Tweede wijzigingsverordening Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers Noord-Brabant

Verordening van Provinciale Staten van de provincie Noord-Brabant van 22 januari 2021 tot wijziging van de Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers Noord-Brabant in verband met het aanbrengen van enkele verduidelijkingen en technische wijzigingen (Tweede wijzigingsverordening Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers Noord-Brabant)

 

Provinciale Staten van Noord-Brabant,

 

Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van 24 november 2020, 89/20;

 

Gelet op de artikelen 93, 94 en 143 van de Provinciewet;

 

Gelezen het advies van het Presidium d.d. 14 december 2020;

 

Overwegende dat het wenselijk is de Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers Noord-Brabant te wijzigingen teneinde enkele verduidelijkingen en technische wijzigingen aan te brengen;

 

Besluiten vast te stellen de volgende verordening:

Artikel I Wijziging Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers Noord-Brabant

De Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

 

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid, onder b, wordt “Rechtspositieregeling” vervangen door “Regeling rechtspositie”.

  • 2.

    In het tweede lid wordt “, rondvraagmomenten en woordvoerdersoverleggen” vervangen door “en rondvraagmomenten”.

B.

 

In hoofdstuk 2 wordt voor artikel 2 een artikel ingevoegd, luidende: 

 

Artikel 1a Beloning, vergoedingen en voorzieningen

  • 1.

    Een statenlid ontvangt een vergoeding voor de werkzaamheden alsmede een tegemoetkoming in of vergoeding van de kosten en voorzieningen die verband houden met de vervulling van het lidmaatschap van Provinciale Staten conform de paragrafen 1 tot en met 3, met uitzondering van artikel 2.1.1, vierde lid, van afdeling 2.1 van het besluit en artikel 2.1 van de regeling.

  • 2.

    Een statenlid aan wie op grond van artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag is verleend wegens zwangerschap en bevalling of ziekte ontvangt een vergoeding voor de werkzaamheden alsmede een tegemoetkoming in of vergoeding van de kosten en voorzieningen die verband houden met de vervulling van het lidmaatschap van Provinciale Staten conform artikel 2.1.13 van het besluit.

C.

 

Na hoofdstuk 2 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

 

Hoofdstuk 2a Vergoedingen voor commissieleden

 

Artikel 4a Vergoeding voor vergaderingen en reis- en verblijfskostenvergoeding

  • 1.

    Een commissielid ontvangt een vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen conform artikel 2.4.1 van het besluit.

  • 2.

    Een commissielid ontvangt reis- en verblijfskostenvergoeding voor reizen binnen de provincie conform artikel 2.4.3 van het besluit en artikel 2.1 van de regeling.

D.

 

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Het opschrift komt te luiden:

    Artikel 9 Declaratie van zelf betaalde kosten en de vergoeding aan commissieleden voor het bijwonen van vergaderingen

  • 2.

    In het tweede lid wordt na “betaald” ingevoegd “, de vergoeding aan commissieleden voor het bijwonen van vergaderingen als bedoeld in artikel 4a,”.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel III Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Tweede wijzigingsverordening Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers Noord-Brabant.

’s-Hertogenbosch, 22 januari 2021 

Provinciale Staten voornoemd, 

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de griffier,

mr. K.A.E. ten Cate

Toelichting behorende bij de Tweede wijzigingsverordening Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers Noord-Brabant  

Artikel I Wijziging Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers Noord-Brabant

 

Onder A (artikel 1, tweede lid)In artikel 1, tweede lid, is de verwijzing naar “woordvoerdersoverleggen” geschrapt, aangezien het woordvoerdersoverleg als overleggremium is komen te vervallen met de inwerkingtreding per 17 maart 2020 van het Reglement van orde Provinciale Staten Noord-Brabant 2020.

 

Onder B (artikel 1a (nieuw))

Artikel 93, eerste lid, van de Provinciewet bepaalt dat statenleden een bij verordening van Provinciale Staten vast te stellen vergoeding voor hun werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten ontvangen (waaronder reis- en verblijfskosten). Hetzelfde geldt voor statenleden aan wie ingevolge artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag is verleend wegens zwangerschap en bevalling of ziekte. Artikel 93, tweede lid, van de Provinciewet bepaalt daarnaast dat Provinciale Staten bij verordening regels kunnen stellen over de tegemoetkoming in of vergoeding van bijzondere kosten en over andere voorzieningen die verband houden met de vervulling van het lidmaatschap van Provinciale Staten. Tot voor kort werd aangenomen dat het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers (hierna: het besluit) en de Regeling rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers (hierna: de regeling) op dit punt volstaan. Uit overleg met het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is echter gebleken dat de toepassing van het besluit en de regeling expliciet in de provinciale verordening moet worden geregeld. Het nieuwe artikel 1a strekt hiertoe.

 

Onder C (artikel 4a (nieuw))

Artikel 94, eerste lid, van de Provinciewet bepaalt dat een commissielid een bij provinciale verordening vast te stellen vergoeding ontvangt voor het bijwonen van commissievergaderingen en reis- en verblijfskosten in verband met het reizen binnen de provincie. Tot voor kort werd aangenomen dat het besluit en de regeling op dit punt volstaan. Uit overleg met het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is echter gebleken dat de toepassing van het besluit en de regeling expliciet in de provinciale verordening moet worden geregeld. Het nieuwe artikel 4a strekt hiertoe.

 

Onder D (artikel 9)

Artikel 9 bepaalt dat declaratie van kosten uit eigen middelen en vergoeding van reiskosten met de eigen auto plaatsvindt volgens een door Gedeputeerde Staten vastgesteld verantwoordingsproces en vóór 31 januari van het jaar volgend op het kalenderjaar waarop de declaratie betrekking heeft. Met deze wijziging is geregeld dat dit ook geldt voor de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen door commissieleden. Administratief gezien is dit passend.

 

’s-Hertogenbosch, 22 januari 2021

Provinciale Staten van Noord-Brabant,

 

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

 

de griffier,

mr. K.A.E. ten Cate

Naar boven