Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 19 oktober 2021 tot wijziging van de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant in verband met het hernieuwd openstellen van paragraaf 6 betreffende inspiratiebedrijven voor natuurinclusieve landbouw (Dertiende wijziging Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

 

Overwegende dat het wenselijk is de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant te wijzigen in verband met het hernieuwd openstellen van paragraaf 6 betreffende inspiratiebedrijven voor natuurinclusieve landbouw;

 

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijziging Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant

 

De Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 6.1 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Het begrip Brabantse biodiversiteitsmonitor vervalt.

  • 2.

    De begrippen deelnemers en melkveehouderij worden als volgt gewijzigd:

    deelnemers: agrarische ondernemers die betrokken worden bij het project;

    melkveehouderij: agrarisch bedrijf hoofdzakelijk gericht op het houden van vee voor het verkrijgen van melk;

  • 3.

    In alfabetische rankschikking wordt ingevoegd:

    akkerbouwbedrijf: agrarisch bedrijf hoofdzakelijk gericht op verbouw van akkerbouwgewassen in de volle grond;

    omschakelplan: plan als bedoeld in bijlage 2 bij deze regeling;

    Skal -certificaat: door Stichting Skal afgegeven certificaat voor biologische productiemethoden;

    Skal -toelatingsonderzoek: door Stichting Skal uitgevoerd onderzoek naar productiemethodes van een agrarisch bedrijf om te beoordelen of een bedrijf kan omschakelen naar een biologisch bedrijf;

    Stichting Skal: zelfstandig bestuursorgaan belast met toezicht op en certificering van biologische productiemethoden;

    vleesveehouderij: agrarisch bedrijf hoofdzakelijk gericht op het houden van vee voor het produceren van vlees;

B.

Artikel 6.2 komt te luiden:

Artikel 6.2 Doelgroep

Subsidie op grond van deze paragraaf kan worden aangevraagd door:

  • a.

    een melkveehouderij;

  • b.

    een vleesveehouderij;

  • c.

    een akkerbouwbedrijf.

C.

In artikel 6.5, onder d, wordt “drie andere projecten” vervangen door “zes andere projecten”.

 

D.

Artikel 6.6 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid wordt onder verlettering van de onderdelen d tot en met i tot de onderdelen e tot en met j, een onderdeel ingevoegd, luidende:

    • d.

      de subsidieaanvrager is gemotiveerd voor het zijn van inspiratiebedrijf, onder meer blijkend uit het vervullen van een actieve rol binnen een landbouworganisatie of landbouwnetwerk;

  • 2.

    In het eerste lid, onder e (nieuw) wordt “1 januari 2022” vervangen door “25 april 2022”.

  • 3.

    Het tweede lid komt te luiden:

    • 2.

      Onverminderd het eerste lid, beschikt een subsidieaanvrager als bedoeld in artikel 6.2, onder a of b over:

      • 1º.

        een omschakelplan dat voldoet aan de vereisten uit bijlage 2 bij deze regeling, waaruit een visie op de omschakeling van het eigen bedrijf naar natuurinclusieve landbouw blijkt; of

      • 2º.

        een Skal-certificaat dan wel een bewijs dat hij het Skal-toelatingsonderzoek met positief resultaat heeft doorlopen.

  • 4.

    Het derde lid komt te luiden:

    • 3.

      Onverminderd het eerste lid, beschikt een subsidieaanvrager als bedoeld in artikel 6.2, onder c over een Skal-certificaat dan wel heeft het Skal-toelatingsonderzoek met positief resultaat doorlopen.

E.

In artikel 6.9 wordt “19 april 2021 tot en met 1 september 2021” vervangen door “23 november 2021 tot en met 10 januari 2022”.

 

F.

Artikel 6.10 komt te luiden:

Artikel 6.10 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de periode, genoemd in artikel 6.9 vast op:

  • a.

    € 50.000 voor activiteiten verricht door de doelgroep, bedoeld in artikel 6.2, onder a;

  • b.

    € 50.000 voor activiteiten verricht door de doelgroep, bedoeld in artikel 6.2, onder b;

  • c.

    € 50.000 voor activiteiten verricht door de doelgroep, bedoeld in artikel 6.2, onder c.

G.

Artikel 6.13, eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel a wordt “1 januari 2022” vervangen door “25 april 2022”.

  • 2.

    In onderdeel b wordt “31 december 2024” vervangen door “24 april 2025”.

H.

Bijlage 9 bij de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant wordt vervangen door bijlage 1 bij deze regeling.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 22 november 2021.

 

’s-Hertogenbosch, 19 oktober 2021

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. M.J.A. van Bijnen MBA

Bijlage 1 behorende bij artikel I, onder H van de Dertiende wijziging van de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant

 

Bijlage 9 behorende bij de artikelen 6.1 en 6.6, eerste lid, onder a, van de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant

 

Maatregelentabel natuurinclusieve landbouw

 

Maatregel draagt bij aan

Nr.

Maatregel

Maatregel onderdeel bedrijfsvoering

Bodemherstel

Watersysteem herstel

Vergroten biodiversiteit en landschappelijke kwaliteit

Sluiten mineralen-kringlopen

1

Vaste rijpaden op de percelen

1

0

0

0

2

Gebruik brede banden/lage bandenspanning

1

0

0

0

3

Sleepslangbemesting met toevoegen van extra water

1

1

0

1

4

Blijvend grasland behouden of uitbreiden

1

1

1

1

5

Niet of minder kerende grondbewerking

1

0

0

0

6

Een ruimer bouwplan met meer rustgewassen

1

1

1

1

7

Bovengronds mest uitrijden (vrijstelling)

1

0

1

1

8

Mais telen in bestaande grasmat zonder gebruik te maken van chemische gewasbeschermingsmiddelen

1

1

0

1

9

Compost opbrengen

1

1

1

1

10

Langzaam afbreekbare koolstof toevoegen aan de bodem (bijvoorbeeld houtsnippers)

1

1

1

1

11

Groenbemesters toepassen (op basis van eigenschappen grond)

1

1

0

1

12

Gebruik ruige mest (strorijke dierlijke mest)

1

1

1

1

13

Teelt langjarige maaigewassen (bijvoorbeeld olifantsgras/hennepvezel

/luzerne)

1

1

1

0

14

Beperken gebruik ontwormingsmiddel bij beweiden (bijvoorbeeld via kruiden voeren)

0

0

1

0

15

Minimaal 3m brede bemestings- en spuitvrije rand langs sloten

0

1

1

1

16

Infiltratiegreppel(s) aanleggen

0

1

0

1

17

Stro onderin de kuil voor perssappen

0

1

0

1

18

Drainage in percelen

1

1

0

1

19

Rietveld op overhoek (helophyten filter)

0

1

1

0

20

Precisiebemesting toepassen

1

1

0

1

21

Rijenbemesting toepassen

1

1

0

1

22

Mest scheiden (dunne en dikke fractie) en gebruiken

1

1

0

1

23

Mechanische onkruidbestrijding toepassen

1

1

1

0

24

Driftreducerende spuittechnieken toepassen

0

1

1

0

25

Verlaging dosering gewasbeschermingsmiddelen (bijvoorbeeld plekgewijs spuiten, aanzuren)

Of geen chemische gewasbeschermingsmiddelen toepassen

0

1

1

0

26

Tijdelijke waterberging

0

1

1

0

27

Wateropslag ondergronds

0

1

0

0

28

Gefaseerd sloot beheer maaien/schonen/baggeren

0

1

1

0

29

Maaien van sloot met maaikorf (en afvoeren maaisel)

0

1

1

0

30

Schuin talud of terras oever onderhouden/aanleggen

1

1

1

0

31

Waterpeil verhogen of hoog houden

0

1

1

0

32

Verschillende bomen, struiken en bloeiende planten op het erf

0

0

1

0

33

In stand houden van greppels en ander microreliëf

0

1

1

0

34

Inzaaien kruidenrijk grasland/grasklaver mengsels

1

0

1

1

35

Verschralen grasland

1

1

1

1

36

Inzaaien van akkerranden

1

1

1

1

37

Strokenteelt met houtige gewassen

1

0

1

0

38

Voedselbos/agroforestry

1

1

1

1

39

Benutten van overhoeken en geren voor extra biodiversiteit

0

0

1

0

40

Aanleg of onderhoud houtwal, struweel en haag

0

0

1

0

41

Aanleg/onderhoud van poel

0

1

1

0

42

Aanleg/onderhoud plas-dras

0

1

1

0

43

Beweiden van natuurpercelen

0

0

1

1

44

Fokken met robuuste veerassen

0

0

1

0

45

Gebruik van resistente gewassen

1

0

1

0

46

Verlaging van eiwitgehalte in rantsoen naar 15% (of lager)

0

0

0

1

47

Beperken antibioticum gebruik (<0,75 dddj)

1

1

1

0

48

Telen van eiwitrijke gewassen

0

0

1

1

49

Plaatsen/onderhouden van nestkasten/vleermuiskasten/bijenhotel op het erf

0

0

1

0

50

Uitgesteld maaibeheer, minimaal tot 15 mei

1

1

1

1

51

Mozaiekbeheer

1

0

1

1

52

Nestbescherming weidevogels

0

0

1

0

53

Weren van predatoren (zover mogelijk) op percelen met weidevogels

0

0

1

0

54

Overige maatregel

*tevens aangeven waaraan de maatregel bijdraagt

*

*

*

*

55

Overige maatregel

**tevens aangeven waaraan de maatregel bijdraagt

**

**

**

**

 

 

 

Toelichting behorende bij de Dertiende wijziging van de Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant

 

I. Algemeen

 

Noord-Brabant heeft steeds meer agrarische bedrijven die zich bezighouden met verschillende vormen van natuurinclusieve landbouw. Een aantal van deze agrarische ondernemers wil hun bedrijf openstellen om andere ondernemers te inspireren om stappen te zetten richting een duurzame toekomst voor de sector. In april 2021 stond de regeling inspiratiebedrijven al open en hebben zes melkveehouders een subsidie ontvangen. Aangezien ook in andere grondgebonden sectoren vraag is naar natuurinclusieve voorbeelden, wordt de regeling inspiratiebedrijven opnieuw opengesteld, nu ook voor vleesveehouders en akkerbouwers.

 

II. Artikelsgewijs

 

Artikel I Wijziging Subsidieregeling transitie veehouderijen Noord-Brabant

 

Onder B (artikel 6.2 Doelgroep)

De doelgroep van deze paragraaf is verruimd. Niet alleen melkveehouders, maar ook vleesveehouders en biologische akkerbouwbedrijven kunnen een subsidie aanvragen. Voor akkerbouwers geldt dat zij ofwel biologisch gecertificeerd moeten zijn ofwel in de omschakelperiode van de Stichting Skal moeten zitten om biologisch gecertificeerd te worden (zie vereisten onder artikel 6.6). Veehouders moeten ofwel een omschakelplan hebben ofwel biologisch gecertificeerd zijn.

 

Onder C (artikel 6.5 Weigeringsgronden)

 

onderdeel d

Het maximum aantal te verstrekken subsidies per regio (grondgebieden van de waterschappen) is aangepast, zodat in totaal onder de regeling maximaal zes subsidies per regio verstrekt kunnen worden.

 

Onder D (artikel 6.6 Subsidievereisten)

Met de verbreding van de doelgroep naar akkerbouwbedrijven en vleesveehouders, is ook de vereiste score op de Brabantse biodiversiteitsmonitor melkveehouders komen te vervallen. Ook het vereiste minimum aantal punten op de maatregelentabel van bijlage 9 is geschrapt. Wel dienen aanvragers te overleggen welke maatregelen uit de tabel zijn of worden getroffen.

Voor akkerbouwbedrijven geldt dat deze ofwel reeds gecertificeerd zijn als biologisch bedrijf ofwel in de omschakelperiode zitten van de Stichting skal.

 

Onder F (artikel 6.10 Subsidieplafond)

Het subsidieplafond is voor de nieuwe openstellingsperiode opnieuw uitgesplitst naar doelgroep. In totaal is er €150.000 beschikbaar.

 

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

 

de voorzitter,

r. I.R. Adema

 

de secretaris,

drs. M.J.A. van Bijnen MBA

 

 

Naar boven