Provinciaal blad van Utrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Provinciaal blad 2020, 8959 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Provinciaal blad 2020, 8959 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van Provinciale Staten van Utrecht van 18 november 2020 en van Gedeputeerde Staten van Utrecht van 29 september 2020, nummer 8215ABC6, tot het vaststellen van tijdelijke voorschriften, en het bekendmaken van het gelden van Utrechtse voorschriften en van het vervallen van Zuid-Hollandse voorschriften voor het gebied van de opgeheven gemeenten Leerdam en Zederik (Besluit tijdelijke voorschriften voor gebied opgeheven gemeenten Leerdam en Zederik 2021 c.a.)
Provinciale Staten van Utrecht;
Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van 29 september 2020, nummer 8215794D.
Gedeputeerde Staten van Utrecht,
Gelet op de artikelen 143 en 158 van de Provinciewet, de artikelen 30 en 35 van de Wet algemene regels herindeling en de artikelen 6, eerste lid, 7, eerste lid en 9, eerste lid van de Vaarwegverordening provincie Zuid-Holland 2015.
als gevolg van de Wet van 11 juli 2018 tot samenvoeging van de gemeenten Leerdam, Vianen en Zederik en wijziging van de grens tussen de provincies Utrecht en Zuid-Holland, de grens tussen de provincies Utrecht en Zuid-Holland zodanig is gewijzigd dat het grondgebied van de opgeheven gemeenten Leerdam en Zederik per 1 januari 2019 tot de provincie Utrecht behoort;
op grond van de Wet algemene regels herindeling per 1 januari 2021 een aantal Zuid-Hollandse provinciale voorschriften voor het gebied van de voormalige gemeenten Leerdam en Zederik van rechtswege ophoudt te gelden en dan alle Utrechtse voorschriften gaan gelden met uitzondering van een aantal gebiedsgebonden voorschriften;
de invoeringsdatum van de Omgevingswet met een jaar is uitgesteld tot 1 januari 2022 en dat in verband hiermee is besloten een Interim Omgevingsverordening provincie Utrecht vast te stellen met als beoogde datum van inwerkingtreding 1 april 2021;
het wenselijk is dat een aantal Zuid-Hollandse provinciale voorschriften nog tijdelijk blijft gelden voor het gebied van de voormalige gemeenten Leerdam en Zederik, totdat de Interim Omgevingsverordening provincie Utrecht met de Utrechtse provinciale voorschriften ook voor dit gebied in werking treedt;
vóór afloop van de termijn van twee jaar na de herindelingsdatum van 1 januari 2019 bekend dient te worden gemaakt welke provinciale voorschriften zullen gelden voor het gebied van de voormalige gemeenten Leerdam en Zederik, voor zover de provinciale voorschriften niet eerder geldend zijn verklaard.
In dit besluit wordt verstaan onder:
Besluit geldend verklaren, wijzigen en vervallen verklaren van voorschriften voor gebied voormalige gemeenten Zederik en Leerdam: Besluit van Provinciale Staten van Utrecht van 18 februari 2019 en van Gedeputeerde Staten van Utrecht van 8 januari 2019, nummer 81DF79D7, tot geldend verklaren en wijzigen van Utrechtse provinciale voorschriften en vervallen verklaren van Zuid-Hollandse provinciale voorschriften voor het gebied van de voormalige gemeenten Zederik en Leerdam (Besluit geldend verklaren, wijzigen en vervallen verklaren van voorschriften voor gebied voormalige gemeenten Zederik en Leerdam), PB 2019, 1298.
HOOFDSTUK 2 – VOORSCHRIFTEN VAN DE PROVINCIE ZUID-HOLLAND
De volgende Zuid-Hollandse provinciale voorschriften, zoals deze luiden op 31 december 2018, worden tijdelijk vastgesteld voor het toegevoegd gebied tot een bij een besluit van het bevoegde orgaan te bepalen tijdstip:
Besluit tot harmonisatie van de bedieningstijden van de provinciale bruggen en sluizen in traject 10 (besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 27 maart 2018, PB 2018, 2381), gewijzigd bij het Besluit tot versoepelen aangepaste bedieningstijden bruggen en sluizen in Zuid-Holland in verband met het coronavirus (COVID-19), PB 2020, 3122)
Provinciale Milieuverordening Zuid-Holland (negende tranche) (besluit van Provinciale Staten van Zuid-Holland van 16 december 1993, PB 1993, 99a, en daarna vastgestelde wijzigingen), alsmede de bij en krachtens die verordening vastgestelde voorschriften die betrekking hebben op het gebruik van de bij of krachtens die verordening toegekende of gereguleerde bevoegdheden
Beleidsvisie Duurzaamheid en Milieu 2013-2017 zoals verlengd door middel van een besluit van Provinciale Staten van Zuid-Holland d.d. 29 maart 2017, alsmede bij en krachtens die visie vastgestelde voorschriften die betrekking hebben op het gebruik van de bij of krachtens die visies toegekende of gereguleerde bevoegdheden
Regionaal Waterplan Zuid-Holland 2016-2021, alsmede de bij en krachtens dat plan vastgestelde voorschriften die betrekking hebben op het gebruik van de bij of krachtens dat plan toegekende of gereguleerde bevoegdheden, met uitzondering van de Visie Ruimte en Mobiliteit (VRM), vastgesteld door Provinciale Staten van Zuid-Holland d.d. 9 juli 2014 (en daarna vastgestelde wijzigingen), voor wat betreft de onderdelen die behoren tot het regionale waterbeleid
HOOFDSTUK 3 – VOORSCHRIFTEN VAN DE PROVINCIE UTRECHT
Met uitzondering van de in het tweede lid genoemde Utrechtse provinciale voorschriften gelden per 1 januari 2021 de Utrechtse provinciale voorschriften voor het toegevoegd gebied, naast de eerder daarvoor geldend verklaarde voorschriften. Onder de geldende voorschriften vallen in elk geval de volgende voorschriften, zoals die luiden op 31 december 2020:
De volgende Utrechtse provinciale voorschriften gelden tot de inwerkingtreding van de Interim Omgevingsverordening provincie Utrecht niet voor het toegevoegd gebied:
Provinciale milieuverordening Utrecht 2013 (besluit van Provinciale Staten van Utrecht van 4 februari 2013, PB 2013, 12), alsmede de bij en krachtens die verordening vastgestelde voorschriften en de beleidsregels die betrekking hebben op het gebruik van de bij of krachtens die verordening toegekende of gereguleerde bevoegdheden
HOOFDSTUK 4 – OVERGANGSRECHTELIJKE BEPALINGEN
Onder de reikwijdte van deze bepaling vallen in ieder geval bezwaarprocedures en gerechtelijke procedures met betrekking tot besluiten als bedoeld in de eerste volzin, (bezwaarprocedures en gerechtelijke procedures over) de intrekking en wijziging van dergelijke besluiten en voor zover het gaat om subsidies (bezwaarprocedures en gerechtelijke procedures over) besluiten tot wijziging, vaststelling, intrekking, beëindiging en terugvordering van die subsidies.
Op aanvragen die zijn ingediend voorafgaande aan het moment waarop ingevolge dit besluit provinciale voorschriften vervallen, wordt beslist met toepassing van de desbetreffende Zuid-Hollandse provinciale voorschriften, zoals die met betrekking tot het toegevoegd gebied luiden direct voorafgaande aan het vervallen daarvan. Een besluit als bedoeld in de eerste volzin wordt aangemerkt als een besluit als bedoeld in de eerste volzin van het eerste lid.
Het bepaalde in het eerste lid laat onverlet dat Provinciale Staten respectievelijk Gedeputeerde Staten bevoegd zijn ten aanzien van besluiten als bedoeld in het eerste lid regels vast te stellen, waaronder begrepen regels die de intrekking van dergelijke besluiten regelen. Bij de in de eerste volzin bedoelde regels kan door Provinciale Staten respectievelijk Gedeputeerde Staten worden afgeweken van het overgangsrecht als bedoeld in artikel 4 van dit besluit.
Aldus vastgesteld in de besloten vergadering van Gedeputeerde Staten van Utrecht 29 september 2020 en de openbare vergadering van Provinciale Staten van Utrecht van 18 november 2020.
Gedeputeerde Staten van Utrecht,
Voorzitter,
mr. H.J. Oosters
Secretaris,
mr. Drs. A.G. Knol-van Leeuwen
Provinciale Staten van Utrecht,
Voorzitter,
mr. H.J. Oosters
Griffier,
mr. C.A. Peters
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2020-8959.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.