Subsidieregeling Podium Platteland 2.0

 

Besluit van Gedeputeerde Staten van Drenthe van 1 december 2020, kenmerk 4.11/2020002337, team Cultuur, Maatschappij en Vrijetijdseconomie, tot vaststelling van de Subsidieregeling Podium Platteland 2.0

 

Gedeputeerde Staten van Drenthe;

 

gelet op de Algemene subsidieverordening Drenthe 2017;

 

 

BESLUITEN:

 

 

de Subsidieregeling Podium Platteland 2.0 vast te stellen.

 

 

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2021.

 

 

Gedeputeerde Staten voornoemd,

 

mevrouw drs. J. Klijnsma, voorzitter

W.F. Brenkman MSc, secretaris

 

 

 

 

Uitgegeven: 3 december 2020

 

 

 

 

Subsidieregeling Podium Platteland 2.0

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • a.

    Actieve cultuurparticipatie: het in de vrije tijd beoefenen van kunstzinnige of erfgoedactiviteiten.

  • b.

    Culturele instelling: culturele stichting of vereniging zonder winstoogmerk, inclusief cultuur producerende en ondersteunende instellingen.

  • c.

    Cultuurmaker: (rechts)persoon die zich beroeps- en bedrijfsmatig bezighoudt met het maken van kunst, (e-)cultuur, media of het beleefbaar maken van erfgoed.

  • d.

    Ervaren cultuurmaker: maker die minimaal één keer eerder een min of meer vergelijkbaar cultureel project (succesvol) heeft uitgevoerd.

  • e.

    Inclusie: gelijkwaardige toegankelijkheid voor alle mensen in de samenleving.

  • f.

    Maatschappelijk thema: sociaal thema dat de hele maatschappij raakt, zoals leefbaarheid en bereikbaarheid, wonen, armoede en laaggeletterdheid, gezondheid en vitaliteit, inclusie, onderwijskwaliteit, gelijke kansen, etc.

  • g.

    Sociale cohesie: de samenhang in de samenleving of een kleiner onderdeel daarvan, zoals een dorp, wijk of buurt.

  • h.

    Sociale instelling: sociale stichting of vereniging zonder winstoogmerk waarvan de werkzaamheden een maatschappelijk doel hebben op het sociale domein.

  • i.

    Sociale domein: het domein rond werk, participatie, zelfredzaamheid, jeugd en zorg (inclusief de Wet langdurige zorg) en alle daaraan verwante taken.

  • j.

    Toegankelijkheid: de mate waarin iedereen in de samenleving mee kan doen, ongeacht een lichamelijke, intellectuele of psychische beperking.

 

Artikel 2. Doel

De subsidie heeft tot doel om de leefbaarheid te versterken door middel van cultuur op plekken waar dit niet vanzelfsprekend is. Door via culturele projecten aandacht te vragen voor een maatschappelijk thema, kunnen deelnemers meedoen aan de samenleving. Hierdoor kan de sociale cohesie in dorpen, buurten en wijken worden versterkt. Hierbij valt te denken aan bijvoorbeeld een oral history project, theaterstuk of beeldenroute.

 

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken voor een project dat:

  • aandacht vraagt voor een maatschappelijk thema;

  • actieve cultuurparticipatie door doelgroepen met een lage participatiegraad bevordert;

  • sociale cohesie binnen een dorp, wijk of buurt bevordert;

  • inclusie bevordert;

  • toegankelijkheid bevordert.

 

Artikel 4. Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door een in Nederland gevestigde:

  • a.

    culturele instelling met rechtspersoonlijkheid;

  • b.

    sociale instelling met rechtspersoonlijkheid.

 

Artikel 5. Aanvraag

Een aanvraag voor subsidie wordt schriftelijk en ondertekend ingediend met behulp van een door Gedeputeerde Staten vastgesteld aanvraagformulier dat vergezeld gaat van de volgende stukken:

  • a.

    een projectplan (inclusief planning en communicatieplan), waarin een penvoerder is aangewezen;

  • b.

    een gespecificeerde begroting inclusief dekkingsplan.

 

 

Artikel 6. Weigeringsgronden

Subsidie wordt in elk geval geweigerd indien:

  • a.

    de voorgenomen activiteiten tot het/de reguliere werk/taken van de aanvrager of andere, al dan niet door de provincie gesubsidieerde, instellingen behoren;

  • b.

    de te verstrekken subsidie minder zou bedragen dan € 1.000,--;

  • c.

    de activiteiten in onvoldoende mate een inhoudelijke culturele of sociale component hebben.

 

Artikel 7. Toetsingscriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie wordt voldaan aan alle onderstaande criteria.

  • a.

    Het project moet worden ondersteund door in ieder geval één of meerdere instellingen die werkzaam zijn in het sociaal domein en/of één of meerdere gemeenten. Deze ondersteuning kan financieel zijn of in natura, maar wel kwantificeerbaar. Te denken valt aan het beschikbaar stellen van een locatie, materiaal of het faciliteren van vervoer. Een adhesieverklaring is onvoldoende.

  • b.

    Bij de ontwikkeling en/of uitvoering van het project zijn ervaren cultuurmakers betrokken.

  • c.

    Bij het project moet sprake zijn van inhoudelijke kwaliteit. Dit wordt getoetst aan de hand van:

    • de (artistieke) visie (inhoudelijke samenhang, authenticiteit, originaliteit, etc.)

    • ervaringen met eerdere projecten/producten van betrokken cultuurmakers

    • voorbeeldmateriaal, een regieconcept, manuscript, schetsontwerpen, etc.

  • d.

    Er is sprake van een duidelijke sociaal-maatschappelijke visie (inhoudelijke samenhang, visie op en ervaring met mogelijk maatschappelijke effecten).

  • e.

    De activiteiten worden uitgevoerd in de provincie Drenthe en komen ten goede aan de inwoners van Drenthe.

 

Artikel 8. Niet-subsidiabele kosten

De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    kosten voor het opbouwen van reserve/eigen vermogen;

  • b.

    kosten voor uren die al in een boekjaarsubsidie van de provincie Drenthe gesubsidieerd zijn;

  • c.

    btw voor zover aftrekbaar of te verrekenen;

  • d.

    kosten ten behoeve van investeringen in accommodaties en aanschaf van apparatuur in accommodaties;

  • e.

    overige investeringen in interieur of materiaal dat niet specifiek aan het project verbonden is.

 

Artikel 9. Subsidiehoogte

De subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten, met een minimum van € 1.000,-- en een maximum van € 45.000,--.

 

Artikel 10. Verdeelsystematiek

  • 1.

    Subsidie wordt verleend op volgorde van datum van binnenkomst van de subsidieaanvragen.

  • 2.

    Voor zover door verstrekking van subsidie voor aanvragen, die op dezelfde dag zijn ontvangen, het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen vastgesteld door middel van loting.

 

Artikel 11. Staatssteun

Subsidie wordt slechts verleend in overeenstemming met Europese regels inzake staatssteun.

 

Artikel 12. Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks het subsidieplafond vast.

 

Artikel 13. Inwerkingtreding en horizonbepaling

Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2021 en vervalt op 31 december 2024.

 

Naar boven