid, onder 6º, vervalt “PAS-herstelmaatregelen en”.

• 2. In het tweede lid wordt “in artikel 2.4, onder c” vervangen door: “in artikel 2.4, onder b”.

• 3. In het derde lid wordt “voor de natuurdoelen (…) GGOR” vervangen door “dat nodig is voor de bescherming en instandhouding van de habitattypen en soorten”.

• 4. In het vierde lid, onder a, wordt “in bijlage 2 en bijlage 3 van het Provinciaal Milieu- en Waterplan” vervangen door: “in bijlage 3 en bijlage 4 van het Regionaal Water en Bodem Programma ”.

• 5. In het vierde lid, onder b, wordt “voor de natuurdoelen (…) GGOR” vervangen door “dat nodig is voor de bescherming en instandhouding van de habitattypen en soorten”.

• 6. Het vijfde lid vervalt.

H.

Artikel 2.7, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

• 1. Onderdeel a vervalt, onder verlettering van de onderdelen b tot en met

• k tot a tot en met j.

• 2. In onderdeel b (nieuw), wordt “voor PAS” vervangen door: “voor Natura 2000”.

• 3. In onderdeel c (nieuw), wordt “1 januari 2015” vervangen door:

• “1 januari 2021”.

• 4. In onderdeel d (nieuw) wordt “PAS-gebiedsanalyses” vervangen door: “gebiedsanalyses”.

• 5. In onderdeel j wordt “exclusief” vervangen door “vermeerderd met”.

I.

Artikel 2.8 wordt als volgt gewijzigd:

• 1. Onderdeel a, komt te luiden:

  • a. kosten voor grondverwerving, functiewijziging, pachtafkoop of erfpachtafkoop;

• 2. In onderdeel d, wordt “1 januari 2021” vervangen door “voor indiening van de aanvraag”.

J.

Artikel 2.9 komt te luiden:

Artikel 2.9 Aanvraagtijdvak

Subsidieaanvragen worden ingediend van:

• a. 15 februari 2019 tot en met 3 december 2019;

• b. 5 februari 2020 tot en met 3 december 2020;

• c. 15 januari 2021 tot en met 30 november 2021;

• d. 3 januari 2022 tot en met 2 december 2022.

K.

In artikel 2.10 wordt onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van onderdeel c, een onderdeel toegevoegd, luidende:

• d. € 3.000.000 voor de periode, genoemd in artikel 2.9, onder d.

L.

Artikel 2.13 wordt als volgt gewijzigd:

• 1. In onderdeel c vervalt “bij subsidies van € 25.000 en hoger”.

• 2. In onderdeel d wordt “van € 25.000 en hoger” vervangen door: “tot € 125.000”.

M.

Artikel 2.14 wordt als volgt gewijzigd:

• 1. In het eerste lid komt “van € 25.000” te vervallen.

• 2. Onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van het eerste lid, onderdeel d, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • d. een verklaring inzake werkelijke kosten en opbrengsten als bedoeld in artikel 21, zevende lid, van de Asv, met gebruikmaking van de daartoe door Gedeputeerde Staten vastgestelde modelverklaring.

N.

Artikel 2.15, eerste lid komt te luiden:

• 1. Gedeputeerde Staten verstrekken een voorschot van 80% van het verleende subsidiebedrag.

O.

Artikel 2.15a komt te luiden

Artikel 2.15a Vaststelling subsidies tot € 125.000

Bij subsidies tot € 125.000 stellen Gedeputeerde Staten de subsidie ingevolge artikel 7, eerste lid, van de algemene groepsvrijstellingsverordening, vast op basis van prestaties en gerealiseerde kosten.

P.

Artikel 3.9 komt te luiden:

Artikel 3.9 Aanvraagtijdvak

Subsidieaanvragen worden ingediend van:

• a. 15 februari 2019 tot en met 3 december 2019;

• b. 5 februari 2020 tot en met 3 december 2020;

• c. 15 januari 2021 tot en met 30 november 2021;

• d. 3 januari 2022 tot en met 2 december 2022.

Q.

Aan artikel 3.10 wordt onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van onderdeel c, een onderdeel toegevoegd, luidende:

• d. € 255.000 voor de periode, genoemd in artikel 3.9, onder d.

R.

Artikel 4.6 komt te luiden:

Artikel 4.6 Subsidievereisten

• 1. Om voor subsidie als bedoeld in artikel 4.4 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a. het project wordt uitgevoerd in of nabij een gebied dat als knelpunt is opgenomen op de Knelpuntenkaart ontsnippering provincie Noord-Brabant, opgenomen in bijlage 4a bij deze regeling;

  • b. het project heeft betrekking op een bestaande weg of waterloop, in beheer bij gemeente of waterschap, die een ecologische verbindingszone kruist of raakt; of

  • c. het project heeft betrekking op een bestaande weg of waterloop, in beheer bij gemeente of waterschap, in de provincie Noord-Brabant, waar aantoonbaar sprake is van een situatie waar fauna frequent ten prooi valt aan het verkeer.

• 2. Onverminderd het eerste lid, wordt om voor subsidie als bedoeld in artikel 4.4 in aanmerking te komen voldaan aan de volgende vereisten:

  • a. de te realiseren, dan wel aan te passen faunavoorziening is geschikt voor de desbetreffende faunasoort;

  • b. aan het project ligt een projectplan ten grondslag waarin in ieder geval is opgenomen:

    • 1°. op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten in deze paragraaf;

    • 2°. een sluitende begroting.

S.

Artikel 4.9 komt te luiden:

Artikel 4.9 Aanvraagtijdvak

Subsidieaanvragen worden ingediend van:

• a. 15 februari 2019 tot en met 3 december 2019;

• b. 5 februari 2020 tot en met 3 juli 2020;

• c. 15 januari 2021 tot en met 30 november 2021;

• d. 3 januari 2022 tot en met 2 december 2022.

T.

Aan artikel 4.10 wordt onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van onderdeel c, een onderdeel toegevoegd, luidende:

• d. € 250.000 voor de periode, genoemd in artikel 4.9, onder d.

U.

Artikel 9.9 komt te luiden:

Artikel 9.9 Aanvraagtijdvak

Subsidieaanvragen worden ingediend van:

• a. 15 januari 2021 tot en met 1 april 2021;

• b. 3 januari 2022 tot en met 2 december 2022.

V.

Artikel 9.10 komt te luiden:

Artikel 9.10 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidies voor de periode genoemd in:

• a. artikel 9.9, onder a, vast op:

  • 1°. € 397.630 voor projecten als bedoeld in artikel 9.4, onder a;

  • 2°. € 399.750 voor projecten als bedoeld in artikel 9.4, onder b;

  • 3°. € 2.332.850 voor projecten als bedoeld in artikel 9.4, onder c.

• b. artikel 9.9, onder b, vast op:

  • 1°. € 400.000 voor projecten als bedoeld in artikel 9.4, onder a;

  • 2°. € 400.000 voor projecten als bedoeld in artikel 9.4, onder b;

  • 3°. € 2.500.000 voor projecten als bedoeld in artikel 9.4, onder c.

W.

In artikel 9.13, eerste lid, vervalt onderdeel e, onder verlettering van de onderdelen f en g tot e en f.

X.

In artikel 10.5, onder b, wordt “€ 875.000” vervangen door “€ 500.000”.

Y.

Artikel 10.9 komt te luiden:

Artikel 10.9 Aanvraagtijdvak

Subsidieaanvragen worden ingediend van:

• a. 15 januari 2021 tot en met 1 april 2021;

• b. 3 januari 2022 tot en met 2 december 2022.

Z.

Artikel 10.10 komt te luiden:

Artikel 10.10 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidies als bedoeld in artikel 10.4 vast op:

• a. € 1.619.770 voor de periode genoemd in artikel 10.9, onder a;

• b. € 1.000.000 voor de periode genoemd in artikel 10.9, onder b.

AA.

In artikel 10.11 wordt “€ 875.000” vervangen door “€ 500.000”.

BB.

In artikel 10.13, eerste lid, vervalt onderdeel f, onder verlettering van onderdeel g tot onderdeel f.

CC.

Artikel 11.9 komt te luiden:

Artikel 11.9 Aanvraagtijdvak

Subsidieaanvragen worden ingediend van;

• a. 15 januari 2021 tot en met 15 februari 2021;

• b. 10 januari 2022 tot en met 4 februari 2022.

DD.

Artikel 11.10 komt te luiden:

Artikel 11.10 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidies als bedoeld in artikel 11.4 vast op:

• a. € 500.000 voor de periode genoemd in artikel 11.9, onder a;

• b. € 500.000 voor de periode genoemd in artikel 11.9 onder b.

EE.

In artikel 11.13, eerste lid, vervalt onderdeel e, onder verlettering van onderdeel f tot onderdeel e.

FF.

Artikel 14.1 wordt als volgt gewijzigd:

• 1. Het begrip Provinciaal Milieu- en Waterplan vervalt.

• 2. Het volgende begrip wordt in de alfabetische rangschikking ingevoegd:

• Regionaal Water en Bodem Programma: door Provinciale Staten op 3 december 2021 vastgesteld Regionaal Water en Bodem Programma Noord-Brabant 2022-2027;

GG.

Artikel 14.5, onder c, komt te luiden:

• c. het project gericht is op verwerving, functiewijziging, pachtvrij of erfpachtvrij maken of beheer van gronden;

HH.

Artikel 14.14, eerste lid, kom te luiden:

• 1. De hoogte van de subsidie bedraagt:

  • a. voor agrarische ondernemingen, 100% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 500.000 per project;

  • b. voor overige ondernemingen, 100% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 2.500.000 per project.

II.

In artikel 14.9, onderdeel d, onder 1°, wordt “in bijlage 2 en bijlage 3 van het Provinciaal Milieu- en Waterplan” vervangen door “bijlage 3 en bijlage 4 van het Regionaal Water en Bodem Programma”.

JJ.

Artikel 14.17, onder i, komt te luiden:

• i. houdt, bij subsidies tot €125.000, een administratie bij van aan de activiteiten verbonden uitgaven en inkomsten als bedoeld in artikel 4:37, eerste lid, onder b, van de Awb en overlegt deze desgevraagd aan Gedeputeerde Staten.

KK.

Aan artikel 14.18, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van onderdeel c, een onderdeel toegevoegd, luidende:

• d. een verklaring inzake werkelijke kosten en opbrengsten als bedoeld in artikel 21, zevende lid, van de Asv, met gebruikmaking van de daartoe door Gedeputeerde Staten vastgestelde modelverklaring.

LL.

Bijlage 4 behorende bij de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant wordt vervangen door bijlage 1 behorende bij deze regeling.

MM.

Na bijlage 4 van Subsidieregeling natuur Noord-Brabant wordt bijlage 2 behorende bij deze regeling ingevoegd.

Artikel II Terinzagelegging

• 1. Deze regeling wordt in het Provinciaal Blad geplaatst met uitzondering van bijlage 2 bij deze regeling, die ter inzage wordt gelegd.

• 2. Van deze terinzagelegging zal mededeling worden gedaan in het Provinciaal Blad.

Artikel III Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

’s-Hertogenbosch, 14 december 2021

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema ‘

de secretaris,

drs. M.J.A. van Bijnen MBA

Bijlage 1 behorende bij artikel I, onder LL, van de Twintigste wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant

Bijlage 4 behorende bij artikel 3.7 van de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant

Lumpsum bedragen voor de aanleg van beplantingen en het plaatsen van rasters

Onderdeel	Eenheid	Bedrag per eenheid inclusief BTW	Bedrag per eenheid exclusief BTW
Aanleg beplantingen en plaatsen rasters
aanplant bosplantsoen; conventioneel geteeld en nl-herkomst (excl. dijktaluds)	stuks	€ 2,15	€ 1,87
aanplant bosplantsoen; conventioneel geteeld en nl-herkomst op dijktaluds	stuks	€ 2,81	€ 2,43
aanplant hoogstamfruitbomen	stuks	€ 83,29	€ 72,74
aanplant laanbomen	stuks	€ 83,29	€ 72,74
aanplant knotwilgenstek/ populieren 10-12 /veren 200-250 cm	stuks	€ 20,21	€ 22,95
plaatsen rundveeraster; onbehandelde palen van duurzaam hout op 4 meter afstand en minimaal 2 puntdraden	meter	€ 4,95	€ 4,10
plaatsen elektrisch rundveeraster; onbehandelde palen van duurzaam hout op 10 meter afstand en minimaal 2 draden	meter	€ 3,84	€ 3,18
plaatsen schapenraster; onbehandelde palen van duurzaam hout op 3 meter afstand en zwaar gelijkmatig ursusgaas van 100 cm hoogte	meter	€ 12,18	€ 10,07
plaatsen boomkorf; type schaap	stuks	€ 24,37	€ 20,14
plaatsen boomkorf; type rund	stuks	€ 48,02	€ 39,69
verplaatsen van bestaand rundveeraster	meter	€ 1,13	€ 0,93
verplaatsen van bestaand schapenraster	meter	€ 2,77	€ 2,29
Aanleg poelen en natuuroevers
ontgraven poel/natuuroever en verwerken vrijkomende grond	m3	€ 5,51	€ 4,55

Bijlage 2 behorende bij artikel I, onder MM, van de Twintigste wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant

Bijlage 4a behorende bij artikel 4.6, eerste lid, onder a, van de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant

Deze bijlage ligt overeenkomstig artikel 136 van de Provinciewet digitaal ter inzage bij de Provincie Noord-Brabant en is raadpleegbaar via onderstaande link.

Knelpuntenkaart ontsnippering provincie Noord-Brabant

Toelichting behorende bij de Twintigste wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant

I. Algemeen

Deze twintigste wijziging van de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant betreft het openstellen van nieuwe aanvraagtijdvakken voor subsidie op grond van de paragrafen 1 tot en met 4 en 9 tot en met 11 en het aanbrengen van een aantal technische en redactionele wijzigingen van de paragrafen 2, 4, 9, 10, 11 en 14.

II. Artikelsgewijs

Artikel I (Wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant)

Onderdeel C, D, E en G (opschrift paragraaf 2 en artikelen 2.1, 2.4 en 2.6)

Door het vervallen van de Programmatische Aanpak Stikstof, zijn enkele tekstuele wijzigingen doorgevoerd in paragraaf 2 van de subsidieregeling. Als afzonderlijke subsidiabele activiteit is het treffen van PAS-maatregelen vervallen.

Daarnaast is de verwijzing naar het Provinciaal Milieu- en Waterplan (PMWP) vervangen door een verwijzing naar het op 3 december 2021 door Provinciale Staten vastgestelde Regionaal Water en Bodem Programma voor 2022-2027 (RWP).

Onderdeel H (artikel 2.7, vijfde lid)

Verduidelijkt is dat het genoemd uurtarief nog kan worden vermeerderd met BTW indien een aanvrager de BTW niet kan verrekenen of compenseren. Indien verrekening of compensatie van de BTW wel mogelijk is, dan is deze, op grond van de Algemene subsidieverordening, niet subsidiabel.

Onderdeel I (artikel 2.8)

Verduidelijkt is dat grondverwerving mede omvat functiewijziging en de afkoop van pacht of erfpacht.

Onderdeel R (artikel 4.6, eerste lid)

Om voor subsidie in aanmerking te komen moet het project worden uitgevoerd in een gebied dat als knelpunt is opgenomen op de Knelpuntenkaart ontsnippering provincie Noord-Brabant. Die kaart is gebaseerd op een in een recent verleden gedaan onderzoek naar aanwezige knelpunten in het wegennet van Noord-Brabant. Een deel van het onderzoek had ook betrekking op de knelpunten bij gemeentewegen.

Geconstateerd is dat het ook wenselijk is faunapassages te subsidiëren in die gevallen dat een bestaande weg of waterloop een ecologische verbindingszone (EVZ) kruist of raakt.

Het realiseren van EVZ`s is een belangrijk onderdeel van het provinciaal natuurbeleid en de aanleg daarvan wordt gesubsidieerd via de Subsidieregeling realisering Natuurnetwerk Noord-Brabant. Zonder faunapassages in wegen en watergangen gaan EVZ’s met grote waarschijnlijkheid leiden tot aanrijdingen. Om de EVZ’s volledig te kunnen laten functioneren is het dus zeer wenselijk om ook de aanleg van faunapassages te stimuleren door subsidie mogelijk te maken.

Daarnaast zijn knelpunten niet statisch is, want populaties en leefgebieden veranderen. Daardoor ontstaan er op nieuwe plekken soms knelpunten waar regelmatig dieren worden doodgereden, zoals de das en de bever. Om deze tijdig op te lossen en meer sterfte te voorkomen, komen ook deze knelpunten voor subsidie in aanmerking.

Onderdeel W, BB en EE (artikelen 9.13, 10.13 en 11.13)

Op grond van artikel 19, tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant (Asv) kunnen Gedeputeerde Staten bij subsidies van € 25.000 en hoger de verplichting opleggen om een voortgangsverslag te overleggen, indien de periode van uitvoering van de activiteiten waarvoor subsidie wordt verstrekt meer dan twaalf maanden bedraagt.

De verplichting tot het overleggen van een voortgangsverslag vervalt. Op grond van artikel 17 van de Asv zijn subsidieontvangers echter verplicht om alle ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de hoogte van de subsidie te melden. Een melding kan leiden tot het intrekken of wijzigen van de subsidieverlening, het opschorten van voorschotten of het aanpassen van verplichtingen of het lager of zelfs op nihil vaststellen van de subsidie. Indien er geen melding is gedaan en pas bij een aanvraag voor vaststelling of bij een steekproef blijkt dat er wel een melding gedaan had moeten worden, kan dit leiden tot volledige terugvordering inclusief wettelijke rente.

Onderdeel FF, II (artikelen 14.1 en 14.9)

De verwijzing naar het Provinciaal Milieu- en Waterplan (PMWP) is vervangen door een verwijzing naar het op 3 december 2021 door Provinciale Staten vastgestelde Regionaal Water en Bodem Programma voor 2022-2027 (RWP).

Onderdeel GG (artikel 14.5)

Verduidelijkt is dat grondverwerving en functiewijziging mede omvatten de afkoop van pacht of erfpacht.

Onderdeel HH (artikel 14.14)

De maximumbedragen genoemd in artikel 14.14 gelden per project waarvoor subsidie wordt aangevraagd. Zij zijn dus niet bedoeld als maximumbedrag dat in totaal per onderneming kan worden verstrekt onder deze paragraaf. Projecten dienen vanzelfsprekend een logisch samenhangend geheel te vormen.

Maatregelen die op een aaneengesloten gebied betrekking hebben, moeten zo mogelijk als één project worden aangevraagd, teneinde de ecologische onderbouwing goed te kunnen beoordelen.

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. M.J.A. van Bijnen MBA