Gemeenschappelijke Regeling Rekenkamer Oost-Nederland

Provinciale Staten van Overijssel,

 

Gelet op artikel 79l van de Provinciewet, de artikelen 40 en 41, eerste lid juncto artikel 8, tweede lid van de Wet op de gemeenschappelijke regelingen, de Gemeenschappelijke Regeling Rekenkamer Oost-Nederland en het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers;

besluiten:

  • 1.

    Vast te stellen de hieronder genoemde wijzigingen van de Gemeenschappelijke Regeling Rekenkamer Oost Nederland.

Artikel I

Artikel 10, lid 2 en 3 komen als volgt te luiden:

  • 2.

    Voor de voorzitter bedraagt deze vergoeding 15% en voor de leden 10% van het bedrag dat overeenkomt met het bedrag zoals bedoeld in artikel 2.2.1 lid 2 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

  • 3.

    De leden van het bestuur kunnen de reis- en verblijfkosten declareren op grond van artikel 2.2.9 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers en artikel 2.6 van de Regeling rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers.

Artikel II

Artikel 13 lid 3 en 4 komen als volgt te luiden:

  • 3.

    Gedeputeerde Staten van Gelderland besluiten, op voordracht van de voorzitter van de rekenkamer, tot het aangaan, wijzigen en beëindigen van een arbeidsovereenkomst met de directeur en de overige ambtenaren van het bureau.

  • 4.

    Het maandinkomen en de overige arbeidsvoorwaarden van de directeur en de overige ambtenaren van het bureau vinden plaats overeenkomstig de collectieve arbeidsvoorwaarden cao provinciale sector en het Personeelshandboek provincie Gelderland.

Artikel III

Het tweede deel van de toelichting bij artikel 13 beginnend met ‘De medewerkers van het bureau van de rekenkamer worden benoemd (..)’ komt als volgt te luiden:

Gedeputeerde Staten van Gelderland besluiten tot het aangaan van een arbeidsovereenkomst met de medewerkers van het bureau van de rekenkamer. Daarmee komen ze – formeel – in dienst van de provincie Gelderland. Een dienstverband met de rekenkamer zelf is niet mogelijk, omdat – zoals hiervoor al aangegeven – de rekenkamer geen rechtspersoonlijkheid bezit. Bij opheffing van de rekenkamer zal het dienstverband met de provincie Gelderland echter voortduren. In dat geval zullen de kosten hiervan over de deelnemende provincies worden verdeeld (artikel 17 van deze regeling).

Uiteraard kunnen Gedeputeerde Staten van Gelderland de voorzitter van het bestuur van de rekenkamer mandateren te besluiten tot het aangaan, wijzigen of beëindigen van een arbeidsovereenkomst met de medewerkers van het bureau van de rekenkamer (de directeur uitgezonderd), en dat daarnaast de Commissaris van de Koning volmacht geeft aan de voorzitter van het bestuur van de rekenkamer om de arbeidsovereenkomst met de medewerker te ondertekenen. Denkbaar is dat in dat geval ook volmacht wordt verleend aan de directeur van het bureau van de rekenkamer.

Artikel IV

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na datum van publicatie in de Staatscourant waarin het besluit is geplaatst.

 

Zwolle, 11 december 2019

Provinciale Staten voornoemd,

voorzitter,

griffier,

Naar boven