Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân van 7 december 2021, tot vaststelling van het openstellingsbesluit POP3+ maatregel 4 investeringen in infrastructuur voor de ontwikkeling, modernisering of aanpassing van landbouwbedrijven (Openstellingsbesluit POP3+ proceskosten kavelruil, 2022)

GEDEPUTEERDE STATEN VAN FRYSLÂN

 

gelet op artikel 1.3, vierde lid, van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013;

 

gelet op artikel 1.3 van de Regeling POP 3 subsidies provincie Fryslân; hierna te noemen: de Regeling;

 

BESLUITEN

 

De maatregel ‘investeringen in infrastructuur voor de ontwikkeling, modernisering of aanpassing van landbouwbedrijven’ als nadere invulling op de algemene bepalingen zoals vastgesteld in hoofdstuk 2, paragraaf 4 van de Regeling open te stellen voor aanvragen; en

 

De volgende regels vast te stellen:

Artikel 1 Definities

In aanvulling op de definities in artikel 1.1 van de Regeling wordt in dit openstellingsbesluit verstaan onder:

  • a.

    Kaart Natuur: Op deze kaart staan de NNN-gebieden binnen de provincie Fryslân aangeduid. Zoals door Provinciale State is vastgesteld op 25 juni 2014 in de Verordening Romte 2014 bijlage 8 kaart nummer 3;

  • b.

    Kaart Weidevogelgebieden: Deze kaart geeft de weidevogelkansgebieden en de weidevogelparels weer in Fryslân. Zoals door Provinciale State is vastgesteld op 25 juni 2014 in de Verordening Romte 2014 bijlage 17 kaart nummer 7;

  • c.

    KRW: Kader Richtlijn Water;

  • d.

    Landbouwagenda 2021-2030: de landbouw agenda prioriteert de provinciale actiepunten. Deze ondersteunen het landbouwbeleid gericht op grondgebonden natuurinclusieve kringlooplandbouw.

  • e.

    SNN: Samenwerkingsverband Noord Nederland;

  • f.

    Regeling: Regeling POP 3 subsidies provincie Fryslân gewijzigd vastgesteld op 16 november 2021.

Artikel 2 Openstellingsperiode

  • 1.

    Een aanvraag voor de maatregel 4 ‘investeringen in infrastructuur voor de ontwikkeling, modernisering of aanpassing van landbouwbedrijven’, zijnde paragraaf 2.4 van de Regeling, kan worden ingediend van 3 januari 2022 9.00 uur tot en met 3 februari 2022 17.00 uur.

  • 2.

    Een aanvraag wordt geacht tijdig te zijn ingediend, indien deze is ontvangen door het SNN binnen de in het vorige lid genoemde openstellingstijdvak.

Artikel 3 Openstellingsplafond

Het subsidieplafond voor aanvragen die op grond van dit openstellingsbesluit worden ontvangen binnen het in artikel 2, eerste lid, bepaalde tijdvak vast te stellen op € 400.000 bestaande uit € 200.000 Europese (ELPO) middelen en € 200.000 provinciale middelen.

Artikel 4 Doelgroep

Op grond van artikel 1.3, vierde lid, aanhef en onder c, en in afwijking van artikel 2.4.2 van de Regeling, kan subsidies uitsluitend aangevraagd en ontvangen worden door:

  • a.

    Landbouwers;

  • b.

    Grondeigenaren die geen landbouwers zijn;

  • c.

    Pachters;

  • d.

    Stichting voor kavelruil;

  • e.

    Provincie.

Artikel 5 Subsidiabele activiteit

Op grond van artikel 2.4.1, onder a van de Regeling kan subsidie alleen worden verstrekt voor de planvorming of draagvlakontwikkeling voor de verbetering van de verkavelingsstructuur van landbouwbedrijven en/of de verplaatsing van landbouwbedrijven gericht op verbetering van de landbouwinfrastructuur.

Artikel 6 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Subsidie wordt, op grond van artikel 2.4.1.1 van de Regeling, verstrekt voor de volgende kosten, voor zover de kosten direct samenhangen met de subsidiabele activiteit zoals omschreven in artikel 5 van dit openstellingsbesluit::

    • a.

      kosten voor draagvlakontwikkeling;

    • b.

      faciliteren aankoop ruilgronden;

    • c.

      opstellen en ondersteunen van verkavelingsplannen en verkavelingsprocedures;

    • d.

      vacatiegelden voor gebiedscommissies;

    • e.

      kadaster- en notariskosten;

    • f.

      kosten voor projectmanagement en projectadministratie.

    • g.

      inhuur van kavelruilcoördinatoren en andere experts;

  • 2.

    Op grond van van artikel 1.12 van de Regeling kunnen de subsidiabele kosten genoemd in het eerste lid slechts bestaan uit de volgende kostentypen:

    • a.

      personeelskosten voor zover die zijn berekend overeenkomstig artikel 1.9 en 1.9a van de regeling;

    • b.

      kosten derden;

    • c.

      vrijwilligersuren als bedoeld in artikel 1.11 zevende lid van de Regeling;

    • d.

      onbetaalde eigen arbeid als bedoel in artikel 1.11a van de Regeling.

Artikel 7 Subsidievereisten

Om voor subsidie, als bedoeld in artikel 5 van dit openstellingsbesluit, in aanmerking te komen moet worden voldaan aan de volgende subsidievereiste:

de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd hebben een aantoonbare directe link met de landbouw.

Artikel 8 Aanvraag

  • 1.

    In afwijking van het bepaalde in artikel 1.7 van de Regeling dient een subsidieaanvraag te worden ingediend bij Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân via het SNN door middel van een daarvoor ontwikkelde webportal dat bereikbaar is via www.snn.nl/pop3.

  • 2.

    Een subsidieaanvraag omvat:

    • a.

      een projectplan conform format SNN;

    • b.

      een begroting voor de activiteit of activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd conform format SNN;

    • c.

      een toelichting op de begroting;

    • d.

      een sluitend financieringsplan van de kosten van de activiteiten, met inbegrip van een opgave van subsidies of vergoedingen die voor dezelfde activiteiten bij andere bestuursorganen, private organisaties of personen zijn aangevraagd, onder vermelding van de stand van zaken daarvan;

    • e.

      een overzicht van inkomsten die met de uitvoering van de activiteit gegenereerd worden;

    • f.

      een kaart met daarop aangegeven de locatie of locaties waar de kavelruil wordt uitgevoerd of, indien deze locatie of locaties nog niet exact bekend is, een zoekgebiedenkaart voor de kavelruil;

    • g.

      indien de investering naar waarschijnlijkheid leidt tot negatieve omgevingseffecten, bevat de subsidieaanvraag een omschrijving van de benodigde vergunningen, waarin deze omgevingseffecten worden getoetst, die voor de uitvoering dienen te worden verkregen.

Artikel 9 Niet-subsidiabele kosten

Onverminderd het bepaalde in artikel 1.13 van de Regeling en artikel 1.10 van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013 komen de kosten voor de aankoop van gronden niet in aanmerking voor subsidie.

Artikel 10 Hoogte subsidie

  • 1.

    De te verstrekken subsidie voor een activiteit als omschreven in artikel 5 van dit openstellingsbesluit bedraagt 100% van de subsidiabele kosten als omschreven in artikel 6 eerste lid onder a tot en met f van dit openstellingsbesluit;

  • 2.

    De kosten als bedoeld in artikel 6 eerste lid onder g van dit openstellingsbesluit voor een door de aanvrager ingehuurde kavelruiladviseur zijn subsidiabel met een maximum van € 90 per uur tot een maximum van € 900.

Artikel 11 Selectiecriteria, weging en rangschikking

  • 1.

    Op grond van artikel 1.15 eerste lid van de Regeling wordt het beschikbare subsidieplafond verdeeld door middel van selectiecriteria.

  • 2.

    Gedeputeerde Staten hanteren voor de rangschikking van de volledige subsidieaanvragen artikel 1.15a van de Regeling met de volgende selectiecriteria en wegingsfactoren als opgenomen in tabel 1.

  • Tabel 1 selectiecriteria en weging van de criteria

    a. Kostenefficiëntie

    Wegingsfactor 2

    Hier wordt gekeken naar de totale proces- en procedurekosten per toegedeelde ha

    Indien de gemiddelde kosten maximaal € 500,- per toegedeelde hectare bedragen

    5 punten

    indien de gemiddelde kosten tussen € 500,- en € 1.000,- per toegedeelde hectare bedragen

    3 punten

    indien de gemiddelde kosten groter dan of gelijk zijn aan € 1.000,- per toegedeelde hectare bedragen

    0 punten

    b. Effectiviteit: De mate waarin de activiteit bijdraagt aan één of meerdere van de volgende (beleids)doelen:

    Wegingsfactor 3

    Nut landbouw:

    Maximaal 15 punten

    - verbetering van grondgebondenheid

    - huiskavelverbetering voor beweiding van vee

    - verbetering infrastructuur door afstandsverkorting

    Nut natuur:

    Maximaal 20 punten

    - gronden ruilen ten behoeve van de realisatie van NNN-gebieden, natura-2000 gebieden en/of weidevogelkerngebieden, zoals aangegeven op kaart genaamd Natuur en Weidevogelgebieden.

    - gronden ruilen om druk van intensieve landbouw rondom NNN-gebieden en natura-2000 gebieden zoals aangegeven op kaart genaamd Natuur en Weidevogelgebieden te verminderen.

    - gronden ruilen ten behoeve van weidevogelbeheer, zoals aangegeven op kaart genaamd Weidevogelgebieden.

    - gronden ruilen ten behoeven van ecologische maatregelen zoals spuitvrije-, grasland-, akkerranden, houtige landschapselementen en/of ecologisch slotenbeheer

    Nut water:

    Maximaal 5 punten

    - beschikbaar krijgen van gronden voor uitvoering van de Kader Richtlijn Water middels ruiling, aangegeven factsheet SGBP 2022-2027.

    Score per criterium onder selectiecriterium ‘b Effectiviteit’: 0=geen, 1 = laag, 2 en 3 = gemiddeld, 4 en 5 = hoog

  • 3.

    De door Gedeputeerde Staten ingestelde Adviescommissie POP3 Kavelruil adviseert over de rangschikking van de ontvangen volledige aanvragen onder toepassing van de in het tweede lid van dit artikel genoemde selectiecriteria en de daarbij horende scoremogelijkheden..

  • 4.

    Op grond van artikel 1.15 vijfde lid worden indien aanvragen voor subsidie op gelijke plaats zijn gerangschikt en honorering van die aanvragen zou leiden tot een overschrijding van het subsidieplafond de aanvragen met deze puntenscoring gehonoreerd op basis van loting.

Artikel 12 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 1.8 van de Regeling wordt subsidie geweigerd indien:

  • a.

    de aanvraag wordt ontvangen buiten de openstellingsperiode als aangegeven in artikel 2 eerste lid van dit openstellingsbesluit;

  • b.

    de aanvrager niet voldoet aan de doelgroep als omschreven in artikel 4 van dit openstellingsbesluit;

  • c.

    de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd niet vallen onder de activiteiten zoals beschreven in artikel 5 van dit openstellingsbesluit;

  • d.

    niet wordt voldaan aan de subsidievereisten zoals bepaald in artikel 7 van dit openstellingsbesluit;

  • e.

    de subsidieaanvraag niet is ingediend zoals omschreven in artikel 8 van dit openstellingsbesluit;

  • f.

    in een subsidieaanvraag de subsidiabele kosten na beoordeling minder bedragen dan € 200.000,--;

  • g.

    het project bij de weging op de selectiecriteria zoals opgenomen in artikel 11 van dit openstellingsbesluit minder dan 8 punten scoort;

  • h.

    op het criterium genoemd in artikel 11, tweede lid onder a van dit openstellingsbesluit niet een score van 3 punten of meer wordt behaald;

  • i.

    op het criterium genoemd in artikel 11, tweede lid onder b van dit openstellingsbesluit niet een score van 5 punten of meer wordt behaald.

Artikel 13 Bevoorschotting op basis van realisatie

In aanvulling op het bepaalde in artikel 1.23 van de regeling kan één keer per kalenderjaar een aanvraag om een voorschot worden ingediend, waarop een uitbetaling kan plaatsvinden.

Artikel 14 Verplichtingen

Onverminderd de verplichtingen die voortvloeien uit artikel 1.17 van de Regeling is de subsidieontvanger verplicht

de subsidiabele activiteit(en) te realiseren uiterlijk op 30 juni 2024. Het verzoek tot vaststelling van de subsidie dient uiterlijk op 31 oktober 2024 te zijn ontvangen.

Artikel 15 Slotbepalingen

Dit openstellingsbesluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 16 Citeertitel

Dit openstellingsbesluit wordt aangehaald als: Openstellingsbesluit POP3+ proceskosten kavelruil, 2022.

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 7 december 2021

Voorzitter drs. A.A.M. Brok,

Secretaris R.E. Bouius – Riemersma, MBA MCM

Artikelsgewijze toelichting bij het openstellingsbesluit POP3+ proceskosten kavelruil, 2022

Met deze subsidieopenstelling wordt bijgedragen aan het uitvoeren van de Landbouwagenda 2021-2030 van de provincie Fryslân door de aanvragen te beoordelen op de mate waarin zij bijdragen aan het verbeteren van de grondgebondenheid van landbouwbedrijven, verbetering van de huisverkaveling voor de beweiding van vee en verbetering van infrastructuur door afstandsverkorting tussen percelen van landbouwbedrijven. Daarnaast wordt een bijdrage geleverd aan de doelen op het gebied van natuur, biodiversiteit en weidevogelbeheer door projecten ten behoeve van de realisatie en/of beheer van NNN, natura-2000 en/of weidevogelkerngebieden te ondersteunen. Het ruilen van gronden rond NNN, natura-2000 of weidevogelkerngebieden is een methode om de negatieve impact die landbouw kan hebben op de gebieden. Het nemen van ecologische maatregelen zoals spuitvrije-, grasland-, akkerranden, houtige landschapselementen en/of ecologisch slotenbeheer kan ook bijdragen aan het verminderen van de impact van landbouw op deze gebieden. Tot slot wordt bijgedragen aan het behalen van de Kader Richtlijn Water doelen.

 

Artikel 1 Definities

In aanvulling op de definities in artikel 1.1 van de Regeling wordt in dit openstellingsbesluit verstaan onder: Factsheet SGBP 2022-2027: de factsheets van de verschillende waterlichamen zijn te vinden op: WKP Factsheets Ontwerp SGBP 2022-2027 (waterkwaliteitsportaal.nl).

Artikel 4 Doelgroep

De inzet van de provincie is de aanvragers van een kavelruil te ontzien in de administratieve lasten en daarnaast effectiviteit van de kavelruilen te optimaliseren. Zij kunnen de proceskosten dan bij de provincie declareren. Dit is evenwel geen verplichting. Daarom zijn de beoogde aanvragers ook benoemd als doelgroep zodat zij ook eventueel zelf een aanvraag bij de SNN kunnen doen.

 

Artikel 5 Subsidiabele activiteit

De subsidiabele activiteiten zijn beperkt tot de proceskosten die verbonden zijn aan het verbeteren van de verkavelingsstructuur van landbouwbedrijven. Fysieke investeringen naar aanleiding van kavelruil zijn bewust niet geïncludeerd vanwege het subsidieplafond.

 

Artikel 6 Subsidiabele kosten

Binnen deze subsidieopenstelling worden de subsidiabele personeelskosten berekend middels een Vereenvoudigde kostenoptie (VKO) overeenkomstig artikel 1.9a van de Regeling.

 

Artikel 11 Selectiecriteria, weging en rangschikking

Op grond van artikel 1.15 van de Regeling hanteert Gedeputeerde Staten voor de beoordeling en rangschikking van de subsidieaanvragen een puntenscoring op basis van selectiecriteria. Aanvragen worden beoordeeld op kosteneffectiviteit en de mate waarin de maatregelen bijdragen aan beleidsdoelen. Kosteneffectiviteit draagt bij aan een zo goed als mogelijk gebruik en doelbereik van de financiële middelen. Middels de scoring van aanvragen op de bijdrage aan beleidsdoelen wordt de effectiviteit van de aanvragen beoordeeld. Als de activiteiten in een aanvraag bijdragen aan meerdere beleidsdoelen, kunnen hier ook meerdere punten gehaald worden.

 

Voor de scoring, rangschikking en honorering van aanvragen worden artikel 1.15 en artikel 1.15a gehanteerd.

 

Gedeputeerde Staten van Fryslân hebben, evenals Gedeputeerde Staten van Groningen en Drenthe, eengezamenlijke Interprovinciale Adviescommissie POP3 Kavelruil ingesteld. De Adviescommissie stelt een prioriteitenlijst op middels een rangschikking door het toekennen van punten aan de hand van in artikel 11 genoemde wegings- en selectiecriteria. Deze commissie is samengesteld uit twee deskundigen van de provincie Groningen, twee van de provincie Drenthe en twee van de provincie Fryslân. De deskundigen van de provincies Groningen en Drenthe zullen de projecten binnen de provincie Fryslân beoordelen. Dit moet een onafhankelijke, gelijke en transparante behandeling van de aanvragen garanderen.

 

Artikel 12 Weigeringsgronden

Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie moeten minimaal 8 punten worden behaald. Bij de mate waarin de investering bijdraagt aan de beleidsdoelen, is het minimaal nodig dat op het onderdeel landbouw 3 punten worden gescoord of op alle drie de onderdelen landbouw, natuur, en water minimaal 1 punt wordt gescoord waarbij minimaal één van de drie onderdelen minimaal 3 punten scoort (samen minimaal 5 punten). Voor kosteneffectiviteit moeten minimaal 3 punten worden behaald. Dit staat gelijk met dat de gemiddelde proces- en procedurekosten per toegedeelde hectare lager zijn dan € 1.000,-.

 

 

Naar boven